ECLI:NL:RBNNE:2024:210

Rechtbank Noord-Nederland

Datum uitspraak
29 januari 2024
Publicatiedatum
30 januari 2024
Zaaknummer
18-094323-23
Instantie
Rechtbank Noord-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Op tegenspraak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling voor medeplichtigheid aan gewapende woningoverval met geweld in Vlaardingen

Op 29 januari 2024 heeft de Rechtbank Noord-Nederland uitspraak gedaan in de zaak tegen de verdachte, die wordt beschuldigd van medeplichtigheid aan een gewapende woningoverval in Vlaardingen op 12 juli 2022. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte essentiële informatie heeft verschaft aan de medeverdachten, waaronder details over de indeling van de woning, de aanwezigheid van een beveiligingscamera en de tijden waarop de slachtoffers thuis waren. De verdachte heeft ook een sleutel van de portiekdeur ter beschikking gesteld, wat de medeverdachten in staat stelde om de woning binnen te dringen zonder veel lawaai te maken.

De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van 36 maanden, waarvan 12 maanden voorwaardelijk, met bijzondere voorwaarden. De rechtbank heeft de ernst van de feiten, de impact op de slachtoffers en de rol van de verdachte in de voorbereiding van de overval in overweging genomen. De slachtoffers zijn met vuurwapens bedreigd en hebben aanzienlijke materiële en immateriële schade geleden. De rechtbank heeft de vorderingen van de benadeelde partijen toegewezen, waarbij de verdachte hoofdelijk aansprakelijk is voor de schadevergoeding.

De rechtbank heeft ook rekening gehouden met de persoonlijke omstandigheden van de verdachte, waaronder zijn gebrek aan een vaste woon- of verblijfplaats en zijn negatieve sociale netwerk. De rechtbank heeft besloten dat de verdachte zich moet houden aan de voorwaarden die door de reclassering zijn geadviseerd, om recidive te voorkomen en hem te helpen zijn leven op orde te krijgen.

Uitspraak

Uitspraak
RECHTBANK NOORD-NEDERLAND
Afdeling strafrecht Locatie Assen
parketnummer 18.094323-23
Vonnis van de meervoudige kamer voor de behandeling van strafzaken d.d. 29 januari 2024 in de zaak van het openbaar ministerie tegen de verdachte
[verdachte] ,
geboren op [geboortedatum] 1998 te [geboorteplaats] , thans gedetineerd te [instelling] .
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting van 18 december 2023 (inhoudelijke behandeling) en 29 januari 2024 (sluiting van het onderzoek).
Verdachte is ter terechtzitting van 18 december 2023 verschenen, bijgestaan door mr. P.M. Breukink, advocaat te Arnhem. Het openbaar ministerie is ter terechtzitting vertegenwoordigd door mr. N. Tromp en mr. D. Roggen.
Tenlastelegging
Aan verdachte is, na nadere omschrijving van de tenlastelegging, ten laste gelegd dat:
[slachtoffer 1] , [slachtoffer 2] , [slachtoffer 3] en/of [slachtoffer 4] en/of een of meer onbekend gebleven mededaders, op of omstreeks 12 juli 2022 te Vlaardingen, omstreeks 04:00 uur, in elk geval gedurende de voor de nachtrust bestemde tijd in een woning (gelegen aan de [adres] ), tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, een of meerdere tassen, brillen, sieraden, (Iphone) telefoons, laptop en/of een hoeveelheid geld, in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan [slachtoffer 5] en/of [slachtoffer 6] , in elk geval aan een ander dan aan die voornoemde [slachtoffer 1] , [slachtoffer 2] , [slachtoffer 3] en/of [slachtoffer 4] en/of hun mededader(s) toebehoorde(n) heeft/hebben weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, welke diefstal werd voorafgegaan, vergezeld en/of gevolgd van geweld of bedreiging met geweld tegen [slachtoffer 5] en/of [slachtoffer 6] , gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of om, bij betrapping op heterdaad, aan zichzelf en/of andere deelnemers aan dat misdrijf hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren door:
  • de handen van de [slachtoffer 5] met tieraps op zijn rug vast te binden en/of die [slachtoffer 5] meermalen (al dan niet met een vuurwapen) in zijn gezicht te slaan en/of te schoppen,
  • een vuurwapen tegen het hoofd van die [slachtoffer 5] te zetten en (daarbij) te roepen dat hij geldmoest geven,
  • een vuurwapen op die [slachtoffer 6] te richten en/of tegen die [slachtoffer 6] te zeggen dat ze op debank moest gaan liggen (en dat als ze dit niet zou doen, hij haar door haar hoofd zou schieten) en/of - die [slachtoffer 6] op de bank te duwen en (vervolgens) een kleed over haar hoofd heen te trekken/doen
bij en/of tot het plegen van welk misdrijf verdachte in of omstreeks de periode van 10 juli 2022 tot en met 12 juli 2022 te Vlaardingen en/of Rotterdam en/of elders in Nederland opzettelijk behulpzaam is geweest en/of opzettelijk gelegenheid, middelen en/of inlichtingen heeft verschaft, door informatie te verschaffen over:
  • de tijden waarop voornoemde [slachtoffer 5] en/of [slachtoffer 6] , althans de bewoners van de [adres] normaliter thuis zijn en/of
  • van welke personenauto [slachtoffer 5] en/of [slachtoffer 6] gebruik maken en/of
  • hoe de woning aan de [adres] er van binnen uit ziet en/of is ingericht en/of
  • de aanwezigheid en/of locatie van de beveiligingscamera in de woning en/of
  • de locatie van de stekker van de beveiligingscamera in de woning, en/of door de sleutel van deportiekdeur ter beschikking te stellen.
Beoordeling van het bewijs
Standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft veroordeling gevorderd voor het ten laste gelegde.
Standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft betoogd dat verdachte moet worden vrijgesproken van het ten laste gelegde. Zij heeft daartoe aangevoerd dat de OVC-gesprekken niet als bewijs kunnen dienen, nu redelijkerwijs niet tot een stemherkenning kan worden gekomen. De OVC-gesprekken dienen daarom te worden uitgesloten van het bewijs. Verdachte heeft ontkend dat hij de persoon is die op de OVC-gesprekken is te horen en heeft ook overigens iedere betrokkenheid bij de woningoverval ontkend. Van enig wettig en overtuigend bewijs dat duidt op concrete betrokkenheid van verdachte is geen sprake, zodat hij van de gehele tenlastelegging dient te worden vrijgesproken.
Oordeel van de rechtbank
De rechtbank past de volgende bewijsmiddelen toe die de voor de bewezenverklaring redengevende feiten en omstandigheden bevatten zoals hieronder zakelijk weergegeven.
1.
De door verdachte ter terechtzitting van 18 december 2023 afgelegde verklaring, voor zoverinhoudend:
Ik ken aangevers [slachtoffer 5] en [slachtoffer 6] . Ik ben op hun bruiloft geweest en ik kwam ook bij hen over de vloer.
2.
Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van aangifte d.d. 12 juli 2022, opgenomenop pagina 408 e.v. van het dossier van Politie Noord-Nederland met nummer BVH 2021320651 d.d. 23 februari 2023, inhoudend als verklaring van [slachtoffer 5] :
Ik woon op het adres [adres] te Vlaardingen. Op dinsdag 12 juli 2022 omstreeks 04:00 uur lagen wij te slapen. We werden wakker omdat we gebonk hoorden. Het bleek dat de deur werd opengebroken. De deur ging open en mijn vrouw stond oog in oog met de dader. Mijn vrouw zag dat de eerste dader die door de deur kwam direct een vuurwapen op haar richtte. Die dader heeft van alles geroepen. Iets van ga liggen en schieten.
Die eerste dader met vuurwapen zette mijn vrouw op de bank en deed een deken over haar hoofd. Die grote dikke donkere man, de eerste dader, zei tegen mijn vrouw: als je niet beweegt gaat er met jou niets gebeuren." Ze waren met z'n drieën binnen. Eentje stond voor de deur op de uitkijk. Dus vier in totaal. Ik lag in de slaapkamer. Daar hebben ze mij op de grond gegooid en tie-wraps om mijn polsen gedaan. Mijn handen zaten op mijn rug.
De daders waren vier mannen. De eerste was dik, groot en donkere huidskleur. Echt donker Afrikaanse huidskleur. Hij sprak vloeiend Nederlands maar hij had wel een zware stem.
De andere drie die spraken af en toe. Eentje noemde het adres van mijn moeder. Ik zag alleen dat ze iets zwarts aan hadden. Ze waren echt professioneel. Hoe ze de deur hebben open gemaakt. Met slotentrekker en olie.
U vraagt mij wat er allemaal is weggenomen. Tassen, we hebben het nog niet geteld. De gouden sieraden van mijn vrouw. Dure riemen. Alle portemonnees van mijn vrouw. Cartier brillen in roze goud en turquoise. De telefoon van mijn vrouw. Van mijzelf tassen een stuk of tien. Ze waren op zoek naar mijn horloge, die hebben ze niet kunnen vinden. En ze riepen ook waar het geld was. Ze hebben EUR 14.000,meegenomen. Ook zijn er Cartier zonnebrillen meegenomen. We hebben van bijna alles foto's en serienummers.
U vraagt mij hoe ze deze spullen allemaal mee konden nemen. Van onszelf lag er een BAS tas en ze pakten ook een grote sporttas van mij. Tassen die ze konden vinden hebben ze gevuld en meegenomen. Ze hebben mij geslagen
. (Opmerking verbalisant: er is een klein wondje/ bloeduitstorting te zien op de neus van aangever.) Ze trokken mij naar de woonkamer. Ze vroegen om geld en waar de horloges waren. Op het einde kwamen ze naar mij en zeiden: "Als ze komen moet je zeggen dat de deur vanzelf kapot is gegaan. Als je iets tegen de politie zegt, als je iets gaat doen, dan weten wij waar je moeder woont. Hij zei direct [adres] . Ik weet waar je kantoor is. Ik weet al je adressen". Een zei dat mijn telefoon onder de auto lag. We mochten vijf minuten nadat ze weg waren pas de telefoon gaan pakken onder de auto vandaan.
Eerst liepen er twee naar buiten, daarna na vijf seconden de andere twee.
De daders hebben de portiekdeur opengebroken met een slotentrekker. We zagen ook veel olie bij de deur. Onze eigen huisdeur hebben ze met een koevoet en met duwen opengebroken. De telefoon van mijn vrouw is ook meegenomen door de daders. Dat is een Apple iPhone 13 pro max.
3. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 12 juli 2022, opgenomen op pagina 913 e.v. van voornoemd dossier, inhoudend als relaas van verbalisanten [naam] en K. [naam] :
Op 12 juli 2022 omstreeks 04:17 uur, kregen wij van een medewerker van het operationeel centrum Rotterdam, de melding om te gaan naar de [adres] in
Vlaardingen. Hier had zojuist een gewapende overval plaatsgevonden.
Ik, verbalisant [naam] , sprak met [slachtoffer 5] . Ik hoorde dat [slachtoffer 5] het volgende verklaarde:
() Ze riepen naar mij 'waar is het geld en waar zijn de horloges'. Ik werd in mijn gezicht geslagen terwijl ze riepen 'waar is het geld'. Ik werd naar de woonkamer getrokken. Hier werd ik in mijn gezicht geschopt en geslagen. Ik zag dat de mannen de kasten doorzochten. Ik zag dat de mannen twee handvuurwapens bij zich hadden. Ik ben één keer met het vuurwapen geslagen. Ook werd het vuurwapen tegen mijn hoofd gezet terwijl ze riepen dat ik het geld moest geven.
Ik, verbalisant [naam] , liep naar de vrouw. De vrouw bleek genaamd te zijn: [slachtoffer 6] , geboren op [geboortedatum] 1997 in Vlaardingen. Hierna te noemen als [slachtoffer 6] .
Ik vroeg aan [slachtoffer 6] wat er gebeurd was. Ik hoorde dat [slachtoffer 6] mij het volgende verklaarde: ''() Na ongeveer vijf seconden zag ik dat de voordeur open ging en dat er een dikke donkere getinte man mijn woning in liep. Ik zag dat deze man een zwart vuurwapen in zijn hand had en die op mij richtte. Ik hoorde dat de man zei dat ik op de bank moest gaan liggen en als ik dat niet zou doen, zou hij mij door mijn hoofd schieten. Vervolgens duwde de man mij op de bank en deed een kleed over mijn hoofd heen. ()

