In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Oost-Brabant op 18 februari 2019 uitspraak gedaan over een verzoek om voorlopige voorziening met betrekking tot een omgevingsvergunning voor het plaatsen van een biomassakachel nabij een Natura 2000-gebied. De vergunning was verleend voor het verwarmen van aspergebedden, maar de stikstofdepositie van de kachel bleek hoger te zijn dan toegestaan volgens de provinciale beleidsregels. De voorzieningenrechter heeft de vergunning geschorst, omdat de stikstofdepositie in strijd was met de Beleidsregel natuurbescherming Noord-Brabant. Verzoeker voerde aan dat de vergunning in strijd was met de wetgeving en dat de stikstofdepositie zelfs hoger was dan 3 mol per hectare per jaar. De voorzieningenrechter heeft de Stichting Advisering Bestuursrechtspraak ingeschakeld om de stikstofemissie te onderzoeken. De voorzieningenrechter concludeerde dat het bestreden besluit berustte op een verkeerde grondslag en dat de natuurtoestemming niet in stand kon blijven. De voorzieningenrechter heeft de schorsing van de vergunning opgelegd tot de uitspraak op het beroep en verweerder veroordeeld tot vergoeding van de proceskosten en het griffierecht aan verzoeker.