Uitspraak
RECHTBANK OOST-BRABANT
uitspraak van de meervoudige kamer van 4 maart 2014 in de zaak tussen
[eiseres], te [woonplaats], eiseres,
Procesverloop
Overwegingen
26 november 2006 is de uitkering berekend naar een mate van arbeidsongeschiktheid van 35 tot 45%. Eiseres is per 1 september 2006 in dienst getreden van [bedrijf 1] voor tien uur per week. In verband met de inkomsten uit deze arbeid is de WAO-uitkering over de periode 1 september 2006 tot 26 november 2006 uitbetaald naar een mate van arbeidsongeschiktheid van 65 tot 80%. Per 1 februari 2007 is eiseres meer uren gaan werken, namelijk 24 uur per week. Per 1 mei 2007 is de WAO-uitkering uitbetaald naar een mate van arbeidsongeschiktheid van 15 tot 25%. In verband met een wijziging van het brutoloon van eiseres heeft verweerder bij besluit van 12 maart 2008 bepaald dat de uitkering per
1 september 2007 niet meer wordt uitbetaald. Het tegen dit besluit ingediende bezwaar is bij besluit op bezwaar van 4 april 2008 ongegrond verklaard.