ECLI:NL:RBNNE:2024:1280

Rechtbank Noord-Nederland

Datum uitspraak
9 april 2024
Publicatiedatum
9 april 2024
Zaaknummer
18.021767.23
Instantie
Rechtbank Noord-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Op tegenspraak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Bankhelpdeskfraude met aanzienlijke schade voor slachtoffers

Op 9 april 2024 heeft de Rechtbank Noord-Nederland uitspraak gedaan in een zaak waarin de verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan bankhelpdeskfraude. Gedurende meer dan een jaar heeft de verdachte, samen met medeverdachten, acht slachtoffers gedupeerd voor een totaalbedrag van bijna €50.000. De slachtoffers werden telefonisch benaderd door personen die zich voordeden als bankmedewerkers en hen vertelden dat er problemen waren met hun bankrekeningen. De slachtoffers moesten hun pinpassen en creditcards, inclusief bijbehorende codes, afgeven aan een koerier. In sommige gevallen moesten zij ook een programma installeren op hun computers, waardoor de oplichters toegang kregen tot hun bankgegevens.

De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte en zijn medeverdachten een gestructureerde en georganiseerde aanpak hanteerden, waarbij zij gebruik maakten van valse identiteiten en misleidende informatie om de slachtoffers te overtuigen. De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van 24 maanden, waarbij rekening is gehouden met de ernst van de feiten en de gevolgen voor de slachtoffers. De verdachte heeft geen verantwoordelijkheid genomen voor zijn daden en heeft zijn betrokkenheid ontkend, wat de rechtbank als verzwarend heeft beschouwd.

De rechtbank heeft ook de vorderingen van de benadeelde partijen toegewezen, waarbij de verdachte hoofdelijk aansprakelijk is gesteld voor de schade die is geleden door de slachtoffers. De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot het betalen van schadevergoedingen aan de slachtoffers en de ABN AMRO Bank N.V. voor de geleden schade als gevolg van de oplichtingspraktijken.

Uitspraak

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-NEDERLAND

Afdeling strafrecht Locatie Leeuwarden
parketnummer 18/021767-23

Vonnis van de meervoudige kamer voor de behandeling van strafzaken, Noordelijke

Fraudekamer, van 9 april 2024 in de zaak van het openbaar ministerie tegen de verdachte

[verdachte] ,

geboren op [geboorte datum] 2003 te [geboorte plaats] , wonende te [adres]
.
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting van 11 maart 2024. Verdachte is ter terechtzitting verschenen, bijgestaan door mr. W. Koopmans, advocaat te Groningen. Het openbaar ministerie is ter terechtzitting vertegenwoordigd door mr. B. Rademacher.
Het onderzoek is gesloten ter terechtzitting van 26 maart 2024. Verdachte en zijn raadsvrouw zijn toen niet verschenen. Het openbaar ministerie is ter terechtzitting vertegenwoordigd door mr. H. Mous.

Tenlastelegging

Aan verdachte is, na nadere omschrijving van de tenlastelegging ex. artikel 314a van het Wetboek van Strafvordering, ten laste gelegd dat:
1.
hij, op een of meer tijdstippen, in of omstreeks de periode van 18 februari 2022 tot en met 4 april 2023 te
Hoogeveen, Heerlen, Breda, Appingedam, Almelo, Rijssen, [plaats] , Apeldoorn en/of Emmen, althans in Nederland,
(telkens) tezamen en in vereniging met (een) ander(en), althans alleen, meermalen, althans eenmaal, met het oogmerk om zich en/of een ander, wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of een valse hoedanigheid en/of door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels, een of meerdere perso(o)n(en)/aangever(s), te weten
  • [slachtoffer] (zaak 1, in totaal 2.547,97),
  • [slachtoffer] (zaak 2, in totaal 5.094,56)
  • [slachtoffer] (zaak 3, 27.440,-),
  • [slachtoffer] (zaak 4, in totaal 3.500,-),
  • [slachtoffer] (zaak 5),
  • [slachtoffer] (zaak 6),
  • [slachtoffer] (zaak 7, in totaal 5.000,-), en/of- [slachtoffer] (zaak 8, in totaal 4.000,-), heeft bewogen tot
  • afgifte van enig goed, te weten een of meer bankpas(sen) en/of creditcards, en/of
  • het ter beschikking stellen van gegevens, te weten (onder meer) pincodes voor betaalpassen en/oftoegangscode(s) en/of inloggegevens voor (een) internetbankieren (applicatie) en/of gegevens van de identifier behorende bij een of meer bank(en), door valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid - zakelijk weergegeven -
