Uitspraak
RECHTBANK NOORD-NEDERLAND
1.De procedure
2.De nadere beoordeling van het geschil
In de hoofdzaak
primairvanaf het midden van ieder boekjaar, derhalve vanaf 1 juli 2019, 1 juli 2020, 1 juli 2021 respectievelijk 1 juli 2022,
subsidiairvanaf het einde van ieder boekjaar, derhalve vanaf 1 januari 2020, 1 januari 2021, 1 januari 2022 respectievelijk 1 januari 2023;
verbiedtbij de beoordeling van machtigingsaanvragen een integrale herbeoordeling van de indicatiestelling van de revalidatiearts van Medinello uit te voeren en Zilveren Kruis c.s.
gebiedtom machtigingsaanvragen van Medinello marginaal te toetsen, hetgeen inhoudt dat Zilveren Kruis c.s. geboden wordt alle machtigingsaanvragen van Medinello (volledig) goedgekeurd (en dus de DOT te machtigen die is aangevraagd) indien (i) er een geldige verwijzing is en (ii) er een klinische redenering is van de gestelde indicatie door de betreffende revalidatiearts, tenzij Zilveren Kruis c.s., na overleg met de revalidatiearts van Medinello en nadat de revalidatiearts door Zilveren Kruis c.s. in staat is gesteld een nadere toelichting op de indicatiestelling te verschaffen waarbij Zilveren Kruis c.s. vooraf duidelijk kenbaar hebben gemaakt welke informatie nodig is om de aanvraag goed te keuren, op objectieve en transparante wijze hebben gemotiveerd waarom de indicatiestelling onjuist is;
althanseen ander door de rechtbank in goede justitie te bepalen ge- of verbod te treffen dat ertoe leidt dat Medinello patiënten die zijn aangewezen op MSR in behandeling kan nemen zonder dat het primaat van de revalidatiearts bij indicatiestelling geweld aangedaan wordt;
gebiedtom in elk individueel geval alleen die gegevens over de gezondheid van patiënten op te vragen en te verwerken die noodzakelijk zijn voor de beoordeling van die specifieke machtigingsaanvraag en Zilveren Kruis
verbiedtom standaard en ongericht stukken betreffende de medische historie van een patiënt op te vragen en te verwerken, waaronder het huisartsenjournaal en behandelverslagen uit de eerste lijn;
veroordeelttot betaling aan Medinello van een bedrag van € 10.168,45 aan buitengerechtelijke kosten, te betalen binnen veertien dagen na de datum waarop vonnis wordt gewezen;
veroordeeltin de kosten van de procedure en, voor het geval voldoening niet binnen veertien dagen na dagtekening van dit vonnis plaatsvindt, te vermeerderen met de wettelijke rente over de proceskostenveroordeling vanaf veertien dagen na dagtekening van het vonnis tot aan de dag van de algehele voldoening en met veroordeling van Zilveren Kruis c.s. in de nakosten van € 163,00 dan wel indien betekening plaatsvindt, van € 248,00 te vermeerderen met de eventuele verdere executiekosten.
€ 178,00(plus de verhoging zoals vermeld