16.59.06uur, met sessienummer 111, was een persoon te horen die zich voorstelde als [naam] .
Vervolgens werd het gesprek doorverbonden naar [naam] en deze stem is herkend als de stem van [verdachte] . In het gesprek van 4 april 2023 om 19.38.28 uur, met sessienummer 119, was eveneens een persoon te horen die zich voorstelde als [naam] . Het gesprek werd doorverbonden naar [naam] en deze stem is herkend als de stem van [verdachte] .88
Uit de gegevens van de bank bleek dat er op de volgende momenten is gepind:
- 04-04-2023 is er 4000 euro gepind (pinautomaat aan de [adres] in Apeldoorn)
- 05-04-2023 is er om 01.09.06 uur gepoogd 1250 euro te pinnen (Pinautomaat [adres] 2 in Groningen)
- 05-04-2023 is er om 01.09.37 uur gepoogd 1250 euro te pinnen (Pinautomaat [adres] 2 in Groningen). De man probeerde eerst bij één pinautomaat te pinnen, en probeerde het vervolgens bij een andere.89
Verbalisant [verbalisant] heeft de beelden van de pinautomaten bekeken en herkende telkens medeverdachte [medeverdachte] als degene die aldaar handelingen verrichtte.90
Onder medeverdachte [medeverdachte] is een iPhone 6 in beslag genomen.91 Op het toestel is een Telegram-gesprek aangetroffen tussen de gebruiker van het toestel met gebruikersaccount ' [naam] ' en een gebruiker genaamd ' [naam] '. Deze ' [naam] ' bleek gekoppeld te zijn aan het telefoonnummer [telefoonnummer] . Dit nummer is in gebruik bij [verdachte] .92
Op 4-4-2023 22:44 uur stuurt [naam] :
Want anders straks nog een pin betaling. Das raar. Beter rechtstreeks een keer 1250.93 Dan ik zie wel wat die aangeeft.
Op 4-4-2023, 22:45 uur stuurt [naam] : isgoed bro laat me gelijk weten. Om 22:49 uur stuurt hij: ja die geldmaat is sws open dus pak die dan gaat sws er af. Om 23:17 uur stuurt hij: is gelukt neef?
Op 4-4-2023 om 23:22 uur stuurt [naam] een foto van een beeldscherm van een Geldmaat, met de mededeling dat het verzoek is afgewezen door de bank.94
Op 4-4-2023, om 23:32, stuurt [naam] :
Ging meteen 1250. Toen nog andere gepakt. Die er naast. Dan ik had te hoog gedaan maar dacht doe gewoon 1250. Om 23:34 uur stuurt hij een foto van een beeldscherm van een Geldmaat, met de mededeling dat het verzoek is afgewezen door de bank. De foto is van 1:09 uur.95
Op 13 april 2023 heeft verbalisant [verbalisant] onderzoek ingesteld naar de gegevens in een telefoon die in beslag is genomen bij de aanhouding van verdachte en medeverdachte [medeverdachte] .96 Het betreft een in Iphone 13 Pro, in beslag genomen op 12 april 2023.97 Op het toestel is gezocht naar foto's waarop verdachte zichtbaar is. Verbalisant heeft vooral gelet op 'selfies' die mogelijk met dit toestel zijn gemaakt. Er zijn tientallen van deze fotos aangetroffen.98 Op de telefoon zijn voorts bestanden gevonden met daarin de gegevens van duizenden mensen en bedrijven. Het gaat hier om gevoelige gegevens zoals NAWgegevens, IBAN, telefoonnummers en e-mailadressen. Het betreft bestanden met de volgende bestandsnamen en inhoud:
- Barro mix.xlsx: Geslacht, achternaam, tussenvoegsels, straatnaam, huisnummer, postcode, woonplaats, telefoonnummer, geboortedatum, rekeningnummer, emailadres, IBAN-nummer (99 gegevens);
- Green 1 k.xlsx: Aanhef, voorletters, voornaam, tussenvoegsel, achternaam, straatnaam, huisnummer, volledig adres, postcode, woonplaats, provincie, telefoonnummer, geboortedatum, emailadres, IBANnummer (961 gegevens);
- Green 5.xlsx: Naam, geboortedatum, emailadres, IBAN-nummer, postcode, straat, woonplaats, telefoonnummer, klantnummer, post, geslacht (514 gegevens);
- green%201 k.xlsx: Aanhef, voorletters, voornaam, tussenvoegsel, achternaam, straatnaam, huisnummer, toevoeging, volledig adres, postcode, plaats, provincie, telefoonnummer, geboortedatum, emailadres, IBAN-nummer (1025 gegevens);
- RABO 2000-2023.x1sx: Geslacht, voorletters, tussenvoegsels, achternaam, straat, huisnummer, huisnr_ext, kamernummer, postcode, plaats, land, telefoonnummer, mobielnummer, rekeningnummer,
IBAN-nummer, geboortedatum (8504 gegevens);
- u Root#S p I it83828-ba rro 243.x1sx: Geslacht, achternaam, voorletters, tussenvoegsel, straatnaam, huisnummer, postcode, plaats, telefoonnummer, geboortedatum, emailadres, IBAN-nummer (242 gegevens);
- u Root#Split19384-barro 250: Geslacht, achternaam, voorletters, tussenvoegsel, straatnaam, huisnummer, postcode, plaats, telefoonnummer, geboortedatum, emailadres, IBAN-nummer (253 gegevens);
- 0000001_Canred.xls: Achternaam en voorletters, adres, postcode, plaats, telefoonnummer, emailadres,
IBAN-nummer, geboortedatum (435 gegevens);
0000002_Carved.xlsx: Voorletters, tussenvoegsel, achternaam, straat, huisnummer, postcode, plaats, emailadres, telefoonnummer, mobielnummer, IBAN-nummer, geslacht, geboortedatum (495 gegevens).99
Op het toestel waren 32 notities opgeslagen.100 Onder deze notities bevond zich een notitie met de volgende inhoud:
Spreek ik met de heer of mevrouw ...? Goed dat ik u even tref. U heeft een rekening bij ons die eindigt op... dat klopt he? Ik bel even omtrent het internet bankieren, we hebben een melding gekregen van een afboeking die ons verdacht leek. En zijn benieuwd of u dat zelf bent geweest? Heeft u de afgelopen tijd rare e-mails of smsjes ontvangen?
De cybercriminelen gaan heel geraffineerd te werk dus ze kunnen op allerlei slinkse wijze binnen u rekening komen. Wij weten zelf natuurlijk niet hoe dat precies in zn werking gaat maar neemt u maar van mij aan dat u het best gewoon goed oplet met waar u inlogt en waar u de pincode invoert. Het kan namelijk zo zijn dat u via een van deze links bent ingelogd op een namaak website van het internetbankieren waardoor de cybercriminelen uw gegevens hebben kunnen kopiëren. We hebben de eerste betaling van circa 600 euro geblokkeerd dus die is gelukkig niet uit uw rekening gegaan.101 Voorts is een Duitstalige notitie aangetroffen:
Hallo Mama, super dumm! Ich habe gerade meinen Handy verloren, überall gesucht und kann es nicht finden. Ich habe den Schaden gemeldet und die Versicherung angerufen und zum Glück wurde die Schaden erstattet. Nur bin ich unter meinem alten Nummer nicht mehr erreichbar, aber unter diese Nummer kannst du sie sofort speichern. Wegen meinem Handy kann ich mein Online Banking nicht nutzen, alles mist aber ich muss unbedingt vor heute abend ein paar Rechnungen bezahlen, oder ich Zahl Buβgeld. Könntest du die Rechnung für mich bezahlen, bis ich wieder mein online Banking nutzen kann? Ich Zahl dir das dann direkt zurück 102 Verdachte heeft tijdens zijn verhoor op 21 april 2023, maar ook ter terechtzitting van 11 maart 2024, verklaard dat hij wel eens leads had gekocht.103
In januari 2023 is de politie gestart met onderzoek Hyena, naar aanleiding van restinformatie uit onderzoek Skeeby. Het onderzoek richtte zich op zogeheten bankhelpdeskfraude. Uit de aangiften in het dossier komt een beeld naar voren van een in grote lijnen veelal gelijke modus operandi, die zich in het kort als volgt laat omschrijven. De beoogde slachtoffers werden gebeld door een persoon die zich voordeed als medewerker van de fraudehelpdesk van de bank (meestal van ABN-AMRO). Deze zogenaamde bankmedewerker, die zich in een aantal gevallen van de naam [naam] bediende, vertelde de aangevers dat er een verdachte transactie plaats had gevonden met hun bankrekening. Voorts werden de aangevers doorverbonden naar de teamleider Fraude, [naam] . Aangevers moesten hun opnamelimiet verhogen om ervoor te zorgen dat een hoger bedrag verzekerd zou zijn. Terwijl deze zogenaamde [naam] de aangevers aan de lijn had, kwam er een koerier aan de deur om de bankpassen en bijbehorende pincodes op te halen, zogenaamd voor onderzoek. Vervolgens werden diverse bedragen weggenomen van de bankrekeningen van de aangevers. De rechtbank merkt op dat er tussen de afzonderlijke gevallen, naast overeenkomsten, ook verschillen bestaan in de modus operandi. Zo zijn er ook gevallen waarin aangevers op instructie van de zogenaamde bankmedewerker Anydesk op hun computer installeerden, waardoor de verdachten controle verkregen over hun internetbankierenomgeving. Daarnaast bestaan er verschillen in de gehanteerde aliassen.