4.Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen

d.d. 19 juli 2022, opgenomen op pagina 493 e.v. van voornoemd dossier, inhoudend als relaas van verbalisant [naam] :
12 juli 2022
Naar aanleiding van de gewapende overval op de bewoners van [adres] te Vlaardingen op 12 juli 2022, omstreeks 04:00 uur, zijn de camerabeelden van de bewoner/aangever van dit pand door de bewoner/aangever ter beschikking gesteld. Hieronder volgt de beschrijving van de beelden van de camera welke in de hal van de woning is opgehangen. De tijdstippen van de camerabeelden kloppen met de daadwerkelijke tijd.
12 juli 2022
03:59:38 uur:
Te zien is een gang met meerdere (5) deuren en een voordeur. In de deuropening van de kamer, vanuit de camerapositie gezien, rechtsboven, staat een vrouw. Deze kamer ligt direct rechts naast de voordeur. De vrouw is gekleed in een wit nachthemd en is op blote voeten. Er is gebonk te horen en de vrouw kijkt naar de voordeur. Achter de vrouw staat een persoon in een zwart hemd.
03:59:42 uur:
De vrouw loopt met haar hand voor de mond vanuit de slaapkamer door de gang, naar links. Uit de aangifte blijkt dat zij in de richting van de woonkamer loopt.
03:59:53 uur:
De voordeur zwaait met kracht open en er is glasgerinkel te horen. Nadat de deur openzwaait, zie je een persoon in een donkere jas met witte strepen. Deze heeft in eerste instantie geen gezichtsbedekking. Als hij later naar binnenloopt, doet hij iets voor zijn gezicht. Nadat de voordeur open is, valt deze weer bijna dicht, waardoor de persoon even niet te zien is. Vervolgens komt er een persoon binnen met witte handschoenen die de persoon met de donkere jas met witte strepen voorbij loopt. Te zien is dat hij een vuurwapen in zijn hand heeft en deze gericht voor zich houdt. Te horen en te zien is dat deze persoon het vuurwapen doorlaadt. De persoon is geheel in het zwart gekleed en heeft het vuurwapen in zijn rechterhand. Deze persoon loopt rechtdoor. Achter deze persoon loopt een tweede persoon. Deze persoon heeft het vuurwapen in zijn linkerhand. Ook deze persoon houdt het vuurwapen gericht voor zich. In zijn rechterhand heeft deze persoon een koevoet. Op de linkermouw, ter hoogte van de bovenarm is een witte streep, mogelijk een rits, te zien. Waarschijnlijk draagt hij een donkere pet onder zijn capuchon. Ook deze persoon loopt rechtdoor. Te horen is dat de vrouw roept: Oh, doe normaal, doe normaal, doe normaal......"Doe normaal".
03:59:58 uur:
Achter de twee omschreven personen komt een derde persoon binnen. Deze persoon heeft een koevoet in zijn rechterhand. Dit is de persoon met de witte strepen op zijn jas. Ook heeft deze persoon drie witte strepen op zijn broek.
De broek en de jas van deze persoon zijn van het merk Adidas". Te zien is dat het lijkt alsof deze persoon rechtdoor wil lopen, maar dan schrikt van de man die uit de slaapkamer komt. De persoon die in de deuropening van de slaapkamer staat, draagt een donkerkleurig hemd en een lichtkleurige korte broek. Hij draagt een bril en heeft donker haar en een baard. Deze man brengt zijn rechterarm in de richting van de man in het Adidas pak. De man in het Adidas heft zijn linkerarm om een mogelijk klap af te weren en duwt de man de slaapkamer weer in en dreigt te slaan met de koevoet (04:00:00 uur).
Beiden verdwijnen in de slaapkamer, waar het op dat moment donker is.
04:00:01 uur:
Persoon, geheel in zwart gekleed, komt teruglopen de gang in, richting slaapkamer. Hij rent naar de voordeur, die nog openstaat en sluit deze en gaat dan de slaapkamer in.
04:00:04 uur:
Licht gaat aan in de slaapkamer en beide in het donker geklede personen staan bij het bed in de slaapkamer, waar de man in het hemd inmiddels op het bed ligt. Beide mannen schreeuwen tegen de man in het hemd. Beide mannen staan met de rug naar de camera, maar te zien is dat één van de mannen de man in het hemd bij zijn hand/arm pakt. Geroepen wordt: Liggen, op de grond, op de grond nu! De man in het hemd roept: Oké, oké! Hierna wordt nog meerdere keren geroepen: Op de grond, op de grond! Er wordt gehuild. Er worden nog meer woorden geschreeuwd maar deze woorden zijn niet te verstaan.
04:00:08 uur:
Man met hemd zit achter het bed. Beide mannen, persoon in Adidas trainingspak en de persoon in het zwart gekleed, zonder handschoenen, bukken zich naar de man met het hemd, die inmiddels uit beeld achter het bed op de grond zit.
04:00:15 uur:
Persoon met het Adidas trainingspak richt zich op, terwijl de andere gebukt blijft zitten.
04:00:21 uur:
Persoon met het Adidas trainingspak heeft tie-wraps in zijn linkerhand en bukt zich naar de man met het hemd. Op hetzelfde moment loopt de andere man in het zwart in de richting van de deur.
04:00:24 uur:
Persoon, in het zwart gekleed loopt naar de slaapkamerdeur. Er is een klein wit merkje te zien op de linker bovenzijde, voorkant, van zijn jas. Duidelijk te zien is een vuurwapen in zijn linkerhand.
04:00:25 uur:
Man in het zwart gekleed met het vuurwapen in zijn linkerhand, doet de buitendeur, die nog op een kier staat, dicht. De persoon in het Adidas trainingspak blijft in de slaapkamer bij de persoon met het hemd.
04:00:29 uur:
Persoon in het zwart gekleed draait zich om van de buitendeur en loopt weer in de richting van de woonkamer. Als hij uit beeld is, valt de camera uit.
5.
Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van verhoor aangever d.d. 18 augustus2022, opgenomen op pagina 413 e.v. van voornoemd, inhoudend als verklaring van [slachtoffer 5] :
[naam] is een neef van die jongens waar ik mee omging. Het is een aangetrouwde neef van [naam] . Ik heb die bus op mijn camerabeelden gezien en heb gezien dat hij hem daar geparkeerd heeft. Hij zette de bus die avond daar voor vlak voor mijn woning.
[verdachte] is een vriend van [naam] . [naam] weet heel veel over onze woonsituatie, ook hoe de deuren zijn. Hij is vaak bij me binnen geweest. Hij heeft een maand of drie boven onze woning verbleven. Dat was dit jaar nog. [verdachte] is ook op de hoogte van de indeling van de woning en van de camerasystemen. [verdachte] wist ook waar de stekker van de opnameapparatuur voor de camerabeelden zat. [verdachte] weet veel van mijn privé-situatie en kan ook alles van [naam] weten.
6.
Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van verhoor aangever d.d.
2 augustus 2022, opgenomen op pagina 424 e.v. van voornoemd, inhoudend als verklaring van [slachtoffer 6] :
Op onze eigen bewakingsbeelden zag ik de nacht voor de overval een Audi door de straat rijden. Zeven minuten daarna zie ik één van die overvallers naar ons huis komen. Ik zag dat hij naar de deur liep en dat hij wat deed bij de toegangsdeur. Ik zag dat hij iets uit zijn zak pakte, misschien een pasje om te flipperen of een sleutel. Dat kon ik niet zien. Toen liep hij door, het leek alsof hij aan het bellen was, hij kwam terug en probeerde weer iets bij de deur en het lukte niet want hij liep weer weg. Het leek alsof hij wilde kijken of het nog steeds dezelfde sleutel was. Want boven ons op [instelling] woonden wat oude vrienden van mijn man. Maar toen zij weggingen, heb ik de sloten van de toegangsdeur laten vervangen. [naam] woonde boven ons. Hij was daar vaak met een vriend van hem, [verdachte] . We zijn ook samen, mijn man en ik, op vakantie geweest met [verdachte] erbij. Zij waren er ook bij toen ik dat horloge in Turkije kocht. Ik verdenk onder anderen [verdachte] van de overval. [verdachte] is ook bekend met het
woonadres van de moeder van [slachtoffer 5] ( ). Hij weet ook dat ik een kantoor heb.