  • contact op te (laten) nemen met voornoemde perso(o)n(en)/aangever(s), daarbij gebruikmakend vanverdachtes en/of medeverdachtes valse hoedanigheid van medewerker (van de fraudedesk) van een of m eer bank(en) en/of valse naam ( [naam] , zijnde medewerker van de ABN-AMRO Bank) en/of in deze gesprekken de genoemde perso(o)n(en)/aangever(s) voor te houden dat een adreswijziging is doorgegeven en op dit nieuwe adres een bankpas en pincode is aangevraagd en/of zijn/haar/hun bankrekening is gehackt door cybercriminelen en/of sprake was van een (criminele) cyberaanval en/of (vanuit het buitenland) geld was afgeschreven en/of gepoogd werd (vanuit het buitenland) geld af te schrijven van zijn/haar/hun bankrekening en/of op een andere wijze de perso(o)n(en)/aangever(s) werd voorgehouden dat er een probleem was met de bankrekening en dat hij, verdachte en/of zijn medeverdachte(s), hem/haar/hen zou helpen het probleem te verhelpen, en/of
  • aangever(s) te instrueren (ter beveiliging) Telegram te installeren en/of verdachte en/of medeverdachtede controle over zijn/haar/hun computer te geven door middel van een computerprogramma, al dan niet via Anydesk en/of een andere 'Remote Acces Tool', en/of
  • (vervolgens) perso(o)n(en)/aangever(s) te instrueren in te loggen in de internetbankieromgeving en/of(vervolgens) te instrueren tot het verhogen van de opnamelimiet en/of daglimiet van de bankrekening en/of geld over te boeken van de spaarrekening naar de betaalrekening, en/of
  • en/of perso(o)n(en)/aangever(s) te instrueren (verificatie- en/of pin)code(s) door te geven waarmeetoegang kon worden verkregen tot de bankrekening(en) en/of internetbankieromgeving, waardoor verdachte en/of medeverdachten (vervolgens) toegang verkreeg/verkregen tot de internetbankierenomgeving van perso(o)n(en)/aangever(s) en/of bankrekening(en) van andere personen of bedrijven tot wiens bankrekening aangever(s) gemachtigd was/waren, en/of verdachte en/of medeverdachte (vervolgens) van deze toegang gebruik maakte door de opnamelimiet en/of daglimiet van de bankrekening te verhogen, en/of
  • (in een aantal gevallen) perso(o)n(en)/aangever(s) te instrueren te bellen met de bank om debankrekening te deblokkeren, en/of perso(o)n(en)/aangever(s) te instrueren verder geen contact op te nemen met de buitenwereld, en/of
  • aangever(s) te instrueren bankpas(sen) en/of creditcard(s) en/of (pin)codes ter veiligstelling af te gevenaan de (zogenaamde) fraudehelpdeskmedewerker(s) en/of medewerkers van de recherche/politie, althans aan (een) perso(o)n(en),
waardoor die perso(o)n(en)/aangever(s) werd/werden bewogen tot voornoemde afgifte en/of het voornoemde ter beschikkingstellen;
2. hij, op een of meer tijdstippen, in of omstreeks de periode van 18 februari 2022 tot en met 4 april 2023 te Hoogeveen, Heerlen, Breda, Appingedam, [plaats] , Apeldoorn en/of Emmen, althans in Nederland, (telkens) tezamen en in vereniging met (een) ander(en), althans alleen, meermalen, althans eenmaal, de na te noemen geldbedrag(en), althans enig geldbedrag, in elk geval enig goed, dat geheel of ten dele aan een of meer ander(en) toebehoorde(n), te weten aan (onder meer)
  • [slachtoffer] (zaak 1, in totaal 2.547,97),
  • [slachtoffer] (zaak 2, in totaal 5.094,56)
  • [slachtoffer] (zaak 3, 27.440,-),
  • [slachtoffer] (zaak 4, in totaal 3.500,-),
  • [slachtoffer] (zaak 7, in totaal 5.000,-), en/of- [slachtoffer] (zaak 8, in totaal 4.000,-), heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte en/of zijn mededader(s) dat/die weg te nemen goed(eren) onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van een valse sleutel, te weten via (een) bankhelpdeskfraude en/of oplichting verkregen bankpas(sen) en/of creditcard(s) en/of (pin- en/of verificatie)code(s), althans onrechtmatig verkregen bankpas(sen) en/of creditcard(s) en/of (pin- en/of verificatie)code(s), met welke bankpas(sen) en/of creditcard(s) en/of gegevens vervolgens door verdachte en/of zijn medeverdachten contante opnamen zijn gedaan van de bankrekening(en) van voornoemde perso(o)n(en)/aangever(s) en/of hiermee betalingen zijn gedaan, althans opdracht is gegeven contante opnamen en/of betalingen te doen van de bankrekening(en) van voornoemde perso(o)n(en)/aangever(s);
3. hij, op een of meer tijdstippen, in of omstreeks de periode van 2 november 2022 tot en met 29 december 2022 te Breda, [plaats] en/of Emmen, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met (een) ander(en), althans alleen, meermalen, althans eenmaal, opzettelijk en wederrechtelijk in (een gedeelte van) een geautomatiseerd werk, te weten een webserver van een bank met daarop het internetbankieren(account) van een of meerdere perso(o)n(en)/aangever(s) en/of het/de computersyste(e)m(en) van een of meer perso(o)nen/aangever(s), te weten
