ECLI:NL:RBNNE:2024:194

Rechtbank Noord-Nederland

Datum uitspraak
29 januari 2024
Publicatiedatum
29 januari 2024
Zaaknummer
18-326183-22
Instantie
Rechtbank Noord-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Op tegenspraak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Gewapende woningoverval met geweld en poging tot afpersing in Assen

In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Nederland op 29 januari 2024 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen de verdachte, geboren in 1978, die betrokken was bij een gewapende woningoverval in Assen. De verdachte werd beschuldigd van medeplichtigheid aan een gewapende woningoverval en poging tot afpersing. De overval vond plaats in de nacht van 7 op 8 december 2022, waarbij de slachtoffers, waaronder een 73-jarige vrouw, werden vastgebonden, geslagen en bedreigd met een vuurwapen. De rechtbank oordeelde dat de verdachte zijn woning had ter beschikking gesteld aan de overvallers en hen had geholpen bij de voorbereiding van de overval. De rechtbank achtte de verdachte medeplichtig aan de overval en legde hem een gevangenisstraf van 24 maanden op, zonder voorwaardelijke invrijheidstelling. Daarnaast werd de verdachte veroordeeld tot het betalen van schadevergoeding aan de slachtoffers, waaronder immateriële schade. De rechtbank benadrukte de ernst van de feiten en de impact op de slachtoffers, die nog steeds psychische gevolgen ondervinden van de overval. De verdachte had eerder ook al strafbare feiten gepleegd, wat meegewogen werd in de strafmaat.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-NEDERLAND

Afdeling strafrecht
Locatie Assen
parketnummer 18.326183.22
Vonnis van de meervoudige kamer voor de behandeling van strafzaken d.d. 29 januari 2024 in de zaak van het openbaar ministerie tegen de verdachte

[verdachte] ,

geboren op [geboortedatum] 1978 te [geboorteplaats] ,
thans gedetineerd te [instelling] .
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting van 12 december 2023 (inhoudelijke behandeling) en 29 januari 2024 (sluiting van het onderzoek). Verdachte is ter terechtzitting van 12 december 2023 verschenen, bijgestaan door mr. P.S. Wibbelink, advocaat te Borne. Het openbaar ministerie is ter terechtzitting vertegenwoordigd door mr. D. Roggen en mr. N. Tromp.

Tenlastelegging

Aan verdachte is, na nadere omschrijving van de tenlastelegging, ten laste gelegd dat:
1. onderzoek Senegal)
hij, op of omstreeks 12 december 2022 te Assen, in een woning gelegen aan de [adres] , omstreeks 23.00 uur, in elk geval gedurende de voor de nachtrust bestemde tijd, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, een geldbedrag (van ongeveer 19,00 euro), een pakje shag en /of een mobiele telefoon, in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan [slachtoffer 1] , in elk geval aan een ander dan aan verdachte en/of zijn mededader(s) toebehoorde(n) heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl deze diefstal werd voorafgegaan, vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of bedreiging met geweld tegen [slachtoffer 1] , gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden of gemakkelijk te maken, of om, bij betrapping op heterdaad, aan zichzelf of andere deelnemers aan het misdrijf hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, welk geweld en/of welke bedreiging met geweld hierin bestond(en) dat verdachte en/of zijn mededader(s)
- een of meer (voor)deuren heeft/hebben ingetrapt, en/of
-(vervolgens) de woning van [slachtoffer 1] heeft/hebben betreden, en/of
-(op dreigende wijze) tegen [slachtoffer 1] heeft/hebben gezegd: 'geef mij gewoon die 70 euro pik, dan is het klaar', althans woorden van gelijke aard en/of strekking, en/of
- [slachtoffer 1] (meermalen) in het gezicht en/of op/tegen het hoofd en/of op/tegen de borst en/of op de rug, althans op/tegen het lichaam, heeft/hebben geslagen en/of gestompt, en/of
- [slachtoffer 1] (met kracht) bij de keel heeft/hebben gepakt en/of vastgehouden;
subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
hij, op of omstreeks 12 december 2022 te Assen, in een woning gelegen aan de [adres] , omstreeks 23.00 uur, in elk geval gedurende de voor de nachtrust bestemde tijd, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, ter uitvoering van het door verdachte en/of zijn mededader(s) voorgenomen misdrijf om een geldbedrag (van ongeveer 70 euro) en/of een televisie en/of goederen van zijn, verdachte en/of zijn mededaders gading, in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan [slachtoffer 1] , in elk geval aan een ander dan aan verdachte en/of zijn mededader(s) toebehoorde(n) weg te nemen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, en of meer (voor)deuren heeft ingetrapt, en/of
-(vervolgens) de woning van [slachtoffer 1] heeft betreden en/of
- een televisie heeft ontkoppeld
welke poging tot diefstal werd voorafgegaan, vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of bedreiging met geweld tegen voornoemde [slachtoffer 1] , gepleegd met het oogmerk om die voorgenomen diefstal voor te bereiden of gemakkelijk te maken, of om, bij betrapping op heterdaad, aan zichzelf en/of andere deelnemers aan het misdrijf hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, welk geweld en/of welke bedreiging met geweld hierin bestond(en) verdachte en/of zijn mededader(s)
-(op dreigende wijze) tegen [slachtoffer 1] heeft/hebben gezegd: 'geef mij gewoon die 70 euro pik, dan is het klaar', althans woorden van gelijke aard en/of strekking, en/of
- [slachtoffer 1] (meermalen) in het gezicht en/of op/tegen het hoofd en/of op/tegen de rug en/of op/tegen de borst, althans op tegen het lichaam heeft/hebben gestompt en/of geslagen, en/of
- [slachtoffer 1] (met kracht) bij de keel heeft/hebben gepakt en/of vastgehouden,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
meer subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
hij, op of omstreeks 12 december 2022 te Assen, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, [slachtoffer 1] heeft mishandeld door [slachtoffer 1] (meermalen) in het gezicht en/of op/tegen het hoofd en/of op/tegen de borst en/of op/tegen de rug, althans op/tegen het lichaam te slaan en/of te stompen en/of [slachtoffer 1] (met kracht) bij zijn keel te pakken en/of vast te houden;
en/of
hij, op of omstreeks 12 december 2022 te Assen, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, in de woning aan de [adres] bij een ander, te weten [slachtoffer 1] , althans bij een ander of anderen dan bij verdachte, in gebruik wederrechtelijk is binnengedrongen;
2. ( onderzoek Senegal)
hij, op of omstreeks 12 december 2022 te Assen, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en/of bedreiging met geweld, [slachtoffer 1] heeft gedwongen tot het ter beschikking stellen van gegevens, te weten een ontgrendelcode en/of pincode, immers heeft/hebben verdachte en/of zijn mededader(s)
- een of meer (voor)deuren ingetrapt, en/of
-(vervolgens) de woning van voornoemde [slachtoffer 1] betreden, en/of
- [slachtoffer 1] (meermalen) in het gezicht en/of op/tegen het hoofd en/of op/tegen de borst en/of op/tegen de rug, althans op/tegen het lichaam geslagen en/of gestompt,
- [slachtoffer 1] (met kracht) bij zijn keel gepakt en/of vastgehouden en/of
- woordelijk de ontgrendelcode en/of pincode geëist en/of gevorderd,;
subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
hij, op of omstreeks 12 december 2022 te Assen, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, ter uitvoering van het door verdachte en/of zijn mededader(s) voorgenomen misdrijf om met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en/of bedreiging met geweld [slachtoffer 1] te dwingen tot het ter beschikking stellen van gegevens, te weten een ontgrendelcode en/of pincode,
- een of meer (voor)deuren heeft ingetrapt, en/of
-(vervolgens) de woning van [slachtoffer 1] heeft betreden, en/of
- [slachtoffer 1] (meermalen) in het gezicht en/of op/tegen het hoofd en/of op/tegen de borst en/of op/tegen de rug, althans op/tegen het lichaam heeft geslagen en/of gestompt, en/of
- [slachtoffer 1] (met kracht) bij de keel heeft gepakt en/of vastgehouden, en/of
- woordelijk de ontgrendelcode en/of pincode heeft geëist en/of gevorderd,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
meer subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
hij, op of omstreeks 12 december 2022 te Assen, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, een ander, te weten [slachtoffer 1] , door geweld of enige andere feitelijkheid en/of door bedreiging met geweld of enige andere feitelijkheid, (wederrechtelijk) heeft gedwongen iets te doen, niet te doen en/of te dulden, te weten het afgeven van de ontgrendelcode en/of pincode van zijn mobiele telefoon, door
- een of meer (voor)deuren in te trappen, en/of
-(vervolgens) de woning van [slachtoffer 1] te betreden, en/of
- [slachtoffer 1] (meermalen) in het gezicht en/of op/tegen het hoofd en/of op/tegen de borst en/of op de rug, althans op/tegen het lichaam, te slaan en/of te stompen, en/of
- [slachtoffer 1] (met kracht) bij zijn keel te pakken en/of vast te houden, en/of
- woordelijk de ontgrendelcode en/of pincode te eisen en/of te vorderen;
meest subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
hij, op of omstreeks 12 december 2022 te Assen, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, ter uitvoering van het door verdachte en/of zijn mededader(s) voorgenomen misdrijf om [slachtoffer 1] door geweld of enige andere feitelijkheid en/of door bedreiging met geweld of enige andere feitelijkheid, (wederrechtelijk) te dwingen iets te doen, niet te doen en/of te dulden, te weten het afgeven van de ontgrendelcode en/of pincode van zijn mobiele telefoon,
- een of meer (voor)deuren in heeft getrapt, en/of
-(vervolgens) de woning van voornoemde [slachtoffer 1] heeft betreden, en/of
- [slachtoffer 1] (meermalen) in het gezicht en/of op/tegen het hoofd en/of op/tegen de borst en /of op/tegen de rug, althans op/tegen het lichaam heeft geslagen en/of gestompt, en/of
- [slachtoffer 1] (met kracht) bij zijn keel heeft gepakt en/of vastgehouden, en/of
- woordelijk de ontgrendelcode en/of pincode heeft geëist en/of gevorderd
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
3. ( onderzoek Rwanda)
hij in de periode van 7 tot en met 8 december 2022 te Assen, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening, in/uit een woning gelegen op/aan de [adres] aldaar, heeft weggenomen een of meer geldbedrag(en) (van in totaal -ongeveer- 750 euro) en/of een of meer flessen (alcoholhoudende) drank en/of een sleutelbos met een of meer sleutel(s) en/of bestek en/of servies en/of een gouden ring, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3] en/of [slachtoffer 4] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), welke diefstal werd voorafgegaan en/of vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of bedreiging met geweld tegen voornoemde [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3] en/of [slachtoffer 4] , gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf en/of aan zijn mededader(s) hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, welk geweld en/of welke bedreiging met geweld hierin bestond dat verdachte en/of zijn mededader(s)
- naar die woning toe is/zijn gegaan en/of (vervolgens) aan heeft/hebben gebeld en/of (vervolgens) [slachtoffer 2] de woning in heeft/hebben geduwd en/of
-(vervolgens) een vuurwapen, althans een op een vuurwapen gelijkend voorwerp op/tegen het hoofd van [slachtoffer 2] heeft/hebben en/of een vuurwapen, althans een soortgelijk voorwerp aan [slachtoffer 2] heeft/hebben getoond, en/of
- de handen van [slachtoffer 2] (met tiewraps) aan elkaar vast heeft/hebben getaped en/of gebonden, en/of
- tape over de mond van [slachtoffer 2] heeft/hebben geplakt, en/of
- [slachtoffer 2] (meermalen) op/tegen zijn hoofd en/of zijn gezicht en/of zijn lichaam heeft/hebben geslagen en/of gestompt en/of getrapt, en/of
- [slachtoffer 2] mee heeft/hebben genomen naar de badkamer en/of [slachtoffer 2] in de badkamer - terwijl de handen van [slachtoffer 2] aan elkaar vast getaped of gebonden waren - op een stoel heeft/hebben gezet en/of (vervolgens) het bad vol heeft/hebben laten lopen en/of {daarbij) tegen [slachtoffer 2] heeft/hebben gezegd dat hij wel ging vertellen waar de sleutel van de kluis was omdat het anders een ander verhaal zou worden, althans woorden van soortgelijke aard en/of strekking, en/of
-(een brandbare) vloeistof over [slachtoffer 2] heen heeft/hebben gegoten en/of gesprenkeld en/of (daarbij) heeft/hebben gezegd dat zij [slachtoffer 2] in de fik gingen steken, althans woorden van gelijke aard en/of strekking en/of (meermalen) (met) een (brandende) aansteker tegen, althans in de richting van, het lichaam van [slachtoffer 2] heeft/hebben gehouden en/of is/zijn gegaan, en/of
- de telefoon van [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3] af heeft/hebben genomen en/of gepakt en/of de vaste telefoonlijn heeft/hebben vernield, en/of
-(meermalen) (op dwingende toon) om geld en/of de sleutel van de kluis heeft/hebben gevraagd, en/of
- een vuurwapen, althans een op een vuurwapen gelijkend voorwerp, op [slachtoffer 3] heeft/hebben gericht en/of aan [slachtoffer 3] heeft/hebben getoond, en/of
- een deken over het hoofd van [slachtoffer 3] heeft/hebben gegooid of gelegd, en/of
- de handen van [slachtoffer 3] vast heeft/hebben getaped en/of (met tiewraps) vast heeft/hebben gebonden (aan de handen van [slachtoffer 4] ), en/of
- de voeten van [slachtoffer 3] en/of [slachtoffer 4] (aan elkaar) vast heeft hebben getaped en/of gebonden (met tiewraps), en/of
- tape op/over de mond van [slachtoffer 4] en/of [slachtoffer 3] heeft/hebben, en/of
-(terwijl [slachtoffer 3] en/of Laman vastgetaped en/of vastgebonden waren) een (brandbare) vloeistof over [slachtoffer 3] en/of [slachtoffer 4] heeft/hebben gegoten en/of gesprenkeld, en/of
- met een of meer kabelbinder(s) de duimen van [slachtoffer 4] vast heeft/hebben gebonden, en/of
- [slachtoffer 4] op/tegen haar hoofd en/of op/tegen haar lichaam heeft/hebben geslagen en/of gestompt en/of gestoten;
subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
[slachtoffer 5] en/of [slachtoffer 6] en/of een ander of anderen in de periode van 7 tot en met 8 december 2022 te Assen, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening, in/uit een woning gelegen op/aan de [adres] aldaar, heeft/hebben weggenomen een of meer geldbedrag(en) (van in totaal -ongeveer- 750 euro) en/of een of meer flessen (alcoholhoudende) drank en/of een sleutelbos met een of meer sleutel(s) en/of bestek en/of servies en/of een gouden ring, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3] en/of [slachtoffer 4] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s),
welke diefstal werd voorafgegaan en/of vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of bedreiging met geweld tegen voornoemde [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3] en/of [slachtoffer 4] , gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf en/of aan zijn mededader(s) hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, welk geweld en/of welke bedreiging met geweld hierin bestond(en) dat [slachtoffer 5] en/of [slachtoffer 6] en/of een of meer ander(en)
- naar die woning toe is/zijn gegaan en/of (vervolgens) aan heeft/hebben gebeld en/of (vervolgens) [slachtoffer 2] de woning in heeft/hebben geduwd en/of
-(vervolgens) een vuurwapen, althans een op een vuurwapen gelijkend voorwerp op/tegen het hoofd van [slachtoffer 2] heeft/hebben en/of een vuurwapen, althans een soortgelijk voorwerp
aan [slachtoffer 2] heeft/hebben getoond, en/of
- de handen van [slachtoffer 2] (met tiewraps) aan elkaar vast heeft/hebben getaped en/of gebonden, en/of
- tape over de mond van [slachtoffer 2] heeft/hebben geplakt, en/of
- [slachtoffer 2] (meermalen) op/tegen zijn hoofd en/of zijn gezicht en/of zijn lichaam heeft/hebben geslagen en/of gestompt en/of getrapt, en/of
- [slachtoffer 2] mee heeft/hebben genomen naar de badkamer en/of [slachtoffer 2] in de badkamer - terwijl de handen van [slachtoffer 2] aan elkaar vast getaped of gebonden waren - op een stoel heeft/hebben gezet en/of (vervolgens) het bad vol heeft/hebben laten lopen en/of (daarbij) tegen [slachtoffer 2] heeft/hebben gezegd dat hij wel ging vertellen waar de sleutel van de kluis was omdat het anders een ander verhaal zou worden, althans woorden van soortgelijke aard en/of strekking, en/of
-(een brandbare) vloeistof over [slachtoffer 2] heen heeft/hebben gegoten en/of gesprenkeld en/of
(daarbij) heeft/hebben gezegd dat zij [slachtoffer 2] in de fik gingen steken, althans woorden van gelijke aard en/of strekking en/of (meermalen) (met) een (brandende) aansteker tegen, althans in de richting van, het lichaam van [slachtoffer 2] heeft/hebben gehouden en/of is/zijn gegaan, en/of
- de telefoon van [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3] af heeft/hebben genomen en/of gepakt en/of de vaste telefoonlijn heeft/hebben vernield, en/of
-(meermalen) (op dwingende toon) om geld en/of de sleutel van de kluis heeft/hebben gevraagd, en/of
- een vuurwapen, althans een op een vuurwapen gelijkend voorwerp, op [slachtoffer 3] heeft/hebben gericht en/of aan [slachtoffer 3] heeft/hebben getoond, en/of
- een deken over het hoofd van [slachtoffer 3] heeft/hebben gegooid of gelegd, en/of
- de handen van [slachtoffer 3] vast heeft/hebben getaped en/of (met tiewraps) vast heeft/hebben gebonden (aan de handen van [slachtoffer 4] ), en/of
- de voeten van [slachtoffer 3] en/of [slachtoffer 4] (aan elkaar) vast heeft hebben getaped en/of gebonden (met tiewraps), en/of
- tape op/over de mond van [slachtoffer 4] en/of [slachtoffer 3] heeft/hebben, en/of
-(terwijl [slachtoffer 3] en/of [slachtoffer 4] vastgetaped en/of vastgebonden waren) een
{brandbare) vloeistof over [slachtoffer 3] en/of [slachtoffer 4] heeft/hebben gegoten en/of gesprenkeld, en/of
- met een of meer kabelbinder(s) de duimen van [slachtoffer 4] vast heeft/hebben gebonden, en/of
- [slachtoffer 4] op/tegen haar hoofd en/of op/tegen haar lichaam heeft/hebben geslagen en/of gestompt en/of gestoten,
bij en/of tot het plegen van welk misdrijf verdachte in de periode van 7 tot en met 8 december 2022 te Assen en/of in Nederland opzettelijk behulpzaam is geweest en/of opzettelijk gelegenheid, middelen en/of inlichtingen heeft verschaft, door
- zijn woning ter beschikking te stellen (voor het maken van de plannen en/of om de buit en/of gebruikte kleding en/of wapen(s) te stallen/achter te laten), en/of
- goederen (tape en/of tiewraps en/of kabelbinder(s) en/of (spuit)fles(sen)) en/of een of meer tas(sen) en/of kleding ter beschikking te stellen, en/of
- de weggenomen goederen te verstoppen, en/of
- de gebruikte kleding weg te maken.

