Uitspraak
RECHTBANK OOST-BRABANT
[verdachte],
De tenlastelegging.
1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
8.
te doen en/of instructies te geven aan die [slachtoffer 5] -
1.
2.
3.
4.
De formele voorvragen.
Bewijs
Ten aanzien van het onder parketnummer 01/879356-13 onder feit 1, feit 2, feit 4 en feit 8 ten laste gelegde en het onder parketnummer 01/860254-14 onder feit 3 en feit 4 ten laste gelegde heeft de verdediging geen verweer gevoerd.
Ten aanzien van feit 1 van 01/879356-13.
Ten aanzien van feit 2 van 01/879356-13.
Ten aanzien van feit 3 van 01/879356-13.
Ten aanzien van feit 4 van 01/879356-13.Op grond van het proces-verbaal beschrijving kinderpornografie in beslag genomen goederen onderzoek Vijg, het proces-verbaal van aangifte gedaan door [slachtoffer 2], de akte van geboorte van [slachtoffer 2]en de bekennende verklaring van verdachte ter terechtzitting van 10 november 2014, acht de rechtbank wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het onder 4 ten laste gelegde heeft begaan, zoals dat hierna wordt bewezen verklaard.
Ten aanzien van feit 5 van 01/879356-13.
Ten aanzien van feit 6 van 01/879356-13.
Ten aanzien van feit 8 van 01/879356-13.Op grond van het proces-verbaal van aangifte gedaan door [slachtoffer 5], het proces-verbaal van bevindingen, de akte van geboorte van [slachtoffer 5], en de bekennende verklaring van verdachte ter terechtzitting van 10 november 2014acht de rechtbank wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het onder 8 ten laste gelegde heeft begaan, zoals dat hierna wordt bewezen verklaard.
Ten aanzien van feit 1 van 01/860254-14.
Ten aanzien van feit 2 van 01/860254-14.
Ten aanzien van feit 3 van 01/860254-14.
Ten aanzien van feit 4 van 01/860254-14.
De bewezenverklaring.
1.
2.
in de periode van 1 juni 2013 tot en met 5 oktober 2013, te Oost West en Middelbeers, gemeente Oirschot, in elk geval in Nederland, door middel van een geautomatiseerd werk of met gebruikmaking van een communicatiedienst te weten middels e-mail en/of Skype en/of Facebook en/of Whatsapp en/of sms-berichten en/of telefonisch contact een persoon van wie hij wist dat deze de leeftijd van zestien jaren nog niet had bereikt, te weten [slachtoffer 1], geboren op [1999 ], een ontmoeting heeft voorgesteld met het oogmerk ontuchtige handelingen met die [slachtoffer 1] te plegen, terwijl hij daarbij enige handeling heeft ondernomen gericht op het verwezenlijken van die ontmoeting, immers heeft hij, verdachte, met die [slachtoffer 1] concrete afspraken gemaakt om elkaar op 5 oktober 2013 te ontmoeten en zich begeven naar een met die [slachtoffer 1] afgesproken locatie en die [slachtoffer 1] vervolgens aldaar ontmoet;
3.
op tijdstippen in de periode van 1 oktober 2010 tot en met 11 april 2011 te Breda, telkens met [slachtoffer 2] geboren op[1995], die de leeftijd van twaalf jaren maar nog niet die van zestien jaren had bereikt, buiten echt, ontuchtige handelingen heeft gepleegd, die bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam van die [slachtoffer 2], hebbende verdachte zijn, verdachtes, penis in de vagina en/of in de mond van die [slachtoffer 2] geduwd en/of gebracht en/of gehouden;
4.
op tijdstippen in de periode van 1 oktober 2010 tot en met 11 april 2011 te Breda en/of elders in Nederland, een aantal afbeeldingen, te weten een (hoeveelheid) foto('s) heeft vervaardigd en/of heeft verworven, terwijl op die afbeelding(en) (een) seksuele gedraging(en) zichtbaar is/zijn, waarbij telkens een persoon die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet had bereikt, te weten [slachtoffer 2] geboren op[1995], was betrokken,
8.
2.
waarvan verdachte wist dat deze de leeftijd van achttien jaren nog niet hadden bereikt, telkens door misleiding, te weten door via chatberichten en/of een webcamverbinding middels het programma Skype, in ieder geval via het internet,
4.
De strafbaarheid van het feit.
De strafbaarheid van verdachte.
Oplegging van straf en maatregel.
De vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 1].
€ 1.235,- materiële schade) waarin zij niet-ontvankelijk is verklaard slechts bij de burgerlijke rechter aanbrengen.
De vorderingen van de benadeelde partijen [slachtoffer 2] en
[slachtoffer 5].
De vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 8].
(€ 29,- ten aanzien van de gevorderde vergoeding voor gemaakte reiskosten).
Beslag.
Toepasselijke wetsartikelen.De beslissing is gegrond op de artikelen 10, 24c, 27, 33, 33a, 36b, 36c, 36f, 37a, 37b, 57,
DE UITSPRAAK
door middel van een geautomatiseerd werk of met gebruikmaking van een