ECLI:NL:RBOBR:2023:3676
Rechtbank Oost-Brabant
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Tussenuitspraak over de beoordeling van het functioneren van een politieambtenaar met motiveringsgebrek en zorgvuldigheidsgebrek
In deze tussenuitspraak van de Rechtbank Oost-Brabant, uitgesproken op 19 juli 2023, wordt de beoordeling van het functioneren van eiseres, een politieambtenaar, besproken. Eiseres is sinds 1 juni 2003 in dienst bij de politie en vervult sinds 2015 de functie van Bedrijfsvoeringsspecialist C Eenheidspsycholoog. De korpschef heeft haar functioneren beoordeeld op 9 juli 2021, maar eiseres heeft hiertegen bezwaar gemaakt. De rechtbank heeft het beroep op 7 juni 2023 behandeld, waarbij eiseres en haar gemachtigde aanwezig waren, evenals de gemachtigde van de korpschef en een voormalig leidinggevende van eiseres.
De rechtbank concludeert dat de korpschef het Beoordelingsreglement politie 2016 niet heeft gevolgd, wat leidt tot een zorgvuldigheidsgebrek en een motiveringsgebrek in het bestreden besluit. De rechtbank stelt dat het voorgeschreven beoordelingsformulier en de vierpuntsschaal niet zijn gebruikt, wat mogelijk heeft geleid tot benadeling van eiseres. De rechtbank biedt de korpschef de gelegenheid om de gebreken te herstellen binnen een termijn van zes weken. Tevens moet de korpschef binnen twee weken meedelen of hij gebruik maakt van deze gelegenheid.
De rechtbank houdt verdere beslissingen aan tot de einduitspraak op het beroep, waarbij ook de proceskosten en het griffierecht nog niet zijn behandeld. De uitspraak is openbaar gedaan en een afschrift is verzonden aan de betrokken partijen.