Beoordeling van het bewijs

Standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft vrijspraak gevorderd van de onder 1 primair ten laste gelegde diefstal met geweld en de onder 1 subsidiair ten laste gelegde poging daartoe en veroordeling gevorderd voor het onder 1 meer subsidiair ten laste gelegde medeplegen van mishandeling en huisvredebreuk. Ten aanzien van feit 2 heeft de officier van justitie vrijspraak gevorderd van de primair ten laste gelegde afpersing en veroordeling gevorderd van het subsidiair ten laste gelegde medeplegen van poging tot afpersing. Ten aanzien van feit 3 heeft de officier van justitie vrijspraak gevorderd van het primair ten laste gelegde en veroordeling gevorderd van het subsidiair ten laste gelegde.
Standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft ten aanzien van feit 1 en 2 betoogd dat de onder 1 meer subsidiair ten laste gelegde huisvredebreuk bewezen kan worden maar dat verdachte van alle overige onder 1 en 2 ten laste gelegde feiten dient te worden vrijgesproken. Verdachte had geen opzet op het mishandelen van aangever [slachtoffer 1] , noch op diefstal of op het dwingen van [slachtoffer 1] om gegevens prijs te geven. Voorts heeft de raadsvrouw bepleit dat verdachte integraal dient te worden vrijgesproken van feit 3. De betrokkenheid van verdachte – bestaande in het toelaten van medeverdachte [slachtoffer 6] en diens kompanen in zijn woning en het, op hun verzoek, dumpen van tassen/zakken – is te gering voor een veroordeling, ook voor het subsidiair ten laste gelegde. Ook had verdachte geen opzet op de diefstal met geweld te [adres] en evenmin op het behulpzaam zijn bij die diefstal met geweld, ook niet in voorwaardelijke zin. Verdachte had enkel een gevoel dat het niet pluis was, maar dat is onvoldoende om te kunnen spreken van het bewust aanvaarden van de aanmerkelijke kans dat een overval werd beraamd en gepleegd.
Oordeel van de rechtbank
Feiten 1 en 2 – onderzoek Senegal
De rechtbank is met de officier van justitie en de verdediging van oordeel dat het onder 1 primair en subsidiair ten laste gelegde niet wettig en overtuigend bewezen kan worden nu niet bewezen kan worden dat er goederen zijn weggenomen, noch dat een poging daartoe is gedaan. Voorts is de rechtbank met de officier van justitie en de verdediging van oordeel dat ook het onder 2 primair ten laste gelegde niet wettig en overtuigend bewezen kan worden nu niet bewezen kan worden dat aangever de code van zijn telefoon daadwerkelijk heeft afgegeven. Verdachte zal van deze feiten worden vrijgesproken. Het onder 1 meer subsidiair en het onder 2 subsidiair ten laste gelegde kan wel wettig en overtuigend bewezen worden.
De rechtbank past ten aanzien van feit 1 meer subsidiair en 2 subsidiair de volgende bewijsmiddelen toe die de voor de bewezenverklaring redengevende feiten en omstandigheden bevatten zoals hieronder zakelijk weergegeven.
Ieder bewijsmiddel is -ook in onderdelen- slechts gebruikt voor het feit waarop het blijkens zijn inhoud betrekking heeft.

1. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van aangifte d.d. 13 december 2022, opgenomen op pagina 509 e.v. van het dossier van Politie Noord-Nederland met nummer NN3R022112 (onderzoek RWANDA) en NN3R022114 (onderzoek SENEGAL) d.d. 26 maart 2023, inhoudende als verklaring van [slachtoffer 1] :

Op 12 december 2022 tussen 23:00 uur en 23:15 uur, bevond ik mij aan de [adres] te Assen. Ik zag twee personen buiten. Ik zag dat het [verdachte] [de rechtbank begrijpt: verdachte [verdachte] ] en [medeverdachte] [de rechtbank begrijpt: medeverdachte [medeverdachte] ] waren. Ik zag dat [medeverdachte] en [verdachte] achter mij aan renden. Ik liep toen snel door naar de deur van mijn woning. Toen ik bij mijn deur stond hoorde ik dat [verdachte] en [medeverdachte] al tegen de portiekdeur aan het trappen waren. Ik ging vervolgens snel bij mijn woning naar binnen en op één of andere manier lukte het [verdachte] en [medeverdachte] om mijn deur ook open te trappen. Toen waren ze dus bij mij in de woning. Ik rende snel door mijn woning heen en ik wilde vluchten naar de achterdeur. Toen was ik net buiten in mijn achtertuin en op dat moment werd ik door één van de mannen of beide mannen vast gepakt. Ik werd naar binnen getrokken en meerdere keren geslagen. [medeverdachte] sloeg mij met zijn rechter vuist op de linker kant van mijn neus en een gedeelte van mijn wang. Ik voelde en zag toen dat ik allemaal bloed had. Hij sloeg vervolgens ergens op mijn borst en toen zakte ik in elkaar. Daarna sloeg hij mij nog een keer op mijn rug tussen mijn schouderbladen. Toen kwam [verdachte] er tussen en die pakte met één hand mijn keel vast en met zijn andere hand mijn telefoon. Ik hoorde hem zeggen: "Ontgrendel je telefoon". Ik kreeg de telefoon wel ontgrendeld, alleen ze wilden ook dat ik alles ging wissen zodat ze hem mee konden nemen, maar dit lukte mij niet want ik was aan het trillen en [verdachte] had met één hand mijn keel vast. Ik zag een moment om er vandoor te gaan. Ik ben zo hard als ik kon naar buiten gerend door mijn achtertuin heen en klom heel snel over de schutting. Ik zat op dat moment onder het bloed. Ik heb ook overal pijn aan mijn lichaam.

2. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van verhoor getuige bij de rechter-commissaris, opgemaakt en ondertekend door de rechter-commissaris en de griffier, inhoudende als verklaring van [slachtoffer 1] op 2 juni 2023:

Ik werd door beiden geslagen. Ze wilden geld van mij hebben en [verdachte] had mijn telefoon vast en wilde de pincode hebben. Ik kreeg de telefoon in mijn handen, maar kreeg hem niet geopend. Ik lag op de grond en [verdachte] duwde me tegen de muur aan. De telefoon werd voor mijn hoofd gehouden en er werd geroepen pincode, pincode.

3. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 13 december 2022, opgenomen op pagina 505 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende als relatering van verbalisant [naam] :