- [ slachtoffer] (zaak 3, 27.440,-), en/of - [slachtoffer] (zaak 7, in totaal 5.000,-), is binnengedrongen, door het doorbreken van een beveiliging en/of door een technische ingreep en/of inet behulp van valse signalen of een valse sleutel en/of het aannemen van een valse hoedanigheid, te weten door gebruik te maken van onrechtmatig verkregen inloggegevens van internetbankieren van een of meer perso(o)n(en)/aangever(s) en/of door die perso(o)n(en)/aangever(s) onder valse voorwendselen te bewegen tot het installeren van 'Anydesk' of een andere 'Remote Acces Tool' op zijn/haar computersysteem, waardoor hij, verdachte en/of zijn medeverdachte(n) toegang verkreeg/verkregen tot het/de computersyste(e)m(en) van die perso(o)n(en)/aangever(s) en/of de zich daarop bevindende online bankrekening(en)/online bankierenpagina(s);
4. hij, op of omstreeks 12 april 2023, te Groningen en/of Emmen, althans in Nederland, stoffen, voorwerpen en/of gegevens, te weten
- diverse leads(lijsten), waaronder de bestanden Barro mix.xlsx, Green 1k.xlsx, Green 5.xlsx, green
1k.xisx, RABO 2000-2023.x1sx, uRoot#Split83828-barro243.x1sx, uRoot#Split19384-barro250, 0000001_Carved.xls en/of 0000002_Carved.xlsx, elk bevattende persoonsgegevens van een groot aantal personen, aangetroffen op de iPhone 13 van verdachte, en/of
- een of meerdere belscript(en) met hierin een beschrijving van/standaardtekst voor een
(bankhelpdeskfraude)gesprek, aangetroffen op de iPhone 13 van verdachte, en/of
- een of meerdere standaard tekst(en) (in het Duits) voor phishing sms'jes, aangetroffen op de iPhone 13 van verdachte, heeft vervaardigd, ontvangen, zich heeft verschaft, verkocht, overgedragen, verworven, vervoerd, ingevoerd, verspreid, anderszins ter beschikking gesteld en/of voorhanden heeft gehad, waarvan verdachte wist dat die bestemd waren tot het plegen van een misdrijf omschreven in een van de artikelen 310, 311, 312, 317, 321 en 326 van het Wetboek van Strafrecht, voor zover deze feiten betrekking hebben op de verkrijging van een niet-contant betaalinstrument;
5. hij, in of omstreeks de periode van 29 december 2022 tot en met 12 april 2023 in Nederland, heeft deelgenomen aan een organisatie, bestaande uit een samenwerkingsverband van natuurlijke personen, te weten onder andere verdachte en [medeverdachte] , welke organisatie tot oogmerk had het plegen van misdrijven, te weten oplichting(en) en/of diefstal(len) met valse sleutel (zogeheten bankhelpdeskfraude).
Standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft veroordeling gevorderd voor alle ten laste gelegde feiten, met uitzondering van de computervredebreuk aangaande aangever [slachtoffer] .
Ten aanzien van het onder 5 ten laste gelegde heeft hij aangevoerd dat er sprake is geweest van een samenwerkingsverband van meerdere personen, waaronder verdachte, zo blijkt onder meer uit de verklaringen van medeverdachten [medeverdachte] en [medeverdachte] . In dit samenwerkingsverband was sprake van een zekere structuur en duurzaamheid. Dit blijkt ook uit de modus operandi die uit de tapgesprekken naar voren komt, waarbij medeverdachte [medeverdachte] telkens het gesprek start, waarna verdachte het gesprek overneemt. Het doel van dit samenwerkingsverband was het plegen van bankhelpdeskfraude. Derhalve kan worden gesproken van het deelnemen aan een criminele organisatie, aldus de officier van justitie.
Standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft betoogd dat verdachte moet worden vrijgesproken van alle ten laste gelegde feiten. Zij heeft ten aanzien van het onder 1, 2 en 3 ten laste gelegde aangevoerd dat er in het strafdossier onvoldoende wettig en overtuigend bewijs voorhanden is dat verdachte als medepleger betrokken is geweest bij de afzonderlijke aangiftes.
Ten aanzien van de zaak met aangeefster [slachtoffer] heeft zij aangevoerd dat op basis van het strafdossier niet kan worden vastgesteld dat het telefoontoestel met IMEI-nummer [telefoonnummer] aan verdachte toebehoorde. Om die reden kan de conclusie niet worden getrokken dat verdachte degene is geweest die 33 maal heeft gebeld met aangeefster. Verder blijkt uit de omstandigheid dat verdachte twee laptops aanbiedt van het merk HP en Lenovo niet zonder meer dat verdachte betrokken is geweest bij de oplichting en diefstal met valse sleutels, zodat niet is bewezen dat verdachte als medepleger betrokken is geweest bij de oplichting en diefstal met valse sleutel ten aanzien van aangeefster [slachtoffer] .
