Uitspraak
RECHTBANK OOST-BRABANT
1.De procedure
- het op 2 april 2020 ter griffie ingekomen verzoekschrift;
- het op 11 mei 2020 ter griffie ontvangen verweerschrift waarbij ook een zelfstandig tegenverzoek is ingesteld;
- de aantekeningen van de griffier van de zitting via een Skype-verbinding van 19 mei 2020 mede inhoudende de pleitnotitie van de gemachtigde van Thales;
- ten slotte is beschikking bepaald op vandaag.
2.De feiten
1 januari 2020 bedraagt zijn loon € 92.643,10 bruto per jaar inclusief 8% vakantietoeslag en 2% eindejaarsuitkering. Uit hoofde van zijn functie was [verweerder] eindverantwoordelijk voor financiën en als lid van het MT van Thales medeverantwoordelijk voor de bedrijfsvoering en het bepalen van de strategie.
non-actief gesteld.
3.Het verzoek
4.Het verweer en het tegenverzoek
5.De beoordeling
Haviltex-criterium. Dit criterium houdt kort samengevat in dat een schriftelijk contract niet alleen taalkundig dient te worden uitgelegd, maar dat het aankomt op de zin die partijen in de gegeven omstandigheden over en weer redelijkerwijs aan dat beding mochten toekennen.
indien hij bij de wijziging een zodanig zwaarwichtig belang heeft dat het belang van de werknemer dat door de wijziging zou worden geschaad, daarvoor naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid moet wijken. Dit artikel sluit aan bij de tekst van artikel 7:613 BW, waarin dezelfde voorwaarde wordt gesteld voor een beroep op een wijzigingsbeding. Een dergelijk eenzijdig wijzigingsbeding ziet op gevallen waarin de werkgever zich de bevoegdheid heeft voorbehouden, ongeacht de omstandigheden die daartoe aanleiding geven, eenzijdig een wijziging in de arbeidsvoorwaarden aan te brengen niet slechts ten opzichte van een individuele werknemer maar ten opzichte van
verscheidene werknemers, in welk geval ter bescherming van de werknemer(s) beperkingen worden gesteld aan de bevoegdheid het beding toe te passen (zie Hoge Raad 11 juli 2008, ECLI:NL:HR:2008:BD1847). Deze situatie is hier niet aan de orde.
Aanleiding?De kantonrechter is van oordeel dat de geschetste gebeurtenissen onder 2.4 tot en met 2.7 van deze beschikking voldoende aanleiding waren voor Thales om een voorstel te doen. Uit de periodieke beoordelingsgesprekken blijkt dat Thales zeer te spreken was over de inhoudelijke kennis van [verweerder] , maar dat zijn gedrag een terugkomend onderwerp van discussie was. Het verbetertraject in 2018 zag ook op competenties als luisteren en respectvol omgaan met collega’s. Uit de verslagen van mw. [naam HR manager] , dhr. [naam operationeel leidinggevende] , dhr. [naam medewerker marketing en sales] en dhr. [naam medewerker research en development] blijkt dat het incident op 2 december 2019 in lijn met de eerdere gebeurtenissen ligt. De collega MT-leden zijn het erover eens dat [verweerder] inhoudelijk wel een punt had, maar dat de manier waarop hij dit punt wilde maken niet goed was (“vijandige en respectloze toon”, “met stemverheffing en verwijtend spreken”, “de ander niet uit laten praten”, “te veel volume en vooringenomenheid (niet willen luisteren naar enige reactie)” en “niet respectvol”). Naar aanleiding hiervan gaven de MT-leden unaniem aan verdere samenwerking met [verweerder] niet te zien zitten. Hiermee was er voor Thales een duidelijke aanleiding om [verweerder] een voorstel te doen voor gewijzigde werkzaamheden en arbeidsvoorwaarden.
Redelijk voorstel?
ernstigverwijtbaar handelen of nalaten op ziet. Er is daarom geen grond om af te zien van de transitievergoeding.
€ 7.018,42 bedraagt exclusief 8% vakantiebijslag en 2% eindejaarsuitkering. Het verzoek van [verweerder] zal worden toegewezen, ook wat betreft de wettelijke rente nu Thales geen omstandigheden heeft aangevoerd waarom dit niet verschuldigd zou zijn.