Uitspraak
RECHTBANK Oost-Brabant
[eiser 2] ,
1.De procedure
- tussen eisers 1 t/m 10 en 12 t/m 25 enerzijds en Woonwijze anderzijds een minnelijke regeling is bereikt;
- de procedure ten aanzien van eisers 1 t/m 10 en 12 t/m 25 kan worden doorgehaald;
- eiser 11 ( [eiser 1] , voormalig eigenaar van de woning [adres 1] ) en eiser 26
- rechter mr. O.R.M. van Dam, die deze zaak op 27 februari 2018 op zitting heeft behandeld, deze zaak niet verder kan behandelen omdat zij met pensioen gaat;
- de behandeling van deze zaak wordt overgenomen door rechter mr. L.S. Frakes;
- de uitspraakdatum is gepland op 5 april 2023;
- partijen kunnen verzoeken om een nieuwe zitting door mr. Frakes;
- als niet binnen 14 dagen na ontvangst van de brief door partijen wordt gereageerd, ervan uitgegaan wordt dat er geen behoefte bestaat aan een nieuwe zitting in deze zaak.
1.De verdere beoordeling
“Uit onze analyse en beoordeling komen geen inzichten waaruit wij concluderen dat de verkoopprijzen afwijken van de marktwaarden van de verschillende woningen ten tijde van de verkoop. De afwijkingen vallen binnen de door ons als tolerant geachte bandbreedte”.
dezelfde waarderingsgrondslagenals door de onafhankelijk deskundige zijn gehanteerd bij de uitgifte in erfpacht.
.Gezien de verschillen in uitgifteprijs en de verschillen binnen een woningtype is het volgens de deskundigen
niet mogelijk om exact terug te rekenen welke normen destijds gehanteerd zijn. Volgens de deskundigen zijn de aantallen woningen per woningtype daarvoor te gering en de verschillen binnen een woningtype te groot.
1.De beslissing
15 november 2023voor het nemen van een akte door:
- beide partijen over hetgeen is vermeld in rechtsoverwegingen 2.6.4 en 2.11;
- eisers over hetgeen is gevraagd in rechtsoverweging 2.10,