De geschetste werkwijze impliceert een zekere mate van organisatie, structuur en taakverdeling. Verschillende verdachten verrichten verschillende handelingen, die elkaar opvolgen of simultaan plaatsvinden en die moeten zijn afgestemd om het gemeenschappe-lijke doel te bereiken. Terwijl de ene verdachte met de aangever belde en deze aan de praat hield, kwam een ander de pinpassen en codes bij de aangevers ophalen. Desondanks acht de rechtbank dit algemene gegeven onvoldoende om vast te stellen dat bij iedere aangever sprake is geweest van een vorm van medeplegen, zeker nu er ook verschillen bestaan in de modus operandi. Evengoed zouden anderen slechts als medeplichtige betrokken kunnen zijn geweest of zouden slechts zogenoemde geldezels ingezet kunnen zijn om opbrengsten wit te wassen. Per afzonderlijke aangifte zal daarom moeten worden beoordeeld of er, naast dit algemene gegeven, voldoende aanknopingspunten zijn om vast te stellen dat sprake is geweest van een vorm van medeplegen.
De raadsvrouw heeft aangevoerd dat de belastende verklaringen van medeverdachte [medeverdachte] en de verklaring van medeverdachte [medeverdachte] van 19 april 2022 niet voor het bewijs kunnen worden gebruikt. De rechtbank overweegt hierover als volgt.
Medeverdachte [medeverdachte] heeft op 27 oktober en 12 december 2023 een bekennende verklaring afgelegd. Hij heeft verklaard dat hij een pinpas ergens moest ophalen. Uit zichzelf heeft hij de namen [verdachte] en [medeverdachte] (kennelijk verdachten [verdachte] en [medeverdachte] ) genoemd.
Daarnaast heeft hij op essentiële onderdelen consistent verklaard. Hij heeft bovendien niet alleen belastend voor andere verdachten, maar ook belastend voor zichzelf verklaard.
Medeverdachte [medeverdachte] heeft op 19 april 2022 zijn eerste verklaring afgelegd, waarin hij
-onder meer- heeft verklaard dat hij moest pinnen voor verdachte en medeverdachte [medeverdachte] .
Medeverdachte [medeverdachte] noemt uit zichzelf de namen van verdachte en medeverdachte
[medeverdachte] . Weliswaar komt hij op zijn verklaring terug voor zover die verklaring belastend is voor verdachte, maar uit zijn verklaring van 21 april 2023 blijkt ook dat hij bang is voor de betrokken personen. [medeverdachte] legt in zijn eerste verklaring bovendien niet alleen een voor de andere verdachten, maar ook voor zichzelf een belastende bekennende verklaring af.
De medeverdachten [medeverdachte] en [medeverdachte] hebben onafhankelijk van elkaar en uit zichzelf een voor verdachte (en medeverdachte [medeverdachte] ) belastende verklaring afgelegd, die bovendien overeenkomt met andere gegevens uit het strafdossier, zoals observaties, mastgegevens, getapte telefoongesprekken en gegevens uit de telefoon van medeverdachte [medeverdachte] . In tegenstelling tot datgene wat door de verdediging is aangevoerd, acht de rechtbank de genoemde verklaringen van medeverdachten [medeverdachte] en [medeverdachte] daarom betrouwbaar en zal zij deze voor het bewijs gebruiken.
De betrokkenheid van verdachte en medeverdachte [medeverdachte] is door verbalisanten mede afgeleid uit getapte telefoongesprekken, waarin verbalisanten de stemmen van deze verdachten herkennen. De raadsvrouw heeft aangevoerd dat de stemherkenningen van verbalisanten onvoldoende betrouwbaar zijn.
De rechtbank stelt voorop dat het bij stemherkenningen als deze gaat om auditieve, zintuiglijke en derhalve meer of minder subjectieve waarnemingen van de desbetreffende verbalisanten. Daarbij valt een vergelijking te maken met visuele waarnemingen, zoals herkenning van een gezicht of van een signalement. Het is een feit van algemene bekendheid dat dergelijke waarnemingen in zijn algemeenheid worden gekenmerkt door een sterk subjectief element. Zulk een herkenning is immers een persoonlijke ervaring van de waarnemer en is derhalve als zodanig niet objectief toetsbaar. Vanwege dat subjectieve karakter is in zijn algemeenheid behoedzaamheid geboden en moet nadrukkelijk rekening worden gehouden met de kwetsbaarheid van zintuiglijke waarnemingen; een vergissing is immers mogelijk. Om die reden zal de rechtbank geen zelfstandige bewijswaarde toekennen aan een stemherkenning die niet concreet door andere bewijsmiddelen wordt ondersteund.
De rechtbank zal bij de beoordeling - hierna - van de bewijsbaarheid van de ten laste gelegde feiten telkens per afzonderlijke aangifte beoordelen of de geverbaliseerde stemherkenningen, in het licht van overige bewijsmiddelen, voldoende betrouwbaar moeten worden geacht.
Daarbij neemt de rechtbank mede de navolgende algemene uitgangspunten met betrekking tot auditieve waarnemingen in acht:
- om een stem te kunnen herkennen zal aannemelijk moeten zijn dat de desbetreffende verbalisant(en) de stem ook kent/kennen;
- zelfs als een stem bekend is bij de verbalisant(en), moet rekening worden gehouden met bijzondere omstandigheden waaronder de stem anders kan klinken. Daarbij valt te denken aan situaties dat bijvoorbeeld wordt gefluisterd of gelachen. In dergelijke gevallen past een nog grotere mate van behoedzaamheid;
- aan een stemherkenning die door twee of meer verschillende verbalisanten wordt beschreven, kan meer bewijswaarde worden toegekend dan aan een enkelvoudige stemherkenning.
De geverbaliseerde stemherkenningen zijn afkomstig van in totaal zes verbalisanten. Verbalisanten [verbalisant] en [verbalisant] hebben op 13 april 2023 verdachte gesproken bij het vaststellen van zijn identiteit. Zij herkenden, na het terugluisteren van tapgesprekken met onder meer sessienummer 1651, de stem van de man die zich voorstelde als [naam] als de stem van verdachte. Zij herkenden de stem van degene die zich voorstelde als [naam] als de stem van medeverdachte [medeverdachte] . Zij hebben medeverdachte [medeverdachte] tweemaal gehoord als verdachte. Ook tijdens het vaststellen van zijn identiteit hebben zij een gesprek gevoerd met hem. Naar aanleiding van dit proces-verbaal heeft verbalisant [verbalisant] meer tapgesprekken teruggeluisterd, namelijk onder meer de sessienummers 1299, 1302, 1305, 1306 en 1310 (onder taplijn TA003). Hij heeft hierbij telkens de stem van degene die zich voorstelt als [naam] herkend als die van verdachte.
Verbalisanten [verbalisant] en Korte hebben eerder, op 3 april 2023, dezelfde tapgesprekken beluisterd.
Ook zij hebben de stem van verdachte herkend, maar zij hebben niet de stem van medeverdachte [medeverdachte] herkend. Zowel de stem van [naam] als van [naam] worden door hen aan verdachte toegeschreven. Ook verbalisant [verbalisant] heeft tapgesprekken beluisterd en heeft zowel [naam] als [naam] aan verdachte toegeschreven. Zij beschrijven niet op basis waarvan zij de stem herkennen.
Er bestaan weliswaar verschillen tussen de stemherkenningen door de verbalisanten, maar de stem van verdachte wordt wel vanaf het begin herkend in de getapte gesprekken. Ten aanzien van verbalisanten [verbalisant] en [verbalisant] blijkt uit het ambtsedig opgemaakte proces-verbaal dat zij verdachte hebben gesproken en aldus zijn stem daadwerkelijk kennen. Van bijzondere omstandigheden waardoor de stem in de tapgesprekken anders zou klinken is de rechtbank niet gebleken. Uit de aangiftes blijkt immers niet dat er zou zijn gefluisterd of gelachen. Het ligt gelet op de aard van de gesprekken meer voor de hand dat er duidelijk gesproken is. De rechtbank ziet derhalve geen aanleiding om op voorhand de stemherkenningen als onbetrouwbaar aan te merken. Wel zullen de stemherkenningen per afzonderlijke aangifte voldoende steun moeten vinden in het strafdossier.