Ten aanzien van de zaak met aangeefster [slachtoffer] heeft zij aangevoerd dat medeverdachte [medeverdachte] weliswaar in eerste instantie een voor verdachte belastende verklaring heeft afgelegd, maar dat hij meermalen, ook bij de rechter-commissaris, op deze verklaring is teruggekomen. Die eerste verklaring van 19 april 2022 is onbetrouwbaar en kan daarom niet voor het bewijs worden gebruikt, aldus de raadsvrouw. Voorts komen uit het dossier meerdere omstandigheden naar voren waaruit blijkt dat medeverdachte [medeverdachte] een grotere rol heeft gespeeld in deze zaak. Uit het dossier blijkt niet dat verdachte in de omgeving van aangeefster [slachtoffer] is geweest. Om die reden bevat het dossier onvoldoende bewijs voor het ten laste gelegde medeplegen, aldus de raadsvrouw.
Ten aanzien van de zaak met aangeefster [slachtoffer] heeft medeverdachte [medeverdachte] op 12 december 2023 een voor verdachte belastende verklaring afgelegd. Die verklaring moet echter met terughoudendheid worden beoordeeld, aldus de raadsvrouw. Voorts blijkt uit de mastgegevens en de pintransacties bij benzinepompen onvoldoende dat verdachte betrokken is geweest bij deze oplichting, aldus de raadsvrouw.
Ten aanzien van de zaak met aangever [slachtoffer] heeft de raadsvrouw aangevoerd dat de stem van verdachte weliswaar door verbalisanten is herkend bij de getapte telefoongesprekken, maar dat met stemherkenning terughoudend moet worden omgegaan. Het is onduidelijk op basis waarvan de stem van verdachte wordt herkend door de verbalisanten. Verbalisanten zijn lange tijd van één stem uitgegaan, maar na de aanhouding van medeverdachte [medeverdachte] herkenden zij twee stemmen. Hieruit volgt dat de stemmen veel gelijkenissen vertonen maar dit roept ook vragen op over de betrouwbaarheid van de eerdere herkenning. Verder zouden de privételefoon van verdachte en de oplichtingstelefoon een mast hebben aangestraald in Appingedam. Hieruit kan echter nog niet zonder meer worden afgeleid dat verdachte betrokken is geweest bij deze oplichting, aldus de raadsvrouw.
Ten aanzien van de zaak met aangever [slachtoffer] heeft zij aangevoerd dat wordt verondersteld dat de telefoon met IMEI-nummer [telefoonnummer] aan verdachte toebehoort. Dat die telefoon een zendmast aanstraalt nabij de locatie van de aangever, maakt nog niet dat verdachte als medepleger betrokken is geweest bij het ten laste gelegde. De tapgesprekken zijn onvoldoende duidelijk uitgewerkt, waardoor er verwarring ontstaat omtrent de stemherkenning. Het tapgesprek met sessienummer 1616 wordt namelijk ook vermeld in het proces-verbaal met de nieuwe stemherkenning, waarin verbalisanten naast de stem van verdachte ook de stem van medeverdachte [medeverdachte] herkennen. Dit maakt dat in het dossier onvoldoende wettig en overtuigend bewijs voorhanden is dat verdachte als medepleger betrokken is geweest bij deze zaak.
Ten aanzien van de zaak met aangeefster [slachtoffer] heeft zij eveneens aangevoerd dat de processenverbaal ten aanzien van de stemherkenning verwarring oproepen en dat hier terughoudend mee moet worden omgegaan. Er wordt tijdens de observaties een Volkswagen Polo waargenomen, maar verdachte is niet als bestuurder herkend. Dit is later ingevuld. De verklaring van medeverdachte [medeverdachte] moet als onbetrouwbaar worden aangemerkt. Dit maakt dat verdachte ook ter zake van deze aangifte moet worden vrijgesproken, aldus de raadsvrouw.
Ten aanzien van de zaak met aangever [slachtoffer] heeft zij aangevoerd dat op 29 december 2022 een
Volkswagen Polo zou zijn gesignaleerd. Verdachte is als bestuurder van deze auto herkend op 30 januari 2023. De auto behoort toe aan dhr. [naam] , die zijn auto regelmatig verhuurt. Verdachte heeft in een getapt telefoongesprek gezegd dat hij in een witte Volkswagen rijdt. Dit maakt nog niet dat verdachte betrokken is geweest bij de oplichting. Dat het telefoontoestel waarvan verdachte de hoofdgebruiker zou zijn dezelfde reisbeweging maakt als het telefoontoestel waarmee gebeld is naar de aangever, maakt evenmin dat verdachte degene is geweest die als medepleger betrokken is geweest bij de oplichting, aldus de raadsvrouw.
Ten aanzien van aangever [slachtoffer] heeft de raadsvrouw aangevoerd dat niet kan worden vastgesteld dat verdachte de ontvanger is geweest van de Telegramgesprekken die in de telefoon van aangever [medeverdachte] zijn aangetroffen. Er kan ook niet worden vastgesteld dat verdachte degene is geweest die de oplichtingsgesprekken heeft gevoerd. De tapgesprekken bieden hiervoor onvoldoende aanknopingspunten, omdat de stemherkenning door verbalisant onvoldoende betrouwbaar is, aldus de raadsvrouw.
