Uitspraak
RECHTBANK OOST-BRABANT
uitspraak van de meervoudige kamer van 17 oktober 2017 in de zaak tussen
[eiser] en [eiser] , te [woonplaats] , eisers 1,
[eiser] , te [woonplaats] , eiser 2,(gemachtigde: mr. R.T. Kirpestein),
Procesverloop
Overwegingen
24 augustus 1989 een revisievergunning verleend voor een varkenshouderij op grond van de Hinderwet. Vanaf 1 oktober 2010 gold de revisievergunning als omgevingsvergunning en sinds 1 januari 2013 valt de inrichting onder de werking van het Activiteitenbesluit milieubeheer. De omgevingsvergunning van 24 augustus 1989 wordt sindsdien gelijkgesteld met een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder i, van de Wabo, ofwel een omgevingsvergunning beperkte milieutoets (OBM).
7 juli 2016 zijn gepubliceerd. Op basis van beide onderzoeken is de “Notitie handelingsperspectieven Veehouderij en Volksgezondheid: Endotoxine toetsingskader 1.0” (hierna: de Notitie) opgesteld. Ten tijde van het bestreden besluit was een concept van deze notitie beschikbaar. De notitie is na het nemen van het bestreden besluit, op 25 november 2016, definitief vastgesteld. Beide rapporten en het concept van de Notitie zijn relevant voor de zaak en behoefden nadere studie. De enkele omstandigheid dat eiser 2 voor 7 juli 2016 zijn aanvraag heeft ingediend, ontslaat verweerder niet van de verplichting het bestreden besluit zorgvuldig voor te bereiden en bij het nemen van het bestreden besluit alle beschikbare kennis en onderzoeken van dat moment te betrekken. Dit is niet in strijd met het rechtszekerheidsbeginsel. Deze beroepsgrond slaagt niet.
16 november 2016 (ECLI:NL:RVS:2016:3057). Hij voegt hier aan toe dat weliswaar sprake is van een toename van de emissie van fijn stof, maar deze toename blijft binnen de geldende normen uit (titel 5.2 van) de Wm. Eiser 2 ziet niet in waarom deze toename belangrijke nadelige gevolgen heeft voor de volksgezondheid die nopen tot het maken van een milieueffectrapport.
Beslissing
- verklaart het beroep van eisers 1 niet-ontvankelijk;
- verklaart het beroep van eiser 2 ongegrond.