In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Nederland op 3 mei 2024 uitspraak gedaan in een geschil tussen [eiseres] B.V. en het college van burgemeester en wethouders van Emmen. De zaak betreft een omgevingsvergunning voor een reclameframe en reclamebord, waarbij de toezichthouder heeft vastgesteld dat er geen vergunning was verleend en dat er lichtoverlast was. De rechtbank beoordeelt het herstelbesluit van 19 januari 2024, dat is genomen naar aanleiding van een eerdere tussenuitspraak van 20 december 2023. In deze tussenuitspraak werd het college de gelegenheid geboden om het geconstateerde gebrek te herstellen.
De rechtbank oordeelt dat het beroep tegen het herstelbesluit ongegrond is, omdat het college het gebrek heeft hersteld. Tevens verklaart de rechtbank het beroep tegen het ingetrokken besluit op bezwaar van 26 juli 2022 niet-ontvankelijk, omdat [eiseres] daar geen belang meer bij heeft. De rechtbank bepaalt dat het college het door [eiseres] betaalde griffierecht vergoedt en veroordeelt het college tot betaling van € 2.187,50 aan proceskosten. De rechtbank concludeert dat het college voldoende zorgvuldig heeft gehandeld en dat de zienswijzen van [eiseres] niet slagen.
De uitspraak is openbaar uitgesproken en een afschrift is verzonden aan de betrokken partijen. De rechtbank verwijst naar de relevante wetgeving, waaronder de Algemene wet bestuursrecht en de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, die van toepassing zijn op deze zaak.