Uitspraak
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 1 augustus 2024 in de zaak tussen
[eiser] , eiser,
Inleiding
Beoordeling door de rechtbank
.Hierna legt de rechtbank uit hoe zij tot dit oordeel komt en welke gevolgen dit oordeel heeft.
Rechtbank Noord-Nederland
In deze uitspraak van de Rechtbank Noord-Nederland, gedateerd 1 augustus 2024, wordt het beroep van eisers tegen de verlening van een omgevingsvergunning voor het plaatsen van een paardenschuur beoordeeld. Eisers vrezen dat er bedrijfsmatige activiteiten zullen plaatsvinden op het perceel, wat het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Groningen echter ongegrond acht. De rechtbank stelt vast dat de vergunninghouder de aanvraag heeft aangepast om te voldoen aan de voorwaarden en dat er geen bedrijfsmatige activiteiten zijn aangevraagd of toegestaan. De rechtbank heeft begrip voor de zorgen van eisers over handhaving, maar concludeert dat het college in redelijkheid de vergunning heeft kunnen verlenen. De rechtbank oordeelt dat de schuur niet in strijd is met de goede ruimtelijke ordening en dat het college de bebouwde kom correct heeft vastgesteld. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond, waardoor het bestreden besluit in stand blijft en eisers geen griffierecht terugkrijgen.