- Betrokkene verbleef op de datum van na te noemen beslissing tot dwangbehandeling en verblijft ook nu nog gedwongen binnen voornoemde locatie van het psychiatrisch ziekenhuis GGZ Oost Brabant;
- Op het moment van de hierna te melden beslissing van de behandelaar tot dwangmedicatie d.d. 30 november 2017 was dat gedwongen verblijf gebaseerd op een last tot inbewaringstelling, op 27 november 2017 afgegeven door de burgemeester van de gemeente [woonplaats] (waarna door deze rechtbank op 4 december 2017 een machtiging tot voortzetting van de inbewaringstelling is verleend), terwijl betrokkene thans gedwongen is opgenomen op grond van een door deze rechtbank verleende voorlopige machtiging d.d. 4 januari 2018, welke expireert op 4 juli 2018;
- Op 27 november 2017 zijn aan betrokkene twee mededelingen, als bedoeld in art. 40a wet BOPZ, uitgereikt, waarin aan betrokkene enerzijds wordt kenbaar gemaakt dat aan haar beperkingen worden opgelegd in haar bewegingsvrijheid (als bedoeld in art. 40 wet BOPZ) en anderzijds dat aan haar noodmedicatie zal worden toegediend (als bedoeld in art. 38 wet BOPZ). Noch tegen de beperking van haar bewegingsvrijheid, noch tegen de noodmedicatie is door betrokkene een klacht ingediend, als bedoeld in art. 41 wet BOPZ;
- Op 30 november 2017 is aan betrokkene de mededeling, als bedoeld in art. 40a wet
BOPZ, overhandigd, waarin de beslissing van de behandelaar tot toediening onder dwang van het antipsychoticum Haloperidol, werd meegedeeld . Deze beslissing is
- blijkens voornoemde mededeling - gebaseerd op het zogenaamde 'externe gevaarscriterium', als bedoeld in art. 38c lid 1 sub a wet BOPZ;
- Betrokkene heeft in voornoemde brief van haar raadsman van 8 december 2017 bij
de klachtencommissie tevens gevraagd om schorsing van de beslissing tot dwangbehandeling. De behandelaar heeft daarop ingestemd met het opschorten van de dwangmedicatie totdat de klachtencommissie zal hebben beslist op de ingediende klacht;
- Nadat de klachtencommissie op 13 december 2017 de klacht van betrokkene
ongegrond heeft verklaard heeft de behandelaar op 20 december 2017, alsmede op