Uitspraak
Stichting Het Noord-Brabants Landschap,
Rechtbank Oost-Brabant
In deze zaak gaat het om de aansprakelijkheid van de Stichting Het Noord-Brabants Landschap (NBL) voor een ongeval dat plaatsvond op 10 augustus 2012 op het landgoed Zoomland, gelegen aan de oostzijde van Bergen op Zoom. Verzoekster, die het terrein bezocht om bramen te plukken, viel in een verborgen kuil van ongeveer 1,5 à 2 meter diep. De kuil was niet zichtbaar door overwoekering en de aanwezigheid van een oude duiker die niet meer in gebruik was. NBL had borden geplaatst die de toegang tot het terrein reguleerden, maar verzoekster betrad het terrein buiten de aangegeven paden, wat leidde tot een discussie over de aansprakelijkheid van NBL.
De kantonrechter heeft vastgesteld dat NBL als terreinbeheerder verantwoordelijk is voor de veiligheid van bezoekers. De rechter verwees naar eerdere arresten van de Hoge Raad, waaronder het Veenbroei-arrest en het Jetblast-arrest, die richtlijnen geven over de zorgplicht van terreinbeheerders. De rechter oordeelde dat NBL onvoldoende maatregelen had genomen om het gevaar van de kuil kenbaar te maken, ondanks de aanwezigheid van verbodsbepalingen. De beperkte hoogte van de paaltjes die de duiker markeerden, was niet voldoende om bezoekers te waarschuwen voor het gevaar.
Uiteindelijk concludeerde de kantonrechter dat NBL aansprakelijk is voor de schade die verzoekster heeft geleden als gevolg van haar val. De rechter verklaarde voor recht dat NBL aansprakelijk is voor de schade en begrootte de kosten op € 1.500, zonder B.T.W. De uitspraak werd gedaan op 12 november 2013 door kantonrechter R.J.M. Cremers in 's-Hertogenbosch.