De rechtbank ziet zich thans gesteld voor de vraag of verdachte -al dan niet als medepleger- betrokken is geweest bij de oplichting, diefstal met valse sleutels en computervredebreuk ten aanzien van de afzonderlijke aangevers.
Ten aanzien van aangeefster [slachtoffer] blijkt uit het strafdossier dat zij werd gebeld door twee verschillende telefoonnummers, namelijk [telefoonnummer] en [telefoonnummer] . Het telefoonnummer [telefoonnummer] was gekoppeld aan meerdere Nokiatoestellen. Aangeefster is door deze Nokiatoestellen gebeld. Het telefoonnummer was in die periode ook kort gekoppeld aan een iPhone 13. Uit tapgesprekken bleek dat er meerdere gesprekken plaatsvonden tussen dit telefoonnummer en [naam] , de moeder van verdachte. De gebruiker, kennelijk een man, noemt haar mama. Ook werd de zus van verdachte meerdere malen door dit telefoonnummer gebeld. De rechtbank leidt hieruit af dat het niet anders kan zijn dan dat verdachte in die periode de gebruiker is geweest van deze iPhone 13, zeker nu verdachte hiervoor geen ontzenuwende verklaring heeft gegeven. In diezelfde periode werd het telefoonnummer ook gebruikt voor diverse oplichtgesprekken met aangeefster [slachtoffer] . Naar het oordeel van de rechtbank schreeuwen deze omstandigheden om een verklaring. Verdachte heeft ter terechtzitting echter alle betrokkenheid ontkend; hij heeft voor het bovenstaande geen verklaring gegeven. Daarnaast heeft medeverdachte [medeverdachte] verklaard dat hij heeft gepind voor verdachte en [medeverdachte] (waarmee hij kennelijk medeverdachte [medeverdachte] bedoelt) en dat zij degenen waren die belden. Naar het oordeel van de rechtbank is hiermee komen vast te staan dat verdachte degene is geweest die [slachtoffer] heeft opgelicht en computervredebreuk heeft gepleegd, alsmede als medepleger de diefstal met valse sleutel heeft gepleegd. Voor het medeplegen van oplichting is te weinig wettig en overtuigend bewijs.
Aangeefster [slachtoffer] is gebeld op 20 januari 2023. Met haar bankpas waren -onder meer- twee laptops, een HP en een Lenovo, betaald bij [bedrijf] te Hoogeveen. Medeverdachte [medeverdachte] is op de camerabeelden van [bedrijf] Hoogeveen herkend. Op de beelden was te zien dat hij twee dozen afrekende bij [bedrijf] te Hoogeveen.
Verbalisanten hebben op 30 januari 2023 een Volkswagen Polo met kenteken [kenteken] geobserveerd. Op 30 januari 2023 is deze Volkswagen gezien bij [bedrijf] , aan de [adres] . Verdachte is als bestuurder op de camerabeelden herkend, waarbij een SKDB-foto voor de vergelijking is gebruikt. Daarnaast is de Volkswagen gezien bij [bedrijf] te Emmen en aan het [adres] te Arnhem. Uit de observaties blijkt dat telkens dezelfde man de bestuurder was. Naar het oordeel van de rechtbank staat hiermee vast dat verdachte op 30 januari 2023 de bestuurder was van deze Volkswagen. Door middel van IMSInummervergaring is op alle drie de locaties gezien dat er in de nabijheid een telefoon aanwezig was met [telefoonnummer] . Bij de aanhouding van verdachte op 12 april 2023 is diezelfde telefoon onder verdachte in beslag genomen. De telefoon lag in de middenconsole van de auto waarin verdachte als bestuurder zat, terwijl er op het moment van de aanhouding een oproep gaande was. De rechtbank leidt hieruit af dat verdachte zowel op 30 januari 2023 als bij zijn aanhouding die telefoon onder zich had. Uit tapgegevens is gebleken dat aangeefster [slachtoffer] op 20 januari 2023, slechts tien dagen voordat verdachte dit toestel onder zich had, een groot aantal keren is gebeld door een telefoon met hetzelfde IMEI-nummer. Naar het oordeel van de rechtbank is het aannemelijk dat verdachte dit toestel op 20 januari 2023 ook onder zich had, omdat niet gebleken dat er ook andere telefoonnummers zijn gekoppeld aan dit IMEI-nummer of dat anderen -buiten verdachte om- van dit toestel gebruik hebben gemaakt.
Voorts zijn er tapgesprekken beluisterd van het telefoonnummer [telefoonnummer] . De gebruiker van dit telefoonnummer wordt telkens [verdachte] genoemd. Het telefoonnummer was afgegeven aan de moeder van verdachte. Naar het oordeel van de rechtbank kan hieruit worden afgeleid dat dit telefoonnummer in gebruik was bij verdachte. Voorts bleek uit tapgegevens dat [telefoonnummer] , de telefoon van verdachte, werd gebeld door het nummer [telefoonnummer] . Uit onderzoek is gebleken dat dit nummer in gebruik was bij medeverdachte [medeverdachte] . In een telefoongesprek van 20 januari 2023 tussen deze twee telefoonnummers werd gesproken over twee laptops. Het lijkt, gelet op het taalgebruik, te gaan om een verhit gesprek. Vervolgens, één dag later, belt het toestel van verdachte met een ander toestel, waarin de gebruiker van [telefoonnummer] een nieuwe HP laptop en een Lenovo aanbiedt.
De rechtbank leidt hieruit af dat medeverdachte [medeverdachte] , die twee dozen afrekent op 20 januari 2023, daarna belt met verdachte en spreekt over twee laptops. Eén dag later biedt verdachte twee nieuwe laptops aan; een HP en een Lenovo. Naar het oordeel van de rechtbank kan het niet anders zijn dan dat dit gesprek gaat over de twee laptops die zijn betaald met de bankpas van aangeefster [slachtoffer] , zeker nu een ontzenuwende verklaring van verdachte is uitgebleven.
Al deze omstandigheden schreeuwen naar het oordeel van de rechtbank om een verklaring. Een verklaring van verdachte is echter uitgebleven. Naar het oordeel van de rechtbank kan het daarom niet anders zijn dan dat verdachte degene is geweest die heeft gebeld met aangeefster [slachtoffer] en haar heeft opgelicht. De ten laste gelegde oplichting, alsmede het medeplegen van diefstal met valse sleutel, is in zoverre bewezen. Naar het oordeel van de rechtbank is niet bewezen dat verdachte de oplichting tezamen en in vereniging met anderen heeft gepleegd. Van dit bestanddeel zal verdachte worden vrijgesproken.
Aangeefster [slachtoffer] is op 18 februari 2022 gebeld. Er bleek daarna driemaal een geldbedrag gepind te zijn bij de Geldmaat pinautomaat te Heerlen. Op de beelden is medeverdachte [medeverdachte] herkend. Voorts is op zijn kamer een bankpas op naam van aangeefster aangetroffen. Medeverdachte [medeverdachte] heeft een bekennende verklaring afgelegd en heeft verklaard dat hij meermalen heeft gepind voor verdachte en medeverdachte [medeverdachte] . Hij heeft daarnaast verklaard dat verdachte en medeverdachte [medeverdachte] belden. De pincode had hij doorgekregen van verdachte.
Zoals hiervoor reeds overwogen, acht de rechtbank deze verklaring van medeverdachte [medeverdachte] geloofwaardig. Naar het oordeel van de rechtbank is hiermee komen vast te staan dat verdachte aangeefster [slachtoffer] heeft opgelicht en als medepleger betrokken is geweest bij de diefstal met valse sleutel. Het ten laste gelegde is in zoverre bewezen. Voor het medeplegen van oplichting is te weinig bewijs.
Aangever [slachtoffer] heeft verklaard dat hij op 2 maart 2023 werd gebeld. Er is een tap aangesloten op de telefoon met [telefoonnummer] . Van deze telefoon heeft de rechtbank reeds in haar overwegingen ten aanzien van aangeefster [slachtoffer] vastgesteld dat verdachte de gebruiker was. Hij heeft deze telefoon namelijk op 30 januari 2023 en op 12 april 2023 onder zich gehad. Op 2 maart 2023 hebben gesprekken plaatsgevonden tussen dit toestel en het telefoonnummer [telefoonnummer] , behorend bij aangever [slachtoffer] . Verbalisant [verbalisant] heeft de getapte gesprekken teruggeluisterd. Hierbij is telkens de stem van verdachte herkend als degene die zich in de gesprekken voorstelt als [naam] . De rechtbank acht deze stemherkenning in het verlengde van het hiervoor met betrekking tot de stemherkenningen overwogene betrouwbaar, nu verdachte in die periode deze telefoon ook onder zich heeft gehad. Niet gebleken is dat iemand anders -anders dan in afstemming met verdachte- gebruik heeft gemaakt van dit toestel. De stemherkenning wordt in zoverre ondersteund door observaties van verbalisanten en door de IMSI-nummervergaring. Naar het oordeel van de rechtbank is hiermee komen vast te staan dat verdachte aangever [slachtoffer] heeft gebeld.
