ECLI:NL:RBNNE:2025:1920

Rechtbank Noord-Nederland

Datum uitspraak
8 mei 2025
Publicatiedatum
20 mei 2025
Zaaknummer
18-238753-21
Instantie
Rechtbank Noord-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Op tegenspraak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Medeplegen van de productie van metamfetamine in drugslaboratorium

Op 26 februari 2021 werd een in werking zijnde drugslaboratorium aangetroffen in Friesland, naar aanleiding van een melding. Het onderzoek SORA leidde tot verdenkingen van een tweede drugslaboratorium in Groningen. Verdachte, geboren in 1992, werd beschuldigd van de productie van metamfetamine en had een faciliterende rol in het drugslaboratorium in Friesland. Hij vervoerde medeverdachten en drugsgerelateerde goederen naar de locatie. De rechtbank verwierp verweren over de bruikbaarheid van Sky-berichten en oordeelde dat er voldoende bewijs was voor medeplegen. De rechtbank veroordeelde verdachte tot 12 maanden gevangenisstraf, rekening houdend met de overschrijding van de redelijke termijn en de ernst van het feit. De rechtbank benadrukte de gevaren van de productie van synthetische drugs en de ondermijnende criminaliteit die daarmee gepaard gaat.

Uitspraak

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-NEDERLAND

Afdeling strafrecht
Locatie Leeuwarden
Parketnummer 18-238753-21
Vonnis van de meervoudige kamer voor de behandeling van strafzaken d.d. 8 mei 2025 in de zaak van het openbaar ministerie tegen de verdachte

[verdachte] ,

geboren op [geboortedatum] 1992 te [geboorteplaats] ,
wonende [adres] .
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het inhoudelijke onderzoek ter terechtzitting van 24 maart 2025, 25 maart 2025 en 25 april 2025. De strafzaak tegen verdachte is eerder behandeld op de zitting van 9 november 2021.
Verdachte is verschenen, bijgestaan door mr. J .C. Reisinger, advocaat te Utrecht. Het openbaar ministerie is ter terechtzitting vertegenwoordigd door mr. D. Homans-De Boer.

Tenlastelegging

Aan verdachte is ten laste gelegd dat:
Hij, op een of meerdere tijdstippen, in of omstreeks de periode van 30 januari 2021 tot en met 26 februari 2021, te [plaats] , in de gemeente Achtkarspelen, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, opzettelijk
heeft bereid en/of bewerkt en/of verwerkt en/of verkocht en/of afgeleverd en/of verstrekt en/of vervoerd en/of vervaardigd,
in elk geval opzettelijk aanwezig heeft gehad
  • ongeveer 94,2 kilogram l-metamfetamine tartraat, en/of
  • ongeveer 90 liter metamfetamine (en BMK in zure vloeistof), en/of
  • ongeveer 60 liter metamfetamine (en BMK in aceton),
in elk geval een of meer hoeveelheden van een materiaal bevattende metamfetamine, zijnde metamfetamine, een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet;
subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
[medeverdachte] , [medeverdachte] , [medeverdachte] , [medeverdachte] , [medeverdachte] , [medeverdachte] , [medeverdachte] en/of een of meer andere (onbekend gebleven) verdachte(n), op een of meerdere tijdstippen in of omstreeks de periode van 30 januari 2021 tot en met 26 februari 2021, te [plaats] , in de gemeente Achtkarspelen, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, opzettelijk heeft bereid en/of bewerkt en/of verwerkt en/of verkocht en/of afgeleverd en/of verstrekt en/of vervoerd en/of vervaardigd,
in elk geval opzettelijk aanwezig heeft gehad
  • ongeveer 94,2 kilogram l-metamfetamine tartraat, en/of
  • ongeveer 90 liter metamfetamine (en BMK in zure vloeistof), en/of
  • ongeveer 60 liter metamfetamine (en BMK in aceton),
in elk geval een of meer hoeveelheden van een materiaal bevattende metamfetamine, zijnde metamfetamine, een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet,
tot en/of bij het plegen van voornoemd misdrijf verdachte, op een of meerdere tijdstippen, in of omstreeks de periode van 30 januari 2021 tot en met 26 februari 2021, te [plaats] , in de gemeente Achtkarspelen en/of te [plaats] , althans in Nederland, opzettelijk gelegenheid, middelen of inlichtingen heeft verschaft en/of opzettelijk behulpzaam is geweest door
  • die [medeverdachte] en/of [medeverdachte] en/of een of meer andere (onbekend gebleven) personen op te halen, te brengen en/of te vervoeren naar de locatie van het drugslab aan de [adres] te [plaats] , en/of
  • de roldeur van het pand aan de [adres] te [plaats] te openen en/of [medeverdachte] en/of [medeverdachte] hier binnen te laten en/of (vervolgens) de (rol)deur af te sluiten, en/of
  • grondstoffen, ingrediënten en/of (andere) benodigdheden te regelen en/of te (laten) brengen naar de locatie aan de [adres] te [plaats] .

Beoordeling van het bewijs

Standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft veroordeling gevorderd van het primair ten laste gelegde, in de variant van het medeplegen van het bereiden en bewerken van metamfetamine. Uit het dossier blijkt dat verdachte in de ten laste gelegde periode veelvuldig als chauffeur heeft opgetreden om medeverdachten en harddrugsgerelateerde goederen naar het drugslaboratorium te vervoeren. Daarbij komt dat verdachte intensief contact heeft gehad met de eigenaar van de loods waarin het drugslaboratorium is aangetroffen. Op 26 februari 2021 heeft verdachte twee medeverdachten naar deze loods gebracht. Verdachte beschikte over de sleutel van de loods, reed de auto naar binnen en heeft bij vertrek de deuren afgesloten.
Standpunt van de verdediging
De raadsman heeft vrijspraak bepleit van het primaire en subsidiaire ten laste gelegde, wegens het ontbreken van wettig en overtuigend bewijs. Verdachte heeft slechts taxiritten uitgevoerd, zonder dat hij wetenschap had van het drugslaboratorium. Opzet, al dan niet in voorwaardelijke zin, (op het gronddelict) ontbreekt. Verklaringen van [medeverdachte] en [medeverdachte] , ten aanzien van verdachtes wetenschap van het drugslaboratorium, zijn onbetrouwbaar en kunnen niet voor het bewijs worden gebruikt. Ook kan niet worden geconcludeerd dat verdachte de gebruiker is van de telefoonnummers [nummer] en [nummer] . Uit de Sky-berichten kan evenmin worden afgeleid dat verdachte als chauffeur werkzaamheden heeft verricht voor medeverdachten.
Subsidiair heeft de raadsman bepleit dat de Sky-berichten onbruikbaar zijn voor het bewijs. De Sky- berichten zijn door een onrechtmatige hack verkregen, zodat volgens Europese rechtspraak bewijsuitsluiting moet volgen.

Oordeel van de rechtbank 1

Inleiding

De politie Noord-Nederland krijgt op 26 februari 2021 een TCI melding met de inhoud: “Op locatie [adres] in [plaats] wordt drugs geproduceerd”. De locatie blijkt de helft van een vrijstaande loods. Op basis van de TCI informatie is diezelfde dag om 21.24 uur de loods binnengetreden. In de loods is een in werking zijnde drugslaboratorium aangetroffen. Hierop is een onderzoek gestart genaamd SORA.
Gedurende het onderzoek ontstaat, op basis van berichten uit een inbeslaggenomen telefoon en een tapgesprek, het vermoeden dat er op het adres [nummer] in [plaats] ook een drugslaboratorium heeft gezeten. Op 10 maart 2021 is het achterste gedeelte van de losstaande schuur behorende bij dit perceel binnengetreden en zijn restanten van een drugslaboratorium aangetroffen. Uiteindelijk zijn er acht verdachten in beeld gekomen.
De rechtbank zal per verdachte beoordelen of er sprake is van een strafbare betrokkenheid bij deze drugslaboratoriums, een en ander specifiek ten aanzien van het aan die verdachte ten laste gelegde.
Aantreffen drugslaboratorium [plaats]
Op 26 februari 2021 zijn [medeverdachte] en [medeverdachte] aangehouden in het drugslaboratorium aan de [adres] in [plaats] .2
In het drugslaboratorium zijn onder meer drie blauwe vaten aangetroffen waarvan er twee wit en één lichtroze poeder bevatten (L2-A). De totale hoeveelheid poeder is 94,2 kilogram. Een willekeurige bemonstering is onderzocht en bevat metamfetamine (vermoedelijk als tartraatzout).3
Verder zijn twee blauwe vaten met in totaal ongeveer 90 liter lichtzure lichtroze vloeistof aangetroffen (L5- A en L5-B). Beide vaten zijn bemonsterd, onderzocht en blijken metamfetamine (en BMK in een zwak zure waterige stof) te bevatten.4
Ook zijn drie witte 30 liter jerrycans met in totaal ongeveer 60 liter lichtbruine vloeistof aangetroffen (L13- A). Een willekeurige bemonstering is onderzocht en bevat metamfetamine (en BMK in aceton).5
In het onderzoeksmateriaal is dus metamfetamine aangetoond. Metamfetamine is vermeld op lijst I van de Opiumwet.6