Op 12 december 2022 omstreeks 23:00 uur zijn wij naar de [adres] te Assen gereden. Ik zag dat er een man op het balkon schuin boven de tuin van woning nummer [adres] stond. Ik vroeg aan hem wie hij is. Ik hoorde dat hij zei dat hij [naam] heet en woont aan de [adres] 22 . Ik hoorde dat [naam] mij het volgende vertelde:
"Ik was in mijn woning en ik hoorde lawaai. Ik ging op het balkon kijken en zag twee brede mannen in de tuin bij de buurman van nummer [adres] . Ik zag naast die twee mannen ook de buurman in de tuin staan. Ik zag dat de buurman klappen kreeg van de twee brede mannen. Ik zag dat ze weer naar binnen gingen en ik merkte dat het even stil werd. Een minuut of twee à drie later zag ik ineens de buurman over de schutting klimmen en hard wegrennen. Ik hoorde dat hij meermaals om hulp riep. Kort hierna hoorde ik een voordeur hard dicht slaan. Ik ben gauw naar de voorzijde van mijn woning gegaan en zag dat de twee mannen die net bij de buurman waren naar de parkeerplaats naast de flat liepen. Ik zag dat ze in een grijze auto stapten en wegreden."
4. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van verhoor verdachte d.d. 13 december 2022, opgenomen op pagina 606 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende als verklaring van verdachte:
Ik ben op 12 december 2022 samen met [medeverdachte] aan de [adres] geweest. Wij zijn bij [slachtoffer 1] naar binnen gegaan. De deur is opengetrapt. Ik had de telefoon van [slachtoffer 1] in onderpand. Hij kon die telefoon terug halen voor 70 euro maar hij is nooit geweest voor die telefoon. Ik sprak hem aan op die telefoon. Ik kwam daar om die telefoon te laten resetten. Ik had zijn inlog nodig. Ik heb hem gezegd dat ik die telefoon gereset wil hebben.
5. Een ander schriftelijk bescheid, te weten een door medeverdachte [verdachte] handgeschreven brief, als bijlage gevoegd bij zijn verhoor op 31 januari 2023, inhoudende als verklaring van verdachte:
De buitendeur en de deur naar de flat worden ingetrapt door [medeverdachte] . Op het moment dat ik binnenkom is [slachtoffer 1] met [medeverdachte] in gevecht. Ik haal [medeverdachte] bij [slachtoffer 1] weg. Ik geef [slachtoffer 1] de telefoon zodat hij de telefoon kan resetten. [slachtoffer 1] is bezig met zijn telefoon. Ineens komt [medeverdachte] van achter mij en duwt mij aan de kant en begint [slachtoffer 1] weer te slaan, sowieso één keer vol in [slachtoffer 1] zijn gezicht. [slachtoffer 1] had een bloedneus.
6. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van verhoor verdachte d.d. 13 december 2022, opgenomen op pagina 709 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende als verklaring van medeverdachte [slachtoffer 5]:
[verdachte] heeft [slachtoffer 1] [de rechtbank begrijpt: aangever [slachtoffer 1] ] twee weken geleden 70 euro geleend. Hij had zijn telefoon als onderpand gegeven. Er zat een code op de telefoon. Vorige week maandag zou hij 70 euro betalen aan [verdachte] . Toen gisteren was het weer maandag. [verdachte] had die telefoon nog steeds en wilde aan de deur gaan. [verdachte] zei ik wil die telefoon resetten. We hadden wel een slide code maar we hadden nog een code nodig om hem te resetten. Ik zei ga toch heen, of hij betaalt 70 euro of jij hebt een telefoon om te verkopen. We zijn in de woning geweest. Die jongen was toen bezig met die telefoon maar dat lukte niet en hij wilde er toen vandoor. Toen klom hij over de schutting.
7. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van verhoor getuige d.d. 13 december 2022, opgenomen op pagina 518 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende als verklaring van [naam]:
Op 12 december 2022, omstreeks 23.00 uur, zag ik dat mijn buurman [slachtoffer 1] [de rechtbank begrijpt: [slachtoffer 1] ] over straat rende en schreeuwde. Hij had een flinke bloedneus, het bloed stroomde er uit. Hij vertelde ook dat hij last had van zijn knie. Hij vertelde dat elke beweging hem pijn deed.
8. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 19 januari 2023, opgenomen op pagina 7 e.v. van het aanvullend proces-verbaal binnengekomen op 26 juni 2023, inhoudende als relatering van verbalisant [naam]:
Naar aanleiding van de geplaatste OVC in de arrestantenbus zijn geluidsopnames gemaakt en
hieronder zijn deze letterlijk uitgewerkt. Het betrof het vervoer tussen het cellencomplex Assen en de rechtbank in Assen op vrijdag 16 december 2022. In de arrestantenbus werden verdachten [verdachte] en [slachtoffer 5] vervoerd.
[medeverdachte] : die telefoon heb je al twee weken in onderpand
[verdachte] : ja
[medeverdachte] : we gingen er gewoon heen om die telefoon af te geven en om 70 euro te krijgen
[verdachte] : dat was niet eens voor mij, dat was allemaal voor jou jonge
[medeverdachte] : wat moet ik zeggen dan... hij heeft toch 70 euro geleend van jou... nou klaar... hij moet gewoon die telefoon geven…Ik zeg hij zal die maandag daarvoor zal die al betalen maar heeft ie niet gedaan, ik zeg die maandag erop zijn we heen gegaan ik zeg of hij moest die code geven van die telefoon ik zeg want dan konden we die telefoon verkopen ik zeg of ik zeg hij moest gewoon die 70 euro betalen, klaar. Ik zeg toen wou die ertussen uit gaan, ik zeg en toen hebben we hem vastgepakt bij het hek
[verdachte] : ja en meer is er ook niet gebeurd
[medeverdachte] : meer is er ook niet gebeurd
[verdachte] : ik heb precies zelfde gezegd
(…)
[verdachte] : meneer fucking stormram he... jij moest zo nodig die kankerdeur intrappen...
[medeverdachte] : Hou je bek joh... dat is allemaal helemaal niet bekend nog he... nou roep je weer dingen wat niet bekend zijn.

Bewijsoverweging

Feit 1 meer subsidiair
Naar het oordeel van de rechtbank kan op basis van bovenstaande bewijsmiddelen wettig en overtuigend bewezen worden dat verdachte en medeverdachte [slachtoffer 5] op 12 december 2022 de woning van [slachtoffer 1] wederrechtelijk zijn binnengedrongen en die [slachtoffer 1] hebben mishandeld waarbij zij beiden geweld hebben gebruikt. Uit de bewijsmiddelen volgt dat verdachte en medeverdachte [slachtoffer 5] allebei aangever [slachtoffer 1] hebben geslagen, alsmede dat verdachte aangever bij zijn keel heeft gepakt. Dit handelen van verdachte is naar uiterlijke verschijningsvorm zozeer gericht op het mishandelen van aangever dat het niet anders kan dan dat zijn opzet daarop was gericht. De rechtbank acht derhalve het meer subsidiair ten laste gelegde medeplegen van mishandeling en medeplegen van huisvredebreuk wettig en overtuigend bewezen.
Feit 2 subsidiair
Op basis van bovenstaande bewijsmiddelen kan eveneens worden bewezen dat verdachte en medeverdachte [slachtoffer 5] de bewuste avond naar [slachtoffer 1] zijn gegaan met als doel het terugkrijgen van de door [slachtoffer 1] verschuldigde 70 euro dan wel het verkrijgen van de code van de in onderpand gegeven telefoon van [slachtoffer 1] om de telefoon te (laten) resetten. Nadat verdachte en medeverdachte [slachtoffer 5] de woning van [slachtoffer 1] waren binnengedrongen door de voordeur in te trappen, werd [slachtoffer 1] door medeverdachte [slachtoffer 5] meerdere malen in zijn gezicht gestompt en door verdachte bij de keel gepakt, terwijl hem door verdachte werd bevolen zijn telefoon te ontgrendelen dan wel zijn pincode te geven. Uit dit handelen volgt onmiskenbaar dat het opzet van verdachte erop gericht was aangever ertoe te dwingen gegevens af te geven. Nu [slachtoffer 1] de telefoon uiteindelijk niet heeft weten te resetten, noch de code van zijn telefoon heeft afgegeven, is geen sprake van een voltooide afpersing, zoals reeds hierboven is geconcludeerd. Het medeplegen van een poging tot afpersing, zoals onder 2 subsidiair ten laste is gelegd, kan wel wettig en overtuigend worden bewezen.
De rechtbank is met de officier van justitie van oordeel dat de onder 1 meer subsidiair bewezenverklaarde mishandeling en huisvredebreuk eendaadse samenloop opleveren met de onder 2 subsidiair bewezenverklaarde poging tot afpersing.

Feit 3 – onderzoek Rwanda

De rechtbank zal verdachte vrijspreken van het onder 3 primair ten laste gelegde nu niet bewezen kan worden dat verdachte een van de overvallers is geweest, noch dat hij anderszins een rol heeft vervuld die kan worden gekwalificeerd als medepleger.
De rechtbank acht wel wettig en overtuigend bewezen dat verdachte medeplichtig is aan de ten laste gelegde woningoverval en past ten aanzien van feit 3 subsidiair de volgende bewijsmiddelen toe die de voor de bewezenverklaring redengevende feiten en omstandigheden bevatten zoals hieronder zakelijk weergegeven.

1. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van verhoor aangever d.d. 8 december 2022, opgenomen op pagina 53 e.v. van het dossier van Politie Noord-Nederland met nummer NN3R022112 (onderzoek RWANDA) en NN3R022114 (onderzoek SENEGAL) d.d. 26 maart 2023, inhoudend als verklaring van [slachtoffer 2] :

Op 7 december 2022 werd er omstreeks 23:15 uur op het raam geklopt. Ik stap naar buiten en tref een Marokkaanse man met een jas van [bedrijf] en een pet van [bedrijf] . De man heeft een klein, tenger postuur en is 1.65 a 1.70 m lang. De Marokkaanse man, dader 1, zegt: Jij gaat nu naar binnen. Vervolgens komen er drie andere personen in beeld, ze komen voor mij uit het niets maar ze hebben al ergens klaar gestaan. Ik had ineens vier personen om me heen staan, zij pakten mij vast en duwden mij door de zijdeur naar binnen. Ze drukten mij naar binnen maar daar heb ik mij tegen verzet. We zijn vallend met 5 man door de deur naar binnen gegaan. Ik heb mij hevig verzet en heb daardoor meerdere klappen en schoppen tegen mijn lichaam gehad. In huis kreeg ik een pistool op mijn hoofd, werd ik geslagen en geschopt en in de hoek geduwd. Ik lig in de hoek van de woonkamer, in de foetushouding met een handdoek over mijn gezicht zodat ik niks kon zien. Ik was toen nog niet vastgebonden. Ondertussen hebben ze mijn moeder en vriendin onder controle in de woonkamer. Dader 2 bleef bij mij staan, het leek erop dat zijn taak was om mij te bewaken. Ik heb hem de gehele overval tegen mij aan gevoeld. Ik voelde zijn been tegen mijn lijf aan. Dader 2 hield mij onder schot. Dader 3 stond bij het gordijn en had een inactieve rol, achter het gordijn zaten mijn vriendin en moeder waar ik geen zicht op had.
Ze waren aan het rondlopen en vroegen naar de kluis. Op mijn moeders slaapkamer is een kluis met sleutel maar daar zit niks in. Toen zagen ze in de hal een zware vinted kluis maar daar zit ook niets in Zij geloofden het niet en ik kreeg daarom een trap en slaag en ik moest de sleutel geven. Ik heb volgehouden dat ik geen sleutel van de kluis had. Op een gegeven moment merk ik dat de aandacht van dader 2 verslapt en zie ik mijn kans om de revolver af te pakken Wanneer ik de revolver in handen heb ontstaat er een gevecht waar dader 1, dader 2 en dader 4 bij betrokken zijn. In dit gevecht haal ik de trekker over maar ik zie en hoor dat er niks gebeurd. Dan ben ik aan de beurt en beginnen ze met drie man op mij in te slaan en te trappen. Ik voel dat ik over m'n gehele lichaam word geschopt en geslagen. Dit is het moment dat mijn handen, voeten en benen worden ingetapet. Ik zie dat dit gebeurt met grijze duct tape. Ze hadden zelf twee grijze rollen duct tape bij zich. Ik zag en voelde dat mijn handen met de polsen tegen elkaar aan vast getapet werden. Ze deden ook een stuk tape tussen de beide handen door. Mijn voeten werden net boven de enkels en net onder de knie vast getapet. Ik probeerde een beetje los te komen maar dit hoorden de daders. Toen zij dit hoorden, werd er weer extra tape om mijn benen gedaan.
Ze hebben mijn telefoon afgepakt en die van mijn vriendin. De code van mijn telefoon werd gevraagd en de pincode van mijn bankpas is gevraagd. De daders hebben op mijn internetbankieren gekeken. Ik hoorde ze ook zeggen dat het geld dat op mijn internetbankieren stond, te weinig was, daar kwamen ze niet voor. Zij wilden juist contant geld, tonnen geld. Omdat ik een TT-camping heb, hadden ze veel contant geld verwacht. In het begin hebben ze gelijk mijn zakken doorzocht en daar hebben ze 700 euro contant geld uitgehaald.
De daders vinden gereedschap in de schuur want ik zie dat dader 4 met de flex de kluis probeert te openen. Ondertussen blijven ze vragen naar de sleutel, dit komt steeds terug. Ik moest mijn hoofd naar beneden houden. We kregen wel drinken en als ik teveel omhoog keek, kreeg ik een schop in de rug. Ze hebben wel een uur of drie lopen flexen. Er werd op een gegeven moment ook gedreigd dat ze mij in de enkel of in de knie gingen schieten als ze de sleutel niet kregen.
Het was rond 03:00 uur en toen kwamen ze bij me. Dader 2 en dader 4 sleepten mij over de vloer richting de badkamer. Ik voel dat de daders mij bij de benen en de schouders vastpakken. Ze zetten mij in de stoel in de badkamer. Vervolgens laten ze het bad met lauw water vollopen, tot 5 centimeter onder de rand. Ik ging wel even vertellen waar die sleutel was. Anders werd het een ander verhaal. Dader 3 wordt belast om mij in de gaten te houden, door hem werd ik nog een keer om de handen getapet. Als ik in de badkamer op de stoel wordt gezet, wordt mijn mond getapet. Ik zie dat, wanneer ik in de badkamer zit, dader 3 de gehele tijd in de hal voor de badkamerdeur staat. Ik zie dat dader 1 en dader 4 bij mij komen in de badkamer. Ik zie dat dader 4 een witte fles met rode opdruk in zijn handen heeft. Ik zie en voel dat dader 4 de vloeistof die in de fles zit over mij heen gooit. Er is zeker wel een halve liter op mij terecht gekomen. Dader 4 heeft het op mijn hoofd, borst en benen gegooid. Het was voldoende om goed in de brand te vliegen. Eerst kon ik niet plaatsen wat er over mij heen gegoten werd. Ik hoorde dat ze zeiden dat ze mij in de brand gingen steken. Dader 4 had met een lange aansteker, die hij aan deed en dan tegen mij trui drukte. Ik zag dat hierdoor de vlam doofde. Wanneer dader 4 die vlam tegen mij aandrukt, zie ik hem lachen. Ik heb dan het gevoel dat het gebeurd is met mij omdat ze mij in de brand gaan steken. Ik had al wel bedacht om gelijk het bad in te springen als ik vlam zou vatten. Op een gegeven moment krijg ik het heel benauwd vanwege de lucht van de vloeistof die mij de adem ontneemt. Op dat moment krijg ik ook door dat de vloeistof, ammoniak betreft. Ik weet dat ammoniak geen vlam vat.
Ik heb dan het vermoeden dat ze weggaan. Ik doe de deur van de woonkamer open en zie mijn moeder in de grote stoel zitten. Ik zie mijn vriendin op de knieën voor mijn moeder zitten. Ik zie dat ze beiden onder een deken zitten. Ik zag dat de telefoons in de badkuip lagen en dat de vaste lijn onklaar was gemaakt. Dat zag ik omdat er geen lampjes brandden op de vaste telefoon. Omdat ik de politie wilde waarschuwen ben ik naar de buren gerend om daar 112 te bellen. Wanneer ik terugkom is de politie al ter plaatse. De telefoon van mijn vriendin is waterdicht dus die had inmiddels ook 112 gebeld.
Dader 1 droeg een groene [bedrijf] jas, een grijze broek en zwarte sneakers met spierwitte zolen. Daders 2, 3 en 4 droegen een zwarte trainingsbroek, een zwarte hoody en zwarte sneakers. Ze droegen allemaal zwarte gladde handschoenen.
Signalement dader 4 type Bruno Martens Indi:
- Donkere huidskleur
- Lengte 1.80 à 1.85 m
- Sterk postuur
- Grote ogen met veel oogwit
- Kort rasta haar
- Geen zichtbare lichaamsbeharing of tattoo
- Het trainingspak is van een merk dat start met witte letters WE en vervolgens nog 5 letters erachteraan die verspringen.

2. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van verhoor aangever d.d. 8 december 2022, opgenomen op pagina 66 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende als verklaring van [slachtoffer 3] :

Op 7 december 2022 was ik in [adres] bij [naam] en [naam] . Rond 23:30 uur werd er op de ramen gebonkt. [naam] ging kijken. Toen kwam hij naar mijn mening niet rap genoeg terug. Toen ben ik er heen gelopen. Ik hoorde hem schreeuwen, toen dacht ik, ik kan nog terug om de politie te bellen, maar op dat moment kwam er een man binnen stappen en richtte een pistool op mij en zei leg die telefoon neer. Ik moest de telefoon neergooien en de [bedrijf] man met het pistool heeft hem gepakt. Toen moest ik naar het voorste gedeelte van de woonkamer, op de grond liggen met mijn handen voorruit en kreeg ik een deken over mijn hoofd. Moeders dacht de boel te redden met de wandelstok dus die kwam naar binnen en ik hoorde opeens een knal op de grond en lag zij half over mij heen. Ik hoorde [naam] veel praten, schreeuwen, ik hoorde ook dat ze op zoek waren naar de zwarte kluis. Die hebben ze gevonden, maar de sleutel niet en die hebben ze nog steeds niet. Ze hebben [naam] met zijn tweeën opgepakt en in de stoel gezet. Er moest nog wel een deken over. Eén jongen was bij ons de hele tijd, die was getint, wat meer bruin.
Op een gegeven moment kwam een [bedrijf] meneer, hij leek een Marokkaan, hij praatte ook zo. Hij had een smal gezicht en een Marokkaans uiterlijk, hij was klein, 1.70m of 1.75m, lichtblauwe spijkerbroek en zwarte gympen en een donkere [bedrijf] jas. Hij wilde de sleutel van de kluis hebben. Ze zeiden ook ons is verteld dat in die zwarte kluis al het geld van de TT zit en dat is meer dan 5 ton. Een blanke man kwam nog die getinte man vervangen. Die blanke man had iets van bedekking tot bij zijn neus, dat was een blanke man, echt blank, hij praatte gewoon Nederlands, beetje vierkant hoofd, was ook niet de dunste, hij was een beetje gezet. Ik denk dat hij iets groter is dan ik ben, 1.85m, ik ben zelf 1.80m.
Ze hebben gereedschap uit de schuur gehaald. Met een slijptol probeerden ze de kluis open te krijgen, maar dat lukte ze niet. Toen kwam er een vierde persoon, een hele donkere man, net als Martens Indy, met hele donkere ogen, hij had een bivakmuts op en donkere kleding aan. Er waren dus vier mannen. Toen kwam die getinte, die ging nog een keer alle laatjes opendoen, pakte het bestek, vroeg of het goud was. We moesten onze handen bij elkaar doen en toen gingen ze [naam] haar handen tapen, ik moest mijn handen daar ook bij doen, die maakten ze ook vast met tape, onze handen zaten aan elkaar vast. [naam] zat op de stoel, ik zat er voor en toen hebben ze onze handen vastgemaakt. Ze hadden tape voor [naam] haar mond gedaan en rondom mijn nek een paar keer. Ze hebben mijn voeten vast getapet. Ze deden een deken over [naam] heen. Ze goten om die deken en om mijn armen iets heen. [naam] had haar handen losgemaakt, zij deed het kleed omhoog, waardoor ze zagen dat haar handen los waren. Toen hebben ze daar tie-wraps omheen gedaan, veel te strak. Bij mij wilden ze dat ook doen, maar ik heb te grote handen, dus hebben ze het om mijn duimen gedaan. Het kleed ging weer over [naam] heen. Toen hoorde ik niks meer en zag ook niks meer. Toen heb ik de deken af gedaan, toen ging de keukendeur open, ik schrok me rot, maar het was [naam] . Ze waren toen dus weg. Toen is hij naar de overburen gegaan en heb ik mijn telefoon uit het bad gehaald en 112 gebeld.
We zijn heel veel kwijt: twee bestekladen met inhoud, doublé kleurig, de trouwring van de man van [naam] en er is een sleutelbos van [naam] kwijt met daaraan mijn autosleutel, mijn huissleutel, [naam] zijn huissleutel en ik denk de sleutel van de kroeg, afstandsbediening van mijn garagedeur en een ANWB oplaadtoken. En ze hebben een fles wijn gejat. [naam] zei later dat er ook nog borden weg waren, dat was haar trouwservies. Ze hebben geld uit mijn telefoonhoesje gehaald, er mist 70 euro.

3. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van verhoor aangever d.d. 8 december 2022, opgenomen op pagina 62 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende als verklaring van [slachtoffer 4] :

Op 7 december 2022 ging ik naar bed. Ineens hoorde ik allemaal geluid. Ik kwam de kamer in en zag dat er al vier mensen in de woning aanwezig waren. Ik ben direct in die stoel gaan zitten. Ik heb nog een tik gekregen. [slachtoffer 5] moest voor mij gaan zitten. Ze kwamen met tape. En ze hebben ons beiden helemaal in gewikkeld met tape. En op een gegeven moment hebben ze met tie-wraps alles vastgezet. Dat deed heel veel pijn. Ze deden een deken over ons heen. En er kwam een spuitbus. Ik dacht dat ze ons in de brand gingen steken. Het stonk en het was een ontvlambaar goedje. Ik had wel in de gaten: bij één lucifer, dan gaan we. Ik kreeg een stoot in mijn rechterzijde. Dat doet me nog zeer. Dat was toen ik bezig was om het tape los te halen. Afblijven zeiden ze. En toen kreeg ik weer tape over mijn mond. Ik hoorde boren en zagen. Ze wilden de kluis in de hal open maken. Daar zijn ze heel lang mee bezig geweest. Uit mijn portemonnee is geld weggenomen. Ik had in elk geval 125,- euro in mijn portemonnee en nog en beetje kleingeld. En ze hebben de trouwring van mijn man weggenomen. Deze is van goud.

4. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van verhoor aangever d.d. 12 januari 2023, opgenomen op pagina 138 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende als verklaring van [slachtoffer 2] :

V: Is er nog drinken weggenomen?
A Ik had nog blikjes van de TT camping staan. Blikjes Bacardi cola, berenburg cola, passoa-jus en Bacardi Razz.

5. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 30 januari 2023, opgenomen op pagina 87 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende als relatering van verbalisant [verbalisant] :

Ik, verbalisant [verbalisant] , heb de door het Operationeel Centrum (OC) ter beschikking gestelde audio uitgeluisterd. Het betreft opnamen van de gesprekken met de meldkamer van de politie en de ambulancedienst, d.d. donderdag 8 december 2022, vanaf 04:41 uur.
C1: = Centralist
M1: = Meldster [slachtoffer 3]
E: = [naam] , aangever [slachtoffer 2]
Aanvankelijk gaat het over de locatie van het incident en dergelijke. Vervolgens zijn de relevante gedeelten woordelijk uitgewerkt.
M1: Ze waren hier al om twaalf uur.
C1: Ze zijn om twaalf uur geweest.
M1: Om twaalf uur kwamen ze, ze zijn net weg.
C1: Hoeveel minuten zijn ze nu weg
M1: Een kwartier, twintig minuten denk ik.

6. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van verhoor verdachte d.d. 15 december 2022, opgenomen op pagina 113 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende als verklaring van verdachte:

V: Jij bent aangehouden voor een ander strafbaar feit, maar je hebt aangegeven dat je wilt verklaren over de woningoverval aan de [adres] te Assen, klopt dat?
A: Ja. Een vriend, die ik een tijdje in huis heb genomen, vertelde mij zijn bevindingen van die avond. Die vriend heet [medeverdachte] .
Op woensdagavond 7 december [2022] werd ik gebeld door een persoon die ik ken als [naam] . Hij vroeg mij of [medeverdachte] bij mij in de buurt was, ik zei hem dat [medeverdachte] bij mij was. [naam] vroeg mij om [medeverdachte] naar buiten te sturen. Na een tijdje, twintig minuten ofzo, kwam [medeverdachte] weer binnen. [medeverdachte] vertelde mij dat hij wat ging doen, dat hij geld ging maken. Hij kwam wat opgewekt binnen. [medeverdachte] vertelde ons dat [naam] zo terug zou komen met een paar andere jongens, dat gebeurde ook, omstreeks tien of elf uur in de avond. Ik herkende [naam] en twee, vermoedelijk, Marokkaanse jongens van in de twintig. Ik ken [naam] omdat ik wel eens drugs van hem heb gekocht. Die Marokkaanse jongens kende ik niet. [naam] was op dat moment even weg. [naam] vroeg mij om, als zij terug zou komen, haar mee te nemen naar boven. Toen [naam] terug was heb ik haar mee naar boven genomen. [naam] reageerde overstuur, het was haar woning. Ik heb haar geprobeerd gerust te stellen, ook omdat ik aan mijn water voelde dat er iets in de lucht hing. Na enige tijd vertrekken de jongens, vlak voor vertrek ging ik naar beneden. Even voor vertrek kwam de kleinste jongen, Marokkaans en klein van postuur, smal gezicht. Hij vroeg mij om een spuitfles. Ik wees hem het keukenkastje en daar pakte hij een spuitfles uit van Glassex. Uit een witte fles werd er iets overgegoten in deze spuitfles. Ook vertelde [naam] mij dat ik de achterdeur open moest laten. Op het laatste moment kwamen nog tie-wraps tevoorschijn. [naam] was echt degene die de commando's en instructies gaf. De kleinste trok op het laatste moment nog een donker groene jas met een beetje zilvergrijs aan. Beetje zilvergrijs fluorescerend, een bezorgersjas met een opdruk. Ik hoorde zeggen dat hij als eerste aan de deur moest, ik ben natuurlijk ook niet achterlijk.
V: Wat bedoel je daarmee?
A: De tie-rips, de jas. Ik had wel een beetje een idee wat ze van plan waren.
Er gaan dan iets van vijf uur voorbij en dan hoor ik gestommel achter het huis. De achterdeur stond nog open. Toen kwamen er drie aan de achterkant naar binnen en die zeiden tegen mij dat ik de voordeur open moest doen, dat heb ik toen gedaan. Toen ik dat deed kwam er een persoon naar binnen, volgens mij was dat [naam] . Het was ergens tegen vijf uur in de ochtend. Ik zei tegen [medeverdachte] dat ik naar boven ging omdat ik moest slapen. [medeverdachte] zei mij dat ik maar even moest wachten. Er werden toen allemaal tassen tevoorschijn gehaald en hij vroeg mij of ik wat moest drinken. Ik zag dat hij allemaal blikjes Smirnoff en Bacardi had meegenomen. Ik ben toch naar boven gegaan, ik moest slapen voor mijn werk.
V: En dan kom je weer beneden? Wat tref je daar dan aan?
A: De hele opstelling zit daar nog. [naam] zegt mij dat ik die kleren moest weggooien, hij vroeg mij om vuilniszakken. Ik heb alles bij elkaar gepakt. Ik heb die tassen met kleding in mijn werk-bus gegooid. Ik heb donderdag, toen ik op het werk was, de zakken met kleding in de middelste container gegooid. Ik heb de vuilniszakken eerst in een hoge witte puinzak (soort kleine bigbag) gedaan en toen in de middelste container. Met een beetje geluk liggen ze daar nog. Thuis, in de schuur, staat ook zo'n witte puinzak, in die zak zit sowieso een tas met goudkleurig bestek, de groene bedrijfsjas van de kleinste overvaller en de muts die [medeverdachte] heeft gedragen, een grijze muts met een bolletje bovenop. De kleding en het bestek zouden ze later komen ophalen, toen zei ik dat ik het wel voor [medeverdachte] wilde bewaren. In de schuur liggen alle spullen die zijn overgebleven van de overval, behalve dan de kleding die ik donderdag heb gedumpt. De drankflesjes moeten ook nog ergens zijn, misschien in een van de bakken of in de schuur.
V: Zullen we Google Maps gebruiken?
O: Ter hoogte van [plaats] / [plaats] , [plaats] . [bedrijf] . Drietal containers tussen de Fase2 en Fase3 van het bouwproject, in de middelste container.
V: Dan ga je na het werk naar huis, en dan?
A: Toen ik thuis kwam was [naam] niet thuis, ik was even alleen met [medeverdachte] . En toen begon [medeverdachte] te spuien tegen me; er was maar zevenhonderdvijftig euro, kerel had kankerveel geld. Ze hadden de telefoon van die man gecheckt, er zouden tonnen over die rekening gaan. Ze waren met een kluis van wel vierhonderd kilo aan de gang geweest. Ze konden er niet in komen. Hij had nog steeds last van zijn strot van al het stof, van het slijpen van de kluis Hij zei dat hij een zwarte nog nooit zo wit had gezien. Hij zat de hele tijd te hoesten en te proesten. [medeverdachte] vertelde mij ook dat ze twee telefoons van het slachtoffer onderweg hebben gedumpt. Dat er een situatie was waar [medeverdachte] heeft in moeten grijpen omdat het mannelijke slachtoffer een wapen van een van de Marokkaanse jongens probeerde af te pakken. Dat beschreef hij als vrij heftig, hij had het mannelijke slachtoffer tegen de grond gewerkt en dat toen het slachtoffer weer overeind kwam, [naam] hem met volle kracht in het gezicht geschopt heeft. Hierdoor viel de man achterover en knalde met zijn hoofd op de grond. Ik vroeg hem wie er in de woning waren en [medeverdachte] vertelde mij dat er een ouder stel met een moeder woonde. [medeverdachte] had enige tijd bij die moeder gezeten. [medeverdachte] vertelde mij dat hij ze gekneveld had met tie-wraps om de duimen. [medeverdachte] vertelde dat het een groot huis was, dat hij veel drank in huis had. Hij vertelde over twee kluizen, althans zo begreep ik het. Dat die gasten vuurwapens bij zich hadden. Dat er nog bijna ruzie was ontstaan met [naam] over het slijpen van de kluis, dat deden ze met gereedschap dat in de woning voorhanden was. In de fles Glassex zat waarschijnlijk ammoniak. Dat vertelde [medeverdachte] mij.
V: Heeft [medeverdachte] je ook verteld wat het hem opgeleverd heeft?
A: Niet veel, een kleine tweehonderd euro. Volgens mij was de buit iets van zevenhonderdveertig euro ofzo.
V: Heeft [medeverdachte] je iets verteld over de duur van de overval?
A: Hij vertelde dat het zo lang heeft geduurd omdat ze zo druk waren met de kluis, de sleutel van de kluis. Het dreigen met vuurwapens, zoeken naar de sleutel, proberen te openen van de kluis.
V: Wat kun je ons vertellen over [naam] ?
A: [naam] vroeg hem eens naar zijn echte naam, toen noemde hij de naam Roderik.

7. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van verhoor verdachte d.d. 31 januari 2023, opgenomen op pagina 626 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende als verklaring van verdachte:

V: Dan willen we nu naar de overval in [adres] toegaan. Hebben ze gezegd wat ze gingen doen?
A: Ik weet alleen dat er iets was met die tie raps en dat die [bedrijf] jas als eerste moest.
Het zijn geen kleine jongens. [medeverdachte] had nog wel een bedrag genoemd van 20 kop. Dit had ie
eerder gezegd in de woonkamer, op dat moment dat de jongens er zijn. [medeverdachte] wilde mij nog
mee krijgen maar [slachtoffer 6] zei toen dat [medeverdachte] dan met mij moest delen. Ik hoorde metaalgeluid en dit deden ze tussen de benen. Afzonderlijk van elkaar hoorde ik dat
geluid. Ik ben niet gek en denk dat dit een wapen was. Ik heb wel in de papieren gelezen dat er een pistool is gevonden en ik heb van [medeverdachte] gehoord dat er een vuurwapen was gebruikt. Dit is het moment voordat ze weggingen om de overval in [adres] te plegen.
V: Hadden ze dezelfde kleding aan toen ze weggingen?
A: Nee. De hele tafel lag onder de spullen. Ze hadden allerlei tassen bij zich. De kleding hadden ze ook in de tassen en die deden ze op dat moment aan.
V: Heb ik het nu goed: die mannen kwamen binnen. Die deden hun kleren uit en gaven die aan jou. Jij deed het in vuilniszakken en die zakken heb je in de bigbags gedaan en naar de bus gebracht.
A: Dat klopt. Ik heb die werktas/puinzak uit de bus gehaald. Daar heb ik alle kleren ingedaan die mij aangereikt werden. Ik kreeg: complete outfit van [slachtoffer 6] dat is zijn broek, schoenen Nike air max en het was allemaal zwart van kleur. Van [medeverdachte] kreeg ik een bruin leren jas, schoenen met zooltje en witte letters en zwarte bovenkant.
V: Je hebt verklaard dat je de auto van de jongens weg gezet hebt en dat je de kleding hebt
meegenomen en weggegooid hebt en dat je de andere kleding hebt bewaard. Begrijp je dat dit je tot medeplichtige maakt?
A: Ja. Ik kom uit de gevangenis.

8. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van verhoor getuige d.d. 16 december 2022, opgenomen op pagina 125 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende als verklaring van [naam] :

Wij gaan jou als getuige horen over de woningoverval aan de [adres] te Assen.
De getuige verklaarde:
Ik kwam thuis en [verdachte] ving mij op bij de voordeur. Er waren drie mannen thuis, dan bedoel ik, [verdachte] , [medeverdachte] en drie mannen. [verdachte] heeft mij apart genomen, ik wil dat jij met mij naar boven gaat. Dus ik ben naar boven gegaan. [verdachte] is met mij naar boven gegaan. [verdachte] is het grootste gedeelte bij mij geweest omdat ik best dwars was. [verdachte] is af en toe naar boven en beneden geweest. Op een gegeven moment is er besloten dat we naar beneden konden. De mannen waren toen ook niet meer in de woning. Op een gegeven moment maakte hij mij wakker en hoorde hem zeggen: Ja, ze komen eraan, nu naar boven. Ik ben toen ook naar boven gegaan. Ik ben tussen 4:00 en 5:00 uur van het matras beneden naar het bed boven gegaan. Toen ik beneden kwam, trof ik een huis vol mannen aan. Vier mannen, [medeverdachte] en die drie mannen. Het enige wat ze losgelaten hebben, is dat het niet gelukt was.
V: Wat is het signalement van [medeverdachte] ?
A: Grote man, lengte 1.80 meter, best wel gezet. Zijn achternaam is [slachtoffer 5] .
V: Hoe ziet man 3 eruit?
A: Donkere huidskleur, onderkin, Afrikaans, fors postuur, lengte 1.80 m, kort kroeshaar, in mijn telefoon staat hij onder de naam [naam] .

9. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van verhoor getuige bij de rechter-commissaris, opgemaakt en ondertekend door de rechter-commissaris en de griffier, inhoudende als verklaring van [naam] op 2 juni 2023:

De zaak [adres] :
[medeverdachte] is met die mannen/jongens meegegaan. Hun telefoons hadden ze niet meegenomen. Toen ik wakker werd en opstond trof ik in de woonkamer [medeverdachte] aan en drie andere mannen.

10. De eigen waarneming van de rechtbank welke bij het onderzoek op de terechtzitting van 12 december 2023 door haar persoonlijk is geschied, voor zover inhoudende:

De rechtbank neemt waar dat medeverdachte [slachtoffer 5] een blanke man is van ongeveer 1.80 à 1.85 meter lang met een gezet postuur en een wat vierkant hoofd.

11. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 8 december 2022, opgenomen op pagina 77 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende als relatering van verbalisant [verbalisant] :

Op 8 december 2022, omstreeks 04:40 uur hoorde ik dat het Operationeel Centrum ons naar de [adres] in Assen stuurde. Ter plaatse, buiten in het looppad van de oprit, op 2-3 meter van de voordeur, troffen wij een spuitfles gelijkend op Glassex aan. Collega [naam] pakte deze met handschoenen op en draaide de dop open. Er kwam een sterke ammoniak lucht uit.

12. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van forensisch onderzoek bij doorzoeking [adres] Assen d.d. 6 januari 2023, opgenomen op pagina 265 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende als relatering van verbalisanten [naam] en [naam] :

Op 15 december 2022 om 16:50 uur, kwamen wij naar aanleiding van een doorzoeking, voor een forensisch onderzoek aan op de locatie [adres] .
Ik zag in de bijkeuken een witte jute big bag zak. In deze jute zak zag ik meerdere boodschappentassen. Een collega van de tactiek haalde uit de jute zak meerdere tassen. Het ging om een Action, een Jumbo en een Albert Heijn boodschappentas en een plastic Albert Heijn tas.
Action boodschappentas, ik zag in deze Action boodschappen tas de volgende voorwerpen:
- Een groene jas met reflecterende strepen en de tekst “ [bedrijf] ”;
- Een grijze spijkerbroek (Denim Co);
- Een groene pet met de tekst “ [bedrijf] ”;
- Een paar zwart/grijze werkhandschoentjes;
- ( los) goud kleurig bestek set.
Ik voelde dat in de linkerjaszak van de “ [bedrijf] ” jas een voorwerp zat. Ik opende de rits van de zak en haalde het voorwerp uit de jaszak. Ik zag dat het een handvuurwapen betrof. Gezien de eerder genoemde informatie over de gedragen kleren en het gebruik van een vuurwapen tijdens de overval heb ik, verbalisant [naam] , de “ [bedrijf] ” jas (SIN: AANO5262NL) veiliggesteld. Verbalisant [naam] heeft het handvuurwapen veiliggesteld (SIN: AANO5264NL). Hierbij heeft zij de patroonhouder uit het wapen verwijderd. Wij zagen dat er ten minste één patroon in de patroonhouder zat. De patroonhouder is eveneens door verbalisant [naam] veiliggesteld (SIN: AANO5265NL).
Onder de witte jute zak in de bijkeuken werd tevens een plastic afvalzak gevonden. In deze zak zag ik verschillende lege geopende drinkblikjes. Ik zag vijf blikjes "Bacardi Rum" en één blikje "Smirnoff ICE". Ik hoorde de tactische rechercheurs zeggen dat de slachtoffers verklaard hadden dat de daders blikjes "Bacardi Rum" en "Smirnoff ICE" hadden gedronken tijdens de overval.

13. Een deskundigenrapport afkomstig van het Nederlands Forensisch Instituut van het Ministerie van Justitie en Veiligheid, zaaknummer 2022.12.08.158 (aanvraag 004 en 005), d.d. 26 januari 2023 opgemaakt en ondertekend door Y. Hoiting, op de door hem/haar afgelegde algemene belofte als vast gerechtelijk deskundige, opgenomen op pagina 458 e.v. van voornoemd dossier, voor zover inhoudende als zijn/haar verklaring:

Resultaten, interpretatie en conclusie van het onderzoek
DNA kan afkomstig zijn van:
Bewijskracht:
AAQC6214NL#01
binnenzijde loop
minimaal vier personen:
- getuige [slachtoffer 2]
- meer dan 1 miljard
AAQC6217NL#01
Bloedspoor rechterkant
pistool tegen
greep plaat
één persoon
- getuige [slachtoffer 2]
- meer dan 1 miljard
AAQC6219NL#01 [1]
onderkant magazijn (deel buiten pistool)
minimaal drie personen:
- getuige [slachtoffer 2]
- meer dan 1 miljard
AAQC6228NL#01 [2]
bloedspoor uiteinde
manchet linkermouw
minimaal twee personen:
een relatief grote hoeveelheid DNA:
- getuige [slachtoffer 2]
- meer dan 1 miljard

14. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 21 december 2022, opgenomen op pagina 123 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende als relatering van verbalisant [naam] :

Op 15 december 2022 verklaarde [verdachte] , geboren [geboortedatum] 1978, dat hij de kleding die is gebruikt bij de overval [adres] in Assen heeft weggegooid in een container op een bouwplaats. Naar aanleiding van deze verklaring ben ik verbalisant [naam] op donderdag 15 december 2022 naar de locatie in [plaats] gegaan aan de [plaats] en de [plaats] . Ik sprak daar met [naam] de uitvoerder van [bedrijf] . [naam]
vertelde dat de containers woensdagmiddag waren geleegd. [naam] heeft het werknummer van de bouw gegeven zodat we eventueel konden achterhalen waar het afval is heen gegaan. Het werknummer van desbetreffende container was 5018077. [naam] gaf mij verbalisant [naam] een telefoonnummer van [naam] werkzaam in de [adres] in Drachten waar het meeste afval heen gaat. [naam] heeft naar aanleiding van het werknummer kunnen achterhalen waar de container is geleegd. Het bleek dat de container was geleegd in Groningen bij Top locatie aan de [adres] in Groningen. Op vrijdag 16 december 2022 naar de [adres] in Groningen gegaan.
Bleek dat [naam] al contact had opgenomen en de desbetreffende container apart had laten zetten. Samen met een teamleider [naam] de container leeg gehaald met behulp van een kraan. Omdat de verdachte [verdachte] specifiek had verklaard in wat voor bigbag hij de spullen had gedaan werd de bigbag gevonden. Bij het omhooghalen van de witte bigbag viel er een vuilniszak uit die door [naam] uit de container is gehaald door de kraan.
Uiteindelijk de hele container leeg gehaald en geen andere vuilniszakken aangetroffen.

15. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal forensisch onderzoek bedrijf ( [adres] Groningen) d.d. 9 januari 2023, opgenomen op pagina 280 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende als relatering van verbalisant [naam] :

Op donderdag 15 december 2022 om 15:15 uur kwam ik, naar aanleiding van een overval in een woning, voor forensisch onderzoek aan bij afvalverwerkingsbedrijf Indaver Top Groningen op de locatie [adres] te Groningen. Op die locatie zou een afvalzak zijn aangetroffen met daarin meerdere zakken met kleding. Ter plaatse werd ik aangesproken door [naam] , werkzaam bij de districtsrecherche Groningen. [naam] toonde mij de zak, welke door een medewerker van het afvalverwerkingsbedrijf met behulp van een kraan uit een container was gehaald. Ik zag dat het een witte grote zak betrof. Ik zag dat er een grijze gevulde vuilniszak naast stond. [naam] verklaarde dat de grijze vuilniszak eveneens in de witte zak had gezeten, maar dat deze er uit gevallen was op het moment dat de kraanmachinist de witte zak uit de container had verwijderd. Ik zag dat de witte zak en de vuilniszak kleding bevatten en om die reden werden beide zakken door mij veiliggesteld ten behoeve van nader onderzoek.
De witte grote zak bevatte de volgende items;
- een boodschappentas Jumbo-tas met inhoud
- een boodschappentas van de Albert Heijn
- een grijze vuilniszak
- een bruine leren jas
- een grijze muts
De boodschappentas van Albert Heijn bevatte de volgende items;
- een transparant zakje met enkele zwarte kabelbinders met een gemeten lengte van 30
centimeter
- een transparant zakje met enkele witte kabelbinders met een gemeten lengte van 30
centimeter van het merk 'Handson'
- twee voorbereide of gesloten witte kabelbinders
De boodschappentas van de Jumbo bevatte de volgende items;
- leren handschoenen
- een grijze spijkerbroek met riem met aan de onderzijde van rechterpijp bloed
(AAPK9961NL)
- een zwarte trainingbroek van het merk 'Wematch' met aan de onderzijde van de
rechter broekspijp bloed (AAPK9964NL)
- een zwarte trui van het merk 'Primark' met geribbelde schouders
- een zwart vest met capuchon van het merk 'Nike'
De vuilniszak bleek de volgende items te bevatten;
- een zwarte trainingsbroek van het merk 'Puma'
- een zwart vest met capuchon van het merk 'C.P. Company'
- 6 zwarte kabelbinders met een gemeten lengte van 30 centimeter
- een transparant zakje met inhoud.
De transparante dichtgeknoopte zak bevatte de volgende items;
- zwarte schoenen van het merk 'Nike' met de maat 46
- zwarte schoenen van het merk 'Balenciaga'
- een mondkapje
- werkhandschoenen (links en rechts) met aan de bovenzijde bloed (AAPK9948NL &
AAPK9949NL).

