Op 13 januari 2020 heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Oost-Brabant uitspraak gedaan in de zaken SHE 19/2943 en SHE 19/2970, betreffende verzoeken om voorlopige voorzieningen met betrekking tot de aanleg van de nieuwe verbindingsweg N69 tussen de A67 en de huidige N69 nabij Valkenswaard. De vergunning voor deze aanleg is verleend op basis van de Wet natuurbescherming, waarbij ook drie watervergunningen zijn afgegeven. De voorzieningenrechter heeft in zijn overwegingen gekeken naar de mogelijke risico's van verstoring van de beekprik en grondwaterverontreiniging vanuit de vuilstort Victoriedijk. Hoewel de verzoeken om voorlopige voorzieningen zijn afgewezen, heeft de voorzieningenrechter wel ordemaatregelen getroffen in andere procedures met betrekking tot de watervergunningen. De bodemzaken zullen op 11 februari 2020 door de meervoudige kamer worden behandeld. De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat de effecten van stikstofdepositie pas optreden als de weg klaar is en dat de weg voor eigen risico wordt aangelegd. De uitspraak is openbaar gedaan en er staat geen rechtsmiddel open tegen deze beslissing.