7.Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d.

7 september 2022, opgenomen op pagina 830 e.v. van voornoemd dossier, inhoudend als relaas van verbalisant [naam] :
Op maandag 5 september 2022 zag ik, verbalisant, dat ik een mail had ontvangen van het overvallen team Rotterdam. In deze mail zat een bijlage bestaande uit een goederenlijst van de aangever van de overval aan de [adres] te Vlaardingen. Deze goederenlijst is voorzien van tekst en fotos en gevoegd bij dit proces-verbaal als bijlage.
Op deze lijst staan de volgende goederen vermeld:
  • Rolex day date goud met diamantjes rondom de wijzer en in de plaat;
  • Zwarte revolut bank pas;
  • Zilveren armani horloge met steentjes in de plaat;
  • Gouden ketting met arabische munt als hanger;
  • Zilveren koningsschakel;
  • Roze cartier bril met springende panter als montuur, letters [slachtoffer 5] in goud gegraveerd in deglazen;
  • Gouden oorbellen mini arabische munt;
  • Dior riem met dior logo erop en CD in het goud als gesp;
  • Zwarte gucci riem met gouden gesp;
  • Louis Vuitton armband met letters K "hartje" S;
  • Cartier bril met geel/gouden glazen, hoekig. Cartier staat in de glazen gegraveerd in goud
Gouden montuur;
  • Burberry tas;
  • Apple Watch beige/nude achtig;
  • Dior schouder tas zie foto;
  • Burberry handtas. Hier zat ook een burberry portemonnee bij;
  • Twee gouden armbandjes met muntjes eraan;
  • Cartier bril met zilveren montuur en rode hoekige glazen;
  • Cartier bril met zilveren montuur en groene glazen met gegraveerde letters [naam] in zilver;
  • Cartier bril met zilveren montuur en blauwe glazen met gegraveerde letters in [naam] in zilver;
  • Cartier bril met zilveren montuur en transparante glazen (op sterkte);
  • Dita zonnebril met goud/bruine glazen;
  • Burberry hoed;
  • Burberry tas;
  • Louis vuitton tas keep all blokjes grijs zwart;
  • Louis vuitton riem wit met grijze blokjes;
  • Louis vuitton tas zwart met gedrukte letters LV in de tas en logo;
  • Louis Vuitton riem bruin met LV gesp goud en donkere binnenkant;
  • Louis Vuitton riem bruin met gesp goud en rood binnenkant;
  • Dior portemonnee;
  • Dior tas met dikke band en goud CD aan voorkant;
  • Dior tas met dunne band en goud CD aan voorkant;
  • Louis vuitton tas met LV erop in grijs onder en boven zwart;
  • Louis Vuitton tas met zwart en grijze blokjes met korte bandje;
  • Louis vuitton tas zwart met grijs met LV erop en op de band LV;
  • Louis vuitton tas met blokjes met dunne gouden band;
  • Louis vuitton laptop tas met blokjes zwart en grijs;
  • Louis vuitton portemonnee met LV in licht bruin erop;
  • Louis vuitton tas met blokjes in bruin en donker bruin en zwart met gouden ringen band;
  • Louis vuitton portemonnee met licht en donker bruine blokjes;
  • Louis vuitton rugtas in zwart met grijze LV erop;
  • Louis vuitton tas in zwart met grijs LV erop en een korte zwarte soort "ketting hangend aan de voorkantonder;
  • Louis vuitton rugtas met dikke bandjes en LV erop in lichtbruin.

8. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 20 maart 2023, opgenomen op pagina 1513 e.v. van voornoemd dossier, inhoudend als relaas van verbalisant [naam] :

Op maandag 20 maart 2023 heb ik, verbalisant, onderzoek gedaan naar de rol van [verdachte] , geboren op 16 mei 1998 te Rotterdam, ten aanzien van de gewapende overval gepleegd op 12 juli 2022 te Vlaardingen.
In het proces-verbaal met het nummer JM687 omschrijf ik dat ik de OVC gesprekken rondom deze gewapende overval heb nageluisterd en waar mogelijk verdachten aan hun stem heb herkend. Het is mede dankzij deze OVC opnames, dat vanaf het begin van het onderzoek naar deze overval, bekend is dat de vier verdachten die de overval gepleegd hebben, zijn getipt over het adres. Het is namelijk duidelijk te horen dat de verdachten [slachtoffer 1] , [slachtoffer 4] en [slachtoffer 3] op 10 juli 2022 in de auto zitten samen met een tipgever. Deze tipgever vertelt ronduit over de slachtoffers, onder andere waar zij werken, wat voor auto zij rijden, waar familie van hen woont en hoe de woning er van binnen uit ziet. Zo weet de tipgever precies te vertellen waar de camera in de woning hangt, waar de stekker van deze camera te vinden is, hoe de slaapkamer gesitueerd is, dat de slachtoffers één of meerdere Rolex horloges zouden hebben, enzovoort. Tevens hebben voornoemde verdachten kennelijk een sleutel van deze tipgever gekregen. Dit betreft een sleutel van de portiekdeur, zodat ze hier zonder lawaai naar binnen kunnen. Op de OVC is echter te horen dat de sleutel van de portiekdeur niet past. Ook is op de OVC te horen dat de tipgever foto's en een filmpje laat zien van het geld dan wel de sieraden van de slachtoffers. Hierbij klinkt het alsof er een filmpje getoond wordt van de bruiloft van de slachtoffers.
Het onderzoeksteam heeft uitgebreid onderzoek gedaan naar de identiteit van deze tipgever. Zo zijn er onder andere meerdere personen onder de tap geplaatst ten tijde van de uitzending van opsporing verzocht, waar beelden van de overval zijn getoond.
Een van de personen die onder de tap is geplaatst betreft voornoemde [verdachte] . Dit was in de periode van 5 december 2022 tot en met 1 januari 2023 en dit betreft het telefoonnummer + [nummer] . Het onderzoeksteam heeft onderzoek gedaan naar het telefoonnummer dat bij [verdachte] in gebruik is geweest. In proces PL1700-2022301745 heeft [verdachte] voornoemd telefoonnummer bij de politie opgegeven nadat hij op het politiebureau te Capelle aan den IJssel was verschenen. Hij was daar omdat, onder andere van hem, een geldbedrag in beslag was genomen bij een politiecontrole. De politieambtenaar die [verdachte] te woord heeft gestaan heeft hierop zijn telefoonnummer genoteerd en heeft dit dubbel gecheckt waarna het telefoonnummer in het politiesysteem werd vastgelegd. Uit de opgenomen telefoongesprekken kon ook blijken dat de gebruiker van dat telefoonnummer met enige regelmaat zijn naam noemde en dat deze naam [verdachte] was. Hieruit kon blijken dat voornoemd telefoonnummer daadwerkelijk in gebruik is geweest bij [verdachte] .
Ik, verbalisant, heb op maandag 20 maart 2023 diverse tapgesprekken teruggeluisterd. Er waren meerdere gesprekken in de buitenlandse taal welke zijn vertaald door een tolk. Na het terugluisteren van een aantal tapgesprekken was het mij duidelijk dat de stem op deze taplijn, van de persoon die zich op deze taplijn ook met regelmaat [verdachte] noemt, dezelfde stem is als te horen is op onder andere de volgende OVC gesprekken:
201240
201740
202240
202740
203240
203740
204240
232737
232929
233100
233449
233611
944
1133
1715
(...)
Bij het terugluisteren van de tapgesprekken kan ik onder andere de volgende tapgesprekken benoemen waaruit ik de stem van de spreker herken als dezelfde stem die te horen is op de OVC gesprekken met de volgende doelproductnummers: - 31(naam [verdachte] wordt genoemd)
5767
9929
10665.

9. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 21 februari 2023, opgenomen op pagina 1320 e.v. van voornoemd dossier, inhoudend als relaas van verbalisant [naam] :

