ECLI:NL:RBOBR:2020:5945
Rechtbank Oost-Brabant
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Mishandeling, bedreiging en opzetheling door ex-partner met gevangenisstraf en contactverbod
In deze zaak heeft de Rechtbank Oost-Brabant op 1 december 2020 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen de verdachte, die zich schuldig heeft gemaakt aan het tweemaal mishandelen van zijn ex-partner, bedreiging met zware mishandeling en opzetheling. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte op 16 juli 2019 zijn ex-partner, [slachtoffer 1], meermalen heeft mishandeld door haar met kracht tegen het lichaam te schoppen. Op 1 februari 2020 heeft hij haar met een laminaatplank geslagen, wat resulteerde in verwondingen. Daarnaast heeft hij op 3 november 2019 de ex-partner en haar nicht, [slachtoffer 2], bedreigd door met hoge snelheid achter hen aan te rijden en hen van de weg te duwen. De rechtbank heeft het beroep van de verdediging op niet-ontvankelijkheid van de officier van justitie verworpen, omdat er geen sprake was van schending van het vertrouwensbeginsel. De verdachte is veroordeeld tot een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van acht maanden, met daarnaast een contactverbod met het slachtoffer en een gebiedsverbod voor de woning van de moeder van het slachtoffer, beide voor de duur van vijf jaren. De rechtbank heeft ook een schadevergoeding van € 1.500,-- aan de benadeelde partij [slachtoffer 1] toegewezen, als gevolg van de immateriële schade door de mishandelingen en bedreigingen.