Uitspraak
RECHTBANK OOST-BRABANT
1.De procedure
- de dagvaarding van 25 juni 2019 met twaalf producties
- de akte van 27 juni 2019 met producties 1 t/m 7 van de zijde van [gedaagde]
- de brief van 2 juli 2019 van de zijde van [gedaagde] met producties 8 t/m 10
- de akte van 2 juli 2019 van de zijde van [gedaagde] met producties 11 en 12 tevens houdende een voorwaardelijke eis in reconventie
- de brief van 2 juli 2019 van de zijde van Wink met producties 13 t/m 17
- de brief van 2 juli 2019 van de zijde van Wink met productie 18
- de brief van 2 juli 2019 van de zijde van Wink met producties 19 t/m 22
- de mondelinge behandeling die plaats vond op 4 juli 2019
- de pleitnota van Wink
- de pleitnota van [gedaagde]
2.De feiten
Artikel 8: Geheimhouding
3.Het geschil in conventie
4.Het geschil in (voorwaardelijke) reconventie
5.De beoordeling in conventie
e”. Dat de nieuwe werkgever van [gedaagde] “Proud Fashion” een zustermaatschappij is van Calze del Mond
ois dus niet relevant omdat Calze del Mond
oniet één van de ondernemingen is die zijn genoemd in het concurrentiebeding.
salaris advocaat:
€ 980,00