Overwegingen bruikbaarheid Sky berichten

Door de raadsman is betoogd dat bewijsuitsluiting plaats dient te vinden van de Sky-berichten die onderdeel uitmaken van het onderzoek Sora. Daartoe is aangevoerd dat uit het arrest van het EHRM in de zaak Belugin vs Russia7 volgt dat de rechtbank een uitgebreid onderzoek dient te doen naar de juistheid en volledigheid van mogelijke bewijsmiddelen.
De raadsman heeft voorts betoogd dat is gehandeld in strijd met artikel 31 van Richtlijn 2014/41/EU. Op basis van het Unierecht en de uitspraak van Luxemburgse hof in de zaak La Quadrature du Net moet daarom bewijsuitsluiting volgen.
De rechtbank overweegt ten aanzien van de verweren van de verdediging als volgt.
In de prejudiciële beslissing8 heeft de Hoge Raad aangegeven dat waar het gaat om de beoordeling van verweren die betrekking hebben op de rechtmatigheid van onderzoekshandelingen die hebben plaatsgevonden in het buitenland het niet tot de taak van de Nederlandse strafrechter behoort om te toetsen of de wijze waarop het onderzoek onder verantwoordelijkheid van de buitenlandse autoriteiten is uitgevoerd, strookt met de rechtsregels die gelden in het betreffende land voor het uitvoeren van dat onderzoek. Er dient vanuit gegaan te worden dat het onderzoek rechtmatig is verricht. Dat is uitsluitend anders als in het betreffende land onherroepelijk is komen vast te staan dat het onderzoek niet in overeenstemming met de daarvoor geldende rechtsregels is verricht. In dat geval beoordeelt de Nederlandse strafrechter aan de hand van de in artikel 359a lid 2 Sv genoemde beoordelingsfactoren, waaronder het belang van het geschonden voorschrift en het concreet voor de verdachte en ook na aanwending van het rechtsmiddel in het betreffende buitenland nog resterende nadeel of die onherroepelijke vaststelling aanleiding geeft tot het verbinden van een rechtsgevolg aan het betreffende verzuim.9
Voorts heeft de Hoge Raad overwogen dat uit de rechtspraak van het Europees Hof voor de rechten van de mens volgt dat het EVRM op zichzelf niet eraan in de weg staat dat in een strafzaak gebruik wordt gemaakt van de resultaten van in het buitenland verricht onderzoek, maar dat het gebruik van dergelijke resultaten voor het bewijs niet in strijd mag komen met het recht op een eerlijk proces dat door artikel 6 EVRM wordt gewaarborgd. Ook als van de resultaten van het onder verantwoordelijkheid van buitenlandse autoriteiten verrichte onderzoek in de strafzaak tegen de verdachte gebruik wordt gemaakt voor het
bewijs, moet de rechter de overall fairness van die strafzaak waarborgen. Dat betekent dat de rechter alleen aandacht besteedt aan de wijze waarop die resultaten zijn verkregen, als die wijze van verkrijging van belang is voor de beoordeling of het gebruik voor het bewijs van de resultaten in overeenstemming is met het recht op een eerlijk proces.10
Waar het gaat om de betrouwbaarheid van onderzoeksresultaten die voor het bewijs worden gebruikt, geldt dat de rechter bij de beantwoording van de vraag of het ten laste gelegde kan worden bewezen, alleen dat bewijsmateriaal gebruikt dat hij betrouwbaar en bruikbaar acht. Er kan grond voor bewijsuitsluiting bestaan als zich onregelmatigheden hebben voorgedaan die de betrouwbaarheid en accuraatheid van onderzoeksresultaten wezenlijk hebben aangetast. Hierbij maakt het in beginsel geen verschil of die onderzoeksresultaten zijn verkregen onder verantwoordelijkheid van buitenlandse autoriteiten dan wel in een Nederlands strafrechtelijk onderzoek. Dat doet er echter niet aan af dat de rechter in de strafzaak tot uitgangspunt mag nemen dat onderzoek dat onder verantwoordelijkheid van buitenlandse autoriteiten is uitgevoerd, op zodanige wijze is verricht dat de door dat onderzoek verkregen resultaten betrouwbaar zijn. Als er echter al dan niet naar aanleiding van een daartoe strekkend verweer concrete aanwijzingen voor het tegendeel bestaan, is de rechter gehouden de betrouwbaarheid van die resultaten te onderzoeken. Deze plicht tot het onderzoeken van de betrouwbaarheid van de resultaten hangt samen met het op grond van artikel 6 EVRM aan de verdachte toekomende recht om de authenticiteit en de betrouwbaarheid van het bewijs te betwisten en zich tegen het gebruik ervan te verzetten.11
Anders dan de raadsman is de rechtbank van oordeel dat uit de uitspraak Belugin vs Russia niet volgt dat de rechtbank ambtshalve de rechtmatigheid van de verkrijging van het bewijsmateriaal dient te onderzoeken. Waar het om gaat is dat de verdediging in de gelegenheid wordt gesteld om de echtheid van het bewijsmateriaal aan te vechten en zich te verzetten tegen het gebruik daarvan. Alleen als er gerede twijfel is ontstaan over de verkrijging of de betrouwbaarheid van het bewijsmateriaal, dient nader onderzoek (dan wel uitsluiting) plaats te vinden.
De rechtbank volgt de raadsman ook niet in zijn standpunt dat uit de rechtspraak van het Luxemburgse hof (La Quadrature du Net) volgt dat bij schending van het Unierecht verplichte bewijsuitsluiting dient te volgen. Het zogenaamde doeltreffendheidbeginsel brengt voor de nationale rechter de verplichting mee om informatie en bewijzen die in strijd met het Unierecht zijn verkregen, in het kader van een strafrechtelijke procedure tegen personen die worden verdacht van strafbare handelingen, buiten beschouwing te laten indien die personen niet in de gelegenheid zijn om doeltreffend commentaar te leveren op die informatie en die bewijzen. Deze verplichting staat in de sleutel van het recht op een eerlijk proces. Mede tegen die achtergrond mag worden aangenomen dat ook mogelijkheden voor de verdediging om doeltreffend commentaar te leveren van belang zijn.
De rechtbank is daarom van oordeel dat ook de rechtspraak van het Luxemburgse hof geen ander toetsingskader meebrengt dan volgt uit de prejudiciële beslissing van de Hoge Raad.
De rechtbank stelt voorop dat de zich in het dossier bevindende Sky-berichten telkens zijn toegeschreven aan medeverdachten. Er zijn geen Sky-berichten die zijn toegeschreven aan verdachte. Ook overigens blijkt niet dat verdachte in het bezit zou zijn geweest van een telefoon met daarop de applicatie Sky ECC.
De rechtbank stelt voorts vast dat de verdediging de mogelijkheid heeft gehad om zich inhoudelijk te verweren tegen de in het dossier aanwezig Sky-berichten en dat de verdediging daarnaast inzage heeft gekregen in de (tertiaire) datasets van de Sky-berichten.
Naar het oordeel van de rechtbank is, anders dan de raadsman heeft betoogd, Richtlijn 2014/41/EU niet van toepassing op de bewijsgaring en uitwisseling/overdracht van die bewijsgegevens tussen twee
lidstaten die, zoals in deze zaak, aan een JIT deelnemen. Gelet hierop kan het beroep van de raadsman op Richtlijn 2014/41/EU niet slagen.
Overigens merkt de rechtbank op dat ook als deze Richtlijn wel van toepassing zou zijn, verdachte niet in zijn belangen zou zijn geschaad omdat hij geen deelnemer was aan de Sky-berichten.
Nu de rechtbank niet is gebleken van enige concrete aanwijzing die doet twijfelen aan de betrouwbaarheid van de berichten en ook niet is gebleken van (onherroepelijke) onrechtmatigheden bij de verkrijging van de onderzoeksresultaten, acht zij alle Sky ECC berichten bruikbaar voor het bewijs.

Telefoonnummers [nummer] en [nummer]

Door de verdediging is niet betwist dat verdachte [verdachte] de gebruiker is van het telefoonnummer [nummer] .12 De rechtbank is van oordeel dat [verdachte] eveneens de gebruiker is van de telefoonnummers [nummer] en [nummer] en overweegt daartoe als volgt.
Introductie telefoonnummers
Uit de WhatsApp berichten tussen [medeverdachte]13 en tussen [medeverdachte]14 blijkt dat de door hen gevoerde gesprekken zien op het drugslaboratorium in [plaats] . Op 20 februari 2021 vraagt [medeverdachte] of er nog actie is en vraagt het nummer nogmaals te sturen. Daarop stuurt [medeverdachte] het telefoonnummer [nummer] door.15 Op 23 februari 2021 stelt [medeverdachte] dat zij morgen los gaan. Op 24 februari 2021 vraagt [medeverdachte] of het nummer is gewijzigd, hetgeen wordt bevestigd door [medeverdachte] . Hierna stuurt [medeverdachte] het telefoonnummer [nummer] door aan [medeverdachte] .16
Opvolgende gebruik telefoonnummers
Uit de historische verkeersgegevens blijkt dat [nummer] actief is van 28 januari 2021 tot en met 22 februari 202117 en dat [nummer] vanaf 22 februari 2021 actief in gebruik is genomen tot en met (in ieder geval) 27 februari 2021.18 De rechtbank concludeert dat de telefoonnummers elkaar opvolgen in tijd. Dit vindt ondersteuning in de datums waarop beide telefoonnummers zijn doorgestuurd en in de verklaring van [medeverdachte] dat beide telefoonnummers door dezelfde man zijn gebruikt.19
Verklaring [medeverdachte]
heeft immers verklaard dat de telefoonnummers [nummer] en [nummer] van dezelfde man zijn. Deze man is licht getint, heeft zwart haar en een donker baardje en is rond de 30 jaar oud. [medeverdachte] heeft deze man één keer bij zijn loods gesproken.20 De stem van deze man komt overeen met de stem van de persoon die gebruik maakte van de telefoonnummers [nummer] en [nummer] .21
Aanstralen telefoonnummers in Utrecht
Uit de historische verkeersgegevens blijkt dat de telefoonnummers [nummer]22 en [nummer]23 net als [nummer]24 (het privénummer van [verdachte] ) veelal masten in Utrecht en omgeving aanstralen. De rechtbank concludeert dat dit past bij de verklaring van [verdachte]25 dat hij vaak in Utrecht verblijft.
Telefoonnummer [nummer] reist naar Noord Nederland
Uit onderzoek blijkt dat het telefoonnummer [nummer] tezamen met het telefoonnummer [nummer] (het privénummer van [verdachte] ) op 28 januari 2021 en op 1, 2, 3, 5 en 9 februari 2021 vanuit de omgeving Utrecht afreist naar Noord Nederland.26
Op 28 januari 2021 stralen beide telefoons rond dezelfde tijd een mast aan in [plaats] en op 1, 2, 5 en 9 februari stralen beide telefoons rond dezelfde tijd een mast aan in [plaats] .27
Op 3 februari 2021 straalt het telefoonnummer [nummer] een mast aan in [plaats] , terwijl het telefoonnummer [nummer] (het privénummer van [verdachte] ) die dag een mast aanstraalt in [plaats] .28
Daarbij komt dat er op 5 en 9 februari 2021 veelvuldig telefonisch- en SMS contact is geweest tussen de telefoonnummers [nummer] en [nummer] ( [medeverdachte] )29.
Uit de WhatsApp berichten tussen [medeverdachte] en [medeverdachte] van 9 februari 2021 volgt dat [medeverdachte] om 17.24 uur aangeeft dat hij is geweest en van tevoren ook nog heeft gebeld.30 De rechtbank concludeert dat de door [medeverdachte] aangeduide hij de gebruiker is van het telefoonnummer [nummer] .
Telefoonnummer [nummer] reist naar Noord Nederland
Voorts blijkt dat ook het telefoonnummer [nummer] tezamen met het telefoonnummer [nummer] (het privénummer van [verdachte] ) op 22, 24 en 26 februari 2021 afreist naar Noord Nederland.31
Op 22 februari 2021 stralen beide telefoonnummers rond dezelfde tijd (12.44-17.38 uur en tussen 13.22- 17.16 uur) een mast aan in [plaats] .32 De rechtbank concludeert dat dit past bij de beschikbare camerabeelden waaruit blijkt dat er op 22 februari 2021 op twee momenten (13.01 uur en 16.56 uur) een donkere Volkswagen Passat met blauwe kentekenplaat en taxibordje bij de loods van [medeverdachte] in [plaats] aankomt, vermoedelijk naar de achterzijde van de loods rijdt en na een aantal minuten weer vertrekt.33 De rechtbank overweegt daarbij dat [verdachte] een taxichauffeur is en een zwarte Volkswagen Passat met kenteken [nummer] op zijn naam heeft staan.34
Op 24 februari 2021 straalt het telefoonnummer [nummer] (het privénummer van [verdachte] ) om 20.35 uur een mast aan in [plaats]35. Het telefoonnummer [nummer] straalt tussen 20.37 en 21.40 uur o.a. een mast aan in [plaats] .36 De rechtbank concludeert dat dit past bij de beschikbare camerabeelden waaruit blijkt dat er op 24 februari 2021 om 21.08 uur een donkere auto met blauwe gloed bij de kentekenplaat aankomt bij de loods in [plaats] , vermoedelijk naar de achterzijde van de loods rijdt en na een aantal minuten weer vertrekt.37 Ook past dit bij de WhatsApp berichten tussen [medeverdachte] en [medeverdachte] , waaruit blijkt dat [medeverdachte] het telefoonnummer [nummer] omstreeks 13.25 uur doorstuurt aan [medeverdachte] .38 Om 19.51 uur stelt [medeverdachte] dat hij zegt dat hij zo weer komt.39 De rechtbank leidt hieruit af dat de door [medeverdachte] aangeduide hij de gebruiker is van het telefoonnummer [nummer] . Het moment van de komst van de gebruiker van het telefoonnummer [nummer] past dus bij het moment dat het telefoonnummer [nummer] een mast in [plaats] aanstraalt.
[medeverdachte] heeft verklaard dat hij op 26 februari 2021 met [medeverdachte] vanaf de McDonalds in [plaats] met een taxi, bestuurd door een Marokkaanse man, naar een loods in [plaats] is gebracht.40 De
rechtbank concludeert dat dit past bij zowel de observatie41 als de camerabeelden42. Uit deze bewijsmiddelen blijkt immers dat op 26 februari 2021 een taxi (Volkswagen Passat met kenteken [nummer] ) omstreeks 13.51 uur vanaf de McDonalds in [plaats] vertrekt en omstreeks 14.05 uur bij de loods aan de [adres] in [plaats] staat.
Op 26 februari 2021 zijn [medeverdachte] en [medeverdachte] aangehouden in het drugslaboratorium aan de [adres] in [plaats] .43 Uit onderzoek blijkt dat er in het drugslaboratorium telefoons zijn aangetroffen, maar niet een met het telefoonnummer
[nummer] .
Zoals gesteld stralen de telefoonnummers [nummer] en [nummer] (het privénummer van [verdachte] ) op 26 februari 2021 een mast aan in (de nabije omgeving van) [plaats] .44 Hieruit concludeert de rechtbank dat het telefoonnummer [nummer] dus bij [verdachte] in gebruik moet zijn geweest, omdat er verder geen andere personen in de taxi aanwezig waren.
Dit past ook bij het gegeven dat na ontdekking van het drugslaboratorium in [plaats] door het telefoonnummer [nummer] op 27 februari 2021 tussen 00.38 uur en 08.22 uur vijftien keer is geprobeerd te bellen met [medeverdachte] ( [nummer] ).45 Dit kunnen immers niet [medeverdachte] of [medeverdachte] zijn geweest, omdat zij toen al waren aangehouden.
Gelet op hiervoor genoemde bewijsmiddelen en overwegingen is de rechtbank van oordeel dat [verdachte] de gebruiker is van de telefoonnummers [nummer] en [nummer] . De rechtbank zal alle aangetroffen data en berichten van deze telefoonnummers daarom toeschrijven aan [verdachte] .

