Uitspraak
RECHTBANK OOST-BRABANT
[verdachte] ,
De tenlastelegging.
De formele voorvragen.
Bewijs
door met een sporttas op het dashboard te rijden waardoor haar zicht naar rechts was belemmerd en door onder invloed van amfetamine te rijden. De officier van justitie heeft verder betoogd dat het causaal verband tussen het ongeval en de dood van [slachtoffer] voldoende vaststaat.
Hij heeft ook gesteld dat, voor zover in het bloed van verdachte amfetamine is aangetroffen, dit komt doordat de pillen dexamfetamine die zij had gekocht en gebruikt, vervuild moeten zijn geweest. Volgens de raadsman is ten onrechte geen onderzoek gedaan naar de door zijn cliënte aan het openbaar ministerie overgelegde pillen dexamfetamine. Tenslotte heeft de raadsman betoogd dat niet vaststaat dat de dood van [slachtoffer] het gevolg is geweest van het ongeval. Volgens hem is niet uit te sluiten dat [slachtoffer] is gestikt door het pepermuntje dat achter in zijn keel is aangetroffen.
In het rapport van 7 maart 2017 heeft NFI-deskundige dr. I.J. Bosman gerapporteerd dat in het bloed van verdachte een hoge concentratie amfetamine (27 milligram per liter bloed) is gemeten. Een werkzame concentratie amfetamine begint bij 0,03 milligram per liter bloed. Het gebruik van amfetamineachtige stoffen kan de rijvaardigheid nadelig beïnvloeden door onder andere vermindering van oplettendheid en van onjuiste risico-inschatting, aldus het rapport. Op grond van de resultaten van het toxicologisch onderzoek is geconcludeerd dat de rijvaardigheid ten tijde van de bloedafname waarschijnlijk nadelig beïnvloed was.
Dat is de hoogste schaal van waarschijnlijkheid bij de door het NFI gehanteerde conclusieschaal [5] .
Getuigenverklaring [getuige 1]Getuige [getuige 1] heeft verklaard dat [slachtoffer] de ochtend van 2 februari 2017 bij hem is geweest aan de [adres 2] . [getuige 1] is gepensioneerd kapper en heeft een paar klanten die hij nog knipt. [slachtoffer] is daar één van. [getuige 1] zag [slachtoffer] , toen hij wegging, de [straatnaam 2] op fietsen in de richting van de [straatnaam 1] . [7] .
Getuigenverklaring [getuige 2]Getuige [getuige 2] was op de ochtend van het ongeval werkzaam op de ambulance en kreeg de melding dat er een aanrijding had plaatsgevonden op de [straatnaam 1] in Schijndel. Ter plaatse zag zij een man op zijn linkerzij liggen. Hij had bloed rond zijn hoofd en in zijn mond [8] .
De bewezenverklaring.
De strafbaarheid van het feit.
De strafbaarheid van verdachte.
Oplegging van straf en/of maatregel.
Alles afwegende, is de rechtbank is van oordeel dat in verband met een juiste normhandhaving niet kan worden volstaan met het opleggen van een andersoortige of geringere straf dan een gevangenisstraf voor de duur van 18 maanden. Een geheel voorwaardelijke gevangenisstraf en/of een taakstraf zouden geen recht doen aan de ernst van het bewezen verklaarde. De rechtbank zal deze gevangenisstraf voor een gedeelte van 6 maanden voorwaardelijk opleggen om verdachte ervan te weerhouden opnieuw strafbare feiten te plegen. Aan deze voorwaardelijke straf zullen, naast de algemene voorwaarden, de door de reclassering geadviseerde bijzondere voorwaarden worden gekoppeld. Hoewel verdachte zelf al hulp heeft gezocht voor haar problemen, vindt de rechtbank het belangrijk dat zij de komende twee jaar verplicht wordt een ambulante behandeling te ondergaan en dat zij in die tijd onder toezicht van de reclassering staat. De rechtbank acht dit van belang, omdat het haar zorgen baart dat verdachte met een hoge concentratie amfetamine aan het verkeer heeft deelgenomen. Gelet hierop acht de rechtbank naast de (deels voorwaardelijke) gevangenisstraf een ontzegging van de rijbevoegdheid voor de duur van twee jaar passend en geboden.