Medeverdachte [medeverdachte] is herkend als degene die geldbedragen pinde bij de Geldmaat. [medeverdachte] heeft verklaard dat hij meermalen heeft gepind voor verdachte. De met oplichting verkregen gelden zijn gepind door medeverdachte [medeverdachte] , die heeft verklaard dat hij dit telkens deed met hulp van en in opdracht van verdachte. De ten laste gelegde oplichting, alsmede het medeplegen van diefstal met valse sleutel, is in zoverre bewezen. Naar het oordeel van de rechtbank is niet bewezen dat verdachte de oplichting tezamen en in vereniging met anderen heeft gepleegd. Van dit bestanddeel zal verdachte worden vrijgesproken.
Aangeefster [slachtoffer] is op 10 maart 2023 gebeld en kreeg een man aan de telefoon die zei dat hij van ABN-AMRO was, die zich voorstelde als [naam] . Verbalisant [verbalisant] heeft de tapgesprekken beluisterd en uitgewerkt. Verbalisanten [verbalisant] en [verbalisant] hebben, na de aanhouding, de tapgesprekken nogmaals beluisterd. Zij herkenden de stem van de man die zich voorstelde als [naam] als de stem van verdachte. Voorts hebben zij onder meer de tapsessie 1604 beluisterd. Zij herkenden de stem van deze [naam] als de stem van verdachte.
Aangeefster is gebeld door een telefoonnummer dat was gekoppeld aan een telefoontoestel met
[telefoonnummer] ; hetzelfde toestel dat verdachte op 30 januari 2023 en 12 april 2023 onder zich had. Verdachte is kennelijk de gebruiker van deze telefoon geweest. Naar het oordeel van de rechtbank worden de stemherkenningen dan ook voldoende ondersteund door andere bewijsmiddelen. Naar het oordeel van de rechtbank staat hiermee vast dat verdachte degene is geweest die naar aangeefster [slachtoffer] heeft gebeld en daarmee de oplichtingshandelingen heeft verricht.
Gebleken is dat er (al dan niet mislukte) pintransacties hebben plaatsgevonden bij de Geldmaat aan het
Binnenhof te Almelo. Verbalisanten hebben de camerabeelden van de Geldmaat aan het Binnenhof te
Almelo bekeken en hebben een man bij de pinautomaat handelingen zien verrichten. Medeverdachte [medeverdachte] is herkend als degene die deze handelingen verrichtte. De met oplichting verkregen gelden zijn aldus gepind door medeverdachte [medeverdachte] , die in het algemeen heeft verklaard dat hij dit telkens deed met hulp van en in opdracht van verdachte. Medeverdachte [medeverdachte] heeft verklaard dat hij meerdere malen klusjes had gedaan voor verdachte. De ten laste gelegde oplichting is in zoverre bewezen. Naar het oordeel van de rechtbank is niet bewezen dat verdachte de oplichting tezamen en in vereniging met anderen heeft gepleegd. Van dit bestanddeel zal verdachte worden vrijgesproken.
Aangeefster [slachtoffer] is op 14 maart 2023 gebeld door een zogenaamde bankmedewerker. Verbalisanten hebben ook hier de diverse tapgesprekken beschreven. Dit betreffen gesprekken van een tap die was aangesloten op een telefoon met [telefoonnummer] . Dit betreft hetzelfde toestel als in de zaken betreffende aangevers [slachtoffer] , [slachtoffer] en [slachtoffer] . De rechtbank heeft hiervoor reeds overwogen dat verdachte als gebruiker van dit toestel moet worden aangemerkt.
Op 14,15 en 16 maart 2023 hebben er telefoongesprekken plaatsgevonden tussen het nummer behorend bij dat toestel en het telefoonnummer van aangeefster [slachtoffer] . De gesprekken die zijn beschreven moeten naar het oordeel van de rechtbank worden aangemerkt als oplichtgesprekken. Verbalisanten [verbalisant] en [verbalisant] hebben een aantal getapte gesprekken beluisterd en herkenden de stem van [naam] als de stem van verdachte [verdachte] . Verbalisanten Korte en [verbalisant] hebben eveneens tapgesprekken beluisterd en concludeerden dat de stem van verdachte overeenkomt met de stem van degene die zich voorstelt als [naam] .
Naar het oordeel van de rechtbank worden de stemherkenningen in de tapgesprekken ondersteund door de verklaring van medeverdachte [medeverdachte] , die heeft verklaard dat hij voor [verdachte] en [medeverdachte] (met deze laatste bedoelt hij kennelijk medeverdachte [medeverdachte] ) heeft gepind. Zij zaten met zijn drieën in de auto, aldus medeverdachte [medeverdachte] . Hij heeft de pinpas ontvangen van degene die belde, dit was [verdachte] of [medeverdachte] . Naar het oordeel van de rechtbank blijkt uit deze verklaring dat verdachten samen optrokken. Nu een ontzenuwende verklaring van verdachte is uitgebleven, staat naar het oordeel van de rechtbank vast dat verdachte één van de bellers is geweest en daarmee als medepleger de oplichtingshandelingen heeft verricht. Het ten laste gelegde is in zoverre bewezen.
Aangever [slachtoffer] is op 29 december 2022 gebeld. Diezelfde dag is een bedrag gepind bij een geldautomaat in [plaats] . Gebleken was dat rond dezelfde tijd een opvallende auto voorzien van het kenteken [kenteken] , [plaats] was ingereden. Uit de beschrijving van de camerabeelden blijkt dat een Volkswagen met het kenteken [kenteken] is gezien bij een Shell pompstation, op de mogelijke rijroute tussen de woning van aangever [slachtoffer] en de geldautomaat te [plaats] . Gebleken is reeds dat verdachte een maand later als bestuurder van hetzelfde voertuig is gesignaleerd.
Aangever werd door het toestel met IMEI-nummer [telefoonnummer] gebeld. Er is een printertap aangesloten onder TA006, waaruit blijkt dat de beller dezelfde reisbeweging maakte als het toestel dat onder taplijn TA003; het toestel waarvan verdachte de gebruiker was. Naar het oordeel van de rechtbank kan hieruit worden afgeleid dat verdachte zich op 29 december 2022 in de nabijheid van aangever heeft bevonden en dat hij dezelfde reisroute heeft gemaakt als het toestel dat is gebruikt voor de oplichtgesprekken.
Verder volgt uit de bewijsmiddelen dat verdachte op 29 december 2022 ene [medeverdachte] vraagt iets te doen wat heel belangrijk is. [medeverdachte] moet een pakketje ophalen en aan verdachte overhandigen. Hij zou daar 100 euro voor krijgen. Een dag later, op 30 december 2022, vindt een telefoongesprek plaats waarin verdachte zegt: ja die 2 keer, zelfde als vannacht en dat hij eerst op gaat staan en vervolgens die vis zou bellen. Vervolgens blijkt dat aangever [slachtoffer] om 10.25 uur wordt gebeld door toestel TA003.
Naar het oordeel van de rechtbank schreeuwen al deze omstandigheden om een verklaring van verdachte. Een verklaring van verachte is echter uitgebleven, zodat verdachte naar het oordeel van de rechtbank verantwoordelijk moet worden gehouden voor de oplichting en het medeplegen van diefstal met valse sleutels. Het ten laste gelegde is in zoverre bewezen. Ook de ten laste gelegde computervredebreuk acht de rechtbank bewezen, nu uit de aangifte volgt dat verdachte toegang heeft gehad tot de bankieromgeving van aangever.
Aangever [slachtoffer] is op 4 april 2023 gebeld. Uit tapgegevens van het telefoontoestel met het
[telefoonnummer] blijkt dat er op die dag telefoongesprekken hebben plaatsgevonden tussen dit toestel en het toestel van aangever [slachtoffer] . Zoals eerder overwogen, moet verdachte worden aangemerkt als gebruiker van dit toestel. Slechts een week later is verdachte aangehouden en is de telefoon met dit IMEInummer onder hem in beslag genomen.
Uit de beschrijving van de tapgesprekken blijkt naar het oordeel van de rechtbank dat het gaat om oplichtgesprekken. De stem van degene die zich voorstelt als [naam] is telkens door verbalisant [verbalisant] herkend als de stem van verdachte. Naar het oordeel van de rechtbank vindt deze stemherkenning voldoende steun in het dossier, nu is gebleken dat verdachte de gebruiker is geweest van het telefoontoestel waarmee is gebeld.
