Uitspraak
RECHTBANK NOORD-NEDERLAND
1.Procesverloop
2.Overwegingen
3.Beslissing
D.W. Veenstra, griffier. De beslissing is in het openbaar uitgesproken op 26 september 2024.
Rechtbank Noord-Nederland
In deze zaak is betrokkene, vertegenwoordigd door gemachtigde M.J.M. Bergers van Boete.nu, in beroep gegaan tegen een sanctie opgelegd op grond van de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften (Wahv). De sanctie betreft een boete van € 259,00 voor het doorrijden bij een werkend rood knipperlicht op een spoorwegovergang op 7 februari 2023. De officier van justitie had het administratief beroep van betrokkene ongegrond verklaard, waarna betrokkene beroep heeft ingesteld tegen deze beslissing. Tijdens de zitting op 26 september 2024 was de gemachtigde aanwezig, maar betrokkene zelf niet. De vertegenwoordiger van de officier van justitie, mr. S. Bayram, was ook aanwezig.
De gemachtigde betwist de gedraging en stelt dat de verbalisant geen direct zicht had op het licht en dat er geen reële mogelijkheid tot staandehouding was. De kantonrechter oordeelt echter dat de gedraging kan worden vastgesteld, omdat de verbalisant de lichten kon zien en er geen reden is om aan zijn verklaring te twijfelen. De kantonrechter concludeert dat artikel 5 van de Wahv niet is geschonden, omdat de verbalisant niet in staat was om betrokkene staande te houden. De hoorplicht is ook niet geschonden, aangezien betrokkene de mogelijkheid om gehoord te worden heeft gehad, maar hier geen gebruik van heeft gemaakt. De kantonrechter verklaart het beroep ongegrond en kent geen proceskostenvergoeding toe.