Nadere bewijsmiddelen

Tijdlijn [plaats]
Uit de WhatsApp berichten, de Sky-berichten, alle historische verkeersgegevens en andere bewijsmiddelen blijkt met betrekking tot het drugslaboratorium in [plaats] onder meer het volgende.
Op 9 december 2020 vraagt [nummer] (in gebruik bij [medeverdachte]46) aan [nummer] (in gebruik bij [medeverdachte]47) hoe groot de werkruimte is. [nummer] ( [medeverdachte] ) zegt 60m2.48
Op 10 december 2020 vraagt [nummer] ( [medeverdachte] ) aan [nummer] ( [medeverdachte] ) of er zaterdag al spul gebracht kan worden.49
Op 12 december 2020 vraagt [nummer] ( [medeverdachte] ) wederom aan [nummer]
( [medeverdachte] ) of de werkruimte 60m2 is en hij geeft aan dat eventuele gemaakte kosten betaald zullen worden.50
Op 14 december 2020 vraagt [nummer] ( [medeverdachte] ) aan [nummer] ( [medeverdachte] ) of er ook in het weekend gewerkt kan worden. Na een bevestigend antwoord zegt [nummer] ( [medeverdachte] ) dat hij dat door zal geven. Enkele uren later vraagt [nummer] ( [medeverdachte] ) aan 06- [nummer]
( [medeverdachte] ) hoeveel zijn kar kan hebben, waarop 1500 kilo is geantwoord. Daarop zegt [nummer] ( [medeverdachte] ) dat zij van de week gaan rijden, want het gaat door.51
Op 14 januari 2021 geeft [nummer] ( [medeverdachte] ) aan dat het komende week bij hem los gaat. Als ze het op de rit hebben dan gaan ze een goede week later [
de rechtbank begrijpt: 25 januari2021] naar [nummer] ( [medeverdachte] ).52
Op 19 januari 2021 vraagt [nummer] ( [medeverdachte] ) aan [nummer] ( [medeverdachte] ) om vrijdagavond
[de rechtbank begrijpt: 22 januari 2021]te gaan blinderen.53
Uit de historische verkeersgegevens van [nummer] blijkt dat de telefoon van [medeverdachte] , na voornoemde afspraak om op vrijdag te blinderen, op vrijdag 22 januari 2021 tussen 19.56 uur en 21.26 uur in [plaats] aanstraalt.54
Op 28 januari 2021 vraagt [nummer] ( [medeverdachte] ) of [nummer] ( [medeverdachte] ) er morgen is. Daarop antwoordt [nummer] ( [medeverdachte] ) dat hij de sleutel ook wel onder de steen kan leggen.
Vervolgens zegt [nummer] ( [medeverdachte] ) dat dit te moeilijk is voor ze, maar dat hij het wel uitlegt.55
Uit de historische verkeersgegevens van [nummer] blijkt dat de telefoon van [medeverdachte] op 29 januari 2021 tussen 9.00 uur en 9.15 uur een mast aanstraalt in [plaats] .56
Op 29 januari 2021 geeft [naam] ( [medeverdachte]57) bij [naam] ( [medeverdachte]58) aan dat hij de auto niet meer vertrouwt na de aanhouding van [naam] ( [medeverdachte] ) door de politie. [naam]
( [medeverdachte] ) geeft aan dat zij niet meer in die auto naar de locatie rijden, maar wisselen van auto. [naam] ( [medeverdachte] ) geeft aan dat zij nog een auto hebben en dat zij alleen bij de locatie gaan kijken en [naam] ( [medeverdachte] ) later zelf mag beslissen. Ook moet de Maro man luisteren naar [naam] ( [medeverdachte] ) over hoe te werken.59
Op 30 januari 2021 vraagt [nummer] ( [medeverdachte] ) aan [nummer] ( [medeverdachte] ) of diegene om 15.30 uur langs kan komen. Daarop is een bevestigend antwoord gekregen. Later die dag om 17.14 uur vraagt [nummer] ( [medeverdachte] ) of het is gelukt, waarop [nummer] ( [medeverdachte] ) aangeeft dat hij zo belt.60
Uit historische verkeersgegevens van [nummer] (het privénummer van [verdachte]61) blijkt dat de telefoon op 30 januari 2021 tussen 16.01-17.05 uur masten in [plaats] en [plaats] aanstraalt.62 Ook blijkt uit historische verkeersgegevens van 06- [nummer] ( [medeverdachte]63) dat deze telefoon op 30 januari 2021 tussen 16.46-17.07 uur een mast in [plaats] aanstraalt.64
Ook blijkt uit historische verkeersgegevens van IMEI [nummer] dat het Sky-account [naam] ( [medeverdachte] ) op 30 januari 2021 om 16:36 uur een mast in [plaats]65 aanstraalt.66
Op 1 februari 2021 zegt [naam] ( [medeverdachte]67) in een gesprek met [naam] (een onbekende) dat ze onderweg zijn. [naam] ( [medeverdachte] ) zegt tegen [naam] (een onbekende) dat hij alles aan het regelen is voor die plek. [naam] ( [medeverdachte] ) vraagt aan [naam] (een onbekende) of die gast is gesproken van die vriezer en die base olie. Ook geeft [naam] ( [medeverdachte] ) aan dat het gewoon een industrieterrein is. [naam] ( [medeverdachte] ) zegt tegen [naam] (een onbekende) dat hij (een derde) gewoon naar zijn werk kan gaan, als die de deur open laat.68
Later diezelfde dag geeft [nummer] ( [medeverdachte] ) aan dat ze het bij hem zouden leeghalen en dan naar [nummer] ( [medeverdachte] ) toe brengen. Daarop antwoordt [nummer] ( [medeverdachte] ) aanvankelijk dat het niet is gelukt, maar geeft later (om 19.53 uur) aan dat ze net wat gebracht hebben.69
Uit historische verkeersgegevens van [nummer] ( [verdachte]70) blijkt dat het telefoonnummer op 1 februari 2021 tussen 18.11-19.48 uur onder meer een mast in [plaats] aanstraalt.71 Uit de historische verkeersgegevens van [nummer] (het privénummer van [verdachte] ) blijkt dat het telefoonnummer op 1 februari 2021 tussen 18.26-20.01 uur o.a. een mast in [plaats] aanstraalt.72
Op 2 februari 2021 vraagt [nummer] ( [medeverdachte] ) om 9.20 uur aan [nummer]
( [medeverdachte] ) of er verder afspraken gemaakt zijn over wanneer ze komen, hetgeen ontkennend wordt beantwoord. Daarop stelt [nummer] ( [medeverdachte] ) dat zij ze er niet meer in laten als ze er buiten de afgesproken tijd niet zijn.73
Uit historische verkeersgegevens blijkt dat het telefoonnummer [nummer] ( [verdachte] ) op 2 februari 2021 tussen 11.42-13.31 uur onder meer een mast aanstraalt in [plaats] .74 Ook het telefoonnummer [nummer] (het privénummer van [verdachte] ) straalt diezelfde dag tussen 10.45-13.43 uur aan in onder andere [plaats] en [plaats] .75
Later die dag geeft [naam] ( [medeverdachte] ) aan [naam] ( [medeverdachte] ) door dat hij een sample of pasta for washing heeft. In de avond stuurt [naam] ( [medeverdachte] ) aan [naam]
( [medeverdachte] ): “Oke, ik ga vragen ze hebben alles verhuisd.”76
Op 3 februari 2021 zegt [nummer] ( [medeverdachte] ) om 14.33 uur dat [nummer] ( [medeverdachte] ) alles op slot moet doen en dat er eerst goed gecommuniceerd moet worden met de tussenpersoon, anders gebeurt er niks. Tussen 17.31-17.46 uur zegt [nummer] ( [medeverdachte] ) dat [nummer]
( [medeverdachte] ) het alarm er op moet doen, zodat duidelijk is of ze een sleutel hebben bijgemaakt.77
Uit historische verkeersgegevens van [nummer] ( [verdachte] ) blijkt dat het telefoonnummer op 3 februari 2021 tussen 20.06-20.55 uur onder meer een mast in [plaats] heeft aangestraald.78 Het telefoonnummer [nummer] (het privénummer van [verdachte] ) heeft die dag om 19.51 uur een mast in [plaats] aangestraald.79
Op 3 februari 2021 geeft [naam] ( [medeverdachte] ) aan dat zij morgen [naam] ( [medeverdachte] ) ophalen. Daarmee gaat [naam] ( [medeverdachte] ) mee akkoord. Hij moet een uur werken en dan een dag wachten op de volgende stap. Hij wil om 14.00 uur opgehaald worden en daar slapen en vrijdag om
17
uur opgehaald worden. Op verzoek van [naam] ( [medeverdachte] ) zal [naam] ( [medeverdachte] ) hem vierduizend euro geven.80
[naam] ( [medeverdachte] ) stuurt diezelfde dag aan [naam] ( [medeverdachte] ): dan olie gwn brengen en “ja zelfde vaste chauffeur gaat hun brengen.81
Op 4 februari 2021 stuurt [naam] ( [medeverdachte] ) aan [naam] ( [medeverdachte] ) dat hij slecht nieuws heeft, want de metholie is er nog niet. Er is vertraging. Dit bericht is vervolgens tien minuten later doorgestuurd door [naam] ( [medeverdachte] ) aan [naam] ( [medeverdachte] ) met de mededeling dat zij afwachten. Later die dag stuurt [naam] ( [medeverdachte] ) aan [naam] ( [medeverdachte] ) dat het om 19.00 uur in [plaats] moet worden opgehaald.82 Vervolgens stuurt [naam] ( [medeverdachte] ) aan [naam] ( [medeverdachte] ) dat de m olie om 19.00 uur komt, dus morgen wordt hij opgehaald om 12.30 uur.83
[naam] ( [medeverdachte] ) vraagt daarop aan [naam] ( [medeverdachte] ) of de [naam] morgen of maandag gaat werken.84
Op 4 februari 2021 vraagt [nummer] ( [medeverdachte] ) aan [nummer] ( [medeverdachte] ) of alles op slot zit en of het alarm er op zit, hetgeen wordt bevestigd. Ook volgt er van [nummer]
( [medeverdachte] ) een verzoek om wat fotos te sturen van de situatie. Daarop vraagt [nummer]
( [medeverdachte] ) of dat vertrouwd is om te sturen via de app, waarop [nummer] ( [medeverdachte] )
aangeeft dat het gesprek daarna gewist moet worden.85
Daarop heeft [nummer] ( [medeverdachte] ) drie berichten gestuurd die zijn gewist en niet meer traceerbaar zijn. In de telefoon van [medeverdachte] zijn wel drie fotos gevonden die zijn gemaakt in de loods die kort na het verzoek van [nummer] ( [medeverdachte] ) om fotos zijn gemaakt86.
Op 5 februari 2021 vraagt [naam] ( [medeverdachte] ) aan [naam] ( [medeverdachte] ) hoe laat de [naam] op de plek komt.87
Diezelfde dag om 12.38 uur88 vraagt [naam] ( [medeverdachte] ) aan [naam] ( [medeverdachte] ) om door te geven aan [naam] “ [adres] , [plaats] .”89 Dit adres is teruggevonden in de navigatie van de VW Passat op naam van [verdachte] .90
[naam] ( [medeverdachte] ) vraagt vervolgens aan [naam] ( [medeverdachte] ) om een digitale keukenweegschaal, anders kan hij niet beginnen.91
[naam] ( [medeverdachte] ) zegt tegen [naam] ( [medeverdachte] ) dat de chauffeur daar op hem wacht. Een andere chauffeur is olie halen en brengen. Om 14.56 uur92 zegt [naam] ( [medeverdachte] ) tegen [naam] ( [medeverdachte] ) dat ze er zijn. Twee minuten later stuurt [naam] ( [medeverdachte] ) terug dat de chauffeur er ook is. Weer anderhalf uur later zorgt [naam] ( [medeverdachte] ) ervoor dat [naam] er is om [naam] ( [medeverdachte] ) op te halen (16.36 uur).93
Uit historische verkeersgegevens van [nummer] ( [verdachte] ) en [nummer] (het privénummer van [verdachte] ) blijkt dat beide telefoonnummers op 5 februari 2021 tussen 13.28-17.10 uur en 13.47-16.31 uur een mast in [plaats] aanstralen.94 Ook blijkt dat [naam] ( [medeverdachte] ) dezelfde dag tussen 14.19-16.29 uur een mast in [plaats] aanstraalt.95 Ook een ander telefoonnummer 06- [nummer]
( [medeverdachte] ) straalt om 15.17 uur een mast aan in [plaats] .9697