Daarnaast zijn er Telegramgesprekken aangetroffen in de telefoon van medeverdachte [medeverdachte] , waarin kennelijk wordt gesproken over mislukte pintransacties. Het betreft een gesprek tussen het account van de gebruiker, medeverdachte [medeverdachte] , en een gebruiker genaamd ' [naam] '. Deze ' [naam] ' bleek gekoppeld te zijn aan het telefoonnummer [telefoonnummer] ; een telefoonnummer dat, zoals hiervoor reeds overwogen, aan verdachte moet worden toegeschreven. Uit de gesprekken kan worden afgeleid dat deze [naam] instructies geeft aan [medeverdachte] . De tijdstippen op de verzonden screenshots komen overeen met de tijdstippen van de mislukte pintransacties. Naar het oordeel van de rechtbank kan hieruit worden afgeleid dat verdachte en medeverdachte [medeverdachte] contact hebben gehad over het uitwinnen van de met oplichting verkregen gelden, waarbij verdachte instructies heeft gegeven aan medeverdachte [medeverdachte] en medeverdachte [medeverdachte] telkens verantwoording aflegt van zijn handelingen aan verdachte.
De ten laste gelegde oplichting, alsmede het medeplegen van diefstal met valse sleutel, is daarom in zoverre bewezen. Naar het oordeel van de rechtbank is niet bewezen dat verdachte de oplichting tezamen en in vereniging met anderen heeft gepleegd. Van dit bestanddeel zal verdachte worden vrijgesproken.
Op de iPhone 13 Pro, die tijdens de aanhouding op 12 april 2023 onder verdachte in beslag is genomen, zijn leadslijsten aangetroffen, alsmede een belscript voor bankhelpdeskfraudegesprekken en een Duitstalige standaardtekst voor phishing smsjes. Verdachte heeft tijdens zijn verhoor bij de politie, maar ook ter terechtzitting van 11 maart 2024 verklaard dat hij leadslijsten had gekocht. Verdachte heeft echter verklaard dat hij de gegevens had gekocht omdat hij als zzp-er voor het callcenter van zijn oom werkte. Deze verklaring van verdachte acht de rechtbank zeer ongeloofwaardig en zal de rechtbank terzijde schuiven. Uit het strafdossier blijkt dat verdachte zich heeft beziggehouden met zogenoemde bankhelpdeskfraude. De in zijn telefoon aangetroffen leadslijsten moeten daarom worden geacht te zijn aangeschaft met het doel om dergelijke misdrijven te plegen; ook de andere aangetroffen gegevens moeten daartoe bestemd zijn geweest.
De rechtbank acht het onder 5 ten laste gelegde niet wettig en overtuigend bewezen, zodat verdachte hiervan zal worden vrijgesproken. De rechtbank overweegt hiertoe als volgt.
Onder organisatie wordt verstaan een samenwerkingsverband, met een zekere duurzaamheid en structuur, tussen de verdachte en ten minste één andere persoon. Er is een zeker tijdsverloop van het samenwerkingsverband vereist. Gemeenschappelijk optreden tegenover derden kan een indicatie zijn voor het bestaan van een organisatie als bedoeld in artikel 140 van het Wetboek van Strafrecht. Voor structuur is geen hiërarchie vereist.
Inherent aan bankhelpdeskfraude is een aanzienlijke mate van organisatie. De aangevers zijn gebeld. Verder zijn de pincodes afhandig gemaakt, zijn de bankpassen bij de aangevers thuis opgehaald, is er ingelogd in de internetbankierenomgeving van de aangevers, zijn geldbedragen overgeschreven van spaarrekeningen naar lopende rekeningen en zijn opnamelimieten verhoogd. Vervolgens is met de bankpassen geld gepind en/of zijn goederen met de bankpassen aangeschaft. De verdachten hadden hierbij een duidelijke rolverdeling. Deze handelswijze vergt een planmatige aanpak, intensieve samenwerking en duidelijke afstemming tussen de betrokken personen.
De rechtbank is van oordeel dat ten aanzien van medeverdachte [medeverdachte] in de meeste gevallen onvoldoende wettig en overtuigend bewijs in het dossier voorhanden is voor zijn betrokkenheid bij in het kort de bankhelpdeskfraude. Hoewel zijn naam in het dossier vaak naar voren komt in relatie tot de bankhelpdeskfraude, is dit naar het oordeel van de rechtbank onvoldoende om vast te stellen dat sprake is geweest van een criminele organisatie, bestaande uit verdachte en medeverdachte [medeverdachte] . Medeverdachte [medeverdachte] is weliswaar als medepleger betrokken geweest bij de diefstallen met valse sleutel, maar niet als medepleger bij de oplichtingshandelingen betrokken geweest. Al met al is er onvoldoende bewijs voor het deelnemen aan een criminele organisatie, zodat verdachte van het onder 5 ten laste gelegde zal worden vrijgesproken.
De rechtbank acht het onder 1, 2, 3 en 4 ten laste gelegde wettig en overtuigend bewezen, met dien verstande dat:
1. hij, op meerdere tijdstippen in de periode van 18 februari 2022 tot en met 4 april 2023 te Breda en Rijssen, telkens tezamen en in vereniging met een of meer anderen, meermalen, om zich wederrechtelijk te bevoordelen, door het aannemen van een valse hoedanigheid en door een samenweefsel van verdichtsels meerdere personen/aangevers, te weten
- [ [slachtoffer] ,en:
hij, op meerdere tijdstippen in de periode van 18 februari 2022 tot en met 4 april 2023 te Hoogeveen, Heerlen, Appingedam, Almelo, [plaats] en Apeldoorn, meermalen, om zich wederrechtelijk te bevoordelen, door het aannemen van een valse hoedanigheid en door een samenweefsel van verdichtsels meerdere personen/aangevers, te weten
- [slachtoffer]
- [slachtoffer]
- [slachtoffer]
- [slachtoffer]
- [slachtoffer]
- [slachtoffer]
- [slachtoffer] , heeft bewogen tot
- afgifte van enig goed, te weten een of meer bankpassen en/of creditcards, en
- het ter beschikking stellen van gegevens, te weten onder meer pincodes voor betaalpassen en/oftoegangscodes en/of inloggegevens voor internetbankieren en/of gegevens van de identifier behorende bij een of meer banken, door valselijk - zakelijk weergegeven -
- contact op te nemen met voornoemde personen/aangevers, daarbij gebruikmakend van verdachtes en/ofmedeverdachtes valse hoedanigheid van medewerker (van de fraudedesk) van een bank en in deze gesprekken de genoemde personen/aangevers voor te houden dat een adreswijziging is doorgegeven en/of op dit nieuwe adres een bankpas en pincode is aangevraagd, hun bankrekening is gehackt door cybercriminelen en/of sprake was van een (criminele) cyberaanval, (vanuit het buitenland) geld was afgeschreven en/of gepoogd werd (vanuit het buitenland) geld af te schrijven van hun bankrekening en/of op een andere wijze de personen/aangevers werd voorgehouden dat er een probleem was met de bankrekening en dat hij, verdachte en/of zijn medeverdachte, hun zou helpen het probleem te verhelpen, en/of
- verdachte en/of medeverdachte de controle over hun computer te geven door middel van eencomputerprogramma, al dan niet via Anydesk of een andere 'Remote Acces Tool', en/of
- (vervolgens) aangevers te instrueren in te loggen in de internetbankieromgeving en (vervolgens) teinstrueren tot het verhogen van de opnamelimiet en/of daglimiet van de bankrekening en/of geld over te boeken van de spaarrekening naar de betaalrekening, en/of
- en aangevers te instrueren verificatie- en/of pincodes door te geven waarmee toegang kon wordenverkregen tot de bankrekeningen en/of internetbankieromgeving, waardoor verdachte en/of medeverdachte (vervolgens) toegang verkregen tot de internetbankierenomgeving van aangevers en/of bankrekening(en) van andere personen of bedrijven tot wiens bankrekening aangever(s) gemachtigd was/waren, en/of verdachte en/of medeverdachte (vervolgens) van deze toegang gebruik maakte door de opnamelimiet en/of daglimiet van de bankrekening te verhogen, en/of
- in een aantal gevallen aangevers te instrueren te bellen met de bank om de bankrekening tedeblokkeren, en/of aangevers te instrueren verder geen contact op te nemen met de buitenwereld, en/of - aangevers te instrueren bankpassen en/of creditcards en pincodes ter veiligstelling af te geven aan de zogenaamde fraudehelpdeskmedewerkers en/of medewerkers van de recherche/politie, waardoor die aangevers werden bewogen tot voornoemde afgifte en het voornoemde ter beschikking stellen;
2.
hij, op meerdere tijdstippen, in de periode van 18 februari 2022 tot en met 4 april 2023 te Hoogeveen, Heerlen, Breda, Appingedam, [plaats] en Apeldoorn, telkens tezamen en in vereniging met een ander, meermalen, de na te noemen geldbedragen die aan anderen toebehoorden, te weten:
- [slachtoffer] , in totaal 2.547,97,
- [slachtoffer] , in totaal 5.094,56,
- [slachtoffer] , 27.440,-,
- [slachtoffer] , in totaal 3.500,-,
- [slachtoffer] , in totaal 5.000,-, en- [slachtoffer] , in totaal 4.000,-, heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte en zijn mededader het weg te nemen geld onder hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van een valse sleutel, te weten via bankhelpdeskfraude en oplichting verkregen bankpassen en creditcards en pin- en/of verificatiecodes, met welke bankpassen en creditcards en gegevens vervolgens door verdachte en zijn medeverdachte contante opnamen zijn gedaan van de bankrekeningen van voornoemde aangevers en hiermee betalingen zijn gedaan;
3.
