ECLI:NL:RBOBR:2023:1520
Rechtbank Oost-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Bezwaarschrift niet-ontvankelijk verklaard door UWV; digitale bekendmaking van besluiten
In deze zaak heeft de Rechtbank Oost-Brabant op 7 april 2023 uitspraak gedaan in een geschil tussen een eiser en het UWV. De eiser had bezwaar gemaakt tegen een beslissing van het UWV, waarbij hem een ZW-uitkering was toegekend met ingang van 16 maart 2022. Het UWV verklaarde het bezwaar van de eiser niet-ontvankelijk, omdat het bezwaarschrift te laat was ingediend. De rechtbank beoordeelde of deze beslissing terecht was. De eiser stelde dat hij pas op 5 juli 2022 kennis had genomen van de beslissing van het UWV, omdat deze niet op de juiste wijze was bekendgemaakt. De rechtbank oordeelde echter dat het UWV het bezwaar terecht niet-ontvankelijk had verklaard. De rechtbank concludeerde dat de bekendmaking van het besluit via het digitale platform 'mijnuwv' rechtsgeldig was, en dat de bezwaartermijn op 19 maart 2022 was aangevangen. De rechtbank oordeelde dat de eiser onvoldoende had aangetoond dat hij niet op de hoogte was van het besluit en dat de termijnoverschrijding niet verschoonbaar was. Het beroep van de eiser werd ongegrond verklaard, en de beslissing van het UWV bleef in stand. De eiser kreeg geen griffierecht terug en ook geen vergoeding van proceskosten.