Ook blijkt dat [medeverdachte] ( [nummer] ) op 5 februari 2021 veelvuldig telefonisch en SMS contact heeft met [nummer] ( [verdachte] )98 en dat [nummer] ( [verdachte] ) diezelfde dag om 12:16 uur stuurt “ik ben er over 10 min”.99
Op 5 februari 2021 laat [naam] ( [medeverdachte] ) s avonds aan [naam] ( [medeverdachte] ) weten dat hij niet alle benodigdheden heeft om te beginnen met werken. Olie, goede tartaric100 en blauwe vaten zijn er niet. [naam] ( [medeverdachte] ) reageert daarop dat de olie vandaag komt en vraagt of zij tot maandag
[de rechtbank begrijpt: 8 februari 2021]zullen wachten.101
Kort hierna stuurt [naam] ( [medeverdachte] ) naar [naam] ( [medeverdachte] ) dat de olie om 18 uur gebracht zou worden en dat hij dacht dat hij daar gaat slapen.102
[naam] ( [medeverdachte] ) geeft hierop bij [naam] ( [medeverdachte] ) aan dat hij daar in het weekend niet blijft slapen. Volgens [naam] ( [medeverdachte] ) zijn de filters en ventilatie niet goed en hebben ze alleen maar afval gebracht die hij op de andere plek heeft achtergelaten. Hij zal voor maandag bij hem checken of alles gereed is en anders start hij niet. Ook benadrukt [naam] ( [medeverdachte] ) dat hij alleen met [naam] ( [medeverdachte] ) praat en geen direct contact wil met anderen. 103
[naam] ( [medeverdachte] ) vraagt vervolgens aan [naam] ( [medeverdachte] ) om de volgende dag af te spreken bij het huis van “ [naam] ”.104
Op 6 februari 2021 stuurt [naam] ( [medeverdachte] ) naar [naam] ( [medeverdachte] ) twee fotos met telkens een lijst met spullen die hij nodig heeft. [
De rechtbank leest op de geschreven lijsten in ieder geval de woorden:, vaten 8 blauw, olie, tartaric l:90, afzuig, tolueien, witte emmers 20 l, centrifuge, gedestileerd water, koolbox, kippengaas, muskietengaas.] Ook geeft [naam] ( [medeverdachte] ) daarbij aan dat een goed filtersysteem het belangrijkste is. [naam] ( [medeverdachte] ) reageert daarop door te zeggen dat hij vandaag een foto maakt en zal sturen.105
Een klein uur later stuurt [naam] ( [medeverdachte] ) naar [naam] ( [medeverdachte] ) dat de blauwe vaten, olie, wijnsteenzuur en tolueen er al staan. Ook laat hij iemand vaten brengen en het afzuigsysteem doen. [naam] ( [medeverdachte] ) vraagt aan [naam] ( [medeverdachte] ) wat kippengaas en muskietengaas is. Vervolgens stuurt hij een foto en vraagt of dat de goede kippengaas is.106
Op 8 februari 2021 in de ochtend zegt [naam] ( [medeverdachte] ) tegen [naam] ( [medeverdachte] ) dat de afzuiging nog gedaan moet worden. [naam] ( [medeverdachte] ) zegt daarna tegen [naam]
( [medeverdachte] ) dat het ventilatie materiaal een dag later komt. Hopelijk is vandaag of morgen alles klaar.107
Diezelfde dag vraagt [nummer] ( [medeverdachte] ) om 20.28 uur aan [nummer] ( [medeverdachte] ) of hij de sleutel van het hok op de bekende plek wil leggen voor de mannen.108
Op 9 februari 2021 geeft [nummer] ( [medeverdachte] ) om 17.24 uur aan [nummer] ( [medeverdachte] ) door dat hij is geweest en van tevoren heeft gebeld.109
Uit de historische verkeersgegevens blijkt dat [nummer] ( [medeverdachte] ) op 9 februari 2021 om 14.28 uur telefonisch contact heeft gehad met [nummer] ( [verdachte] ).110
Ook blijkt dat [nummer] ( [verdachte] ) en [nummer] (het privénummer van [verdachte] ) op 9 februari 2021 tussen 16.28-19.07 uur een mast in [plaats] aanstralen.111
Uit berichten op 11 en 12 februari 2021 van [naam] ( [medeverdachte] ) aan [naam] ( [medeverdachte] ) volgt dat alles klaar is en zij maandag
[de rechtbank begrijpt: 15 februari 2021]kunnen beginnen.112
Op 15 februari 2021 laat [naam] ( [medeverdachte] ) aan [naam] ( [medeverdachte] ) weten dat hij wijnsteen heeft gevonden en vanavond gaat ophalen. De wijnsteen zal een dag later worden gebracht. Verder vraagt hij of de [naam] morgen of overmorgen wil en stuurt hij: “Die taxi had foto gemaakt, ik ga straks foto maken met deze telefoon.”113
Enkele uren later stuurt [naam] ( [medeverdachte] ) drie fotos naar [naam] ( [medeverdachte] ). Eén van de fotos wordt daarna door [naam] ( [medeverdachte] ) doorgestuurd aan [naam] ( [medeverdachte] ) waarop [naam] ( [medeverdachte] ) terugstuurt dat de filters belangrijk zijn. Hierover geeft hij instructies en stuurt een foto van een tekening mee.114
Op 16 februari 2021 vraagt [naam] ( [medeverdachte] ) aan [naam] ( [medeverdachte] ) of die de foto heeft gezien en of hij het systeem snapt. Hierop bevestigt [naam] ( [medeverdachte] ) dat het systeem nu goed is.115
Enkele uren later stuurt [naam] ( [medeverdachte] ) naar [naam] ( [medeverdachte] ) dat het zo is gegaan “op zolder van filter 1 naar filter 2 dan pas naar buiten”. Hierop stuurt [naam] ( [medeverdachte] ) naar [naam] ( [medeverdachte] ) dat het filtersysteem volgens zijn vriend is gemaakt zoals door [naam]
( [medeverdachte] ) is getekend; eerste filter, tweede filter en daarna naar buiten.116
Op 18 februari 2021 zegt [naam] ( [medeverdachte] ) tegen [naam] ( [medeverdachte] ) dat de wijnsteen daar is. Alles is klaar en hij wacht op hem wanneer [naam] kan beginnen. Hierop stuurt [naam]
( [medeverdachte] ) naar [naam] ( [medeverdachte] ) dat [naam] hem morgen om 11.00 komt ophalen. Dit vindt [naam] ( [medeverdachte] ) goed, maar hij benadrukt bij [naam] ( [medeverdachte] ) dat hij morgen dan wel een blauw vat van 120 liter en goede tartaric nodig heeft. Verder blijkt dat [naam]
( [medeverdachte] ) de taxi regelt.117
Kort hierna geeft [naam] ( [medeverdachte] ) aan [naam] ( [medeverdachte] ) de volgende hoeveelheden door: 5 x 120 liter, 100 kilo wijnsteen en 200 liter tolueen en stuurt twee fotos door. Hierna stuurt [naam] ( [medeverdachte] ) een foto aan [naam] ( [medeverdachte] ), die aangeeft dat het de juiste tartaric is en daarnaast vraagt om een centrifuge en weegschaal. In reactie hierop geeft [naam] ( [medeverdachte] ) aan dat er een nieuwe weegschaal is gekocht en [naam] ( [medeverdachte] ) bevestigt tegen [naam]
( [medeverdachte] ) dat er een centrifuge is.118
Uit de berichten op 19 februari 2021 tussen [naam] ( [medeverdachte] ) en [naam] ( [medeverdachte] ) volgt dat afgesproken wordt om de dag erna tartaric te maken, omdat alleen de eigenaar de sleutel heeft en die is vandaag pas om 16.00 uur thuis. Een reservesleutel zal dezelfde avond nog worden opgehaald door een vriend. Daarbij geeft [naam] ( [medeverdachte] ) aan dat hij morgen the colo and black man zal sturen om de tartaric te maken. Zij kunnen dat en dat moet één dag rusten. Zelf zal hij de week daarop van maandag tot vrijdag gaan119
[de rechtbank begrijpt: van maandag 22 februari tot en met vrijdag 26 februari 2021].
Op 20 februari 2021 vraagt [nummer] ( [medeverdachte] ) aan [nummer] ( [medeverdachte] ) of er actie is. Ook vraagt hij nogmaals het nummer te sturen. Hierop geeft [nummer] ( [medeverdachte] ) aan dat dit niet het geval is en stuurt het telefoonnummer [nummer] ( [verdachte] ) door.120
Op 21 februari 2021 stelt [naam] ( [medeverdachte] ) in een bericht aan [naam] ( [medeverdachte] ) dat hij zorgt dat de taxi daar is. Diezelfde dag stuurt [naam] ( [medeverdachte] ) naar [naam]
( [medeverdachte] ) dat [naam] hem morgen
[de rechtbank begrijpt: 22 februari 2021]om 12.00 uur komt ophalen.121
Op de telefoon van [medeverdachte] zijn drie filmpjes aangetroffen die zijn gemaakt op 21 februari 2021. Uit de metadata van de filmpjes blijkt dat deze zijn gemaakt in het drugslaboratorium in [plaats] .
Verbalisant [naam] herkent de ruimtes telkens als zijnde het drugslaboratorium in [plaats] .122
Op 22 februari 2021 geeft [naam] ( [medeverdachte] ) bij [naam] ( [medeverdachte] ) aan dat vandaag de stap met de tarta wordt gedaan en dat zij dan terugkomkomen, omdat het eerst een dag moet blijven staan. Hierna volgt gelijktijdig een discussie tussen [naam] ( [medeverdachte] ) en [naam]
( [medeverdachte] ) en tussen [naam] ( [medeverdachte] ) en [naam] ( [medeverdachte] ) over de locatie waar [naam] ( [medeverdachte] ) zou worden opgehaald, omdat daar volgens [naam]
( [medeverdachte] ) een politieacademie is. [naam] ( [medeverdachte] ) zegt dat er een andere locatie geregeld moet worden en vraagt aan [naam] ( [medeverdachte] ) waarom hij en [naam] dat niet hebben geregeld. Ook stelt [naam] ( [medeverdachte] ) dat zijn werk ziet op het werk binnen en dat het werk buiten voor [naam] is. [naam] ( [medeverdachte] ) stelt dat [naam] ( [medeverdachte] ) verantwoordelijk voor hem ( [naam] ) is.123
[naam] ( [medeverdachte] ) stelt dat [naam] ( [medeverdachte] ) vandaag klaar is met werken. Uit de gesprekken daarna blijkt dat [naam] ( [medeverdachte] ) enkele uren later (vanaf een onbekende locatie) is opgehaald door [naam] . 124
Uit historische verkeersgegevens blijkt dat [nummer] ( [medeverdachte] ) en [nummer] ( [verdachte]125) op 22 februari 2021 om 11.54 uur telefonisch contact hebben.126
Uit historische verkeersgegevens van [nummer] ( [verdachte] ) en [nummer] (het privénummer van [verdachte] ) blijkt dat beide telefoonnummers op 22 februari 2021 tussen 12.44-17.38 uur en 13.22-
17.16
uur een mast in [plaats] aanstralen.127
Uit de camerabeelden blijkt dat op 22 februari 2021 om 13.01 uur128 een donkere Volkswagen Passat met blauwe kentekenplaat komt aanrijden bij de loods aan de [adres] in [plaats] . De auto rijdt naar de achterzijde van de loods.129 Om 13.07 uur130 vertrekt de donkere Volkswagen Passat met blauwe kentekenplaat en een taxibordje op het dak.131 Om 16.51 uur komt een witte bus van GEA het terrein op.132 Om 16.56 uur133 komt een Volkswagen Passat met blauwe kentekenplaat aanrijden richting het achterste gedeelte van de loods.134 Om 17.00 uur rijdt de Volkswagen Passat weer weg.135
Ook blijkt dat [naam] ( [medeverdachte] ) op 22 februari 2021 tussen 14.44-16.35 uur een mast in [plaats] aanstraalt.136
Uit historische verkeersgegevens blijkt ook dat de telefoonnummers [nummer] ( [medeverdachte]137) en 06- [nummer] ( [medeverdachte]138) in de omgeving van [plaats] aanstralen, te weten [nummer]
( [medeverdachte] ) om 16.14 uur in Leeuwarden139 en 06- [nummer] ( [medeverdachte] ) om 13.55 uur in [plaats]140.