hij, op meer tijdstippen, in de periode van 2 november 2022 tot en met 29 december 2022 te Breda en [plaats] , meermalen, opzettelijk en wederrechtelijk in (een gedeelte van) een geautomatiseerd werk, te weten een webserver van een bank met daarop het internetbankieren(account) van aangevers en de computersystemen van aangevers, te weten [slachtoffer] en [slachtoffer] is binnengedrongen, door het aannemen van een valse hoedanigheid, te weten door aangevers onder valse voorwendselen te bewegen tot het installeren van 'Anydesk' of een andere 'Remote Acces Tool' op zijn/haar computersysteem, waardoor hij, verdachte toegang verkreeg/verkregen tot de computersystemen van die aangevers en de zich daarop bevindende online bankrekeningen/online bankierenpaginas;
4.
hij, op 12 april 2023, te Emmen, althans in Nederland, stoffen, voorwerpen en/of gegevens, te weten
- diverse leads(lijsten), waaronder de bestanden Barro mix.xlsx, Green 1k.xlsx, Green 5.xlsx, green
1k.xisx, RABO 2000-2023.x1sx, uRoot#Split83828-barro243.x1sx, uRoot#Split19384-barro250, 0000001_Carved.xls en/of 0000002_Carved.xlsx, elk bevattende persoonsgegevens van een groot aantal personen, aangetroffen op de iPhone 13 van verdachte, en
- een belscript met hierin een beschrijving van/standaardtekst voor een (bankhelpdeskfraude)gesprek,aangetroffen op de iPhone 13 van verdachte, en
- een standaard tekst (in het Duits) voor phishing sms'jes, aangetroffen op de iPhone 13 van verdachte,voorhanden heeft gehad, waarvan verdachte wist dat die bestemd waren tot het plegen van een misdrijf omschreven in een van de artikelen 310, 311, 312, 317, 321 en 326 van het Wetboek van Strafrecht, voor zover deze feiten betrekking hebben op de verkrijging van een niet-contant betaalinstrument.
Verdachte zal van het meer of anders ten laste gelegde worden vrijgesproken, aangezien de rechtbank dat niet bewezen acht.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. Verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.
Het bewezen verklaarde levert op:
medeplegen van) oplichting, meermalen gepleegd;
medeplegen van diefstal met valse sleutels, meermalen gepleegd;
computervredebreuk, meermalen gepleegd;
gegevens voorhanden hebben waarvan hij weet dat zij bestemd zijntot het plegen van een in 310, 311, 312, 317, 321 en 326 van het Wetboek van Strafrecht omschreven misdrijf.
Deze feiten zijn strafbaar nu geen omstandigheden aannemelijk zijn geworden die de strafbaarheid uitsluiten.
De rechtbank acht verdachte strafbaar nu niet van enige strafuitsluitingsgrond is gebleken.
Vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte wordt veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 48 maanden.
Standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft primair integrale vrijspraak bepleit. Subsidiair heeft zij verzocht te volstaan met oplegging van een gevangenisstraf waarvan het onvoorwaardelijk deel de reeds ondergane voorlopige hechtenis niet te boven gaat.
Oordeel van de rechtbank
Bij de bepaling van de straf heeft de rechtbank rekening gehouden met de aard en de ernst van het bewezen en strafbaar verklaarde, de omstandigheden waaronder dit is begaan, de persoon van verdachte zoals deze naar voren is gekomen uit het onderzoek ter terechtzitting, de rapportages van de reclassering, het Pro Justitia rapport van 25 oktober 2023, opgemaakt door mw. drs. D. Breuker, forensisch GZpsycholoog, en het uittreksel uit de justitiële documentatie, alsmede de vordering van de officier van justitie en het pleidooi van de verdediging.
De rechtbank heeft in het bijzonder het volgende in aanmerking genomen.
Verdachte heeft zich (deels met anderen) gedurende een periode van meer dan een jaar schuldig gemaakt aan bankhelpdeskfraude, waarbij acht personen zijn gedupeerd met een totaal schadebedrag van bijna 50.000,-. Verdachte (en zijn medeverdachte) hebben zich in telefoongesprekken voorgedaan als een bankmedewerker en gezegd dat er een probleem was met hun bankrekening. De slachtoffers moesten hun pinpassen en creditcards, met bijbehorende codes, afgeven aan een koerier. Een aantal slachtoffers moest een tool installeren op hun computer of tablet, waarna de valse bankmedewerker kon meekijken. Er werden vervolgens bedragen overgeschreven naar een andere bankrekening, waar de slachtoffers geen toegang toe hadden. Daarnaast had verdachte lijsten met gegevens (zogenaamde leads) en belscripts voorhanden die veelal in het criminele circuit worden gebruikt voor het plegen van dergelijke feiten.
Bankhelpdeskfraude is een steeds meer voorkomende vorm van criminaliteit die voor verdachten op relatief gemakkelijke wijze zeer lucratief kan zijn. Verdachte en zijn medeverdachten hebben hiermee een spoor van vernieling achtergelaten en zij hebben misbruik gemaakt van het gewekte vertrouwen bij slachtoffers veelal mensen op leeftijd-, die dachten dat zij op deze wijze konden voorkomen dat zij veel geld zouden kwijtraken. Het tegendeel bleek waar. Hierdoor is hun vertrouwen in het online handelsverkeer geschaad. Verdachte heeft enkel uit financieel gewin gehandeld. Er is op geen enkele wijze oog geweest voor de kwetsbaarheid en de belangen van de slachtoffers. De rechtbank rekent verdachte dit aan.
Verdachte heeft tegen beter weten in alle betrokkenheid ontkend. Hoewel het iedere verdachte vrij staat om zijn eigen proceshouding te bepalen, rekent de rechtbank het verdachte aan dat hij geen enkele verantwoordelijkheid heeft genomen voor zijn daden en de gevolgen voor de slachtoffers.
De rechtbank heeft bij het bepalen van de straf voorts rekening gehouden met opgelegde straffen in soortgelijke zaken, waaronder de uitspraken die zijn genoemd door de officier van justitie. Daarbij merkt de rechtbank op dat het in de door de officier van justitie genoemde uitspraken gaat om zaken met een doorgaans veel grotere schadeomvang. Dat heeft tot gevolg dat de rechtbank ook in aanzienlijke mate zal afwijken van de strafeis.
De rechtbank heeft tevens in aanmerking genomen dat verdachte niet eerder onherroepelijk is veroordeeld voor soortgelijke strafbare feiten.
Uit de rapportages van de reclassering blijkt dat er zorgen bestaan over de houding, het sociale netwerk en de gewetensontwikkeling van verdachte. Verdachte heeft zijn leven ogenschijnlijk goed op orde: hij werkt als acteur en heeft daarnaast ander werk, heeft huisvesting, er zijn geen schulden en er is geen sprake van middelenproblematiek. Dit heeft verdachte echter niet kunnen weerhouden van het plegen van bankhelpdeskfraude. Onderzoek door het NIFP was wenselijk. Hoewel het onderdeel was van de schorsingsvoorwaarden, heeft verdachte slechts zeer beperkt meegewerkt aan diagnostisch onderzoek. Op basis van de beschikbare informatie vertoont verdachte trekken van een nog onrijpe of narcistische persoonlijkheidsontwikkeling met antisociale trekken. Doordat verdachte slechts zeer beperkt heeft meegewerkt aan dit onderzoek, is er geen advies voor behandeling. De rechtbank ziet hierdoor, maar zeker ook door de proceshouding van verdachte, geen enkele andere mogelijkheid dan kale afstraffing, waarbij vergelding op de voorgrond staat. Alles afwegende acht de rechtbank een onvoorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van 24 maanden, met aftrek van de reeds ondergane voorlopige hechtenis, passend en geboden.
Tenuitvoerlegging van de op te leggen gevangenisstraf zal volledig plaatsvinden binnen de penitentiaire inrichting, tot het moment dat aan verdachte voorwaardelijke invrijheidstelling wordt verleend als bedoeld in artikel 6:2:10 van het Wetboek van Strafvordering.
De rechtbank heeft daarnaast in het kader van de voorlopige hechtenis opnieuw de belangen van strafvordering afgewogen tegen de persoonlijke belangen van verdachte. Naar het oordeel van de rechtbank prevaleren thans nu uitspraak wordt gedaan in de strafzaak de belangen van strafvordering. De rechtbank zal daarom de schorsing van de voorlopige hechtenis opheffen.