16. Een deskundigenrapport afkomstig van het Nederlands Forensisch Instituut van het Ministerie van Justitie en Veiligheid, zaaknummer 2022.12.08.158 (aanvraag 006), d.d. 2 november 2023 opgemaakt en ondertekend door P.W. Sjoukema, op de door hem/haar afgelegde algemene belofte als vast gerechtelijk deskundige, opgenomen als los rapport bij voornoemd dossier, voor zover inhoudende als zijn/haar verklaring:

Resultaten, interpretatie en conclusie van het onderzoek
DNA kan afkomstig zijn van:
Bewijskracht:
AAQC6234NL#01
bloedspoor op handrug
handschoen
AAPK9949NL
één persoon:
- getuige [slachtoffer 2]
- meer dan 1 miljard
AAQC6239NL#01
binnenzijde
broeksband
minimaal drie personen:
een relatief kleine hoeveelheid DNA:
- getuige [slachtoffer 2]
- meer dan 1 miljard
AAQC6240NL#01
bloedspoor uit grote
bloedvlek rechterpijp
onderzijde
één persoon:
- getuige [slachtoffer 2]
- meer dan 1 miljard
AAQC6246NL#01
rechterkant
broeksband
binnenzijde
minimaal drie personen:
een relatief kleine hoeveelheid DNA:
- getuige [slachtoffer 2]
- meer dan 1 miljard
AAQC6247NL#01 [3]
deel bloedspoor
voorkantlinker
broekspijp
minimaal twee personen:
- getuige [slachtoffer 2]
- meer dan 1 miljard

17. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 24 november 2023, opgenomen als los proces-verbaal bij voornoemd dossier, inhoudende als relatering van verbalisant [verbalisant] :

In het onderzoek RWANDA zijn historische verkeersgegevens gevorderd welke betrekking zouden hebben tot de verdachte [medeverdachte]
+ [nummer]
Hieronder zijn de gevorderde gegevens van de nacht van 7 op 8 december 2022 weergegeven
Het telefoonnummer was op 7 december voor het laatst actief om 23:23:58 uur, dit betrof een inkomende oproep afkomstig van het telefoonnummer + [nummer] en duurde totaal 78 seconden.
Het telefoonnummer was op 8 december voor het eerst actief om 04:50:52 uur, dit betrof een uitgaande oproep naar het telefoonnummer + [nummer] en duurde totaal 129 seconden.
Tussen bovengenoemde waarnemingen, gedurende de nacht van 7 op 8 december, werd er voortdurend ingebeld door het nummer + [nummer] . Uit deze verkeersgegevens blijkt dat het nummer + [nummer] in deze periode overschakelde naar voicemail. Uit onderzoek blijkt dat het nummer + [nummer] ten tijde in gebruik was bij Yasemin YACOUB, geboren 8 maart 1985.
Ten tijde van en tussen 7 december 23:23:58 uur en 8 december 04:50:52 uur werd het telefoonnummer geregistreerd op de cell-ID 204-08-03310-52793 aan de [adres] te Assen.
Overzichtskaart van de mastlocatie en zendrichting van het cell-ID ten opzichte van het adres
[adres] te Assen (rode stip):

18. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal d.d. 26 maart 2023, opgenomen op pagina 28 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende als relatering van verbalisant [naam] :

Uit onderzoek Karper komt naar voren dat telefoontoestel van [slachtoffer 6] zich in Assen bevond en dat ten tijde van de overval het toestel geen netwerk aanstraalde. In KARPER draaide een tap (TA017) op het toestel van [slachtoffer 6] en hieruit (Ruwe data, SMSP en
produkt info) blijkt dat het toestel de navolgende masten aanstraalde:
7-12-22 om 22:06:38 uur mastlokatie Europaweg zuid (nabij WZA) = produkt info
22:06:39 uur mastlokatie Peelo (tegenover MC Donalds Assen) = product info
Geen netwerk...
8-12-22 om 04:55:33 uur mastlokatie Peelo (tegenover MC Donalds Assen)= produkt info
04.55.34 uur idem = SMSP STATE
05:35:43 uur idem = Ruwe data
19. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal onderzoek wapen d.d. 4 januari 2023, opgenomen op pagina 334 e.v. van voornoemd dossier, inhoudend als relatering van verbalisant [naam]:
Op donderdag 15 december 2022 te 16:50 uur zijn goederen inbeslaggenomen. Na
onderzoek van deze goederen is het volgende naar voren gekomen.
Object: Vuurwapen
Spoor identificatienr.: AAN05264NL
Bij het wapen werden een bijpassend patroonmagazijn en patronen aangeleverd.
Het inbeslaggenomen voorwerp is een semi-automatisch centraalvuur pistool geschikt om
projectielen door een loop af te schieten. Derhalve is dit pistool een vuurwapen in de zin van artikel 1 onder 3, gelet op artikel 2, lid I categorie III onder 1 van de Wet wapens en munitie.

Bewijsoverweging

Vaststaat dat er in de nacht van 7 op 8 december 2022 een gewapende woningoverval heeft plaatsgevonden aan de [adres] in Assen, waarbij de overvallers – met het oog op het verkrijgen van de sleutel van een kluis – de bewoners hebben vastgebonden, hebben geslagen, hebben bedreigd met een vuurwapen en hebben overgoten met vloeistof onder de bedreiging dat ze in brand zouden worden gestoken. Naar het oordeel van de rechtbank kan op basis van bovenstaande bewijsmiddelen wettig en overtuigend bewezen worden dat deze overval door medeverdachten [slachtoffer 5] en [slachtoffer 6] samen met twee anderen is gepleegd.
De rol van verdachte kan naar het oordeel van de rechtbank worden gekwalificeerd als die van medeplichtige. Daartoe wordt het volgende overwogen.
Vastgesteld kan worden dat de overvallers de woning van de partner (Kampen) van verdachte aan de [adres] te Assen – in welke woning verdachte verbleef – als uitvalsbasis voor de overval hebben gebruikt. Voorafgaande aan de overval hebben de mannen zich in de woning verzameld om de laatste voorbereidingen te treffen en na de overval zijn ze teruggekeerd naar de woning om de balans op te maken en om zich te ontdoen van de bij de overval gebruikte goederen.
Verdachte heeft in de avond van 7 december 2022 (voorafgaand aan de woningoverval) medeverdachte [slachtoffer 6] en twee – onbekend gebleven – mannen in zijn woning toegelaten. Medeverdachte [slachtoffer 5] verbleef reeds in die woning. De verdediging heeft aangevoerd dat verdachte niet wist wat de mannen gingen doen en dat hij “enkel een gevoel had dat het niet pluis was”, hetgeen in de visie van de verdediging onvoldoende is om (voorwaardelijk) opzet op (het beramen/ plegen van) de overval aan te nemen. De rechtbank volgt de verdediging hierin niet, reeds gelet op de eigen verklaring van verdachte, afgelegd op 15 december 2022 ten overstaan van de politie, te weten dat hij wel een idee had wat de mannen van plan waren, onder de toevoeging dat “hij natuurlijk niet achterlijk is”. Overigens heeft verdachte ter terechtzitting herhaald dat hij, gelet op de gang van zaken in zijn woning in de avond van 7 december 2022, wel degelijk in de gaten had dat er door de mannen die in zijn woning aanwezig waren, een mogelijk ernstig strafbaar feit zou worden gepleegd.
Volgens de verklaring van verdachte had medeverdachte [slachtoffer 5] hem al eerder die avond, 7 december 2022, laten weten dat hij, medeverdachte [slachtoffer 5] , “geld ging maken”. Enige tijd daarna, diezelfde avond, kwamen medeverdachte [slachtoffer 6] en twee andere mannen binnen in de woning waar verdachte bij [naam] verbleef. Verdachte heeft daarop zijn partner, getuige Kampen, naar boven gestuurd omdat “hij wist dat er iets in de lucht hing”. Terwijl de mannen in de woning vertoefden, was verdachte deels boven bij getuige Kampen en deels beneden bij de mannen, die de overval aan het voorbereiden waren. Verdachte heeft gezien dat de mannen zich op enig moment hebben omgekleed en heeft gehoord dat het ging om een bedrag van ‘20 kop’. Vóór de mannen vertrokken uit de woning heeft verdachte het toegestaan dat een van de mannen uit het keukenkastje een spuitfles pakte. Verdachte heeft toen gezien dat in die spuitfles een andere vloeistof werd overgegoten. Ook heeft verdachte gezien dat de mannen tie-wraps en een vuurwapen meenamen. Daarnaast hoorde hij de man die was gekleed als “ [bedrijf] ” bezorger, zeggen dat hij, de zogenaamde bezorger, “als eerste aan de deur moest”.
Uit al het vorenstaande volgt naar het oordeel van de rechtbank dat verdachte minst genomen bewust de aanmerkelijke kans heeft aanvaard dat er een gewapende (woning)overval gepleegd zou worden. Of verdachte wel of niet
precieswist wat er ging gebeuren, doet hier niet aan af. Het opzet van een medeplichtige behoeft immers niet te zijn gericht op de precieze wijze waarop het gronddelict wordt begaan. [4]
Voorts kan wettig en overtuigend bewezen worden dat verdachte behulpzaam is geweest bij die woningoverval en dat zijn opzet ook daarop was gericht. Onder de hiervoor omschreven feiten en omstandigheden heeft verdachte de overvallers in zijn woning laten vertoeven om de overval voor te bereiden, heeft hij een spuitfles ter beschikking gesteld, heeft hij toegestaan dat de overvallers spullen – zoals hun telefoons en schone kleding voor na de overval – in zijn woning achterlieten tijdens het plegen van de overval en heeft hij volgens afspraak de deur opengelaten zodat ze na de overval weer terug konden keren. Verdachte heeft willens en weten zijn woning als uitvalsbasis ter beschikking gesteld aan de overvallers en is daarmee medeplichtig aan de woningoverval.
De rechtbank acht het onder 3 subsidiair ten laste gelegde wettig en overtuigend bewezen.
Ten overvloede merkt de rechtbank op dat verdachte de ochtend na de woningoverval ook nog kleding en andere bij de overval gebruikte goederen heeft weggegooid en in de dagen daarna andere bij de overval gedragen kleding en bij de overval weggenomen goederen voor de overvallers heeft bewaard, maar dit betreffen handelingen
nahet feit. Als het misdrijf eenmaal is voltooid, kan in beginsel geen strafbare medeplichtigheid meer plaatsvinden, omdat handelingen die na afloop van het voltooide delict zijn verricht niet de strekking kunnen hebben dat misdrijf te bevorderen of gemakkelijk te maken. [5] Ondersteunende gedragingen na afloop van het misdrijf kunnen onder omstandigheden toch worden aangemerkt als gedragingen ten tijde van het misdrijf, bijvoorbeeld wanneer voorafgaande aan het strafbare feit is toegezegd dat nadien bepaalde hulp zal worden verleend. Daarvan blijkt echter niet in de onderhavige zaak zodat het wegmaken en bewaren van bij de overval gebruikte kleding en andere goederen niet als medeplichtigheidshandelingen kunnen worden aangemerkt.

Bewezenverklaring

De rechtbank acht feit 1 meer subsidiair, feit 2 subsidiair en feit 3 subsidiair wettig en overtuigend bewezen, met dien verstande dat:
1. meer subsidiair
hij op 12 december 2022 te Assen, tezamen en in vereniging met een ander, [slachtoffer 1] heeft mishandeld door [slachtoffer 1] meermalen in het gezicht te slaan en/of te stompen en [slachtoffer 1] bij zijn keel te pakken;
en
hij op 12 december 2022 te Assen, tezamen en in vereniging met een ander, in de woning aan de [adres] bij een ander, te weten [slachtoffer 1] , in gebruik wederrechtelijk is binnengedrongen;
2. subsidiair
hij op 12 december 2022 te Assen, tezamen en in vereniging met een ander, ter uitvoering van het door verdachte en zijn mededader voorgenomen misdrijf om met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door met geweld [slachtoffer 1] te dwingen tot het ter beschikking stellen van gegevens, te weten een ontgrendelcode en/of pincode van zijn mobiele telefoon,
- deuren heeft ingetrapt, en
- vervolgens de woning van [slachtoffer 1] heeft betreden, en
- [slachtoffer 1] meermalen in het gezicht heeft geslagen en/of gestompt, en
- [slachtoffer 1] bij de keel heeft gepakt, en
- woordelijk de ontgrendelcode en/of pincode heeft geëist,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
3. subsidiair
[slachtoffer 5] en [slachtoffer 6] in de periode van 7 tot en met 8 december 2022 te Assen, tezamen en in vereniging met anderen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening, uit een woning gelegen aan de [adres] aldaar, heeft weggenomen geldbedragen van in totaal ongeveer 750 euro en alcoholhoudende drank en een sleutelbos en bestek en servies en een gouden ring, toebehorende aan [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3] en/of [slachtoffer 4] , welke diefstal werd voorafgegaan en vergezeld van geweld en bedreiging met geweld tegen voornoemde [slachtoffer 2] en [slachtoffer 3] en [slachtoffer 4] , gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en gemakkelijk te maken, welk geweld en welke bedreiging met geweld hierin bestonden dat [slachtoffer 5] en [slachtoffer 6] en anderen
- naar die woning toe zijn gegaan en vervolgens [slachtoffer 2] de woning in hebben geduwd en
- vervolgens een vuurwapen tegen het hoofd van [slachtoffer 2] hebben gehouden en
- de handen van [slachtoffer 2] aan elkaar vast hebben getaped en
- tape over de mond van [slachtoffer 2] hebben geplakt en
- [slachtoffer 2] meermalen tegen zijn hoofd en zijn lichaam hebben geslagen en getrapt en
- [slachtoffer 2] mee hebben genomen naar de badkamer en [slachtoffer 2] in de badkamer — terwijl de handen van [slachtoffer 2] aan elkaar vast getaped waren — op een stoel hebben gezet en vervolgens het bad vol hebben laten lopen en daarbij tegen [slachtoffer 2] hebben gezegd dat hij wel ging vertellen waar de sleutel van de kluis was omdat het anders een ander verhaal zou worden en
- vloeistof over [slachtoffer 2] heen hebben gegoten en daarbij hebben gezegd dat zij [slachtoffer 2] in de fik gingen steken en een brandende aansteker tegen het lichaam van [slachtoffer 2] hebben gehouden en
- de telefoon van [slachtoffer 2] en [slachtoffer 3] af hebben genomen en de vaste telefoonlijn hebben vernield en
- meermalen op dwingende toon om geld en de sleutel van de kluis hebben gevraagd, en
- het vuurwapen op [slachtoffer 3] hebben gericht en
- een deken over het hoofd van [slachtoffer 3] hebben gegooid en
- de handen van [slachtoffer 3] vast hebben getaped aan de handen van [slachtoffer 4] en de handen van [slachtoffer 3] met tiewraps vast hebben gebonden
- de voeten van [slachtoffer 3] en [slachtoffer 4] vast heeft hebben getaped en
- tape over de mond van [slachtoffer 4] hebben geplakt en
- terwijl [slachtoffer 3] en [slachtoffer 4] vastgetaped en vastgebonden waren een vloeistof over [slachtoffer 3] en [slachtoffer 4] hebben gegoten en
- [slachtoffer 4] tegen haar lichaam hebben geslagen;
bij en tot het plegen van welk misdrijf verdachte in de periode van 7 tot en met 8 december 2022 te Assen opzettelijk behulpzaam is geweest en opzettelijk gelegenheid en middelen heeft verschaft, door
- zijn woning ter beschikking te stellen voor het maken van de plannen, en
- goederen, waaronder een spuitfles, ter beschikking te stellen.
Verdachte zal van het meer of anders ten laste gelegde worden vrijgesproken, aangezien de rechtbank dat niet bewezen acht.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. Verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.

