Uitspraak
RECHTBANK OOST-BRABANT
1.De procedure
- het verzoekschrift van [verzoekster] ex artikel 1019w Rv, gedateerd 1 augustus 2014;
- het verweerschrift van JBZ, gedateerd 24 september 2014;
- de beschikking van de kantonrechter van 14 oktober 2014 (zaaknummer: 3309978 / 410, rolnummer: 14-410), waarbij zij zich onbevoegd heeft verklaard om kennis te nemen van dit deelgeschil en de zaak in de stand waarin deze zich bevond naar het team handel van deze rechtbank heeft verwezen;
- het proces-verbaal van de mondelinge behandeling op 8 januari 2015.
2.De feiten, het geschil en de standpunten van partijen.
3.De beoordeling
Subsidiairstelt [verzoekster] in haar verzoekschrift dat het JBZ onrechtmatig jegens haar heeft gehandeld (artikel 6:162 BW), door na te laten haar vóór de operatie te wijzen op de mogelijke complicaties daarvan.
Meer subsidiairheeft [verzoekster] zich in haar verzoekschrift beroepen op artikel 7:448 BW, waarin - kort gezegd - aan hulpverleners een informatieplicht is opgelegd. Hierbij stelt [verzoekster] enkel dat zij geïnformeerd had moeten worden op het effect van roken op de door haar ondergane operatie en dat zij onvoldoende op de risico’s van de ingreep werd gewezen.
Meest subsidiair ten slotte wijst [verzoekster] in het verzoekschrift op het leerstuk van de zogenoemde “
informed consent”, zonder daarbij een brug te slaan naar de feiten en omstandigheden in het voorliggende geval.
!! kans dat pijn niet verdwijnt”. Verder heeft het JBZ als haar productie 6 overgelegd een kopie van het “
Complicatie registratieformulier”, waarin volgens het JBZ de mogelijke complicaties zijn aangekruist die dr. Hermens op 6 juni 2009 - dus ruim vóór de eerste operatie op 7 oktober 2009 - met [verzoekster] heeft besproken. Op dit formulier staat geschreven en aangevinkt: “
Helpt niet altijd voor pijn”.
!! kans dat pijn niet verdwijnt” achteraf is geplaatst op het document waarvan het JBZ als haar productie 4 een kopie in het geding heeft gebracht. Mr. Yeniasci maakt deze opmerking pas nadat de rechtbank hem gedurende de inhoudelijke behandeling van het verzoek meerdere malen de mogelijkheid heeft geboden om nog nadere opmerkingen te maken ter toelichting op het verzoek van [verzoekster]. Tegen die achtergrond en gelet op het late tijdstip in de zitting dat mr. Yeniasci voormelde stelling inneemt, heeft de rechtbank hem enkel nog de gelegenheid gegeven dit punt tijdens een schorsing van de zitting met mr. Gregoor te bespreken.
!! kans dat pijn niet verdwijnt” niet is weergegeven.