Uitspraak
RECHTBANK OOST-BRABANT
uitspraak van de meervoudige kamer van 30 juni 2020 in de zaak tussen
[bedrijf] , te [vestigingsplaats] , eiseres
Procesverloop
Overwegingen
13 december 2018. De conclusie in dit rapport (dat in de mest in de kooien kleine kamervliegen zich op grote schaal ontwikkelen) kan volgens eiseres niet worden gestaafd met bewijs. Eiseres noemt ook een nabijgelegen composteringsbedrijf als een bron van kamervliegenoverlast.
- Een plattegrond waarop is aangegeven waar de (genummerde) bestrijdingen plaatsvinden.
- De productinformatiebladen van de gebruikte biociden.
- De planning en uitvoering van larvicide en adultbestrijding.
- Parameters en overleggegevens tussen logboekbeheer en bestrijdingstechnicus.
- Bezoekrapporten met omschrijving van werkzaamheden en gebruikte producten, waaronder de hoeveelheid gebruikt biociden.
- Certificaat van de bestrijdingstechnicus.
- Welke preventieve maatregelen, vanuit het vliegbestrijdingsplan, zoals het weren en wegvangen van adults in de bedrijfsvoering worden uitgevoerd, wanneer en waar ze worden uitgevoerd. Zoals bijvoorbeeld horren, plak/valstrips, elektrische insectenlamp en andere vliegvallen.
- Schoonmaakplan en schoonmaakstaten voor de materialen en routes die betrekking hebben op de mestafvoer.
- Temperatuurregistratie van temperatuur buiten en in de sheds in verband met tijdig starten met bestrijdingen.
19 oktober 2011 waarin al was voorzien in een verplichting tot een periodieke inspectie van lekverliezen van water (onder andere drinknippels). Er is wel een noodzaak voor, omdat er niet alleen gras onder de kooien ligt maar ook ander materiaal. Verweerder heeft geconstateerd dat door een werknemer dagelijks wordt gecontroleerd of mestschuiven nog werken en of de drinknippels niet lekken.