Strafbaarheid van het bewezen verklaarde

Het bewezen verklaarde levert op:
Ten aanzien van feit 1 meer subsidiair en 2 subsidiair:
Eendaadse samenloop van:
enerzijds
medeplegen van mishandeling
en
in de woning bij een ander in gebruik, wederrechtelijk binnendringen, terwijl twee of meer verenigde personen het misdrijf plegen
en anderzijds
poging tot afpersing, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen
Ten aanzien van feit 3 subsidiair:
medeplichtigheid aan diefstal, voorafgegaan en vergezeld van geweld en bedreiging met geweld tegen personen, gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en gemakkelijk te maken, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen.
Deze feiten zijn strafbaar nu geen omstandigheden aannemelijk zijn geworden die de strafbaarheid uitsluiten.

Strafbaarheid van verdachte

De rechtbank acht verdachte strafbaar nu niet van enige strafuitsluitingsgrond is gebleken.

Motivering van straf en maatregel

Vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte ter zake van feit 1 meer subsidiair, feit 2 subsidiair en feit 3 subsidiair wordt veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 40 maanden, alsmede dat aan verdachte de Gedragsbeïnvloedende en Vrijheidsbeperkende maatregel (hierna: GVM) ex artikel 38z Sr wordt opgelegd.
Standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft gepleit voor een gevangenisstraf voor de duur van 16 maanden waarvan 3 maanden voorwaardelijk met de bijzondere voorwaarden zoals geadviseerd door de reclassering. Gelet op de tijd die verdachte reeds in voorlopige hechtenis heeft doorgebracht heeft de reclassering dan één maand de tijd om huisvesting te regelen en andere voorbereidingen te treffen voor het uit te oefenen toezicht.
Oordeel van de rechtbank
Straf
Bij de bepaling van de straf heeft de rechtbank rekening gehouden met de aard en de ernst van het bewezen en strafbaar verklaarde, de omstandigheden waaronder dit is begaan, de persoon van verdachte zoals deze naar voren is gekomen uit het onderzoek ter terechtzitting en de over hem opgemaakte reclasseringsrapporten, het uittreksel uit de justitiële documentatie, alsmede de vordering van de officier van justitie en het pleidooi van de verdediging.
De rechtbank heeft in het bijzonder het volgende in aanmerking genomen.
Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan medeplichtigheid aan een zeer gewelddadige gewapende woningoverval en voorts aan een poging tot afpersing waarbij hij zich tegelijkertijd schuldig heeft gemaakt aan mishandeling en huisvredebreuk.
Verdachte heeft in de nacht van 7 op 8 december 2022 de overvallers van een woningoverval gefaciliteerd. Verdachte heeft zijn woning aan de overvallers ter beschikking gesteld om de overval voor te bereiden, hij heeft toegestaan dat de overvallers goederen – zoals hun telefoons en schone kleding voor na de overval – in zijn woning achterlieten tijdens het plegen van de overval en hij heeft volgens afspraak die nacht de deur van zijn woning opengelaten zodat de overvallers na de overval weer in de woning konden terugkeren.
In de woning die die nacht is overvallen, bevonden zich drie personen: [slachtoffer 2] , zijn vriendin [slachtoffer 3] en zijn moeder [slachtoffer 4] die destijds 73 jaar oud was. Met het oog op het verkrijgen van de sleutel van een kluis waar veel geld in zou liggen, hebben de overvallers de slachtoffers vastgebonden met duct-tape en tie-wraps en urenlang vastgebonden gehouden, bedreigd met een vuurwapen en overgoten met vloeistof onder de bedreiging dat ze in brand gestoken zouden worden.
Uit de ter terechtzitting door aangever [slachtoffer 3] voorgedragen slachtofferverklaring en de toelichtingen bij de vorderingen tot schadevergoeding blijkt dat de woningoverval veel impact heeft gehad op de slachtoffers. Zij hebben doodsangsten uitgestaan en ondervinden nog steeds zeer nadelige psychische gevolgen van de woningoverval. Ze zijn angstig en wantrouwend geworden en voelen zich niet meer vrij en veilig in hun eigen huis. Dit terwijl de woning bij uitstek de plaats is waar men zich veilig moet kunnen voelen. Daarnaast dragen misdrijven als de onderhavige sterk bij aan gevoelens van angst en onveiligheid in de samenleving en verdachte heeft daar met zijn betrokkenheid bij de overval ook aan bijgedragen.
De rechtbank rekent het verdachte in het bijzonder aan dat hij, ondanks dat hij wist dat de overvallers een zeer ernstig strafbaar feit gingen plegen waar onder meer tie-wraps en een vuurwapen bij betrokken waren, op geen enkel moment – ook niet nadat de overvallers zijn woning hadden verlaten om dat strafbare feit te gaan plegen– de politie heeft ingeschakeld. Daarmee had verdachte de slachtoffers veel leed kunnen besparen. Verdachte heeft zich, kennelijk, op dat moment niets aangetrokken van de mogelijke gevolgen voor de slachtoffers en zegt uit angst voor de overvallers te zijn meegegaan in de situatie die hem overkwam. Toen de overvallers uit de woning waren vertrokken, heeft verdachte echter ruim de tijd gehad om tot bezinning te komen en om de keuze te maken, anders te handelen.
Nog geen week later, op 12 december 2022, is verdachte samen met medeverdachte [slachtoffer 5] naar een woning aan de [adres] in Assen gegaan om een schuld te vereffenen. Om aangever ertoe te dwingen zijn telefoon te resetten ter vereffening van de schuld hebben verdachte en medeverdachte [slachtoffer 5] de voordeur van aangevers woning ingetrapt waarna ze aangever in zijn woning hebben mishandeld. Op enig moment heeft aangever een mogelijkheid gezien te ontsnappen en is vervolgens roepend om hulp zijn woning uit gevlucht. Aangever heeft veel pijn geleden door het geweld dat tegen hem is gebruikt en voelde zich nadien onveilig in zijn eigen woning. Door aldus te handelen heeft verdachte een ernstige inbreuk gemaakt op de geestelijke en lichamelijke integriteit van het slachtoffer. De rechtbank rekent het verdachte aan dat hij zich enkel heeft laten leiden door zijn eigen financiële gewin alsmede dat hij in het feit dat aangever een schuld bij hem had, kennelijk een rechtvaardiging heeft gezien voor het gebruik van geweld. Dat is een kwalijke situatie.
Voorts is het niet de eerste keer dat verdachte wordt veroordeeld wegens soortgelijke feiten. Verdachte was op 27 augustus 2022, derhalve kort voor onderhavige feiten, vrijgekomen na een detentie van 30 maanden wegens meerdere overvallen en woninginbraken. Daarnaast is verdachte meerdere malen veroordeeld tot gevangenisstraffen wegens geweldsdelicten. Kennelijk heeft verdachte hier geen lering uit getrokken en heeft het hem er niet van kunnen weerhouden opnieuw strafbare feiten te plegen.
Op feiten als de onderhavige kan niet anders worden gereageerd dan met de oplegging van een forse onvoorwaardelijke gevangenisstraf. Een gevangenisstraf voor de duur van 16 maanden waarvan 3 maanden voorwaardelijk, zoals bepleit door de raadsvrouw, doet naar het oordeel van de rechtbank onvoldoende recht aan de ernst van de feiten waar verdachte betrokken bij is. Anderzijds zal de rechtbank een gevangenisstraf van kortere duur opleggen dan geëist door de officier van justitie. Daarvoor ziet de rechtbank aanleiding nu verdachte geen aandeel heeft gehad in het nietsontziende geweld dat bij de woningoverval aan de [adres] is gebruikt.
Alles afwegende acht de rechtbank een gevangenisstraf voor de duur van 24 maanden passend en geboden. De rechtbank ziet geen aanleiding een deel van de gevangenisstraf voorwaardelijk op te leggen met bijzondere voorwaarden. Verdachte heeft meerdere hulpverleningstrajecten met de reclassering doorlopen en deze hebben niet kunnen voorkomen dat verdachte opnieuw strafbare feiten heeft gepleegd. Verdachte heeft hulp en ondersteuning nodig, maar hulp en ondersteuning in de vorm van bijzondere voorwaarden bij een voorwaardelijke straf is onvoldoende toereikend gebleken zodat een GVM zal worden opgelegd, zoals hieronder zal worden overwogen.
Tenuitvoerlegging van de op te leggen gevangenisstraf zal volledig plaatsvinden binnen de penitentiaire inrichting, tot het moment dat aan verdachte voorwaardelijke invrijheidstelling wordt verleend als bedoeld in artikel 6:2:10 van het Wetboek van Strafvordering.

Maatregel strekkende tot gedragsbeïnvloeding of vrijheidsbeperking

De rechtbank acht het aangewezen dat verdachte, na ommekomst van de vrijheidsstraf, langdurig wordt begeleid om recidive te voorkomen en zal daarom de GVM als bedoeld in artikel 38z van het Wetboek van Strafrecht opleggen.
De rechtbank leidt uit de justitiële documentatie van verdachte en de over hem opgemaakte reclasseringsrapporten af dat de kans op herhaling van soortgelijke feiten aanzienlijk is. Verdachte is, zoals gezegd, meerdere malen veroordeeld wegens geweldsdelicten, overvallen en woninginbraken en er zijn meerdere hulpverleningstrajecten in het kader van bijzondere voorwaarden doorlopen. Desondanks lukt het verdachte niet om zijn leven anders vorm te geven en zich te onthouden van crimineel gedrag. Tekenend is de vorige veroordeling van verdachte waarbij hij wegens het weigeren van behandeling niet gefaseerd uit detentie is gegaan. Dat leidde ertoe dat verdachte er, na zijn detentie alleen voor stond zonder hulp en toezicht. Binnen vier maanden raakte hij betrokken bij de onderhavige feiten. De rechtbank is dan ook van oordeel dat langdurig toezicht na detentie noodzakelijk is om het recidiverisico terug te kunnen dringen. Oplegging van de GVM is daarmee noodzakelijk voor de bescherming van de veiligheid van anderen dan wel de algemene veiligheid van personen of goederen. Ook aan de overige wettelijke vereisten voor oplegging van een GVM is voldaan.