De volgende personen hebben zich als benadeelde partij in het strafproces gevoegd met een vordering tot schadevergoeding:
[slachtoffer] , tot een bedrag van 1.051,92 ter zake van materiële schade, vermeerderd met wettelijkerente vanaf de datum waarop de schade is ontstaan;
[slachtoffer] , tot een bedrag van 4.000,- ter vergoeding van materiële schade, vermeerderd metwettelijke rente vanaf de datum waarop de schade is ontstaan;
ABN AMRO Bank N.V., tot een bedrag van 44.537,97 ter vergoeding van materiële schade, en 960,- tervergoeding van onderzoekskosten, vermeerderd met wettelijke rente vanaf de datum waarop de schade is ontstaan.
Standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft zich ten aanzien van benadeelde partij [slachtoffer] op het standpunt gesteld dat de vordering kan worden toegewezen voor 900,-, nu dit een deel van het schadebedrag is waarvoor zij is opgelicht en dit deel daarvan niet is vergoed. De overige schade ziet op reiskosten, maar nu zij niet ter terechtzitting is verschenen, moet dit bedrag worden afgewezen. Voorts dient de schadevergoedingsmaatregel te worden opgelegd ten behoeve van de benadeelde partij.
Ten aanzien van benadeelde partij [slachtoffer] heeft hij zich op het standpunt gesteld dat de vordering volledig kan worden toegewezen, met oplegging van de schadevergoedingsmaatregel.
Ten aanzien van de benadeelde partij ABN AMRO Bank N.V. heeft de officier van justitie zich op het standpunt gesteld dat de vordering toewijsbaar is voor zover de vordering ziet op vergoeding van de schade van aangevers. De onderzoekskosten zijn onvoldoende onderbouwd, zodat de vordering voor dit gedeelte moet worden afgewezen, aldus de officier van justitie.
Standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft primair integrale vrijspraak bepleit, en om die reden zich op het standpunt gesteld dat de benadeelde partijen niet-ontvankelijk moeten worden verklaard in hun vorderingen.
Subsidiair heeft zij ten aanzien van benadeelde partij [slachtoffer] aangevoerd dat er onduidelijkheid bestaat over de ondertekening van de vordering.
Zij heeft ten aanzien van benadeelde partij [slachtoffer] aangevoerd dat de vordering niet is onderbouwd.
Ten aanzien van de vordering van ABN-AMRO heeft zij aangevoerd dat de vordering onvoldoende is onderbouwd.
Oordeel van de rechtbank
Naar het oordeel van de rechtbank is voldoende aannemelijk dat de benadeelde partij de gestelde schade heeft geleden voor zover de vordering ziet op de schade als gevolg van de bankhelpdeskfraude en dat deze schade een rechtstreeks gevolg is van het onder 1, 2 en 3 bewezen verklaarde. De vordering, waarvan de hoogte onvoldoende door verdachte is betwist, zal daarom worden toegewezen, vermeerderd met wettelijke rente vanaf 10 november 2022. De gevorderde 151,92 ter vergoeding van de reiskosten voor de zitting wijst de rechtbank af, omdat de benadeelde partij niet ter terechtzitting is verschenen.
Nu de aansprakelijkheid van verdachte vaststaat, zal de rechtbank de schadevergoedingsmaatregel opleggen om te bevorderen dat verdachte de schade zal vergoeden.
Naar het oordeel van de rechtbank is voldoende aannemelijk dat de benadeelde partij de gestelde schade heeft geleden en dat deze schade een rechtstreeks gevolg is van het onder 1 en 2 bewezen verklaarde. De vordering, waarvan de hoogte onvoldoende door verdachte is betwist, zal daarom worden toegewezen, vermeerderd met wettelijke rente vanaf 4 april 2023.
Nu de aansprakelijkheid van verdachte vaststaat, zal de rechtbank de schadevergoedingsmaatregel opleggen om te bevorderen dat verdachte de schade zal vergoeden.
ABN-AMRO Bank N.V. heeft zich als benadeelde partij in het strafgeding gevoegd en stelt schade te hebben geleden, bestaande uit de vergoeding van de geldbedragen aan de rekeninghouders die van hen zijn ontvreemd. Naar het oordeel van de rechtbank bestaat er in beginsel voldoende verband tussen de gestelde schade en de ten laste gelegde feiten. In zoverre is de vordering ontvankelijk (vgl.
Naar het oordeel van de rechtbank is voldoende aannemelijk dat de benadeelde partij de gestelde schade voor zover die ziet op vergoeding van de rekeninghouders zoals opgenomen in de bewezenverklaring heeft geleden en dat deze schade een rechtstreeks gevolg is van het onder 1, 2 en 3 bewezen verklaarde. De vordering, waarvan de hoogte onvoldoende door verdachte is betwist, zal daarom in zoverre worden toegewezen, vermeerderd met wettelijke rente vanaf 15 maart 2023.
De rechtbank is, met de officier van justitie, van oordeel dat de onderzoekskosten onvoldoende zijn gespecificeerd. Hoewel voldoende aannemelijk is dat er onderzoekskosten zijn gemaakt, beschikt de rechtbank over onvoldoende informatie om de hoogte daarvan te kunnen beoordelen. Schorsing van het onderzoek om de benadeelde partij de hoogte van de schade alsnog te laten aantonen, zal leiden tot een onevenredige belasting van het strafgeding en daartoe zal dan ook niet worden overgegaan. De rechtbank zal de benadeelde partij in dit deel van de vordering daarom niet ontvankelijk verklaren. Dit deel van de vordering kan slechts bij de burgerlijke rechter worden aangebracht.
Ten aanzien van ABN-AMRO acht de rechtbank oplegging van de schadevergoedingsmaatregel niet aangewezen, omdat de bank als professionele partij in staat moet worden geacht om zelf het toegewezen bedrag te incasseren.
De rechtbank stelt vast dat verdachte de feiten waarvoor een schadevergoeding wordt toegekend samen met anderen heeft gepleegd en dat zij naar civielrechtelijke maatstaven hoofdelijk aansprakelijk zijn voor de schade. De rechtbank zal daarom bepalen dat verdachte de schadevergoeding niet meer aan de benadeelde partij hoeft te betalen indien zijn medeverdachten deze al hebben betaald, en andersom.
De rechtbank zal verdachte telkens veroordelen in de kosten die de benadeelde partij tot aan deze uitspraak in verband met de vordering heeft gemaakt, tot op heden begroot op nihil, en in de kosten die de benadeelde partij ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog moet maken.
De volgende goederen zijn in beslag genomen:
STK Koptelefoon (Omschrijving: N N RAA23002_769923, zwart, merk: JABRA)
1 STK Computer (Omschrijving: PL0100-NNRAA23002_768303, Apple)
1 STK Computer (Omschrijving: PL0100-NNRAA23002_768304, MSI)
1 STK Computer (Omschrijving: PL0100-NNRAA23002_768305, Apple)
1 STK Computer (Omschrijving: PL0100-NNRAA23002_768306, ASUS Chromebook)
1 STK GSM (Omschrijving: PL0100-NNRAA23002_768307, Nokia)
1 STK GSM (Omschrijving: PL0100-NNRAA23002_768308, Apple Iphone)
1 STK GSM (Omschrijving: PL0100-NNRAA23002_768309, Samsung)
1 STK GSM (Omschrijving: PL0100-NNRAA23002_768299, Apple Iphone 13 pro)
1 STK GSM (Omschrijving: PL0100-NNRAA23002_768301, Samsung)
De rechtbank is van oordeel dat de inbeslaggenomen koptelefoon moet worden teruggegeven aan de rechthebbende, nu het belang van strafvordering zich daartegen niet verzet.
De rechtbank acht overige in beslag genomen voorwerpen vatbaar voor verbeurdverklaring nu dit voorwerpen betreffen met behulp van welke de feiten zijn begaan of voorbereid, en deze toebehoren aan verdachte.
De rechtbank heeft gelet op de artikelen 33, 33a, 36f, 47, 57, 234, 311 en 326 van het Wetboek van Strafrecht. Deze voorschriften zijn toegepast, zoals zij ten tijde van het bewezen verklaarde rechtens golden dan wel ten tijde van deze uitspraak gelden.
Verklaart niet bewezen hetgeen verdachte onder 5 is ten laste gelegd en spreekt verdachte daarvan vrij.
Verklaart het onder 1, 2, 3 en 4 ten laste gelegde bewezen, te kwalificeren en strafbaar zoals voormeld en verdachte daarvoor strafbaar.
Verklaart niet bewezen hetgeen aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan het bewezen verklaarde en spreekt verdachte daarvan vrij.
Veroordeelt verdachte tot:
Beveelt dat de tijd die de veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis heeft doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf, geheel in mindering zal worden gebracht.
Heft op het bevel tot schorsing van de voorlopige hechtenis met ingang van 9 april 2024.
