In deze beschikking van de kantonrechter te ’s-Hertogenbosch, gedateerd 14 augustus 2020, wordt de beloning van een bewindvoerder en mentor voor twee gehuwden besproken. De bewindvoerder/mentor verzoekt om een afzonderlijke beloning voor elk van de gehuwden, omdat zij op verschillende adressen in twee gemeenten wonen. De kantonrechter stelt echter vast dat de betrokkenen, als gehuwden, per definitie een economische eenheid vormen, wat betekent dat de beloning niet op andere wijze kan worden vastgesteld, tenzij er uitzonderlijke omstandigheden zijn die de omvang van de werkzaamheden van de bewindvoerder/mentor beïnvloeden.
De kantonrechter heeft kennisgenomen van eerdere beschikkingen en het verzoekschrift van de bewindvoerder/mentor. De bewindvoerder/mentor heeft aangevoerd dat de gemeenten Boxtel en ’s-Hertogenbosch de betrokkenen niet als economische eenheid beschouwen, wat leidt tot problemen bij het aanvragen van bijzondere bijstand. De kantonrechter wijst erop dat de redenen die door de bewindvoerder/mentor zijn aangevoerd niet wijzen op extra werkzaamheden die de bewindvoerder/mentor moet verrichten. De kantonrechter concludeert dat de oplossing voor de problemen met de gemeenten niet kan zijn dat de beloning op andere wijze wordt vastgesteld.
De kantonrechter wijst het verzoek tot wijziging van de beloning af, maar geeft aan dat de extra tijd die de bewindvoerder/mentor moet besteden aan overleg met de gemeenten en de bank mogelijk aanleiding kan zijn voor een eenmalige extra beloning. De bewindvoerder/mentor kan een nieuw verzoek indienen met een urenverantwoording. De beschikking is openbaar uitgesproken door mr. Y.S. Klerk, kantonrechter, en kan door belanghebbenden worden aangevochten bij het Gerechtshof te ’s-Hertogenbosch.