In deze zaak heeft de Rechtbank Oost-Brabant op 23 december 2022 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die zich schuldig heeft gemaakt aan het aanwezig hebben, verkopen en/of afleveren van harddrugs, alsook aan voorbereidingshandelingen voor de vervaardiging en handel in harddrugs. De verdachte is ook veroordeeld voor het voorhanden hebben van een automatisch vuurwapen. De rechtbank heeft het verweer van de verdediging, dat de SkyECC-chatberichten onrechtmatig verkregen zijn en dus uitgesloten moeten worden van bewijs, verworpen. De rechtbank oordeelde dat de bewijsmiddelen, waaronder de SkyECC-gegevens, rechtmatig waren verkregen en dat er voldoende bewijs was voor de bewezenverklaring van de feiten. De verdachte is veroordeeld tot een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van 90 maanden, wat zwaarder is dan de door de officier van justitie gevorderde straf van zes jaren. De rechtbank heeft bij de strafoplegging rekening gehouden met de ernst van de feiten, de rol van de verdachte in de drugshandel en zijn eerdere veroordelingen voor soortgelijke feiten. De rechtbank heeft ook de schorsing van de voorlopige hechtenis opgeheven en de verbeurdverklaring van inbeslaggenomen geld gelast.