Wijst de vordering van de benadeelde partij [slachtoffer] toe tot het hierna te noemen bedrag en veroordeelt verdachte hoofdelijk, aldus dat als een mededader betaalt, verdachte in zoverre zal zijn bevrijd, om aan [slachtoffer] te betalen:
- het bedrag van 900,- (zegge: negenhonderd euro);
- de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 10 november 2022 tot de dag van algehele voldoening;
- de proceskosten die de benadeelde partij heeft gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging vandeze uitspraak alsnog zal maken, tot heden begroot op nihil.
Wijst de vordering van [slachtoffer] voor het overige af.
Legt aan verdachte hoofdelijk, aldus dat als een mededader betaalt verdachte in zoverre zal zijn bevrijd, de verplichting op om ten behoeve van [slachtoffer] aan de Staat te betalen een bedrag van 900,- (zegge:
negenhonderd euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 10 november 2022 tot de dag van algehele voldoening. Dit bedrag bestaat uit materiële schade.
Bepaalt dat bij gebreke van volledig verhaal van de betalingsverplichting aan de Staat gijzeling voor de duur van 18 dagen kan worden toegepast. De toepassing van gijzeling heft de betalingsverplichting niet op.
Bepaalt dat als verdachte of een mededader voldoet aan de betalingsverplichting aan de benadeelde partij of aan de Staat, verdachte in zoverre zal zijn bevrijd van de betalingsverplichting aan beiden.
Wijst de vordering van de benadeelde partij [slachtoffer] toe en veroordeelt verdachte hoofdelijk, aldus dat als een mededader betaalt, verdachte in zoverre zal zijn bevrijd, om aan [slachtoffer] te betalen:
- het bedrag van 4.000,00 (zegge: vierduizend euro);
- de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 4 april 2023 tot de dag van algehele voldoening;
- de proceskosten die de benadeelde partij heeft gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging vandeze uitspraak alsnog zal maken, tot heden begroot op nihil.
Legt aan verdachte hoofdelijk, aldus dat als een mededader betaalt verdachte in zoverre zal zijn bevrijd, de verplichting op om ten behoeve van [slachtoffer] aan de Staat te betalen een bedrag van 4.000,00 (zegge: vierduizend euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 4 april 2023 tot de dag van algehele voldoening. Dit bedrag bestaat uit materiële schade.
Bepaalt dat bij gebreke van volledig verhaal van de betalingsverplichting aan de Staat gijzeling voor de duur van 50 dagen kan worden toegepast. De toepassing van gijzeling heft de betalingsverplichting niet op.
Bepaalt dat als verdachte of een mededader voldoet aan de betalingsverplichting aan de benadeelde partij of aan de Staat, verdachte in zoverre zal zijn bevrijd van de betalingsverplichting aan beiden.
Wijst de vordering van de benadeelde partij toe tot het hierna te noemen bedrag en veroordeelt verdachte hoofdelijk, aldus dat als een mededader betaalt, verdachte in zoverre zal zijn bevrijd, om aan ABN-AMRO Bank N.V. te betalen:
- het bedrag van 42.587,97 (zegge: tweeënveertigduizendvijfhonderdzevenentachtig euro enzevenennegentig eurocent);
- de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 15 maart 2023 tot de dag van algehele voldoening;
- de proceskosten die de benadeelde partij heeft gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging vandeze uitspraak alsnog zal maken, tot heden begroot op nihil.
Verklaart de vordering voor het overige niet-ontvankelijk. Dit deel van de vordering kan slechts bij de burgerlijke rechter worden aangebracht.
- 1 STK Computer (Omschrijving: PL0100-NNRAA23002_768303, Apple)
- 1 STK Computer (Omschrijving: PL0100-NNRAA23002_768304, MSI)
- 1 STK Computer (Omschrijving: PL0100-NNRAA23002_768305, Apple)
- 1 STK Computer (Omschrijving: PL0100-NNRAA23002_768306, ASUS Chromebook)
- 1 STK GSM (Omschrijving: PL0100-NNRAA23002_768307, Nokia)
- 1 STK GSM (Omschrijving: PL0100-NNRAA23002_768308, Apple Iphone)
- 1 STK GSM (Omschrijving: PL0100-NNRAA23002_768309, Samsung)
- 1 STK GSM (Omschrijving: PL0100-NNRAA23002_768299, Apple Iphone 13 pro) - 1 STK GSM (Omschrijving: PL0100-NNRAA23002_768301, Samsung)
aan verdachte van de in beslag genomen en nog niet teruggegeven:
1. STK Koptelefoon (Omschrijving: N N RAA23002_769923, zwart, merk: JABRA).
Dit vonnis is gewezen door mr. H. Brouwer, voorzitter, mr. T.M.L. Wolters en mr. L.W. Janssen, rechters, bijgestaan door mr. D.H. Röben, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 9 april 2024.
Wanneer hierna wordt verwezen naar doorgenummerde dossierpaginas betreft dit delen van ambtsedige processen-verbaal, als bijlagen opgenomen bij het dossier van de Politie Noord-Nederland met BVHnummer 2023017832 (onderzoek HYENA / NNRAA23002), gesloten op 31 mei 2023, bestaande uit mappen die afzonderlijk zijn doorgenummerd.
Pagina 174 van map 6.
Pagina 175 van map 6.
Pagina 176 van map 6.
Pagina 15 van map 1.
Pagina 173 van map 6.
Pagina 15 van map 1.
Pagina 173 van map 6.
Pagina 15 van map 1.
Pagina 15 van map 1.
Pagina 19 van map 1.
Pagina 20 van map 1.
Pagina 212 van map 6.
Pagina 5 van het aanvullend proces-verbaal van verhoor verdachte [medeverdachte] .
Pagina 6 van het aanvullend proces-verbaal van verhoor verdachte [medeverdachte] .
Pagina 18 van het persoonsdossier verdachte [medeverdachte] .
Pagina 35 van map 6.
Pagina 36 van map 6.
Pagina 40 van map 6.
Pagina 41 van map 6.
Pagina 44 van map 6.
Pagina 45 van map 6.
Pagina 54 van map 6.
Pagina 55 van map 6.
Pagina 54 van map 8.
Pagina 88 van map 6.
Pagina 530 van map 8.
Pagina 88 van map 6.
Pagina 90 van map 6.
Pagina 91 van map 6.
Pagina 63 van map 6.
Pagina 66 van map 6.
Pagina 59 van map 6.
Pagina 114 van map 6.
Pagina 115 van map 6.
Pagina 130 van map 6.
Pagina 154 van map 6.
Pagina 137 van map 6.
Pagina 138 van map 6.
Pagina 139 van map 6.
Pagina 142 van map 6.
Pagina 148 van map 6.
Pagina 149 van map 6.
Pagina 150 van map 6.
Pagina 309 van map 6.
Pagina 310 van map 6.
Pagina 231 van map 6.
Pagina 169 van map 1.
Pagina 295 van map 6.
Pagina 296 van map 6.
Pagina 305 van map 6.
Pagina 337 van map 6.
Pagina 338 van map 6.
Pagina 321 van map 7.
Pagina 373 van map 7.
Pagina 374 van map 7.
Pagina 348 van map 7.
Pagina 364 van map 7.
Pagina 365 van map 7.
Pagina 366 van map 7.
Pagina 369 van map 7.
Pagina 481 van map 7.
Pagina 482 van map 7.
Pagina 394 van map 7.
Pagina 398 van map 7.
Pagina 401 van map 7.
Pagina 403 van map 7.
Pagina 404 van map 7.
Pagina 407 van map 7.
Pagina 408 van map 7.
Pagina 483 van map 7. 72 Pagina 28 van map 1.
73. Pagina 19 aanvullend proces-verbaal (Persoonsdossier [medeverdachte] ).
74. Pagina 20 aanvullend proces-verbaal (Persoonsdossier [medeverdachte] ).
75. Pagina 508 van map 7.
76. Pagina 509 van map 7.
77. Pagina 500 van map 7.
78. Pagina 503 van map 7.
79. De verklaring van verdachte ter terechtzitting.
80. Paginas 500 en 501 van map 7.
81. Pagina 551 van map 7.
82. Pagina 539 van map 8.
83. Pagina 544 van map 8.
84. Pagina 545 van map 8.
85. Pagina 547 van map 8.
86. Pagina 548 van map 8.
87. Pagina 549 van map 8.
88. Pagina 604 van map 8.
89. Pagina 555 van map 8.
90. Pagina 556 van map 8.
91. Pagina 67 van map 4.
92. Pagina 587 van map 8.
93. Pagina 599 van map 8.
94. Pagina 600 van map 8.
95. Pagina 601 van map 8.
96. Pagina 746 van map 8.
97. Pagina 46 van map 4.
98. Pagina 747 van map 8.
99. Pagina 758 van map 8.
100. Pagina 751 van map 8.
101. Pagina 753 van map 8.
102. Pagina 755 van map 8.
103. Pagina 51 van map 5.