In deze zaak heeft de Rechtbank Oost-Brabant op 28 maart 2023 uitspraak gedaan in een verzoek tot inschrijving van een buitenlandse geboorteakte en wijziging van voornamen. Verzoeker, geboren in de Sovjet-Unie, heeft zijn verzoek ingediend om zijn geboortegegevens vast te stellen en zijn voornaam te wijzigen. De rechtbank heeft kennisgenomen van het verzoekschrift en de bijlagen, alsook van de brief van de ambtenaar van de burgerlijke stand. Tijdens de mondelinge behandeling op 10 maart 2023 was verzoeker aanwezig met zijn advocaat, terwijl de ambtenaar niet verscheen. Verzoeker heeft zijn verzoek gewijzigd, waarbij hij nu verzoekt om vaststelling van zijn geboortegegevens zonder vermelding van oudergegevens.
De rechtbank heeft in haar beoordeling gekeken naar de mogelijkheid van voornaamswijziging op basis van artikel 1:4 lid 4 van het Burgerlijk Wetboek. Het belang van verzoeker om zijn voornaam te wijzigen is door de rechtbank als zwaarwichtig beoordeeld, vooral gezien het feit dat verzoeker zich niet kan identificeren met zijn huidige voornaam en dat deze voor hem een bron van ongemak vormt. De rechtbank heeft vastgesteld dat de door verzoeker gewenste voornaam niet ongepast is en dat er geen juridische belemmeringen zijn voor de wijziging.
Daarnaast heeft de rechtbank zich gebogen over de inschrijving van de geboorteakte. De ambtenaar heeft verklaard dat verzoeker in het bezit is van een geboorteakte, maar dat er geen huwelijksakte is die aantoont dat zijn ouders getrouwd waren ten tijde van zijn geboorte. Dit heeft gevolgen voor de inschrijving van de oudergegevens. De rechtbank heeft geconcludeerd dat, indien verzoeker geen gelegaliseerde akte kan overleggen, de oudergegevens niet kunnen worden vastgesteld. De rechtbank heeft uiteindelijk besloten om de geboortegegevens van verzoeker vast te stellen en de wijziging van zijn voornaam toe te staan.