Voorts heeft de raadsvrouw aangevoerd dat in onderzoek Hyena geen sprake is geweest van een onderscheidende werkwijze ten opzichte van vergelijkbare zaken van bankhelpdeskfraude. Er kan niet gesproken worden van een concrete, onderscheidende modus operandi, zodat in deze zaak geen schakelbewijsconstructie kan worden toegepast.
Daarnaast heeft de raadsvrouw ten aanzien van het onder 4 ten laste gelegde aangevoerd dat verdachte heeft verklaard dat hij de leads kon gebruiken in het callcenter van zijn oom. Uit het dossier blijkt onvoldoende dat verdachte die gegevens voorhanden heeft gehad terwijl hij wist dat die gegevens bestemd waren tot het plegen van de in artikel 234 van het Wetboek van Strafrecht genoemde misdrijven.
Zij heeft daarom verzocht verdachte vrij te spreken van het onder 4 ten laste gelegde.
Ten slotte heeft de raadsvrouw, gelet op hetgeen zij met betrekking tot de feiten 1 tot en met 4 heeft aangevoerd, vrijspraak ten aanzien van het onder 5 ten laste gelegde (deelname aan een criminele organisatie) vrijspraak bepleit.
Oordeel van de rechtbank
Bewijsmiddelen ten aanzien van het onder 1, 2, 3 en 4 ten laste gelegde
De rechtbank past de volgende bewijsmiddelen1 toe die de voor de bewezenverklaring redengevende feiten en omstandigheden bevatten zoals hieronder zakelijk weergegeven.
Ieder bewijsmiddel is -ook in onderdelen- slechts gebruikt voor het feit waarop het blijkens zijn inhoud betrekking heeft.
Aangeefster [slachtoffer] start onderzoek
Aangeefster [slachtoffer] , woonachtig in Breda, heeft verklaard dat zij op 2 november 2022 telefonisch werd benaderd door een man die zich voorstelde als [naam] , hoofd frauderecherche van ABN-AMRO.2 Het programma Anydesk werd op haar computer geïnstalleerd. Via dit programma kon de man inloggen in haar bankgegevens en kon hij acties ondernemen. Aangeefster zag dat hij alles op haar computer kon besturen. [naam] gaf aan dat de bankkaart, identifier en creditcard waren geïnfecteerd. Zij moest alles in een enveloppe doen, omdat het zou worden opgehaald door een koerier. Na een paar minuten kwam een kleine man alles bij haar thuis aan de deur ophalen.3 Op 9 november bleek dat er 26.540,00 euro van de bankrekeningen was weggenomen en dat er 900,00 euro van haar creditcard was weggenomen; in totaal 27.440,00 euro.4
Gedurende die periode had aangeefster [slachtoffer] dagelijks telefonisch contact met deze [naam] . Hij maakte gebruik van twee verschillende telefoonnummers, namelijk [telefoonnummer] en [telefoonnummer] . Van deze twee telefoonnummers werden de historische verkeersgegevens opgevraagd.5 Hieruit kwam naar voren dat het telefoonnummer [telefoonnummer]6 was gekoppeld aan IMEI-nummer [telefoonnummer] , een Nokia TA-1034, actief in de periode 6 november 2022 tot 2 december 2022.7 Het telefoonnummer [telefoonnummer]8 was gekoppeld aan IMEI-nummer [telefoonnummer] , een Nokia TA-1063, actief van 26 oktober 2022 tot 3 november 2022. Op 3 en 4 november 2022 was dit telefoonnummer aan een ander toestel gekoppeld, een iPhone 13, maar van 4 november tot 21 november 2022 was dit telefoonnummer weer gekoppeld aan IMEI-nummer
[telefoonnummer] , een Nokia TA-1063. Aangeefster [slachtoffer] werd gebeld door de Nokiatoestellen. Met de iPhone 13 werd niet naar [slachtoffer] gebeld, maar de simkaart zat wel twee dagen in dit toestel, tussen de oplichtingsgesprekken door.9
De printertap van de iPhone 13 werd op 27 december 2022 omgezet naar een spraaktap. De iPhone 13
werd via CIOT opgevraagd en bleek op naam te staan van [naam] , wonende aan de [adres] te Emmen.
