Uitspraak
RECHTBANK OOST-BRABANT
1.De procedure
- de dagvaarding van 10 januari 2014, met 8 producties,
- het faxbericht van mr. J.C. Verlinden-Bijlsma van 28 januari 2014, met de incidentele conclusie houdende een verzoek tot tussenkomst, subsidiair houdende een verzoek tot voeging,
- de brief van mr. J.C. Verlinden-Bijlsma van 13 februari 2014, met één productie,
- de brief van mr. B.H.H.M. Ramakers van 18 februari 2014 met één productie,
- de mondelinge behandeling op 20 februari 2014,
- de pleitnota van Darthuizer,
- de pleitnota van de gemeente,
- de pleitnota van Boot & Co.
2.De relevante vaststaande feiten
2.2. Kwaliteitseisen
Vraag
3.Het geschil
4.De beoordeling
In het incident tot tussenkomst c.a. voeging
De inschrijver geeft op een heldere wijze omschreven hoe de duurzaamheid en kwaliteit kweken in de praktijk wordt toegepast binnen haar organisatie. Meerwaarde voor de gemeente wordt gecreëerd door omschrijving van de manier hoe de inschrijver omgaat met water op oppervlakte. De inschrijver produceert een gedeelte biologisch onder Skal-keur waarbij EKO-keurmerk gevoerd mag worden”.