Op 22 februari 2021 om 17.23 uur zegt [naam] ( [medeverdachte] ) tegen [naam] ( [medeverdachte] ) dat hij nog een extra centrifuge moet halen voor woensdag. Even later zegt [naam] ( [medeverdachte] ) dat hij [naam] ( [medeverdachte] ) wil ontmoeten, waarop [naam] ( [medeverdachte] ) zegt dat zij elkaar morgen zullen ontmoeten.141
Op 23 februari 2021 hebben [naam] ( [medeverdachte] ) en [naam] ( [medeverdachte] ) een gesprek over het ventilatiesysteem dat nog niet naar behoren werkt. Dit zou door een vriend worden verbeterd.142 Ook zegt [naam] ( [medeverdachte] ) tegen [naam] ( [medeverdachte] ) dat er twee vaten van 200 liter nodig zijn voor de ventilatie en vraagt waar de foto is die hij heeft verzonden. Hij stelt dat hij het perfect heeft uitgelegd en vraagt waarom het niet zo is gemaakt. Ook heeft hij meer emmers van 20 liter of meer nodig en twee andere centrifuges. [naam] ( [medeverdachte] ) reageert daarop dat de centrifuges zijn gekocht en dat zij morgen zullen zorgen voor alles op het lijstje.143
[naam] ( [medeverdachte] ) zegt later die dag tegen [naam] ( [medeverdachte] ): [naam] deze week goed werken dan genoeg klaar.144
Op 23 februari 2021 zegt [nummer] ( [medeverdachte] ) tegen [nummer] ( [medeverdachte] ) dat het de volgende dag los gaat.145
Op 24 februari 2021 vraagt [nummer] ( [medeverdachte] ) aan [nummer] ( [medeverdachte] ) of het nummer gewijzigd is, waarop [nummer] ( [medeverdachte] ) het nummer + [nummer] ( [verdachte] ) doorgeeft. Vervolgens laat [nummer] ( [medeverdachte] ) om 19.51 uur weten dat hij er zo aan komt. Hierop stuurt [nummer] ( [medeverdachte] ) terug dat [nummer] ( [medeverdachte] ) moet opletten hoeveel man er zijn en of er ook Mexicanen bij zijn.146
Uit de camerabeelden blijkt dat op 24 februari 2021 om 21.08 uur147 een donkere auto met blauwe gloed bij de kentekenplaat het terrein van de loods aan de [adres] in [plaats] op komt rijden. De auto rijdt vermoedelijk naar de achterzijde van de loods en vertrekt na zeven minuten weer.148
Uit historische verkeersgegevens blijkt dat [medeverdachte] ( [nummer] ) en [verdachte] ( [nummer] ) op 24 februari 2021 tussen 5.39-21.37 uur veelvuldig SMS- en telefonisch contact hebben (40
contactmomenten).149
Uit de historische verkeersgegevens blijkt eveneens dat [nummer] ( [verdachte] ) op 24 februari 2021 tussen 20.37-21.40 uur een mast in [plaats] aanstraalt150 en [nummer] (het privénummer van [verdachte] ) om 20.35 uur een mast in [plaats] aanstraalt.151
Op 25 februari 2021 vraagt [nummer] ( [medeverdachte] ) aan [nummer] ( [medeverdachte] ) of ze morgen om 13.00 uur kunnen komen. Hierop laat [nummer] ( [medeverdachte] ) weten dat dit goed is.152
Op 25 februari 2021 laat [naam] ( [medeverdachte] ) aan [naam] ( [medeverdachte] ) weten dat [naam] hem de volgende dag om 11.00 uur ophaalt. Hierop stuurt [naam] ( [medeverdachte] ) terug dat hij niet gaat werken als het systeem niet goed is. Als het niet goed is neemt hij de olie mee en gaat hij voor anderen werken. Ook stuurt hij een foto [
De rechtbank ziet hierop een doek]
en vraagt aan [naam] ( [medeverdachte] ) of zij zon doek voor het filter hebben, want anders kan hij niet beginnen met werken.153
[naam] ( [medeverdachte] ) laat hierna aan [naam] ( [medeverdachte] ) weten dat die rol van de oude plek is en stuurt een foto mee. Hierop stuurt [naam] ( [medeverdachte] ) dezelfde foto door naar [naam] ( [medeverdachte] ) en laat hem weten dat het goed is en dat hij heeft aangegeven dat het er al is en van de oude plek komt.154
Op 26 februari 2021 om 10.35 uur155 stuurt [naam] ( [medeverdachte] ) aan [naam] ( [medeverdachte] ) dat [naam] daar is om 11.10 uur. Om 13.30156 uur stuurt [naam]
( [medeverdachte] ) dat zij bij de McDonalds zijn. [naam] ( [medeverdachte] ) reageert daarop dat hij (een derde) zijn chauffeur naar de McDonalds laat komen.157
[naam] ( [medeverdachte] ) stuurt om 13.49 uur158 aan [naam] ( [medeverdachte] ) dat ze samen zijn.159
Uit de camerabeelden van de McDonalds in [plaats] blijkt dat op 26 februari 2021 om 13.31 uur een Peugeot (kenteken [nummer] ) de McDrive inrijdt. Verbalisant herkent [medeverdachte] als de bijrijder in voornoemde auto. De bestuurder is omschreven als een oudere man160 en blijkt later te zijn herkend als [medeverdachte] .161
Uit historische verkeersgegevens van [nummer] ( [medeverdachte] ) blijkt dat de telefoon op 26 februari 2021 een mast in [plaats] aanstraalt.162 Ook blijkt dat [nummer] (het privénummer van [verdachte] ) die dag een mast in [plaats] heeft aangestraald.163
Op 26 februari 2021 heeft [nummer] ( [medeverdachte] ) om 13.37 uur telefonisch contact met [nummer] ( [verdachte] ).164 Twee minuten later stuurt [nummer] ( [medeverdachte] ) naar [nummer]
( [medeverdachte] ) dat hij er met een half uur is. Dit vindt [nummer] ( [medeverdachte] ) super. 165
Uit de observatie op 26 februari 2021 blijkt dat is gezien dat om 13.50 uur bij de McDonalds in [plaats] een taxi (Volkswagen Passat met kenteken [nummer] op naam van [verdachte]166) staat. Er zit een man achter het stuur en een man op de achterbank. Om 13.51 uur vertrekt de taxi. Om 14.06 uur staat deze taxi stil aan de [adres] in [plaats] ter hoogte van een grijze roldeur. Om 14.07 uur staat de taxi niet meer voor deze roldeur. Om 14.12 uur rijdt de taxi het terrein af.167
Uit de camerabeelden aan de voorzijde van de loods gevestigd aan de [adres] in [plaats] blijkt dat op 26 februari 2021 om 14.04 uur een donkere Volkswagen Passat (met blauw kenteken aan de voorzijde) het terrein op komt en naar de achterzijde van de loods rijdt. Om 14.15 uur komt een bestelbus het terrein oprijden en rijdt door naar de achterzijde van de loods. Deze bestelbus is gelijkend op de bestelbus die op naam staat van [medeverdachte] .
Om 14.21 uur rijdt de Volkswagen Passat (met blauwe kentekenplaat met een taxibordje) weer weg.168
Uit historische verkeersgegevens van [nummer] ( [verdachte] ) blijkt dat dit telefoonnummer op 26 februari 2021 tussen 14.17-14.22 uur een mast in [plaats] aanstraalt.169 Ook blijkt dat [naam]
( [medeverdachte] ) dezelfde dag tussen 13.29-20.12 uur onder meer een mast in [plaats] aanstraalt.170
[medeverdachte] heeft verklaard dat hij op 26 februari 2021 samen met [medeverdachte] naar [plaats] is afgereisd. Eerst zijn ze door een oudere man bij de McDonalds in [plaats] afgezet. Daarna zijn ze overgestapt op een ander voertuig en door een Marokkaanse taxichauffeur naar de loods in [plaats] gebracht.171 De Marokkaanse taxichauffeur heeft bij aankomst het huis van de eigenaar van de loods aangewezen.172
Op 26 februari 2021 om 14.27 uur173 stuurt [naam] ( [medeverdachte] ) aan [naam]
( [medeverdachte] ) dat er geen caustic soda is en er maar één centrifuge is. Ook stuurt hij een foto
[de rechtbank ziet hierop een maatbeker]en zegt dat hij daarvan meer nodig heeft.174
[naam] ( [medeverdachte] ) zegt tegen [naam] ( [medeverdachte] ) dat hij de chauffeur gaat bellen want hij had twee gekocht. Hierop stuurt [naam] ( [medeverdachte] ) naar [naam] ( [medeverdachte] ) dat hij twee extra centrifuges zal brengen en vraagt hoeveel caustic soda nodig is. [naam] ( [medeverdachte] ) reageert daarop dat hij 50 kilo caustic nodig heeft. Ook klaagt hij over het ventilatiesysteem. [naam]
( [medeverdachte] ) reageert dat later vandaag de maatbekers en caustic soda wordt gebracht.175
Op 26 februari 2021 om 17.54 uur geeft [nummer] ( [medeverdachte] ) aan [nummer]
( [medeverdachte] ) door dat zijn contact heeft gezegd dat ze aan het werk zijn, draaien dus. Hierop bevestigt [nummer] ( [medeverdachte] ) aan dat ze aan het rommelen zijn.176
[naam] ( [medeverdachte] ) stuurt vervolgens op 26 februari 2021 om 20.48 uur177 naar [naam]
( [medeverdachte] ) dat de chauffeur onderweg is en 50 kilo caustic, 2 centrifuges en 4 maatbekers meeneemt.178
Om 20.53 uur179 stuurt [naam] ( [medeverdachte] ) aan [naam] ( [medeverdachte] ) dat over een uur alles wat nodig is zal worden gebracht. [naam] ( [medeverdachte] ) geeft aan dat nu niemand kan komen want het is te gevaarlijk. Het moet morgenochtend gebracht worden. [naam] ( [medeverdachte] ) reageert nog dat dit geen probleem is, omdat hij papieren heeft om te mogen reizen, maar [naam]
( [medeverdachte] ) blijft erbij dat het de volgende ochtend tussen 8.00-9.00 uur gebracht moet worden.180
Op 27 februari 2021 tussen 00.38 en 8.22 uur is met het telefoonnummer [nummer] ( [verdachte] ) veertien keer geprobeerd contact te krijgen met [nummer] ( [medeverdachte] ).181
Op 27 februari 2021 om 8.23 uur182 geeft [naam] ( [medeverdachte] ) aan bij [naam] ( [medeverdachte] ) dat de chauffeur daar bijna is.183
Uit de historische verkeersgegevens blijkt dat het telefoonnummer [nummer] ( [verdachte] ) op 27 februari 2021 om 8.38 uur een mast in [plaats] aanstraalt.184
Op 27 februari 2021 stuurt [naam] ( [medeverdachte] ) om 8.55 uur185 naar [naam] ( [medeverdachte] ) dat er daar problemen zijn en vraagt of de ander al iets heeft gehoord. Een uur later geeft hij aan dat de telefoon ook uit is gevolgd door het bericht om 11.44 uur186 dat 2 man zijn aangehouden, maar eigenaar en vrouw waarschijnlijk niet. Staat artikel, maar telefoon eigenaar ook uit.187
Diezelfde dag stuurt [naam] ( [medeverdachte] ) een attachment naar [naam] (onbekende) met de volgende tekst:
From [naam] : Zo, dit is gebeurd gisteravond of van ochtend vroeg
From [naam] : Toen hij vanochtend ging om spullen te brengen hij zag daar politie.188
Op 27 februari 2021 om 11.59 uur189 stuurt [naam] ( [medeverdachte] ) aan [naam]
( [medeverdachte] ) dat hij nu geen [naam] meer heeft. [naam] ( [medeverdachte] ) reageert dat [naam] net aangehouden is en al in het nieuws is.190
Uit een telefoontap tussen [nummer] ( [medeverdachte] ) en 06- [nummer] ( [medeverdachte] ) blijkt dat [medeverdachte] vlak voor het gebeurde
[de rechtbank begrijpt: de inval bij de loods van [medeverdachte] ]met een ander nummer heeft gebeld en zei het is in de war, het is in de war.191
Uit de historische verkeersgegevens blijkt dat [nummer] ( [medeverdachte] ) op 26 februari 2021 om
21.38
uur is gebeld door [nummer] , op naam [naam] , welke de vriendin is van [medeverdachte] . 192