Ik, verbalisant, heb de OVC-opnames teruggeluisterd welke gerelateerd lijken te zijn aan de overval gepleegd op 12 juli 2022 aan de [adres] te Vlaardingen. (...) De gesprekken die met de overval in Vlaardingen te maken lijken te hebben beginnen op 9 juli 2022. De gesprekken staan op chronologische volgorde in dit proces verbaal. De coderingen van de gesprekken zijn tevens tijdscoderingen waarbij opgemerkt dient te worden dat er een tijdsverschil is van twee uren met de daadwerkelijke tijd. Het eerste gesprek op 9 juli 2022 heeft bijvoorbeeld de codering 181049. Deze opname is gestart op 9 juli 2022 om 20:10:49 uur (uren, minuten, seconden).
Naam [verdachte] genoemd
Tijdens het beluisteren van onderstaande gesprekken werd op 10 juli 2022 in gesprek 233100 een naam genoemd van een NN persoon welke wordt aangeduid als NN2. De context van dit gesprek is dat verdachten [slachtoffer 1] , [slachtoffer 3] en [slachtoffer 4] in het voertuig lijken te zitten en dat er twee personen bij hen zijn die uit de omgeving van Rotterdam dan wel Vlaardingen komen. Een van deze personen heeft naar mijn inschatting een Frans accent.
De andere persoon is samen met voornoemde drie verdachten vanaf Rotterdam naar Vlaardingen gereden en heeft daar een voorverkenning uitgevoerd waarbij deze persoon diverse informatie heeft gegeven. Hij heeft de woning aangewezen, heeft uitgelegd hoe de woning er van binnen uit ziet en heeft onder andere aan de drie verdachten een filmpje getoond waarop kennelijk de slachtoffers te zien zijn met veel goud. Dit betreft mogelijk een bruiloftsfilmpje van de slachtoffers. Ook is deze persoon er van overtuigd dat er veel buit te verkrijgen is op dit adres. Deze persoon, de kennelijke tipgever, wordt door de NN persoon met het Franse accent [verdachte] genoemd. Vanaf dat moment heb ik deze persoon aangeduid als [naam] (naam genoemd [verdachte] ). Ik heb vervolgens de gesprekken die daarvoor hadden plaatsgevonden teruggeluisterd en daar waar de stem dezelfde is als de persoon die [verdachte] genoemd wordt, heb ik deze persoon aangeduid als [naam] .
(...)
()
C: Ik moet even snel die neef van die jongen ophalen. Die Turk zelf is even bezig met doeroe maken voor een paar klanten dus die osso zit vol. Maar die neef gaat ons nu alles laten zien.
(...)
(...)
C: hij zegt hij loopt met de goedkoopste Rolie
M hoeveel stuks heeft hij
C: hij zegt dat hij zo ie zo anderhalve ton aan horloges heeft
M En 5 ton cash
C: ja hij zegt dat er een ton of 5 ton cash vinden. Hij zegt ze kunnen zo weg zijn weet je. M: een inbraak of zo
C; Ja zou kunnen.
M: we kunnen hem ook opwachten NTV
C; jan nee ik kan die binnenste cilinder er weer instoppen hij kan dan niet met de sleutel naar binnen.
M: ja.of we moeten hem buiten zijn huis opwachten
C: Hij woont in een flatje gelijk links is zijn deur en die jongen heeft zijn portiek sleutel.
A.R.M ntv
C: hij zegt als je binnen komt hangt er gelijk links een camera maar de stekkers zitten gelijk bij de deur die moet je eruit trekken.
C: ikke wel niet in de portiek maar in zijn huis.
M: Oh in zijn huis.
C Ja in gang die portiek niet
M: we moeten dus snel wezen
C Nee want Als hij osso is
C: dat moeten we allemaal aan hem vragen
M: snel snel snel NTV shooten wat heb je mee?
C; we hebben zo ie zo 2 G-tjes en 1 45
M:Lange magga?
C: maar ja ik heb er 17 nog he jij heb nog 17 34 en 12 in die 45 en
201240
[naam] : NTV samen daar die osso kijken?
C: maakt mij niet uit man wat jij wil
M: laat ons samen rijden
C: Jo daar is ook vlakbij daar [naam] : Nee man ntv hoek daar ntv.
C: weet jij die moeder haar adres?
[naam] : Ja
C: dan kan je wel zeggen 1 keer skotu, komen we bij je moeder, en dan gelijk zegge die adres snap je
(...)
(...)
[naam] : aan de rechter kant zie je een bus
C: Ja die grote witte
[naam] : dat is voor die OSSO aan de rechterkant
C: nee daar bij die witte aan jouw kant
[naam] : precies waar die lichtjes uitgaan nr 26 ntv deze deur rechts 25 a
M: 25 a zie je zijn auto
[naam] : nee man zijn auto is er niet
C: 25 a
C: dus hij woont gelijk beneden
M: die ramen naast de deur?
[naam] : Die ramen naast de deur aan de rechterkant is zijn slaapkamer.
C: oke
[naam] : moet je gelijk eerste links pakken links ntv
[naam] : precies achter die witte deur die rechter 2 ramen
C: Waar die fiets staat oh ja die middelste
[naam] : bij die fiets bij de rechterkant van die fiets
M: die tweede deur toch
[naam] : die rechterraam is open
C; die ramen zijn open jij weet die nummer toch middelste deur en gelijk rechts
M: Als je binnen kom beneden is de deur gelijk daar
[naam] : de deur en 1 trap naar boven.
M: kan je ook onder die trap staan
[naam] : nee man
[naam] : je kan het beste zo gaan geen camera ntv
C: oh is zijn moeder
[naam] : zijn moeder woont hier 3 minuten vandaan
C; je weet die straat naam en die nummer
[naam] : ja moet ik kijken wat precies
C: als je dat voor mij kan doen hoeven we niet per se langs te rijden gewoon die huisnummer kunnen we hem daarmee bluffen snap je.
[naam] : achterom
C: Achterom? Nee ik zei bedoel dan kan ik hem daar mee afbluffen als je naar skotu gaat dan komen we daar.
(...)
(...)
[naam] :NTV
M: We hebben sleutels hoeven niet te ouwehoeren bij die deur, wie woont daar boven
[naam] : polen
M: Die kunne wel tegen lawaai
[naam] : jaja
C: rechts of links.
C; broer die ding kan je ook overdag pakken als je bent achter die deur ben je klaar. Ze kunne van achter wel of niet vluchten?
[naam] : Nee man, wel tuin maar geen uitgang via tuin
[naam] : echt kleine osso NTV
C; het enige wat wij moeten weten is als we binnekomen gelijk rechts is er een slaapkamer toch?
[naam] : gelijk rechts eerste slaapkamer
[naam] : ntv die camera
C Hij schijnt in jouw gezicht of jouw rug
[naam] : hoe jij erin gaat die camera ziet jou niet gelijk hij is gericht naar de woonkamer C: oke
C: dus als jij naast ntv
C: is goed.
(...)
C: kan ik die foto van die doekoe en die Roli nog eens zien en van hem [naam] : van die Rolie broer heb ik niet van hem heb ik wel.
[naam] : Kijk bro dit is die piece van hem misschien zie je het goud
[naam] laat filmpje zien zo te horen je hoort muziek en gefluit
[naam] : ntv
M: heeft veel vrienden
[naam] : broer zijn allemaal familie man nvt van niemand broer daar komt het goud broer C ja
M: Waar.
[naam] : nek, arm
A.R.M: dat is hem
[naam] : dat is boy dat is die vrouw broer mietje Holla hij gaat gelijk alles geven
M: Broer die goud is genoeg waarde is wel veel
A.R.M: Is die daar binnen
[naam] : weet ik niet, ik denk eerder bij zijn ma of zijn zus ofzo
(...)
[naam] stapt uit stap ander persoon in NN3
(...)
C: die man van ons die Turk zou ons ook niet laten gaan als hij er geen vertrouwen in had. Hij komt straks zelf ook
M: deze twijfelt met moeder, moeder
C: JA
M: NTV praat antilliaans.
C: kanker makkelijk man als je eenmaal achter die deur bent ben je klaar man.
