ECLI:NL:RBNNE:2025:564
Rechtbank Noord-Nederland
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om voorlopige voorziening inzake omgevingsvergunning voor bouw recreatiewoning
Op 14 februari 2025 heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Noord-Nederland uitspraak gedaan in een zaak betreffende een verzoek om een voorlopige voorziening. Verzoeker, eigenaar van een perceel naast het perceel waar een omgevingsvergunning voor een recreatiewoning is verleend, heeft bezwaar gemaakt tegen deze vergunning. De omgevingsvergunning werd verleend door het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Midden-Groningen op 29 januari 2025. Verzoeker stelde dat de bouw van de recreatiewoning in strijd is met de goede ruimtelijke ordening en dat zijn belangen, zoals rust en privacy, worden geschaad. De voorzieningenrechter heeft het verzoek om een voorlopige voorziening afgewezen, omdat er geen spoedeisend belang aanwezig was dat de onmiddellijke schorsing van de vergunning rechtvaardigde. De voorzieningenrechter oordeelde dat de vergunninghouder, die al begonnen was met de bouw, gebruik mocht maken van de verleende vergunning. De voorzieningenrechter benadrukte dat de uitspraak een voorlopig karakter heeft en niet bindend is voor de uiteindelijke beslissing in de bodemprocedure. De voorzieningenrechter concludeerde dat het college in redelijkheid de omgevingsvergunning heeft kunnen verlenen, ondanks de bezwaren van verzoeker. De uitspraak werd gedaan in aanwezigheid van de griffier, mr. E.T. de Boer.