Overweging overgang [plaats] naar [plaats]

Uit Sky-berichten op 11 januari 2021 tussen [medeverdachte] en [medeverdachte] volgt dat zij vanaf 18 januari 2021 willen starten met de metamfetamine olie. Dit komt overeen met de planning zoals die is aangegeven in de WhatsAppberichten op 14 januari 2021 tussen [medeverdachte] en [medeverdachte] . Ook in een later Sky-bericht van 15 januari 2021 tussen [medeverdachte] en [medeverdachte] blijkt van voornoemde planning. Op 20 januari 2021 spreken [medeverdachte] en [medeverdachte] over nieuwe metamfetamine olie en als de test goed is kan mogelijk gelijk afgedraaid worden.
Gelet op de overeenkomsten leidt de rechtbank uit deze gesprekken af dat er in de week 18 januari 2021 in de schuur bij [medeverdachte] (in [plaats] ) daadwerkelijk is begonnen met de productie van metamfematine en MDMA. De rechtbank heeft geen redenen om te twijfelen dat deze harddrugs daadwerkelijk zijn geproduceerd op de locatie in [plaats] , omdat dit volgt uit de berichten en restanten van deze harddrugs nadien daadwerkelijk zijn aangetroffen.
Door [medeverdachte] is al aangekondigd dat zij daarna naar de locatie van [medeverdachte] (in [plaats] ) zullen gaan.
Uit het berichten op 29 januari 2021 tussen [medeverdachte] en [medeverdachte] volgt dat zij een dag later een locatie willen bekijken. Dat dit bezoek door hen daadwerkelijk heeft plaatsgevonden leidt de rechtbank af uit de historische verkeersgegevens waaruit blijkt dat [medeverdachte] en [medeverdachte] op 30 januari 2021 omstreeks dezelfde tijdstippen masten aanstralen in dan wel nabij [plaats] . Rond datzelfde tijdstip straalt ook een telefoon van [verdachte] aan in zowel [plaats] als [plaats] .
De rechtbank stelt vast dat het bekijken van de locatie in [plaats] past bij de eerdere planning zoals aangekondigd door [medeverdachte] . Immers, als zij bij hem klaar zijn in [plaats] , dan gaan zij naar [medeverdachte] in [plaats] .
Door [medeverdachte] is op 1 februari 2021 bevestigd dat het bij hem wordt leeggehaald en naar [medeverdachte] wordt gebracht, hetgeen nadien ook is bevestigd door [medeverdachte] . Deze daadwerkelijke verhuizing vindt naar het oordeel van de rechtbank bevestiging in het aanstralen van twee telefoons van [verdachte] in [plaats] .
Op 2 februari 2021 is de telefoon van [verdachte] wederom aangestraald in zowel [plaats] als [plaats] . Ook heeft [medeverdachte] bevestigd aan [medeverdachte] dat zij alles hebben verhuisd.
Vervolgens klaagt [medeverdachte] op 5 februari 2021 bij [medeverdachte] dat hij niet alle benodigde spullen heeft om te kunnen beginnen met het werken, omdat er alleen maar afval is gebracht die op de andere plek is achtergelaten. Dat [medeverdachte] op 5 februari 2021 aan het werk is in [plaats] volgt naar het oordeel van de rechtbank uit het gegeven dat twee van zijn telefoons die dag aanstralen in dan wel nabij [plaats] .
De rechtbank komt tot de conclusie dat in de periode van december 2020 tot en met 31 januari 2021 een harddrugslaboratorium in [plaats] is geweest in de schuur van [medeverdachte] . De rechtbank komt gelet op het voorgaande eveneens tot de conclusie dat in de periode vanaf 30 januari 2021 is begonnen met de verhuizing van goederen uit het harddrugslaboratorium in [plaats] naar [plaats] voor de opbouw van een drugslaboratorium in de loods van [medeverdachte] .