M: Heb de sleutel C; Heb jij toch? M: nee jij toch?
C: Nee man ik heb die sleutel niet aangenomen ik heb zijn nummer niet ik laat die turk hem bellen. Die haalt hem op geen probleem A.R.M en M discussiëren NTV
C: Ik ga hem nu bellen.
Telefoon gaat over.
C: Jo bro kan je je niffo snel even naar die hotel sturen ben hem vergeten aan te nemen man
()
(...)
C: stapt in. Zijn niet de sleutels ik heb het 3 keer geprobeerd, past niet. Er hangt ook een Cammie op die hoekje die pakt de deur niet, maar wel als je er langs loopt die deur is kanker moeilijk want die gaat naar buiten open dus gaat lawaai maken als je hem gaat breken.
A.R.M: NTV
C: Die voordeur.
A.R.M: van hun?
C: Ik ben niet in die gang geweest want ik kwam er niet in die sleutels passen niet
M: van portiek bedoel je
C: Ja man paste niet we moeten nu naar hun toegaan ze moeten de goed sleutels geven
ja dit is niet de sleutel drie keer geprobeerd.
C: Die deur kan ik wel trekken maar is wel een beetje stil ik heb liever dat ze een sleutel hebben, dat is het beste ja man in die gang kunnen we alles doen., zie ook die deur loopt ver naar achteren man. Weet ik niet zeker maar.. Het leek nu net of de lichten uit waren
M: Ja
A.R.M: NTV
C: ja, Nee man. Was nummer [nummer] he?
M:: ja nummer [nummer] was die portiek
C Belt. jo bro waar moet ik komen dan, waar heen?
Beller niet te verstaan
C: Oke maar die kieri is het niet man, nee man. Ik heb geprobeerd alle 2 passen niet. Dan hebben ze die slot veranderd ik ben met 5 minuten bij Markt
(...)
Komt een persoon bij auto
NN2: Boef
C: die deur gaat lastig
NN2: die van hem of de buiten deur
C: De buitendeur ik ben niet in die gang geweest
C: kan wel open weet je wat het is als ik cilinder ga trekken dan gaat het politie zaak worden die mensen in die flat kunnen niet naar binnen snap je en zijn auto staat er ook niet
[naam] : Hij is niet thuis?
C: nee man zijn auto stond er niet
[naam] : hij gaat sowieso thuiskomen
M: Zwarte of grijs
[naam] : zwart G 226LT
M: hij parkeert altijd voor deur?
[naam] : voor deur of parkeer plaats als hij naar binne zou gaan achter na hem zou goeie zijn
C: waar ga je daar verstoppen
M: NTV
[naam] : je weet toch ze zijn van die kant komen rijden dan kom je bij parkeer plaats
C: Via achterkant ga misschien ook. Heeft hij daar cilinder, zijn schuifdeuren. Als ik cilinder trekken gaat hij niet meer binnen komen als k ga breken wel
[naam] en NN2 NTV
[naam] : hoe laat is nu
C: Half 2
[naam] : Ik zei ook rond 1 uur kan zijn hij is nu osso
NN2: en overdag wat doet hij
[naam] : die jongen hij gaat 10 half 10 eruit hij gaat bewegen hij heeft kantoor he maar kantoor is gezamenlijke ingang daar ga je opvallen als je wat doe, maar van osso naar die kantoor die kantoor is bij die vijfsluizen metro
NN2: oh neem 1 torrie mee, ijzertje of hij komt naar osso of is net binnen, die buiten deur is irritant
A.R.M: Als we hem pakken heb je huissleutel
NN2: beste is buiten pakken
A.R.M: 2 gaan met hem naar binnen
NN2: osso van moeder is dicht bij je moet hem goed handelen
[naam] : ja
NN2: hij mag niet herrie maken
[naam] : Als je hem in auto kan pakken zou goeie zijn.
NN2: Ntv ga in hotel slapen wachten gewoon
C: lijkt me wel staat waar druk is
[naam] : ja bij lidl waar we naar binnen gingen
C: die buurman van hem stond net ook buiten die rechter portiek waar die busje stond
[naam] : die ken ik niet man, die is nieuw man die busje
NN2: Van tuin kun je niet naar binnen [verdachte] ?
[naam] : ik zeg toch er is is één grote glazen deur
C: als je een sleutel in die deur van binnen zit kun je hem niet trekken
[naam] : hun hebben achter sleutel er op
C: hem niet worden schuifdeur gaat lawaai maken hangt daar op hoek ook camera
NN2: en als hij overdag naar buiten komt
C: Weet je wat het is, in die portiek is perfect, maar daar in die straat, want daar links hangt ook een dikke camera, zon grote witte bol
C: Je hebt geen ruimte, hij is helemaal nieuw nieuw
[naam] : hij heeft nog een beetje speling heb je gezien
[naam] : daarom die sleutel hebben ze misschien ook veranderd
C: Ik zag in die rechterportiek die cilinder stak een stukje uit maar bij zijn deur zat ie er gewoon in, gewoon nieuw nieuw
[naam] : ja die is gewoon veranderd
C: Ik ben ook nog niet in die gang geweest want ik kwam niet binnen
NN2: Wat denk je zelf?
C: ja kijk als ik die voordeur moet gaan trekken terwijl hij er nog niet is dan moeten we wachten tot hij is gekomen, dan trekken en dan doorgaan
NN2: maar denk je dat je hem rustig kan trekken?
C: ja ik ga wel rustig binnekomen hoop ik, veel wd40. Die portiekdeur is nog wel kankerder, maar als je die portiek in bent is het nog wel een stukje lopen naar zijn deur?
[naam] : nee twee stappen dan is die voordeur van hem rechterkant, linkerkant is trap naar boven..
NN2: hij is de enigste beneden?
[naam] : zij zijn de enigste beneden
C: of we moeten hem opwachten man.
M: Misschien van afstand zie je dat wel die lamp C; We hebben daar rondje gemaakt geen Golf 8 gtd
NN2: GTD?
C: ja stond nergens
NN2: was hij niet thuis dan
[naam] : hoe gaat die licht uit, misschien die vrouw ga ik zeggen
C: ik denk dat die vrouwtje alleen thuis is
NN2: heb je liever dat wij even gaan kijken of die auto er staat
C: als je dat wil doen graag
NN2: hij moet wel thuis komen denk ik
[naam] : hij moet sowiezo thuis zijn
A.R.M: NVT als we hem pakken daarbuiten is het klaar bingo, opsluiten in zijn huis alles, sleutels van zijn moeder zijn osso alles
NN2: je weet hij gaat schreeuwen als een vrouw
M: zijn vrouw is er ook bij
A.R.M: we geven hem geen kans uit zijn auto te stappen
(...)
Op de achtergrond spreken twee mannen met elkaar. NTV
C: Denk je dat ie nog thuis gaat komen?
NN2: Hij zegt, of ze moeten nou komen of ze moet komen naar de osso.
NNM: NTV...alarm..NTV.
NN2: Alles is daar.
NNM: Net begonnen.
[naam] : Weer die grote koffer van Louis, gewoon echt, setjes setjes tories daar bro. Alleen dat al, begrijp je, er is daar sowieso gewoon, garantie.
NN2: Man je hebt goeie schriffer (LTV) werk, so
Einde fragment
(...)
C: Maar [naam] (naam? fonetisch), er is, er is, je denkt hij komt zeker hè?
[naam] : Vandaag?
C: Ja.
[naam] : Garantie broer, hij slaapt...
C: Hij komt 100% zeker thuis.
[naam] : Morgenvroeg gaat hij werken, hij werkt vanuit die huis, begrijp je....
C: Het kan niet zo zijn
[naam] : NTV.. tories met banken... NTV... in die osso doet hij alles, begrijp je.
Einde fragment
[naam] : Proto(?) [adres]
C:: Hoe schrijf je dat? [adres]
[naam] : [adres]
ja
[naam] : [adres] , ongeveer nummer [nummer] , die gast die heeft iets, die heeft ook ... LTV... camera ...
LTV... kan die GTD ook staan.
C: En stel je voor, daar moet die GTD staan, dus dan kan het ook zo zijn dat hij daar slaapt of daar op bezoek is.
[naam] : Of bij zijn moeder maar grote kans achter osso
C: OK, is goed.
[naam] : Snap je

10. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 20 juni 2023, opgenomen op pagina 1522 e.v. van voornoemd dossier, inhoudend als relaas van verbalisant [naam] :

Op maandag 19 juni 2023 en dinsdag 20 juni 2023 heb ik samen met collega [naam] verdachte [verdachte] vervoerd en verhoord. Toen ik verdachte [verdachte] hoorde praten herkende ik direct zijn stem als zijnde de persoon die telefoongesprekken voerde met het telefoonnummer + [nummer] . De telecommunicatie van dit telefoonnummer werd in de periode van 14 juni 2023 tot en met 19 juni 2023 opgenomen.
In het verhoor van verdachte [verdachte] op 20 juni 2023 werden hem drie OVC-fragmenten laten horen.
Dit betreffen de volgende fragmenten:
10 juli 2022 met het nummer 233449
10 juli 2022 met het nummer 203740
10 juli 2022 met het nummer 233100
In deze fragmenten herkende ik de stem van verdachte [verdachte] als één van de personen die deelnam aan het gesprek.

11. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 20 juni 2023, opgenomen op pagina 1520 e.v. van voornoemd dossier, inhoudend als relaas van verbalisant [naam] :

Op dinsdag 20 juni 2023 was ik verbalisant, in de omgeving van de stad Utrecht alwaar ik sprak met aangevers [slachtoffer 5] en [slachtoffer 6] . Ik was daar samen met politieambtenaar [naam] . Wij hebben met toestemming van officier van justitie mr. N. Tromp diverse goederen aan hen teruggegeven welke eerder tijdens het onderzoek door hen waren herkend als zijnde hun eigendommen die bij de overval zijn weggenomen.
Hierna hebben wij met toestemming van officier van justitie mr. N. Tromp een kort gedeelte van een OVCgesprek aan beide aangevers laten luisteren. Het betreft het OVC-gesprek van 10 juli 2022 met de code 203740.
Op deze opname is te horen dat er door een persoon, waarvan wij denken dat dit [verdachte] betreft, een filmpje wordt getoond aan de andere inzittenden van de auto. Dit omdat er door deze inzittenden wordt gevraagd naar foto's van die 'doekoe' ,van die 'rolie' en van hem.
Bij het beluisteren van een deel van het OVC-gesprek werd gebruik gemaakt van een koptelefoon. Wij hebben aan beide aangevers gevraagd niets te zeggen ten tijde van het beluisteren zodat zij elkaar niet zouden beïnvloeden. Als eerste luisterde aangever [slachtoffer 5] naar het fragment. Toen hij dit beluisterde zag ik hem zijn telefoon erbij pakken waar hij wat op aan het typen was. Ik zag dat
[slachtoffer 5] verder met zijn ogen dicht het OVC-gesprek beluisterde. Terwijl het fragment nog afspeelde zag ik dat [slachtoffer 5] het beeldscherm van zijn telefoon naar ons draaide. Ik zag op het scherm de volgende tekst staan: "ik hoor de stem van [verdachte] ".
Hierna heeft aangeefster [slachtoffer 6] het OVC-gesprek beluisterd. Ook zij deed haar ogen dicht bij het beluisteren. Ik zag dat ook zij iets op haar telefoon deed ten tijde van het luisteren naar het OVC-gesprek. Nadat het beluisteren klaar was vroeg ik aan aangeefster [slachtoffer 6] wat zij had gehoord. Ik zag dat ze mij aankeek en gedecideerd zei dat ze [verdachte] hoorde. Ik hoorde dat aangever [slachtoffer 5] dit bevestigde waarna ik hun vertelde dat wij [verdachte] een dag eerder buiten heterdaad hadden aangehouden in verband met de betrokkenheid bij de overval op hen.
Hierna vroeg ik wat zij konden zeggen van het geluidsfragment dat te horen was op de OVC opname. Ik zag dat aangeefster [slachtoffer 5] (de rechtbank begrijpt: [slachtoffer 6] ) haar telefoon aan ons liet zien en zag dat zij een filmpje afspeelde. Ik zag dat dit een filmpje was van de bruiloft van aangevers. Ik zag dat zij op het filmpje aan het dansen waren. Ik hoorde de achtergrondmuziek op dit filmpje en herkende de achtergrondmuziek van dat filmpje direct als de muziek die op het OVC-gesprek te horen was. Aangeefster [slachtoffer 5] (de rechtbank begrijpt: [slachtoffer 6] ) had dit filmpje tijdens het beluisteren van het OVC-gesprek opgezocht op haar telefoon omdat ze dit direct herkende.
Met betrekking tot de hiervoor weergegeven standpunten overweegt de rechtbank het volgende.
In het opsporingsonderzoek is gebruik gemaakt van het opsporingsmiddel "opnemen van vertrouwelijke communicatie met een technisch hulpmiddel" (hierna kortweg aangeduid met OVC) dat was aangebracht in de auto van medeverdachte [slachtoffer 1] . Bij de weergave van de aldus opgenomen en afgeluisterde communicatie heeft de politie beschreven welke stemmen zijn herkend door opsporingsambtenaren. Ten aanzien van deze stemherkenningen zijn ambtsedige processen-verbaal opgemaakt.
Door de verdediging is gemotiveerd betoogd dat de herkenningen van de stem van verdachte aan de hand van de OVC-gesprekken onvoldoende betrouwbaar zijn en derhalve van het bewijs dienen te worden uitgesloten.
De rechtbank stelt voorop dat voor het kunnen herkennen van een stem op zichzelf geen bijzondere kennis of kunde nodig is en dat hetgeen iemand over het herkennen van een stem verklaart, mededelingen betreffen over zijn/haar eigen waarneming en ondervinding. Door de verdediging is aangevoerd dat de OVC-gesprekken van vlak na de overval volgens het NFI van onvoldoende kwaliteit zijn om tot een stemherkenning te kunnen komen. De rechtbank overweegt hieromtrent dat het NFI ten aanzien van de betreffende OVC-gesprekken weliswaar heeft aangegeven dat het niet mogelijk is om op een wetenschappelijke manier tot een stemherkenning te kunnen komen op basis van de betreffende opnames, maar dat dit naar het oordeel van de rechtbank niet betekent dat herkenning door verbalisanten op basis van deze opnames niet mogelijk zou zijn, zeker waar die herkenning ondersteund wordt door andere onderzoeksresultaten. Wel is bij de waardering van de bewijskracht van stemherkenningen behoedzaamheid op zijn plaats. Een belangrijke factor bij de waardering van de betrouwbaarheid van zulke herkenningen is derhalve de vraag of, en zo ja, in hoeverre stemherkenningen worden ondersteund door andere bewijsmiddelen.
Aan de hand van de hiervoor weergegeven bewijsmiddelen stelt de rechtbank vast dat de stem van verdachte door verbalisant [naam] is herkend op meerdere OVC-gesprekken. Deze herkenning heeft plaatsgevonden nadat verbalisant [naam] meerdere tapgesprekken heeft beluisterd. Van deze tapgesprekken kan worden vastgesteld dat deze zijn gevoerd met een door verdachte aan de politie opgegeven telefoonnummer van hemzelf (+ [nummer] ) waarbij de gebruiker van dit telefoonnummer met enige regelmaat de naam [verdachte] noemt. Deze tapgesprekken zijn vervolgens ook beluisterd door verbalisant [naam] . Verbalisant [naam] heeft, evenals verbalisant [naam] , verdachte vervoerd en verhoord en toen hij verdachte hoorde praten herkende hij direct diens stem als de stem van de persoon die telefoongesprekken voerde met dit betreffende telefoonnummer. De rechtbank is derhalve van oordeel dat vastgesteld kan worden dat verdachte degene is geweest die de bewuste tapgesprekken heeft gevoerd.
Na het uitluisteren van enkele van voornoemde tapgesprekken heeft verbalisant [naam] de stem vergeleken met de stem van de persoon in de OVC-gesprekken die tips heeft gegeven met betrekking tot de overval. [naam] is daarbij tot de conclusie gekomen dat dit dezelfde stem is en dat verdachte dus de persoon is die is aangeduid als [naam] . Ook door verbalisant [naam] wordt geconcludeerd dat in de OVCfragmenten van 10 juli 2022 met nummers 232449, 203740 en 233100 de stem van verdachte te horen is.
De rechtbank heeft voorts geconstateerd dat in het OVC-gesprek met nummer 233100 van 10 juli 2022 twee onbekende personen in de auto van medeverdachte [slachtoffer 1] zitten. Deze personen zijn omschreven als NN2 en [naam] . Hierbij wordt door verbalisant [naam] opgemerkt dat NN2 een Frans accent lijkt te hebben en dat deze persoon op enig moment zegt: van tuin kun je niet naar binnen [verdachte] ?. Hierop reageert de persoon die wordt aangeduid als [naam] : ik zeg toch er is één grote glazen deur. De rechtbank stelt derhalve vast dat aan de onbekend gebleven persoon NN2 een Frans accent wordt toegeschreven en niet aan [naam] , zoals door de verdediging is gesteld.
Vervolgens heeft de politie op 20 juni 2023 aan aangevers [slachtoffer 5] en [slachtoffer 6] een gedeelte van het OVC-gesprek van 10 juli 2022 met de code 203740 laten horen. [slachtoffer 5] en [slachtoffer 6] hebben onafhankelijk van elkaar in dit fragment de stem van verdachte herkend. De rechtbank merkt daarbij op dat aangevers verdachte goed kennen. Door de verdediging is aangevoerd dat mogelijk sprake is van een confirmation bias bij aangevers, vanwege een mogelijk geschil tussen hen en verdachte. Hierbij heeft de verdediging gewezen op het feit dat aangevers in hun verklaringen kort na de overval, al meerdere personen hebben genoemd die door hen als mogelijke verantwoordelijke(n) voor de overval worden aangewezen, onder wie verdachte. De rechtbank ziet in deze omstandigheid echter geen aanleiding om een confirmation bias aan te nemen. Aangevers hebben immers onafhankelijk van elkaar verklaard de stem van verdachte te herkennen, terwijl de door hen genoemde lijst van mogelijke verdachten veel uitgebreider was. Het feit dat deze herkenning bovendien overeenkomt met de herkenning van verbalisanten [naam] en [naam] , maakt dat de rechtbank niet twijfelt aan de betrouwbaarheid van deze herkenningen.
De rechtbank overweegt voorts dat de stemherkenningen worden ondersteund door de inhoud van de OVC-gesprekken, waarin door de tipgever specifieke informatie wordt gedeeld waarover verdachte heeft kunnen beschikken. Zo hebben aangevers verklaard dat verdachte enige tijd met regelmaat in het appartement boven hen heeft verbleven en dat hij daarom ook kon beschikken over een sleutel van de portiekdeur, terwijl is gebleken dat de tipgever een sleutel van de portiekdeur ter beschikking heeft gesteld aan de medeverdachten. Daarnaast behoort aangever tot één van de weinige mensen die meerdere keren in de woning van aangevers is geweest. Zodoende kon verdachte beschikken over informatie met betrekking tot de indeling van de woning, de beveiligingscamera en aangevers. In één van de OVCgesprekken is bovendien te horen dat de tipgever een filmpje toont aan de medeverdachten. Door aangevers wordt dit filmpje herkend als een filmpje van de bruiloft van aangevers, waarbij ook verdachte aanwezig is geweest. Het feit dat meerdere mensen over dit filmpje hebben kunnen beschikken, doet niet af aan het feit dat verdachte aantoonbaar over de gedeelde informatie heeft kunnen beschikken.
Gelet op het bovenstaande constateert de rechtbank dat de juistheid van de stemherkenningen van verdachte wordt ondersteund en versterkt door de inhoud van meerdere en andersoortige bewijsmiddelen.
De rechtbank ziet op grond van de inhoud van het dossier en het verhandelde ter terechtzitting geen enkele aanleiding om aan de juistheid van de identificatie van verdachte als gespreksdeelnemer te twijfelen. De rechtbank stelt derhalve vast dat verdachte de persoon is die in de betreffende OVCgesprekken door de politie wordt omschreven als [naam] .
De rechtbank stelt voorop dat voor de bewezenverklaring van medeplichtigheid aan een misdrijf is vereist dat niet alleen wordt bewezen dat het opzet van de verdachte was gericht op zijn handelingen als medeplichtige als bedoeld in art. 48, aanhef en onder 1° of 2º Sr, maar ook dat zijn opzet, al dan niet in voorwaardelijke vorm, was gericht op het door de dader gepleegde misdrijf (het gronddelict). Bij de bewezenverklaring en kwalificatie van de medeplichtigheid moet worden uitgegaan van de door de dader verrichte handelingen, ook indien het opzet van de medeplichtige slechts was gericht op een deel daarvan. Het opzet van de medeplichtige behoeft niet te zijn gericht op de precieze wijze waarop het gronddelict wordt begaan.
