Uitspraak
RECHTBANK OOST-BRABANT
1.MR. JAN EVERT STADIG
MR. PHILIP WILLEM SCHREURS
CERENTINO B.V., statutair gevestigd te Eindhoven,
1.De procedure
- het tussenvonnis van 21 november 2018, waarbij een comparitie van partijen is bevolen die niet is doorgegaan
- de conclusie van repliek
- de beslissing van de rolrechter dat het recht van Crescendo is vervallen om te mogen concluderen voor dupliek
- het verzoek van Crescendo om te mogen pleiten
- de door de curatoren en Crescendo toegezonden stukken voor hun pleidooien, die op de eerst geplande datum niet zijn doorgegaan
- de akte houdende wijziging van eis ex art. 130 Rv van de curatoren
- de antwoordakte inzake eiswijziging van Crescendo
- de rolbeslissing van 18 december 2019, waarin het door Crescendo gemaakte bezwaar tegen de eiswijziging is verworpen
- de akte verweer tegen gewijzigde eis van Crescendo
- de akte inbreng nadere producties ten behoeve van pleidooi van Crescendo
- de nadere producties van de curatoren voor hun pleidooi
- de pleidooien aan de hand van de schriftelijke pleitnota’s van de curatoren en van Crescendo.
2.Inleiding
3.De feiten
4.Het geschil
5.De beoordeling
Internationaal privaatrecht
7.747,50(2,5 punten × tarief € 3.099,00)