Overwegingen medeplegen

De rechtbank stelt voorop dat de betrokkenheid aan een strafbaar feit als medeplegen kan worden bewezenverklaard wanneer is komen vast te staan dat bij het begaan daarvan sprake is geweest van een voldoende nauwe en bewuste samenwerking.
Ook wanneer het tenlastegelegde medeplegen in de kern niet bestaat uit een gezamenlijke uitvoering tijdens het begaan van het strafbare feit, maar uit gedragingen die doorgaans met medeplichtigheid in verband plegen te worden gebracht (zoals het verstrekken van inlichtingen, op de uitkijk staan, helpen bij de vlucht), kan sprake zijn van de voor medeplegen vereiste nauwe en bewuste samenwerking. De materiële en/of intellectuele bijdrage van de verdachte aan het strafbare feit zal dan van voldoende gewicht moeten zijn.
Bij de beoordeling of daaraan is voldaan, kan rekening worden gehouden met onder meer de intensiteit van de samenwerking, de onderlinge taakverdeling, de rol in de voorbereiding, de uitvoering of de afhandeling van het delict en het belang van de rol van de verdachte, diens aanwezigheid op belangrijke momenten en het zich niet terugtrekken op een daartoe geëigend tijdstip.
Uit het dossier en het onderzoek ter terechtzitting leidt de rechtbank met betrekking tot de betrokkenheid van verdachte bij het tenlastegelegde het volgende af.
Verdachte heeft op meerdere dagen in februari 2021 chauffeurswerkzaamheden verricht ten behoeve van het drugslaboratorium in [plaats] . Verdachte hielp met het verhuizen van harddrugs gerelateerde goederen vanuit het drugslaboratorium in [plaats] naar het drugslaboratorium in [plaats] . Ook heeft verdachte op verschillende dagen medeverdachte(n) gebracht naar het drugslaboratorium in [plaats] .
Daarvoor heeft verdachte (veelvuldig) contact onderhouden met de eigenaar van de loods
( [medeverdachte] ) waarin zich het drugslaboratorium bevond. Uit de WhatsAppgesprekken tussen [medeverdachte] en [medeverdachte] leidt de rechtbank af dat het contact tussen verdachte en [medeverdachte] in elk geval ook ging over de momenten waarop verdachte, al dan niet tezamen met medeverdachten, het drugslaboratorium kon bezoeken.
Het leveren van drugsgerelateerde goederen en -stoffen komt nadrukkelijk naar voren rond de ontdekking van het drugslaboratorium door de politie. Op 26 februari 2021 heeft [medeverdachte] aan [medeverdachte] gevraagd om spullen te brengen. Op verzoek van [medeverdachte] heeft [medeverdachte] geregeld dat een chauffeur de volgende dag (want in de avond komen is door [medeverdachte] geweigerd omdat het te gevaarlijk is) 50 kilogram caustic soda, centrifuges en maatbekers bij het drugslaboratroium komt brengen. Op 27 februari 2021 heeft verdachte rond het afgesproken tijdstip meermaals geprobeerd om [medeverdachte] telefonisch te bereiken. Ook straalt zijn telefoon rond dezelfde tijd een mast in de buurt van het drugslaboratorium aan. Hieruit concludeert de rechtbank dat verdachte op 27 februari 2021 de persoon is geweest die als chauffeur voor [medeverdachte] fungeerde en hem inlichtte over de aanwezigheid van de politie bij het drugslaboratorium in [plaats] .
Gelet op het voorgaande bewijsmiddelen en overwegingen acht de rechtbank de verklaring van verdachte, te weten dat hij geen wetenschap had van het harddrugslaboratorium en slechts als taxichauffeur ritten heeft uitgevoerd, ongeloofwaardig.
Naar het oordeel van de rechtbank is de bijdrage van verdachte aan de productie van metamfetamine in [plaats] van voldoende gewicht om te komen tot een bewezenverklaring van medeplegen. Verdachte heeft immers [medeverdachte] en [medeverdachte] (die op 26 februari 2021 daadwerkelijk metamfetamine hebben geproduceerd) naar het drugslaboratorium gereden. Ook heeft hij op eerdere momenten goederen voor het productieproces vanuit het drugslaboratorium in [plaats] naar het drugslaboratorium in [plaats] gebracht. Als tussenpersoon heeft verdachte veelvuldig contact met de eigenaar van de loods op welke momenten medeverdachten in het drugslaboratorium aanwezig konden zijn. De rechtbank is dan ook van oordeel dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het medeplegen van het opzettelijk produceren van harddrugs.

Conclusie

De rechtbank acht, gelet op de hiervoor opgenomen bewijsmiddelen en overwegingen, wettig en overtuigend bewezen dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het medeplegen van het bereiden, bewerken, verwerken en vervaardigheden van hoeveelheden metamfetamine in de periode van 30 januari 2021 tot en met 26 februari 2021 in [plaats] .

Bewezenverklaring

De rechtbank acht het primaire feit wettig en overtuigend bewezen, met dien verstande dat:
(primair)
hij in de periode van 30 januari 2021 tot en met 26 februari 2021, te [plaats] , in de gemeente Achtkarspelen, tezamen en in vereniging met anderen, opzettelijk heeft bereid, bewerkt, verwerkt en vervaardigd, hoeveelheden van een materiaal bevattende metamfetamine, zijnde metamfetamine, een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I.
Verdachte zal van het meer of anders ten laste gelegde worden vrijgesproken, aangezien de rechtbank dat niet bewezen acht.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. Verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.

Strafbaarheid van het bewezen verklaarde

Het bewezen verklaarde levert op:
Primair
ten aanzien van het bereiden, bewerken en verwerken
medeplegen van opzettelijk handelen in strijd met een in artikel 2 onder B van de Opiumwet gegeven verbod.
ten aanzien van het vervaardigen
medeplegen van opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 2 onder D van de Opiumwet gegeven verbod.
Dit feit is strafbaar nu geen omstandigheden aannemelijk zijn geworden die de strafbaarheid uitsluiten.

Strafbaarheid van verdachte

De rechtbank acht verdachte strafbaar nu niet van enige strafuitsluitingsgrond is gebleken.

Strafmotivering

Vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte ter zake van het primair feit wordt veroordeeld tot een gevangenisstraf van 24 maanden, alsmede een ontzetting uit zijn beroep als taxichauffeur (het vervoeren van personen) voor de duur van 3 jaren.
Standpunt van de verdediging
De raadsman heeft bepleit, indien een bewezenverklaring volgt, geen onvoorwaardelijke gevangenisstraf op te leggen, gelet op de beperkte rol van verdachte, de overschrijding van de redelijke termijn en de persoonlijke omstandigheden van verdachte. Daarnaast heeft de raadsman bepleit geen ontzetting uit het beroep als taxichauffeur op te leggen, omdat het verband tussen de ontzetting en het strafbare feit ontbreekt.
Oordeel van de rechtbank
Algemeen
Bij de bepaling van de straf heeft de rechtbank rekening gehouden met de aard en de ernst van het bewezen en strafbaar verklaarde, de omstandigheden waaronder dit is begaan, de persoon van verdachte zoals deze naar voren is gekomen uit het onderzoek ter terechtzitting en de reclasseringsrapporten, het uittreksel uit de justitiële documentatie, alsmede de vordering van de officier van justitie en het pleidooi van de verdediging.
Ernst van het feit
Verdachte heeft zich met anderen schuldig gemaakt aan de productie van metamfetamine. Verdachte heeft een belangrijke faciliterende rol gehad (gekwalificeerd als medepleger) bij één drugslaboratorium in Friesland in de periode van 30 januari 2021 tot en met 26 februari 2021. Verdachte heeft veelvuldig contact gehad met de eigenaar van de loods waarin het drugslaboratorium is aangetroffen. Daarnaast heeft hij medeverdachten naar de locatie vervoerd. Ook heeft hij (in opdracht) drugsgerelateerde goederen naar de loods gebracht.
Het produceren van synthetische drugs is een zeer ernstig strafbaar feit.
De productie van synthetische drugs, zoals de harddrug metamfetamine, brengt ernstige gevaren met zich mee. Zo bestaat er gevaar voor brand, ontploffing en het vrijkomen van giftige stoffen. Uit het dossier blijkt dat de kok (medeverdachte [medeverdachte] ) herhaaldelijk wijst op het dodelijke gevaar van de in zijn ogen gebrekkige ventilatie. Daarnaast wordt het chemisch afval dat ontstaat bij de productie van synthetische drugs vrijwel altijd illegaal gedumpt, wat zeer schadelijk is voor het milieu.
Ook gaat de productie van en de handel in harddrugs gepaard met diverse vormen van ondermijnende criminaliteit, omdat er snel en veel geld wordt verdiend. Dit gaat veelal gepaard met zware en georganiseerde criminaliteit, waarbij geweld dan wel dreiging daarmee niet wordt geschuwd.
Tevens is het een feit van algemene bekendheid dat harddrugs schadelijk zijn voor de gezondheid en sterk verslavend werken. Verslaafden aan harddrugs plegen, om in hun dagelijkse behoefte te voorzien, vaak vermogensdelicten.
Documentatie
De rechtbank heeft kennis genomen van het uittreksel justitiële documentatie van 25 februari 2025. Hieruit blijkt dat verdachte niet eerder is veroordeeld wegens soortgelijke strafbare feiten. Aan verdachte is na het bewezenverklaarde driemaal een strafbeschikking (waarvoor telkens een geldboete) opgelegd, zodat de rechtbank bij de strafoplegging rekening zal houden met artikel 63 van het Wetboek van Strafrecht.
Persoon van verdachte
De rechtbank heeft ook acht geslagen op het (meest recente) reclasseringsrapport van 21 februari 2025, opgesteld door [naam] , reclasseringswerker van de Reclassering Nederland (Rotterdam). Hieruit blijkt onder meer dat er sprake lijkt te zijn van een stabiele leefsituatie. Verdachte werkt als (zelfstandig) taxichauffeur, is alleenstaand en mantelzorger voor zijn vader. Verdachte heeft schulden waarvoor
regelingen zijn getroffen. Er zijn geen aanwijzingen voor middelenproblematiek of psychische problematiek. Gelet op de stellige ontkenning van verdachte kan de reclassering niet komen tot een delictanalyse en onthouden zij zich van een inschatting van het recidiverisico en het geven van een (straf)advies.
Overschrijding van de redelijke termijn
De rechtbank stelt voorop dat in artikel 6, eerste lid, van het EVRM het recht van iedere verdachte is gewaarborgd om binnen een redelijke termijn te worden berecht. Die termijn vangt aan op het moment dat vanwege de Nederlandse Staat tegenover de verdachte een handeling is verricht waaraan hij in redelijkheid de verwachting kan ontlenen dat tegen hem voor een bepaald strafbaar feit door het openbaar ministerie een strafvervolging zal worden ingesteld. Het eerste verhoor van de verdachte door de politie heeft niet steeds als een zodanige handeling te gelden. Wel moeten de inverzekeringstelling van de verdachte en de betekening van de dagvaarding als zon handeling worden aangemerkt.
Als uitgangspunt heeft in deze zaak te gelden dat de behandeling ter terechtzitting moet zijn afgerond met een eindvonnis binnen twee jaar nadat de redelijke termijn is aangevangen, tenzij sprake is van bijzondere omstandigheden, zoals de ingewikkeldheid van een zaak, de invloed van de verdachte en/of zijn raadsman op het procesverloop en de wijze waarop de zaak door de bevoegde autoriteiten is behandeld.
In deze zaak is de redelijke termijn aangevangen bij de betekening van de dagvaarding op 28 oktober 2021 en geëindigd op 27 oktober 2023. Er is derhalve sprake van een overschrijding. Er zijn geen feiten en/of omstandigheden bekend aan de zijde van het openbaar ministerie dan wel de verdediging die deze overschrijding verontschuldigen. De rechtbank is van oordeel dat de overschrijding dient te worden verdisconteerd in de straf op nader te bepalen wijze.
Straf
Vanwege het ondermijnende en lucratieve karakter van de productie van synthetische drugs moeten straffen voldoende afschrikwekkende werking hebben. Voor deelname aan een drugslaboratorium worden daarom in de regel doorgaans langdurige gevangenisstraffen opgelegd.
Hoewel er sprake is van een forse overschrijding van de redelijke termijn kan de rechtbank niet anders dan tot het oordeel komen dat een gevangenisstraf de enige passende straf is, omdat de aard en de ernst van de feiten door een lichtere strafrechtelijke afdoening van de zaak miskend zouden worden. De rechtbank ziet geen redenen om een deel van de gevangenisstraf voorwaardelijk op te leggen.
Bij het bepalen van de duur van de gevangenisstraf heeft de rechtbank rekening gehouden met straffen die in soortgelijke zaken worden opgelegd. Daarnaast is de rol van verdachte vergeleken met die van de medeverdachten en de straffen die de rechtbank aan hen oplegt.
De officier van justitie heeft een (tijdelijk) beroepsverbod gevorderd. De rechtbank overweegt dat voor de strafbare handelingen van verdachte (het vervoeren van personen en goederen en het contact met medeverdachten) de hoedanigheid van taxichauffeur niet is vereist. Uit het dossier blijkt niet dat verdachte tijdens de toen geldende coronamaatregelen bewust de coronaregels heeft misbruikt door gebruik te maken van zijn hoedanigheid als taxichauffeur. Evenmin blijkt dat verdachte zijn beroep voordien of nadien heeft ingezet om strafbare feiten te plegen. De rechtbank ziet op dit moment daarom geen aanleiding om een beroepsverbod op te leggen.
Alles afwegend acht de rechtbank een gevangenisstraf van 12 maanden passend en geboden.
Tenuitvoerlegging
Tenuitvoerlegging van de op te leggen gevangenisstraf zal volledig plaatsvinden binnen de penitentiaire inrichting, tot het moment dat verdachte in aanmerking komt voor deelname aan een penitentiair programma als bedoeld in artikel 4 van de Penitentiaire beginselenwet.