Aan de hand van het dossier en het onderzoek ter terechtzitting stelt de rechtbank vast dat verdachte (essentiële) informatie heeft verschaft aan de medeverdachten. Zo is door verdachte informatie gedeeld over de indeling van de woning, weg te nemen goederen, de positie van de beveiligingscamera en de stekker daarvan, en de tijden waarop aangevers thuis waren. Ook is door verdachte een sleutel ter beschikking gesteld waarmee de portiekdeur geopend zou kunnen worden en heeft hij aan medeverdachten het adres doorgegeven van de woning van de moeder van aangever [slachtoffer 5] . Verdachte was zich daarbij bewust van het feit dat de medeverdachten dit adres wilden gebruiken om mee te dreigen in de richting van aangevers, aangezien dit meerdere malen op die manier is besproken in het bijzijn van verdachte. Uit de inhoud van de OVC-gesprekken leidt de rechtbank tevens af dat verdachte op de hoogte moet zijn geweest van het doel waarvoor de door hem verstrekte informatie zou worden gebruikt, te weten het plegen van een woningoverval waarbij het gebruik van geweld, of op zijn minst dreiging met geweld, tot de reële mogelijkheden behoorde.
Op grond hiervan is de rechtbank van oordeel dat de verdachte zowel opzet heeft gehad op het verschaffen van inlichtingen als opzet op de diefstal in vereniging met geweld en braak.
De rechtbank komt daarmee tot een bewezenverklaring van het ten laste gelegde.
De rechtbank acht het ten laste gelegde wettig en overtuigend bewezen, met dien verstande dat:
[slachtoffer 1] , [slachtoffer 2] , [slachtoffer 3] en [slachtoffer 4] op 12 juli 2022 te Vlaardingen, omstreeks 04:00 uur, in een woning gelegen aan de [adres] , tezamen en in vereniging met anderen, tassen, brillen, sieraden, telefoons, laptop en geld, die aan [slachtoffer 5] en/of [slachtoffer 6] , toebehoorden heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, en zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van braak, terwijl deze diefstal werd voorafgegaan en vergezeld van geweld en bedreiging met geweld tegen [slachtoffer 5] en [slachtoffer 6] , gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden of gemakkelijk te maken, of om, bij betrapping op heterdaad, aan zichzelf of andere deelnemers aan het misdrijf hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, door
  • de handen van [slachtoffer 5] met tieraps op zijn rug vast te binden en [slachtoffer 5] al dan niet meteen vuurwapen in zijn gezicht te slaan en schoppen,
  • een vuurwapen tegen het hoofd van die [slachtoffer 5] te zetten en daarbij te roepen dat hij geld moestgeven,
  • een vuurwapen op die [slachtoffer 6] te richten en tegen die [slachtoffer 6] te zeggen dat ze op de bankmoest gaan liggen en dat als ze dit niet zou doen, hij haar door haar hoofd zou schieten en
  • die [slachtoffer 6] op de bank te duwen en vervolgens een kleed over haar hoofd heen te trekken/doen
tot het plegen van welk misdrijf verdachte in de periode van 10 juli 2022 tot en met 12 juli 2022 te Vlaardingen en/of Rotterdam opzettelijk inlichtingen heeft verschaft, door informatie te verschaffen over:
  • de tijden waarop voornoemde [slachtoffer 5] en/of [slachtoffer 6] , normaliter thuis zijn en
  • van welke personenauto [slachtoffer 5] en/of [slachtoffer 6] gebruik maken en
  • hoe de woning aan de [adres] er van binnen uit ziet en is ingericht en
  • de aanwezigheid en locatie van de beveiligingscamera in de woning en
  • de locatie van de stekker van de beveiligingscamera in de woning, en door de sleutel van de portiekdeurter beschikking te stellen.
Verdachte zal van het meer of anders ten laste gelegde worden vrijgesproken, aangezien de rechtbank dat niet bewezen acht.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. Verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.
Het bewezen verklaarde levert op:
Medeplichtigheid aan diefstal, voorafgegaan en vergezeld van geweld tegen personen, gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en gemakkelijk te maken, terwijl het feit wordt gepleegd gedurende de voor de nachtrust bestemde tijd in een woning, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen en terwijl de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van braak.
Dit feit is strafbaar nu geen omstandigheden aannemelijk zijn geworden die de strafbaarheid uitsluiten.
De rechtbank acht verdachte strafbaar nu niet van enige strafuitsluitingsgrond is gebleken.
Vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte ter zake van het ten laste gelegde wordt veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van vier jaren, waarvan één jaar voorwaardelijk met een proeftijd van drie jaren, met aftrek van de tijd die verdachte in verzekering en voorlopige hechtenis heeft doorgebracht. Aan het voorwaardelijk deel dienen de bijzondere voorwaarden te worden gekoppeld zoals door de reclassering geadviseerd.
Standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft bij een bewezenverklaring gepleit voor oplegging van een deels voorwaardelijke gevangenisstraf en oplegging van een taakstraf voor de duur van 240 uren. Het onvoorwaardelijk deel van de gevangenisstraf dient gelet daarop beperkt te worden tot maximaal zes maanden.
Oordeel van de rechtbank
Bij de bepaling van de straf heeft de rechtbank rekening gehouden met de aard en de ernst van het bewezen en strafbaar verklaarde, de omstandigheden waaronder dit is begaan, de persoon van verdachte zoals deze naar voren is gekomen uit het onderzoek ter terechtzitting en de rapportage van Reclassering Nederland d.d. 23 augustus 2023, het uittreksel uit de justitiële documentatie, alsmede de vordering van de officier van justitie en het pleidooi van de verdediging.
De rechtbank heeft in het bijzonder het volgende in aanmerking genomen.
Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan medeplichtigheid aan een gewapende woningoverval in de nachtelijke uren. Bij deze overval is met geweld de deur van de woning opengetrapt en zijn de slachtoffers met vuurwapens bedreigd. Ook is er geweld toegepast en is één van de slachtoffers met tie-wraps vastgebonden op de grond. Vervolgens hebben de verdachten de hele woning doorzocht en hebben zij zeer veel dure goederen, waaronder tassen, riemen, sieraden en horloges en een groot geldbedrag weggenomen.
Op het moment van de overval was [slachtoffer 6] zwanger. Uit de door haar ter terechtzitting uitgesproken slachtofferverklaring, blijkt welke grote gevolgen de overval in hun woning op haar en haar echtgenoot heeft gehad. De slachtoffers zijn in hun woning onder andere met vuurwapens bedreigd door meerdere mannen met gezichtsbedekking. Voor de slachtoffers is dit uiterst beangstigend geweest. Na de overval hebben zij last gehad van slaapproblemen en ervaarden zij veel spanning. Bovenal is hun gevoel van privacy en veiligheid in hun eigen woning sterk aangetast. Dit terwijl de woning juist bij uitstek de plaats is waar men zich veilig moet kunnen voelen.
Deze overval is vooraf zorgvuldig gepland, waarbij verdachte degene is geweest die belangrijke informatie heeft verschaft aan de medeverdachten omtrent aangevers, de indeling van de woning, mogelijke buit en de aanwezigheid van een bewakingscamera. Het is voorts aannemelijk dat de overval niet zou zijn gepleegd indien verdachte deze informatie niet zou hebben gedeeld. Verdachte heeft zelfs een sleutel van de portiekdeur van de woning van aangevers ter beschikking gesteld aan de medeverdachten, zodat zij hier zonder lawaai naar binnen zouden kunnen. Op de OVC is te horen dat de sleutel van de portiekdeur niet past, maar dat is enkel te danken aan het feit dat aangevers het slot hadden vervangen. Verdachte heeft verder adresgegevens van de moeder van [slachtoffer 5] doorgegeven, zodat medeverdachten deze gegevens konden gebruiken om de slachtoffers zodanig angst in te boezemen dat zij volledig mee zouden werken en geen politie zouden inschakelen. Het feit dat verdachte over deze informatie kon beschikken omdat hij voorheen bevriend was met aangevers, maakt de rol van verdachte in deze overval des te schrijnender. Dit te meer nu verdachte geen enkele verantwoordelijkheid heeft genomen voor zijn handelen. Verdachte heeft zich tijdens zijn verhoren bij de politie consequent op zijn zwijgrecht beroepen en ook tijdens het onderzoek ter terechtzitting heeft verdachte geweigerd openheid van zaken te geven.
De rechtbank rekent verdachte dit aan.
Uit het reclasseringsrapport van Reclassering Nederland d.d. 23 augustus 2023 volgt dat bij verdachte weinig leefgebieden op orde zijn. Zo heeft verdachte geen vaste woon- of verblijfplaats, heeft hij geen werk en geen inkomen. Ook zijn er aanwijzingen voor een deels negatief sociaal netwerk en mogelijk softdrugsgebruik. De reclassering heeft daarom twijfels over de vraag of verdachte in staat is om adequaat zijn problemen aan te pakken en op te lossen. Als positief punt wordt benadrukt dat verdachte terug kan vallen op zijn partner en familie bij problemen, zoals ook blijkt uit de mededeling van de raadsvrouw dat verdachte bij invrijheidstelling bij het bedrijf van zijn broer aan de slag kan als glasvezelmonteur en dat hij ook bij zijn broer kan verblijven.
Het risico op recidive wordt door de reclassering ingeschat als gemiddeld evenals het risico op letselschade. Bij een veroordeling wordt door de reclassering geadviseerd om bijzondere voorwaarden op te leggen, waaronder een meldplicht bij de reclassering, een gedragsinterventie cognitieve vaardigheden, ambulante behandeling, een contactverbod met aangevers, een locatieverbod en dagbesteding. Verdachte heeft zich ter terechtzitting bereid verklaard om zich aan de geadviseerde voorwaarden te houden.
De rechtbank stelt vast dat in geval van medeplichtigheid aan een misdrijf ingevolge artikel 49, vierde lid, van het Wetboek van Strafrecht bij het bepalen van de straf alleen die handelingen in aanmerking komen die de medeplichtige opzettelijk heeft gemakkelijk gemaakt of bevorderd en de gevolgen daarvan. Daarbij moet worden opgemerkt dat uit de artikelen 47, 48 en 49 van het Wetboek van Strafrecht, gelezen in onderling verband en samenhang, volgt dat het maximum van de aan de medeplichtige op te leggen straf een derde minder bedraagt dan het maximum van de straf, gesteld op het misdrijf dat de medeplichtige voor ogen stond. Anders gezegd, bij de straftoemeting moet worden uitgegaan van het misdrijf waarop het opzet van de verdachte was gericht.
Gelet op de ernst van het bewezenverklaarde feit kan naar het oordeel van de rechtbank niet worden volstaan met een andere straf dan een forse onvoorwaardelijke gevangenisstraf. De rechtbank heeft daarbij tevens acht geslagen op de landelijke oriëntatiepunten voor straftoemeting van het LOVS, waarbij voor een overval in een woning met licht geweld/bedreiging als uitgangspunt een onvoorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van drie jaren geldt. Als strafverzwarende factoren weegt de rechtbank mee dat de overval in de voor de nachtrust bestemde tijd heeft plaatsgevonden, dat er sprake was van drie overvallers die de woning zijn binnengedrongen en dat er sprake was van dreiging met vuurwapens. De rechtbank merkt hierbij op dat door verdachte zelf weliswaar geen geweldshandelingen zijn verricht maar dat zijn rol in de voorbereiding van de overval van cruciaal belang is geweest.
Alles afwegende, en rekening houdend met de rol van verdachte als medeplichtige, acht de rechtbank een gevangenisstraf voor de duur van 36 maanden waarvan 12 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van drie jaren passend en geboden. Aan het voorwaardelijke strafdeel zal de rechtbank de voorwaarden verbinden zoals die door de reclassering zijn geadviseerd. Enerzijds om te voorkomen dat verdachte zich opnieuw schuldig zal maken aan een strafbaar feit, en anderzijds om verdachte handvatten te bieden om zijn leven op orde te krijgen.
