Uitspraak
RECHTBANK OOST-BRABANT
STICHTING WONINGSTICHTING HERTOG HENDRIK VAN LOTHARINGENen als rechtsopvolgster onder algemene titel van de stichting
WONINGSTICHTING SWS
1.De procedure
- de dagvaarding van 23 oktober 2013, met 4 producties,
- de brief van mr. Vanaken van 23 oktober 2014, met een aanvullende productie,
- de brief van mr. Poort van 23 oktober 2014, met 4 producties,
- de brief van mr. Poort van 23 oktober 2014, met een aanvullende productie 5,
- de mondelinge behandeling op 24 oktober 2014,
- de pleitnota van [eiseres],
- de pleitnota van Woonbedrijf.
2.De feiten
3.Het geschil
4.De beoordeling
kanschorsen in het geval de executant door te executeren misbruik maakt van zijn executiebevoegdheid. Omdat de Hoge Raad niet limitatief aangeeft wanneer sprake kan zijn van misbruik van bevoegdheid, kan de kort gedingrechter oordelen dat de executie van het verstekvonnis – in het licht van het arrest van de Hoge Raad van 7 maart 2014 – als misbruik van bevoegdheid moet worden gekwalificeerd, indien eiseres gemotiveerd stelt dat en waarom het vonnis in de verzetprocedure geen stand zal houden in verband met feiten en omstandigheden waarmee in dat vonnis geen rekening is gehouden, omdat deze niet ter kennis van de rechter waren gebracht.
- 26 september 2013 (voor de maand oktober 2013),
- 26 oktober 2013 (voor de maand november 2013),
- 20 januari 2014 (voor de maand december 2013),
- 26 februari 2014 (voor de maand januari 2014),
- 5 maart 2014 (voor de maand februari 2014),
- 21 maart 2014 (voor de maand maart 2014,
- 9 mei 2014 (voor de maand april 2014),
- 22 mei 2014 (voor de maand mei 2014),
- 20 juni 2014 (voor de maand juni 2014)
- 15 september 2014 (voor de maand juli 2014),
- 16 september 2014 (voor de maand augustus 2014),
- 2 oktober 2014 (voor de maand september 2014).
- 7 oktober 2014 (voor de maand oktober 2014),
816,00