Uitspraak
RECHTBANK OOST-BRABANT
1.[eiser sub 1] ,
Ryanair DAC,
1.Het verloop van het geding
2.De feiten
3.Het geschil
Sturgeonen
Nelsonrecht op financiële compensatie van € 400,00 per passagier. Van een buitengewone omstandigheid was geen sprake.
Rechtbank Oost-Brabant
In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Oost-Brabant op 19 augustus 2021, hebben eisers, twee passagiers, een vordering ingesteld tegen Ryanair DAC wegens compensatie voor een vertraagde vlucht. De eisers hadden een vlucht geboekt van Eindhoven naar Marokko op 25 november 2018, maar ontvingen op 12 november 2018 een schemawijziging die niet voldeed aan de vereisten van de Europese Verordening 261/2004. De eisers arriveerden met een vertraging van 58 uur en 18 minuten op hun eindbestemming en vorderden compensatie van € 800,00, gebaseerd op € 400,00 per passagier.
Ryanair voerde verweer door te stellen dat zij de schemawijziging tijdig had doorgegeven aan de eisers via het opgegeven e-mailadres. De kantonrechter oordeelde echter dat Ryanair niet kon aantonen dat de eisers tijdig waren geïnformeerd over de wijziging. De bewijslast lag bij de luchtvaartmaatschappij, en aangezien de kennisgeving niet correct was doorgegeven, werd de vordering van de eisers toegewezen. De kantonrechter oordeelde dat de eisers recht hadden op de compensatie zoals vermeld in de Verordening, en dat Ryanair ook verantwoordelijk was voor de proceskosten.
De rechter heeft Ryanair veroordeeld tot betaling van € 800,00 aan compensatie, vermeerderd met wettelijke rente, en € 145,20 aan buitengerechtelijke kosten. Daarnaast werd Ryanair veroordeeld in de proceskosten van de eisers, die in totaal op € 479,00 werden vastgesteld. De beslissing werd openbaar uitgesproken door de kantonrechter J.M.J. Godrie.