Uit meerdere gesprekken kon worden afgeleid dat de zoon van
[naam] , verdachte [verdachte] , hoofdgebruiker was van dit toestel.10 Uit de tapgesprekken bleek onder meer dat het telefoonnummer [telefoonnummer] veelvuldig werd gebeld door de iPhone 13. In de iPhone 13 werd enkel gebruik gemaakt van nummer [telefoonnummer] . Dit nummer bleek na CIOT-bevraging eveneens op naam te staan van [naam] , wonende aan de [adres] te Emmen. Dit nummer bleek ook daadwerkelijk in gebruik te zijn bij [naam] . In meerdere gesprekken noemt de gebruiker van de iPhone 13 haar mama.11 Ook het nummer [telefoonnummer] werd veelvuldig gebeld door de iPhone 13. Ook dit nummer stond op naam van [naam] , maar bleek in gebruik te zijn bij haar dochter,
[naam] , de zus van verdachte.12
Verbalisant [verbalisant] vorderde de historische verkeersgegevens van het telefoonnummer [telefoonnummer] over de periode van 2 juni 2022 tot en met 2 december 2022 bij provider KPN.
Verbalisant zag dat het telefoonnummer actief werd op 6 november 2022, om 19.14 uur.
Het telefoonnummer zat gedurende de hele actieve periode in één toestel, voorzien van IMEI nummer
[telefoonnummer] . In de actieve periode had de telefoon contact met één telefoonnummer, namelijk:
[telefoonnummer] . Dit betreft het telefoonnummer van aangeefster [slachtoffer] .13
Medeverdachte [medeverdachte] heeft op 27 oktober 2023 verklaard dat hij een enveloppe heeft opgehaald voor [verdachte] en [medeverdachte]
(De rechtbank begrijpt: verdachte [verdachte] en medeverdachte [medeverdachte] ). Zij zitten er diep in, aldus [medeverdachte] .14 [medeverdachte] moest proberen te pinnen met de pinpas uit de enveloppe.15 Op 12 december 2023 heeft hij verklaard dat hij degene is geweest die op 4 november 2022 heeft gepind. De pinpas kreeg hij van degenen die belden, [verdachte] en [medeverdachte] .16
Aangeefster [slachtoffer]
Aangeefster [slachtoffer] heeft verklaard dat zij op 20 januari 2023 werd gebeld. Zij kreeg een man aan de lijn die zich voorstelde als [naam] . Er zou 300,00 euro van haar rekening afgehaald zijn. Zij werd gevraagd om op haar computer in te loggen in de digitale bankomgeving. Zij moest Anydesk intypen.17 Zij heeft met aanwijzingen van deze [naam] Anydesk geïnstalleerd. Zij hoorde hem vervolgens zeggen dat haar pinpas opgehaald zou worden door iemand van ABN. Zij hoefde haar pas niet door te knippen. Terwijl zij nog met [naam] aan het bellen was, werd er aangebeld en een stond een man voor de deur. Op instructie van [naam] gaf zij de enveloppe met haar pinpas erin af aan deze man. Op 23 januari hoorde zij dat er met haar bankpas twee laptops waren besteld bij de [bedrijf] in Hoogeveen. Daarnaast zag zij dat er 1.000,00 euro was gepind met haar bankpas. Haar totale schade bedroeg 2.547,97 euro.18
Een aantal verbalisanten heeft op 30 januari 2023 geobserveerd. Verbalisant 817 zag om 8:46 uur dat een witte Volkswagen Polo geparkeerd stond op het parkeerterrein van het [bedrijf] in Emmen. De auto was voorzien van het kenteken [kenteken] .19 Om 12:46 uur stapte een man in als bestuurder van de Polo (aangeduid als NN1). De Polo vertrok om 12:47 uur. Om 13:14 uur zag verbalisant 823 dat de Polo geparkeerd stond bij het tankeiland van het tankstation BP A28 te Veeningen. De man stapte om 13:39 uur in als bestuurder, waarna de Polo vertrok. Om 14:43 uur zag verbalisant dat de Polo ging stilstaan bij het [adres] in Arnhem. Dezelfde man zat nog steeds als bestuurder in de Polo.20
Verbalisant [verbalisant] heeft de camerabeelden van de [bedrijf] aan de [adres] te Veeningen bekeken. Op 30 januari 2023 om 13.18.58 was te zien dat de witte Volkswagen Polo stopte bij de pomp. De Polo was voorzien van kenteken [kenteken] . Om 13.19.51 uur was te zien dat er een man en een vrouw de shop binnen liepen. De man heeft daar een capuchon op.21 De man stond bij de kassa om 13.22.05 uur. Verbalisant [verbalisant] herkende verdachte [verdachte] op de camerabeelden. Hij heeft de SKDB-foto van verdachte als vergelijking gebruikt.22
Verbalisant 826 heeft zend/ontvangstapparatuur bediend, waarmee technische identificatienummers van gsm-toestellen in de nabije omgeving zichtbaar gemaakt kunnen worden (zogenoemde IMSI-nummer vergaring). De eerste scansessie vond plaats op 30 januari 2023, om 12:02 uur bij [bedrijf] te Emmen. De tweede scansessie vond plaats op 30 januari 2023, om 13:16 uur, bij [bedrijf] [adres] . De derde scan vond plaats op 30 januari 2023, 14:52 uur, bij het [adres] te Arnhem.23
