Uitspraak
RECHTBANK Oost-Brabant
[eiser sub 1]), en
[eiser sub 2],
[eiser sub 2]),
[gedaagde sub 1]),
[gedaagde sub 2]),
1.De procedure
2.Feiten
moeder) en
vader).
de ouders.
de akte) is de eigendom van de onroerende zaak aan de [adres] te [plaats] (hierna:
de onroerende zaak), belast met een zakelijk recht van gebruik en bewoning ten behoeve van de ouders, door de ouders (door)verkocht aan partijen.
Op basis van de hypotheekakte van 3 mei 2002 heb ik samen met jullie […] een hypotheek laten vestigen […]. Op basis van deze hypotheek hebben papa en ik een lening bij de bank afgesloten om zo de hoge kosten van de paarden te kunnen betalen. […] Na het overlijden van papa […] is de […] hypotheek bevroren […]. Vanaf dat moment heb ik alleen nog maandelijks rente betaald over deze lening.
3.Het geschil
een onomkeerbare situatie te vermijden. [gedaagde sub 1] wijst in het bijzonder op het feit dat zij het voorhuis dan samen met haar kinderen gedwongen zou moeten verlaten. Het is in de huidige woningmarkt nagenoeg onmogelijk om op korte termijn andere woonruimte te vinden. [gedaagde sub 1] wenst dan […] serieus te onderzoeken of een hoger beroep zinvol is. Als dat hoger beroep onverhoopt niet goed zou aflopen, dan pas zou [gedaagde sub 1] genoodzaakt moeten zijn om haar woning te verlaten”.
“Enkel
4.De beoordeling in conventie en in reconventie
“ [eiser sub 1] , [eiser sub 2] en [gedaagde sub 2] […] tot verdeling [wensen] over te gaan. [gedaagde sub 1] heeft daar op zich wel begrip voor, maar
“Ik ben 62 jaar en had eerder dit jaar hartklachten. Ik zit voor mijn pensioen. Mijn oudere zus[rechtbank: [gedaagde sub 2] ]
en haar man hebben gezondheidsproblemen gehad en kunnen niet meer volop deelnemen aan het arbeidsproces. Wij kunnen het geld goed gebruiken, bijvoorbeeld om onze woningen aan
heeft geen haast […]. Zij geeft nu al aan dat zij in hoger beroep zal gaan. Dat proces dreigt nog jaren voort te duren. Daar maak ik mij zorgen over”.
- de door [eiser sub 1] en [eiser sub 2] voorgestelde wijze van splitsen van de onroerende zaak niet de meest courante wijze van splitsing is;
- een splitsing waarbij het voorhuis en de tuin binnen de aanwezige hagen wordt gesplitst van het achterhuis ertoe zal leiden dat het voorhuis geen eigen oprit en
“Enkel en alleen voor als [de] rechtbank zou overgaan tot het vaststellen van een verdeling van de onroerende zaak” -om de wijze van verdeling van
“Ik maak me zorgen waar mijn kinderen en ik uiteindelijk terecht zullen komen”.
- de door [gedaagde sub 1] gevorderde wijze van splitsing (naar alle waarschijnlijkheid) zal leiden tot een minder verkoopkrachtig eindresultaat. Als deze splitsing zou worden gevolgd dan heeft dat volgens hen negatieve financiële consequenties voor de gemeenschap;
- de door [gedaagde sub 1] gevorderde wijze van splitsing kennelijk enkel is ingegeven door haar wens om een bepaald deel van de onroerende zaak te kopen, maar zij nooit (minstens) objectief heeft laten zien dat zij dat kan financieren.
“ [gedaagde sub 1] het voorhuis, op de door [de rechtbank] te bepalen wijze van splitsing nog steeds [kan] kopen, maar dan zonder voorkeursbehandeling Die behandeling heeft zij eerder (zonder resultaat) al genoten. In parallel met het voorkeurs-recht van artikel 11 zou [gedaagde sub 1] in het uiterste geval slechts een maximale termijn van één maand kunnen worden vergund, mocht [de rechtbank] onverhoopt besluiten dat [gedaagde sub 1] (alsnog) in de gelegenheid wordt gesteld om het voorhuis te kopen”.
zonder meerbeschikken over een stukje van zijn of haar (onverdeelde) aandeel in een gemeenschappelijk goed. De Hoge Raad heeft in de hiervoor aangehaalde uitspraak (over een gemeenschappelijk stuk grond) overwogen:
;
actuele prijs
€ 1.025.460,00- en productie 20 – waarin [gedaagde sub 1] een prijs van
€ 270.000,00aanhoudt die
op 29 oktober 2019als waarde is bepaald
voor het voorhuis met deel bijgebouw met ondergrond (780 m2).
“om in onderling overleg te bepalen wat de prijs wordt. Zonder in taalspelletjes te verzanden heb ik in mijn schrijven van 30 juli aangegeven dat ik de prijs aanhoud van [...] die op 29 oktober 2019 als waarde is bepaald voor het voorhuis met deel bijgebouw met ondergrond (780m2)[rechtbank: dit ziet op de door [gedaagde sub 1] zelf aangepaste optie 2]
. Deze prijsbepaling is gebaseerd op een deskundig advies met taxatierapport [B] . Het aanstellen van een nieuwe deskundige is daarmee in mijn ogen overbodig”.
Zo ja, wat is dan de marktwaarde van ieder van deze twee aldus gesplitste delen per de datum van uw taxatie daarvan?
Zo nee, wat is daarvan dan de oorzaak? Is deze oorzaak volgens u op korte termijn weg te nemen? Wat moet daarvoor volgens u gebeuren? U dient daarbij uit te gaan van de situatie dat de verhouding tussen partijen ernstig verstoord is en dat daarom een samenwerking tussen [eiser sub 1] , [eiser sub 2] en [gedaagde sub 2] enerzijds en [gedaagde sub 1] anderzijds uitgesloten is. Welke kosten zijn volgens u verbonden aan het wegnemen van deze oorzaak?;
Zo ja, wat is dan de marktwaarde van ieder van deze twee aldus gesplitste delen van de onroerende zaak per de datum van uw taxatie daarvan?
Zo nee, wat is daarvan dan de oorzaak? Is deze oorzaak volgens u op korte termijn weg te nemen? Wat moet daarvoor volgens u gebeuren? U dient daarbij uit te gaan van de situatie dat de verhouding tussen partijen ernstig verstoord is en dat daarom een samenwerking tussen [eiser sub 1] , [eiser sub 2] en [gedaagde sub 2] enerzijds en [gedaagde sub 1] anderzijds uitgesloten is. Welke kosten zijn volgens u verbonden aan het wegnemen van deze oorzaak?;
5.De beslissing
28 juni 2023voor het nemen van een akte door beide partijen waarin zij zich uitlaten over de aangekondigde deskundigen-rapportage;