Toepassing van wetsartikelen

De rechtbank heeft gelet op de artikelen 47, 57 en 63 van het Wetboek van Strafrecht en de artikelen 2 en 10 van de Opiumwet.
Deze voorschriften zijn toegepast, zoals zij ten tijde van het bewezen verklaarde rechtens golden dan wel ten tijde van deze uitspraak gelden.

Uitspraak

De rechtbank

Verklaart het primair ten laste gelegde bewezen, te kwalificeren en strafbaar zoals voormeld en verdachte daarvoor strafbaar.
Verklaart niet bewezen hetgeen aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan het bewezen verklaarde en spreekt verdachte daarvan vrij.
Veroordeelt verdachte tot:

Een gevangenisstraf voor de duur van 12 maanden.

Dit vonnis is gewezen door mr. W.S. Sikkema, voorzitter, mr. H. van der Werff en
mr. H.M. Lenting, rechters, bijgestaan door mr. M. Linde en mr. R.G. Bakker-Dees, griffiers, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 8 mei 2025.
Mr. H. van der Werff en mr. H.M. Lenting zijn buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.
1. Wanneer hierna wordt verwezen naar dossierpaginas, zijn dit paginas uit het dossier van de politie
Eenheid Noord-Nederland, Dienst Regionale Recherche, met het proces-verbaal nummer 2021052624 (genaamd SORA), doorgenummerd 1 tot en met 1684, met losse aanvullingen. Tenzij hieronder anders wordt vermeld, wordt steeds verwezen naar bladzijden van voornoemd dossier.
2 Paginas 1056A en 1058.
3 Paginas 1120 en 1151.
4 Paginas 1120 en 1151.
5 Paginas 1121 en 1151.
6 Pagina 1152.
7 EHRM 26 november 2019, Case of Belugin v. Russia, application no. 2991/06.
8 HR 13 juni 2023, ECLI:NL:HR:2023:913.
9 HR 13 juni 2023, ECLI:NL:HR:2023:913, r.o. 6.5.2.
10 HR 13 juni 2023, ECLI:NL:HR:2023:913, r.o. 6.5.4.
11 HR 13 juni 2023, ECLI:NL:HR:2023:913, r.o. 6.6.
12 Paginas 456, 457 en 972.
13 Pagina 635.
14 Pagina 719.
15 Pagina 1179.
16 Pagina 1180.
17 Pagina 1286.
18 Paginas 1196 en 1290.
19 Paginas 645 en 672.
20 Paginas 636, 644, 645 en 672.
21 Paginas 658 en 659.
22 Pagina 1286.
23 Pagina 1290.
24 Pagina 1512.
25 Pagina 972.
26 Pagina 1528.
27 Paginas 1286 en 1512.
28 Paginas 1286 en 1512.
29 Paginas 635 en 1192.
30 Pagina 1179.
31 Pagina 1528.
32 Paginas 1290 en 1513.
33 Paginas 1243, 1244, 1246, 1247 en 1260.
34 Paginas 243 en 1300.
35 Feit van algemene bekendheid: [plaats] is een plaats in Friesland tussen [plaats] en [plaats] .
36 Paginas 1291 en 1513.
37 Paginas 1248, 1249 en 1260.
38 Pagina 1180.
39 Pagina 1180.
40 Paginas 584, 586 en 592.
41 Pagina 1236.
42 Paginas
43 Paginas 1056A en 1058.
44 Paginas 1512, 1513 en 1528.
45 Pagina 1196.
46 Pagina 719.
47 Pagina 635.
48 Pagina 1174.
49 Pagina 1174.
50 Pagina 1174.
51 Pagina 1175.
52 Pagina 1175.
53 Pagina 1175.
54 Pagina 1210.
55 Pagina 1175.
56 Pagina 1210.
57 Paginas 1357 tot en met 1362.
58 Paginas 1348 tot en met 1353.
59 Paginas 1409 en 1410.
60 Pagina 1176.
61 Pagina 972.
62 Paginas 149, 1492 en 1512.
63 Paginas 403, 1227 en 1315.
64 Paginas 1492 en 1508.
65 Feit van algemene bekendheid: uit Google maps blijkt de afstand tussen [plaats] en [plaats] ongeveer 6
kilometer te zijn.
66 Paginas 1492 en 1501.
67 Paginas 1363 tot en met 1367.
68 Pagina 1411.
69 Pagina 1176.
70 Paginas 1527 tot en met 1530.
71 Pagina 1286.
72 Paginas 1492 en 1512.
73 Pagina 1176.
74 Pagina 1286.
75 Paginas 1493 en 1512.
76 Pagina 1411.
77 Paginas 1176 en 1177.
78 Pagina 1286.
79 Pagina 1494.
80 Pagina 1412.
81 Pagina 1412.
82 Pagina 1413.
83 Pagina 1414.
84 Pagina 1414.
85 Pagina 1177.
86 Paginas 1177 tot en met 1179.
87 Pagina 1414.
88 Pagina 1404.
89 Pagina 1414.
90 Paginas 1445 en 1446.
91 Pagina 1414.
92 Pagina 1404.
93 Pagina 1414.
94 Paginas 1286, 1494, 1495 en 1512.
95 Paginas 1319 en 1494.
96 Feit van algemene bekendheid: uit Google maps blijkt de afstand tussen [plaats] en [plaats] ongeveer 5
kilometer te zijn.
97 Paginas 1494 en 1508.
98 Pagina 1192.
99 Pagina 1180.
100 Google translate: tartaric in het Engels betekent in het Nederlands wijnsteenzuur.
101 Pagina 1415.
102 Pagina 1415.
103 Paginas 1415 en 1416.
104 Pagina 1417.
105 Pagina 1417.
106 Paginas 1418 en 1419.
107 Pagina 1419.
108 Pagina 1179.
109 Pagina 1179.
110 Pagina 1192.
111 Paginas 1286, 1495 en 1512.
112 Pagina 1420.
113 Pagina 1420.
114 Pagina 1421.
115 Pagina 1422.
116 Pagina 1422.
117 Pagina 1422.
118 Paginas 1422, 1423 en 1424.
119 Paginas 1424 en 1425.
120 Pagina 1179.
121 Pagina 1425.
122 Paginas 1169 tot en met 1172 en 1182 tot en met 1184.
123 Paginas 1425 en 1426.
124 Paginas 1425 en 1426.
125 Pagina 1527
126 Pagina 1193.
127 Paginas 1290, 1496 en 1513.
128 Pagina 1260.
129 Pagina 1243.
130 Pagina 1260.
131 Pagina 1244.
132 Pagina 1245.
133 Pagina 1260.
134 Pagina 1246.
135 Paginas 1247 en 1260.
136 Pagina 1319.
137 Pagina 1518
138 Pagina 1315 tot en met 1317
139 Pagina 1520.
140 Pagina 1316.
141 Paginas 1426 en 1427.
142 Pagina 1427.
143 Pagina 1428.
144 Pagina 1428.
145 Pagina 1180.
146 Pagina 1180.
147 Pagina 1260.
148 Paginas 1248 en 1249.
149 Pagina 1193.
150 Pagina 1291.
151 Pagina 1513.
152 Pagina 1180.
153 Pagina 1431.
154 Paginas 1431 en 1432.
155 Pagina 1404.
156 Pagina 1404.
157 Pagina 1432.
158 Pagina 1404.
159 Pagina 1432.
160 Paginas 1216 en 1217.
161 Paginas 1224 en 1226.
162 Pagina 1520.
163 Pagina 1513.
164 Pagina 1193.
165 Pagina 1181.
166 Pagina 1300.
167 Pagina 1236.
168 Paginas 1250, 1251, 1252 en 1260.
169 Pagina 1295.
170 Pagina 1319.
171 Paginas 584, 592 en 593.
172 Pagina 4 van het getuigenverhoor van [medeverdachte] bij de rechter-commissaris d.d. 1 april 2022.
173 Pagina 1404.
174 Paginas 1432 en 1433.
175 Pagina 1433.
176 Pagina 1181.
177 Pagina 1404.
178 Pagina 1434.
179 Pagina 1404.
180 Pagina 1435.
181 Pagina 1196.
182 Pagina 1404.
183 Pagina 1435.
184 Pagina 1513.
185 Pagina 1404.
186 Pagina 1404.
187 Pagina 1435.
188 Pagina 1435.
189 Pagina 1404.
190 Paginas 1435 en 1436.
191 Paginas 1204 en 1205.
192 Pagina 1209.