De volgende personen hebben zich als benadeelde partij in het strafproces gevoegd met een vordering tot schadevergoeding:
[slachtoffer 5] , tot een bedrag van 79.091,15 ter zake van materiële schade en 10.000,00 tervergoeding van immateriële schade, vermeerderd met wettelijke rente vanaf de datum waarop de schade is ontstaan;
[slachtoffer 6] , tot een bedrag van 92.247,01 ter vergoeding van materiële schade en
10.000,00 ter vergoeding van immateriële schade, vermeerderd met wettelijke rente vanaf de datum waarop de schade is ontstaan.
Standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat de vorderingen van [slachtoffer 5] en [slachtoffer 6] voldoende zijn onderbouwd en voor toewijzing vatbaar zijn.
Standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft de vorderingen benadeelde partij gemotiveerd betwist. Door de raadsvrouw is primair aangevoerd dat er geen causaal verband bestaat tussen de geleden schade en het vermeende handelen van verdachte, zodat de vorderingen om die reden niet-ontvankelijk verklaard dienen te worden. Subsidiair heeft de raadsvrouw verzocht om geen hoofdelijkheid toe te passen en te kiezen voor een pondspondsgewijze toedeling op basis van een ieders aandeel in de overval. Voorts heeft de raadsvrouw zich op het standpunt gesteld dat zowel het deel van de vorderingen dat ziet op de materiële schade als het deel van de vorderingen dat ziet op de immateriële schade, onvoldoende is onderbouwd zodat deze niet-ontvankelijk verklaard dienen te worden dan wel gematigd dienen te worden. Tot slot heeft de raadsvrouw verzocht om geen schadevergoedingsmaatregel op te leggen nu de weggenomen goederen mogelijk zijn betaald met crimineel geld.
Oordeel van de rechtbank
Hoewel voldoende aannemelijk is dat de benadeelde partijen [slachtoffer 5] en [slachtoffer 6] materiële schade hebben geleden die het rechtstreeks gevolg is van het onder 1 bewezen verklaarde, beschikt de rechtbank over onvoldoende informatie om de hoogte daarvan te kunnen beoordelen. Schorsing van het onderzoek om de benadeelde partijen de hoogte van de materiële schade alsnog te laten aantonen, zal leiden tot een onevenredige belasting van het strafgeding en daartoe zal dan ook niet worden overgegaan. De rechtbank zal de vorderingen voor zover deze zien op de materiële schade daarom niet-ontvankelijk verklaren. De vorderingen voor zover deze zien op de materiële schade kunnen slechts bij de burgerlijke rechter worden aangebracht.
Met betrekking tot de immateriële schade overweegt de rechtbank als volgt. De aard en de ernst van het bewezenverklaarde is naar het oordeel van de rechtbank zodanig dat deze meebrengen dat de nadelige gevolgen daarvan zo voor de hand liggen dat de aantasting in de persoon kan worden aangenomen. Het Schadefonds geweldsmisdrijven heeft ten aanzien van een gewelddadige overval in de eigen woning en een rechtstreekse bedreiging met een vuurwapen de aanwezigheid van (ernstig) psychisch letsel ook voorondersteld. De rechtbank ziet geen reden om hier van af te wijken. De rechtbank constateert dat in de zaak van medeverdachte [slachtoffer 2] een bedrag van 9.500,00 per persoon is gevorderd en dat deze bedragen door de rechtbank zijn toegewezen. De rechtbank ziet geen aanleiding om op deze bedragen een indexatie toe te passen en zal daarom aansluiting zoeken bij dit vonnis. Het gevorderde bedrag aan immateriële schade zal daarom voor zowel [slachtoffer 5] en [slachtoffer 6] worden toegewezen tot een bedrag van 9.500,00, aangezien de rechtbank dit bedrag gelet op het voorgaande redelijk en billijk acht.
De vorderingen zullen daarom worden toegewezen tot een bedrag van 9.500,00, te vermeerderen met de gevorderde wettelijke rente over dit bedrag vanaf 12 juli 2022.
De rechtbank stelt vast dat verdachte het strafbare feit samen met anderen heeft gepleegd en dat zij naar civielrechtelijke maatstaven hoofdelijk aansprakelijk zijn voor de schade. De rechtbank zal daarom bepalen dat verdachte de schadevergoeding niet meer aan de benadeelde partijen [slachtoffer 5] en [slachtoffer 6] hoeft te betalen indien zijn medeverdachten deze al hebben betaald, en andersom.
Nu de aansprakelijkheid van verdachte vaststaat, zal de rechtbank bij beide vorderingen de schadevergoedingsmaatregel opleggen om te bevorderen dat verdachte de schade zal vergoeden.
De rechtbank zal verdachte veroordelen in de kosten die de benadeelde partijen tot aan deze uitspraak in verband met de vorderingen hebben gemaakt, tot op heden begroot op nihil, en in de kosten die de benadeelde partijen ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog moeten maken.
De rechtbank heeft gelet op de artikelen 14a, 14b, 14c, 36f, 48, 49, 63 en 312 van het Wetboek van Strafrecht.
Deze voorschriften zijn toegepast, zoals zij ten tijde van het bewezen verklaarde rechtens golden dan wel ten tijde van deze uitspraak gelden.
Verklaart het ten laste gelegde bewezen, te kwalificeren en strafbaar zoals voormeld en verdachte daarvoor strafbaar.
Verklaart niet bewezen hetgeen aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan het bewezen verklaarde en spreekt verdachte daarvan vrij.
Veroordeelt verdachte tot:
Bepaalt dat van deze gevangenisstraf , niet zal worden ten uitvoer
gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten, op grond, dat de veroordeelde voor het einde van of gedurende de proeftijd, die hierbij wordt vastgesteld op 3 jaren, de hierna te noemen voorwaarden niet heeft nageleefd.
Beveelt dat de tijd die de veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis heeft doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf, geheel in mindering zal worden gebracht.
Voorwaarde is, dat de veroordeelde zich voor het einde van de proeftijd niet schuldig zal maken aan een strafbaar feit.
Stelt als bijzondere voorwaarden:
veroordeelde meldt zich na uitnodiging bij de Reclassering Nederland op de door hen aangegeventijdstip en locaties. Veroordeelde blijft zich melden op afspraken met de reclassering, zo vaak, zolang en waar de reclassering dat nodig vindt. Dit kunnen ook huisbezoeken inhouden. Veroordeelde volgt de aanwijzingen op die hem door of namens de reclassering gegeven worden voor zover niet reeds in andere voorwaarden benoemd. Binnen het toezicht worden (sub)doelen geformuleerd waar veroordeelde aan zal werken deze te behalen.
Veroordeelde neemt actief deel aan de gedragsinterventie CoVa of een andere gedragsinterventie diegericht is op cognitieve vaardigheden. De reclassering bepaalt aan welke training veroordeelde deelneemt.
Veroordeelde houdt zich aan de afspraken en aanwijzingen van de trainer/begeleider.
3. Veroordeelde werkt mee aan diagnostisch onderzoek en laat zich indien geïndiceerd behandelen door deWaag of een soortgelijke zorgverlener, te bepalen door de reclassering. De behandeling start na aanmelding. De behandeling duurt de gehele proeftijd of zoveel korter als de reclassering nodig vindt. Veroordeelde houdt zich aan de huisregels en de aanwijzingen die de zorgverlener geeft voor de behandeling.
4. Veroordeelde heeft of zoekt op geen enkele wijze - direct of indirect - contact met aangevers[slachtoffer 5] en [slachtoffer 6] , zolang het Openbaar Ministerie dit verbod nodig vindt.
5. Veroordeelde spant zich in voor het vinden en behouden van betaald werk, onbetaald werk en/ofvrijetijdsbesteding, met een vaste structuur.
Geeft aan voornoemde reclasseringsinstelling de opdracht als bedoeld in artikel 14c, zesde lid, van het Wetboek van Strafrecht toezicht te houden op de naleving van de voorwaarden en de veroordeelde ten behoeve daarvan te begeleiden.
Voorwaarden daarbij zijn dat de veroordeelde gedurende de proeftijd:
  • ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking zal verlenen aan het nemen van een ofmeer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbiedt;
  • medewerking zal verlenen aan het reclasseringstoezicht, bedoeld in artikel 14c, zesde lid, van hetWetboek van Strafrecht, de medewerking aan huisbezoeken en het zich melden bij de reclassering zo vaak en zolang als de reclassering dit noodzakelijk acht, daaronder begrepen.
Wijst de vordering van de benadeelde partij toe tot het hierna te noemen bedrag en veroordeelt verdachte hoofdelijk, aldus dat als een mededader betaalt, verdachte in zoverre zal zijn bevrijd, om aan te betalen:
  • het bedrag van 9.500,00 (zegge: negenduizendvijfhonderd euro);
  • de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 12 juli 2022 tot de dag van algehele voldoening;
  • de proceskosten die de benadeelde partij heeft gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging vandeze uitspraak alsnog zal maken, tot heden begroot op nihil.
Verklaart de vordering van [slachtoffer 5] voor het overige niet-ontvankelijk. Dit deel van de vordering kan slechts bij de burgerlijke rechter worden aangebracht.
Legt aan verdachte hoofdelijk, aldus dat als een mededader betaalt verdachte in zoverre zal zijn bevrijd, de verplichting op om ten behoeve van [slachtoffer 5] aan de Staat te betalen een bedrag van 9.500,00 (zegge: negenduizendvijfhonderd euro), vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 12 juli 2022 tot de dag van algehele voldoening. Dit bedrag bestaat uit immateriële schade.
Bepaalt dat bij gebreke van volledig verhaal van de betalingsverplichting aan de Staat gijzeling voor de duur van 82 dagen kan worden toegepast. De toepassing van gijzeling heft de betalingsverplichting niet op.
Bepaalt dat als verdachte of een mededader voldoet aan de betalingsverplichting aan de benadeelde partij of aan de Staat, verdachte in zoverre zal zijn bevrijd van de betalingsverplichting aan beiden.
Wijst de vordering van de benadeelde partij toe tot het hierna te noemen bedrag en veroordeelt verdachte hoofdelijk, aldus dat als een mededader betaalt, verdachte in zoverre zal zijn bevrijd, om aan te betalen:
  • het bedrag van 9.500,00 (zegge: negenduizendvijfhonderd euro);
  • de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 12 juli 2022 tot de dag van algehele voldoening;
  • de proceskosten die de benadeelde partij heeft gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging vandeze uitspraak alsnog zal maken, tot heden begroot op nihil.
Verklaart de vordering van [slachtoffer 6] voor het overige niet-ontvankelijk. Dit deel van de vordering kan slechts bij de burgerlijke rechter worden aangebracht.
Legt aan verdachte hoofdelijk, aldus dat als een mededader betaalt verdachte in zoverre zal zijn bevrijd, de verplichting op om ten behoeve van [slachtoffer 6] aan de Staat te betalen een bedrag van 9.500,00 (zegge: negenduizendvijfhonderd euro), vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 12 juli 2022 tot de dag van algehele voldoening. Dit bedrag bestaat uit immateriële schade.
Bepaalt dat bij gebreke van volledig verhaal van de betalingsverplichting aan de Staat gijzeling voor de duur van 82 dagen kan worden toegepast. De toepassing van gijzeling heft de betalingsverplichting niet op.
Bepaalt dat als verdachte of een mededader voldoet aan de betalingsverplichting aan de benadeelde partij of aan de Staat, verdachte in zoverre zal zijn bevrijd van de betalingsverplichting aan beiden.
Dit vonnis is gewezen door mr. F. Sieders, voorzitter, mr. R. Depping en mr. J. Faber, rechters, bijgestaan door mr. E.E. de Vries, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 29 januari 2024.
Mr. F. Sieders is buiten staat om dit vonnis mede te ondertekenen.