ECLI:NL:RBNNE:2024:2786
Rechtbank Noord-Nederland
- Op tegenspraak
- Rechtspraak.nl
Ontnemingsbeslissing inzake wederrechtelijk verkregen voordeel uit hennepteelt
Op 19 juli 2024 heeft de Rechtbank Noord-Nederland een ontnemingsbeslissing genomen in de zaak met parketnummer 18-132526-21. De rechtbank heeft vastgesteld dat de veroordeelde, die in 2021 een hennepkwekerij in zijn woning had, wederrechtelijk voordeel heeft genoten van € 16.000,-. De officier van justitie had eerder gevorderd dat de rechtbank het wederrechtelijk verkregen voordeel zou vaststellen op € 186.801,03, maar heeft deze vordering tijdens de zitting op 5 juli 2024 bijgesteld naar € 84.000,-. De verdediging stelde dat de opbrengsten van de tweede en derde oogst deels mislukt waren, en dat de winst van de eerste oogst ongeveer € 10.000,- bedroeg. De rechtbank heeft de schatting van het wederrechtelijk verkregen voordeel gebaseerd op de verklaring van de veroordeelde en de beschikbare bewijsmiddelen, waaronder een eerder vonnis van dezelfde rechtbank. De rechtbank concludeert dat de veroordeelde recht heeft op een ontneming van € 16.000,- en legt hem de verplichting op dit bedrag aan de Staat te betalen. Tevens is de duur van de gijzeling vastgesteld op maximaal 320 dagen.