Tijdens de scansessies zag verbalisant de volgende overeenkomende identificatienummers:
op scan 1
IMSI-code bij hit 1: [telefoonnummer] IMEI-code bij hit 1: [telefoonnummer] op scan 2
IMSI-code bij hit 2: [telefoonnummer] IMEI-code bij hit 2: [telefoonnummer] op scan 3
IMSI-code bij hit 3: [telefoonnummer]
IMEI-code bij hit 3: [telefoonnummer] .24
Verbalisant [verbalisant] was op 12 april 2023 aanwezig bij de aanhouding van verdachten [verdachte] en [medeverdachte] . Beide verdachten zaten in een auto. In de middenconsole van het voertuig was een telefoon aangetroffen. Op die telefoon was nog een oproep gaande. Dit betrof een Samsung Galaxy Core A01, IMEI [telefoonnummer] .25
Uit de tapgegevens uit het onderzoek Skeeby bleek dat het nummer [telefoonnummer] een groot aantal keren gebeld was, waarbij een aantal zeer lange gesprekken te ontdekken waren. Het nummer [telefoonnummer] bleek toe te horen aan [slachtoffer] , geboren op 6 december 1938, wonende te Hoogeveen. Deze telefoon is op 20 januari 2023, tussen 18:52 uur en 21:08 uur een groot aantal keren gebeld door het toestel met IMEI [telefoonnummer] .26
Met ingang van 25 januari 2023 is er een onderzoek telecommunicatie gestart op een telefoon met het IMEI-nummer: [telefoonnummer] . Aan dit IMEI-nummer bleek het telefoonnummer [telefoonnummer] te zijn gekoppeld. Verbalisant [verbalisant] heeft diverse opgenomen telefoongesprekken beluisterd. Hieruit bleek dat het nummer door een manspersoon wordt gebruikt die telkens [verdachte] genoemd wordt. Het genoemde telefoonnummer is afgegeven voor een vrouw genaamd [naam] , geboren [geboorte datum] 1977. Dit blijkt de moeder te zijn van verdachte [verdachte] , woonachtig aan de [adres] te Emmen met haar zoon, verdachte.27
Voorts bleek uit tapgegevens dat het nummer [telefoonnummer] werd gebeld door het nummer
[telefoonnummer] . Uit onderzoek is gebleken dat dit nummer in gebruik was bij medeverdachte [medeverdachte] .28 Het betreft de tap met sessienummer 46931, van 20 januari 2023, 20:59:17 uur, waarin het volgende te horen was:
I: He luister ik zit net in bad bro luister bro ik heb die toto gewoon gewonnen he, ik heb die toto gewonnen.
N: Waar heb je het over, broer ik loop hier met twee kanker twee laptops, waar ben je?29
Voorts is er een tapgesprek waarbij [telefoonnummer] belt naar een ander nummer. Dit betreft een tapgesprek met sessienummer 48785, van 21 januari 2023 om 16:56:24 uur. Hierin was het volgende te horen:
I: En ik heb twee laptops nieuwe, bonnetje uhh heb je daar interesse in ?
N: Wat voor laptops zijn dat?
I: Uhh even kijken uhh zijn twee HP laptops zijn het man een HP uhh Lenovo
N: Ja?
I: Ja 1 lenovo en 1 HP
N: Zijn ze gebruikt of nieuw
I: nee ze zijn nieuw hoor allemaal nieuw in de doos met bonnetje erbij.30
Verbalisant [verbalisant] heeft camerabeelden van meerdere locaties bekeken.31 Op een screenshot van
20 januari 2023, 20:58 uur, was een man te zien die twee dozen afrekent bij de [bedrijf] te Hoogeveen.32 Verbalisant [verbalisant] herkende onmiddellijk deze persoon als medeverdachte [medeverdachte] , geboren op [geboorte datum] 2000 te Emmen.33
Aangeefster [slachtoffer] heeft verklaard dat zij op 18 februari 2022 werd gebeld door het mobiele telefoonnummer [telefoonnummer] . Zij nam op en hoorde een man zeggen dat hij namens ABN-AMRO belde. De man zei dat iemand vanuit Frankrijk toegang probeerde te krijgen tot haar rekening. Zij werd meerdere malen doorverbonden naar verschillende personen. De enige naam die ze heeft gekregen, is van ene [naam] .34 De man gaf aan dat hij iemand langs zou sturen om de bankpas op te halen. Op enig moment hoorde zij de man zeggen dat er binnen vijf minuten iemand aan de deur zou komen om de bankpas op te halen. Als dit gebeurd was, zou de rekening geblokkeerd zijn. Tussen 22.00 uur en 22.30 uur stond er iemand aan de deur met een DHL jas. Zij was op dat moment nog met de oplichter aan de lijn.35
Verbalisant [verbalisant] heeft naar aanleiding van een vordering krachtens artikel 126nd van het Wetboek van Strafvordering transactiegegevens van de bankrekeningen van aangeefster [slachtoffer] bekeken. Op
18 februari 2022 werd driemaal een geldbedrag gepind van de Geldmaat pinautomaat aan de [adres] te