Benadeelde partijen

Feit 1 en 2
[slachtoffer 1] heeft zich als benadeelde partij in het strafproces gevoegd met een vordering tot schadevergoeding. Gevorderd wordt een bedrag van € 19,00 ter vergoeding van materiële schade en € 2.000,00 ter vergoeding van immateriële schade, vermeerderd met wettelijke rente vanaf de datum waarop de schade is ontstaan. Tevens is verzocht de schadevergoedingsmaatregel op te leggen en om de verdachten hoofdelijk te veroordelen tot het voldoen van de schade.
Feit 3
[slachtoffer 2] heeft zich als benadeelde partij in het strafproces gevoegd met een vordering tot schadevergoeding. Gevorderd wordt een bedrag van € 4.232,50 ter vergoeding van materiële schade en € 15.000,00 ter vergoeding van immateriële schade, vermeerderd met wettelijke rente vanaf de datum waarop de schade is ontstaan. Tevens is verzocht de schadevergoedingsmaatregel op te leggen en om de verdachten hoofdelijk te veroordelen tot het voldoen van de schade.
[slachtoffer 3] heeft zich als benadeelde partij in het strafproces gevoegd met een vordering tot schadevergoeding. Gevorderd wordt een bedrag van € 4.232,50 ter vergoeding van materiële schade en € 15.000,00 ter vergoeding van immateriële schade, vermeerderd met wettelijke rente vanaf de datum waarop de schade is ontstaan. Tevens is verzocht de schadevergoedingsmaatregel op te leggen en om de verdachten hoofdelijk te veroordelen tot het voldoen van de schade.
Standpunt van de officier van justitie
Ten aanzien van de vordering van [slachtoffer 1] heeft de officier van justitie zich op het standpunt gesteld dat het materiële deel van de vordering dient te worden afgewezen en dat het immateriële deel van de vordering dient te worden toegewezen zoals gevorderd.
Ten aanzien van de vorderingen van [slachtoffer 2] en [slachtoffer 3] heeft de officier van justitie zich op het standpunt gesteld dat het materiële deel van beide vorderingen niet-ontvankelijk dient te worden verklaard omdat de vorderingen op dat punt onvoldoende onderbouwd zijn. Het immateriële deel van de vorderingen is voor toewijzing vatbaar.
Standpunt van de verdediging
Ten aanzien van de vordering van [slachtoffer 1] heeft de raadsvrouw zich op het standpunt gesteld dat de vordering niet-ontvankelijk dient te worden verklaard. Er is geen bewijs voor diefstal van de geclaimde € 19,00 en voor toekenning van een immateriële schadevergoeding is geen grond nu er geen causaal verband bestaat tussen het gebeurde op 12 december 2022 en de psychische problemen van de benadeelde partij.
Ten aanzien van de vorderingen van [slachtoffer 2] en [slachtoffer 3] heeft de raadsvrouw zich primair op het standpunt gesteld dat de vorderingen niet-ontvankelijk verklaard dienen te worden gelet op de bepleite vrijspraak. Subsidiair heeft de raadsvrouw bepleit dat de immateriële schade dient te worden beperkt tot een bedrag van € 5.000,00.
Oordeel van de rechtbank
[slachtoffer 1]
Nu de rechtbank niet bewezen heeft geacht dat verdachte goederen van [slachtoffer 1] heeft weggenomen, waaronder de gevorderde € 19,00, zal het materiële deel van de vordering worden afgewezen.
Ten aanzien van de immateriële schade is de rechtbank met de raadsvrouw van oordeel dat er onvoldoende causaal verband is vast te stellen tussen de gestelde psychische problemen van de benadeelde partij en het handelen van verdachte. De rechtbank acht echter wel voldoende aannemelijk dat de benadeelde partij immateriële schade heeft geleden ten gevolge van het onder 1 meer subsidiair en 2 subsidiair bewezen verklaarde gelet op de aard van de strafbare feiten en bijzondere ernst van de normschending. Gelet daarop zal de rechtbank het gevorderde bedrag naar billijkheid vaststellen op € 500,00. De rechtbank zal de vordering tot dit bedrag toewijzen, vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag van 12 december 2022 en voor het overige deel afwijzen.
De rechtbank stelt vast dat verdachte het strafbare feit samen met een ander heeft gepleegd en dat zij naar civielrechtelijke maatstaven hoofdelijk aansprakelijk zijn voor de schade. De rechtbank zal daarom bepalen dat verdachte de schadevergoeding niet meer aan de benadeelde partij hoeft te betalen indien zijn medeverdachte deze al heeft betaald, en andersom.
Nu de aansprakelijkheid van verdachte vaststaat, zal de rechtbank de schadevergoedingsmaatregel opleggen om te bevorderen dat verdachte de schade zal vergoeden.
De rechtbank zal verdachte veroordelen in de kosten die de benadeelde partij tot aan deze uitspraak in verband met de vordering heeft gemaakt, tot op heden begroot op nihil, en in de kosten die de benadeelde partij ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog moet maken.
[slachtoffer 2]
Hoewel de gestelde materiële schade niet is onderbouwd met facturen of anderszins met een prijsopgave, is naar het oordeel van de rechtbank voldoende aannemelijk dat de benadeelde partij materiële schade heeft geleden en dat deze schade een rechtstreeks gevolg is van het onder 3 subsidiair bewezen verklaarde. Gebruikmakend van haar schattingsbevoegdheid ex artikel 6:97 van het Burgerlijk Wetboek schat de rechtbank de hoogte van de schade op
€ 4.200,00. De rechtbank zal de vordering tot dit bedrag toewijzen, vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 8 december 2022 en voor het overige deel afwijzen.
Naar het oordeel van de rechtbank is voorts voldoende aannemelijk dat de benadeelde partij immateriële schade heeft geleden en dat deze schade een rechtstreeks gevolg is van het onder 3 subsidiair bewezen verklaarde. Naar het oordeel van de rechtbank is de hoogte van de vordering voldoende onderbouwd, niet onredelijk en onvoldoende betwist, zodat het gevorderde bedrag zal worden toegewezen, vermeerderd met de wettelijke rente daarover vanaf 8 december 2022.
De rechtbank stelt vast dat verdachte het strafbare feit samen met anderen heeft gepleegd en dat zij naar civielrechtelijke maatstaven hoofdelijk aansprakelijk zijn voor de schade. De rechtbank zal daarom bepalen dat verdachte de schadevergoeding niet meer aan de benadeelde partij hoeft te betalen indien zijn medeverdachten deze al hebben betaald, en andersom.
Nu de aansprakelijkheid van verdachte vaststaat, zal de rechtbank de schadevergoedingsmaatregel opleggen om te bevorderen dat verdachte de schade zal vergoeden.
De rechtbank zal verdachte veroordelen in de kosten die de benadeelde partij tot aan deze uitspraak in verband met de vordering heeft gemaakt, tot op heden begroot op nihil, en in de kosten die de benadeelde partij ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog moet maken.
[slachtoffer 3]
Hoewel de gestelde materiële schade niet is onderbouwd met facturen of anderszins met een prijsopgave, is naar het oordeel van de rechtbank voldoende aannemelijk dat de benadeelde partij materiële schade heeft geleden en dat deze schade een rechtstreeks gevolg is van het onder 3 subsidiair bewezen verklaarde. Gebruikmakend van haar schattingsbevoegdheid ex artikel 6:97 van het Burgerlijk Wetboek schat de rechtbank de hoogte van de schade op
€ 4.200,00. De rechtbank zal de vordering tot dit bedrag toewijzen vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 8 december 2022 en voor het overige deel afwijzen.
Naar het oordeel van de rechtbank is voorts voldoende aannemelijk dat de benadeelde partij immateriële schade heeft geleden en dat deze schade een rechtstreeks gevolg is van het onder 3 subsidiair bewezen verklaarde. Naar het oordeel van de rechtbank is de hoogte van de vordering voldoende onderbouwd, niet onredelijk en onvoldoende betwist, zodat het gevorderde bedrag zal worden toegewezen, vermeerderd met de wettelijke rente daarover vanaf 8 december 2022.
De rechtbank stelt vast dat verdachte het strafbare feit samen met anderen heeft gepleegd en dat zij naar civielrechtelijke maatstaven hoofdelijk aansprakelijk zijn voor de schade. De rechtbank zal daarom bepalen dat verdachte de schadevergoeding niet meer aan de benadeelde partij hoeft te betalen indien zijn medeverdachten deze al hebben betaald, en andersom.
Nu de aansprakelijkheid van verdachte vaststaat, zal de rechtbank de schadevergoedingsmaatregel opleggen om te bevorderen dat verdachte de schade zal vergoeden.
De rechtbank zal verdachte veroordelen in de kosten die de benadeelde partij tot aan deze uitspraak in verband met de vordering heeft gemaakt, tot op heden begroot op nihil, en in de kosten die de benadeelde partij ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog moet maken.

Toepassing van wetsartikelen

De rechtbank heeft gelet op de artikelen 36f, 38z, 47, 48, 49, 57, 138, 282, 300, 312 en 317 van het Wetboek van Strafrecht.
Deze voorschriften zijn toegepast, zoals zij ten tijde van het bewezen verklaarde rechtens golden dan wel ten tijde van deze uitspraak gelden.

Uitspraak

De rechtbank

Verklaart niet bewezen hetgeen verdachte onder 1 primair en subsidiair, onder 2 primair en onder 3 primair is ten laste gelegd en spreekt verdachte daarvan vrij.
Verklaart het onder 1 meer subsidiair, 2 subsidiair en 3 subsidiair ten laste gelegde bewezen, te kwalificeren en strafbaar zoals voormeld en verdachte daarvoor strafbaar.
Verklaart niet bewezen hetgeen aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan het bewezen verklaarde en spreekt verdachte daarvan vrij.
Veroordeelt verdachte tot:

een gevangenisstraf voor de duur van 24 maanden.

Beveelt dat de tijd die de veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis heeft doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf, geheel in mindering zal worden gebracht.
Legt op de maatregel als bedoeld in artikel 38z van het Wetboek van Strafrecht, strekkende tot gedragsbeïnvloeding of vrijheidsbeperking.
Vorderingen van de benadeelde partijen
Ten aanzien van feit 1 en 2
[slachtoffer 1]
Wijst de vordering van de benadeelde partij toe tot het hierna te noemen bedrag en veroordeelt verdachte hoofdelijk, aldus dat als een mededader betaalt, verdachte in zoverre zal zijn bevrijd, om aan te betalen:
- het bedrag van € 500,00 (zegge: vijfhonderd euro);
- de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 12 december 2022 tot de dag van algehele voldoening;
- de proceskosten die de benadeelde partij heeft gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak alsnog zal maken, tot heden begroot op nihil.
Wijst de vordering van [slachtoffer 1] voor het overige af.
Legt aan verdachte hoofdelijk, aldus dat als een mededader betaalt verdachte in zoverre zal zijn bevrijd, de verplichting op om ten behoeve van [slachtoffer 1] aan de Staat te betalen een bedrag van € 500,00 (zegge: vijfhonderd euro), vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 12 december 2022 tot de dag van algehele voldoening. Dit bedrag bestaat uit immateriële schade.
Bepaalt dat bij gebreke van volledig verhaal van de betalingsverplichting aan de Staat gijzeling voor de duur van 10 dagen kan worden toegepast. De toepassing van gijzeling heft de betalingsverplichting niet op.
Bepaalt dat als verdachte of een mededader voldoet aan de betalingsverplichting aan de benadeelde partij of aan de Staat, verdachte in zoverre zal zijn bevrijd van de betalingsverplichting aan beiden.
Ten aanzien van feit 3
[slachtoffer 2]
Wijst de vordering van de benadeelde partij toe tot het hierna te noemen bedrag en veroordeelt verdachte hoofdelijk, aldus dat als een mededader betaalt, verdachte in zoverre zal zijn bevrijd, om aan te betalen:
- het bedrag van € 19.200,00 (zegge: negentienduizend tweehonderd euro);
- de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 8 december 2022 tot de dag van algehele voldoening;
- de proceskosten die de benadeelde partij heeft gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak alsnog zal maken, tot heden begroot op nihil.
Wijst de vordering van [slachtoffer 2] voor het overige af.
Legt aan verdachte hoofdelijk, aldus dat als een mededader betaalt verdachte in zoverre zal zijn bevrijd, de verplichting op om ten behoeve van [slachtoffer 2] aan de Staat te betalen een bedrag van € 19.200,00 (zegge: negentienduizend tweehonderd euro), vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 8 december 2022 tot de dag van algehele voldoening. Dit bedrag bestaat uit € 4.200,00 aan materiële schade en € 15.000,00 aan immateriële schade.
Bepaalt dat bij gebreke van volledig verhaal van de betalingsverplichting aan de Staat gijzeling voor de duur van 131 dagen kan worden toegepast. De toepassing van gijzeling heft de betalingsverplichting niet op.
Bepaalt dat als verdachte of een mededader voldoet aan de betalingsverplichting aan de benadeelde partij of aan de Staat, verdachte in zoverre zal zijn bevrijd van de betalingsverplichting aan beiden.
[slachtoffer 3]
Wijst de vordering van de benadeelde partij toe tot het hierna te noemen bedrag en veroordeelt verdachte hoofdelijk, aldus dat als een mededader betaalt, verdachte in zoverre zal zijn bevrijd, om aan te betalen:
- het bedrag van € 19.200,00 (zegge: negentienduizend tweehonderd euro);
- de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 8 december 2022 tot de dag van algehele voldoening;
- de proceskosten die de benadeelde partij heeft gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak alsnog zal maken, tot heden begroot op nihil.
Wijst de vordering van [slachtoffer 3] voor het overige af.
Legt aan verdachte hoofdelijk, aldus dat als een mededader betaalt verdachte in zoverre zal zijn bevrijd, de verplichting op om ten behoeve van [slachtoffer 3] aan de Staat te betalen een bedrag van € 19.200,00 (zegge: negentienduizend tweehonderd euro), vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 8 december 2022 tot de dag van algehele voldoening. Dit bedrag bestaat uit € 4.200,00 aan materiële schade en € 15.000,00 aan immateriële schade.
Bepaalt dat bij gebreke van volledig verhaal van de betalingsverplichting aan de Staat gijzeling voor de duur van 131 dagen kan worden toegepast. De toepassing van gijzeling heft de betalingsverplichting niet op.
Bepaalt dat als verdachte of een mededader voldoet aan de betalingsverplichting aan de benadeelde partij of aan de Staat, verdachte in zoverre zal zijn bevrijd van de betalingsverplichting aan beiden.
Dit vonnis is gewezen door mr. F. Sieders, voorzitter, mr. R. Depping en mr. J. Faber, rechters, bijgestaan door mr. L. Lamers, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 29 januari 2024.
Mr. F. Sieders is buiten staat om dit vonnis mede te ondertekenen.

Voetnoten

1.Uit het proces-verbaal vooronderzoek lab d.d. 22 december 2022, opgenomen op pagina 310 e.v. van het dossier volgt dat SIN nummers AAQC6214NL en AAQC6217NL zijn veiliggesteld uit SIN nummer AANO5264NL en dat SIN nummer AAQC6219NL is veiliggesteld uit SIN nummer AANO5265NL.
2.Uit het proces-verbaal vooronderzoek lab d.d. 23 december 2022, opgenomen op pagina 315 e.v. van het dossier volgt dat SIN nummer AAQC6228NL is veiliggesteld uit SIN nummer AANO5262NL.
3.Uit het proces-verbaal vooronderzoek lab d.d. 27 december 2022, opgenomen op pagina 323 e.v. van het dossier volgt dat SIN nummers AAQC6239NL en AAQC6240NL zijn veiliggesteld uit SIN nummer AAPK9961NL (de grijze spijkerbroek) en dat SIN nummers AAQC6246NL en AAQC6247NL zijn veiliggesteld uit SIN nummer AAPK9964NL (de Wematch trainingsbroek).
4.HR 22 maart 2011, ECLI:NL:HR:2011:BO4471.
5.HR 17 maart 1998, ECLI:NL:HR:1998:ZD0975,