In deze zaak heeft de Rechtbank Oost-Brabant op 15 februari 2017 uitspraak gedaan over de weigering van een omgevingsvergunning voor het tijdelijk gebruik van een perceel in Volkel als motorcrossterrein. Eiseres, Stichting Circuit Scheiweg, had een aanvraag ingediend voor een vergunning om het perceel voor maximaal 10 jaar te gebruiken voor motorcrossactiviteiten. De rechtbank oordeelde dat eiseres niet aannemelijk had gemaakt dat verweerder, het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Uden, bevoegd was om de tijdelijke vergunning te verlenen. Eiseres moest bewijzen dat er voorheen geen motorcrossactiviteiten op het perceel plaatsvonden, maar slaagde hier niet in. De rechtbank stelde vast dat het perceel sinds de jaren '90 in gebruik was voor motorcross, wat betekent dat de termijn voor tijdelijke afwijking van het bestemmingsplan al was overschreden.
De rechtbank baseerde haar oordeel op verschillende feiten, waaronder eerdere besluiten en vergunningen die aan motorcrossactiviteiten waren verleend. De rechtbank concludeerde dat de omvang en frequentie van het gebruik van het perceel niet als kortdurend en incidenteel konden worden gekwalificeerd, en dat de motorcrossactiviteiten niet ondergeschikt waren aan de agrarische bestemming van het perceel. De rechtbank verklaarde het beroep van eiseres ongegrond en wees op de mogelijkheid van hoger beroep bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.