Heerlen. Om 23.44.02 uur werd 2.000,- euro gepind. Voorts werd om 23.45.11 uur 2.000,- euro gepind. Om 23.46.16 uur werd ten slotte 1.000,- euro gepind.36 Met de door [slachtoffer] afgegeven creditcard zijn betalingen gedaan van in totaal 94,56.37
Voorts heeft verbalisant [verbalisant] de beelden bekeken van de camera gericht op de [adres] te Heerlen. De beelden zijn van 18 februari 2022, 23.43.00 uur. Aan de rechterzijde van het camerabeeld is de pinautomaat gelegen. Een man, fors postuur, gekleed in lichtblauwe jas, spijkerbroek en witte schoenen, loopt naar de pinautomaat.38 Verbalisant ziet dat de man iets in de pinautomaat steekt en vervolgens de pinautomaat bedient. Kort daarna haalt de man iets uit de pinautomaat, alsmede een pak briefgeld. De handeling wordt nog twee keer herhaald.39 Er was een melding binnengekomen vanuit een organisatie voor begeleid wonen dat in de kamer van een van hun bewoners, de kamer van medeverdachte [medeverdachte] , een jas van DHL en een bankpas op naam van [slachtoffer] werd aangetroffen. Ook werden bonnetjes van geldopnames en betalingen aangetroffen.40 Verbalisant heeft vervolgens de camerabeelden vergeleken met de SKDB-foto van medeverdachte [medeverdachte] en zag dat die foto overeenkwam met de verdachte die het geld pinde.41
Medeverdachte [medeverdachte] heeft tijdens zijn verhoor bij de politie op 19 april 2022 een verklaring afgelegd. Hij heeft verklaard dat hij het gedaan heeft. Dit was in Heerlen. Hij heeft alleen een bankpas opgehaald. [verdachte] zit in een organisatie. Hij werkt met [medeverdachte] , uit Delfzijl. Daar hebben ze een huis en bellen ze met drie à vier man.42 [medeverdachte] heeft 6 à 7 maal klusjes voor [verdachte]
( ) gedaan.43 Hij moest zeggen dat hij [naam] heette en dat
hij van DHL Service was. Hij is toen in de auto gestapt. Hij moest pinnen. Hij moest alles pinnen wat eraf kon. Hij heeft tweemaal 2.000,- euro gepind, en eenmaal 1.000,- euro. Hij moest van [verdachte] netjes gekleed zijn. Op de pas stond [slachtoffer] . De pincode wist hij van [verdachte] , aldus
[medeverdachte] .44
Aangever [slachtoffer] heeft verklaard dat hij op 2 maart 2023 werd gebeld op zijn vaste telefoon in zijn woning te Appingedam. Hij kreeg een man aan de lijn, die aangaf dat oplichters het waarschijnlijk op zijn bankrekening hadden voorzien. De man zou een val opzetten voor de fraudeur en vroeg aangever om zijn medewerking. Hij moest geld overboeken van zijn spaarrekening naar zijn betaalrekening en moest zijn opnamelimiet verhogen naar 3.500 euro. De man zei dat de politie zijn bankpas nodig had voor het onderzoek en er zou iemand van de politie bij hem aan de deur komen. Na ongeveer tien minuten ging de deurbel, terwijl de aangever de man nog aan de lijn had.45 Ik heb de bankpas aan deze man gegeven.
Later bleek dat er in totaal 3.500 euro van zijn rekening was opgenomen bij de Geldmaat [adres] te Groningen, op 2 maart 2023.46
Er is een tap aangesloten op de telefoon met [telefoonnummer] . Op 2 maart 2023 hebben gesprekken plaatsgevonden tussen het telefoonnummer [telefoonnummer] , behorend bij het getapte IMEI-nummer en het telefoonnummer [telefoonnummer] . De gebruiker van dit telefoonnummer geeft op te zijn [slachtoffer] . De gesprekken hebben onder meer sessienummers 1299, 1302, 1305, 1306 en 1310 onder taplijn TA003.47
Verbalisant [verbalisant] heeft de tapgesprekken teruggeluisterd. Bij het tapgesprek met sessienummer
1299, van 2 maart 2023 om 19.11.42 uur, is de stem van de persoon met wie wordt doorverbonden ( [naam] ) herkend als de stem van (verdachte) [verdachte] . Bij het tapgesprek met sessienummer 1302, van 2 maart 2023 om 20.29.56 uur, is bij de start van het gesprek de stem van de persoon die zich voorstelt als [naam] , herkend als de stem van [verdachte] . Later wordt er in dit gesprek nogmaals doorverbonden naar [naam] en die stem wordt weer herkend als de stem van [verdachte] . Bij het tapgesprek met sessienummer 1305, van 2 maart 2023, om 22.29.45 uur, is doorverbonden naar [naam] en die stem wordt herkend als de stem van [verdachte] .48
Verbalisant [verbalisant] heeft camerabeelden bekeken. Op beelden van vrijdag 2 maart 2023, om 23:35 uur, van de [adres] te Groningen, was te zien dat er een man in beeld komt bij de Geldmaat aan de [adres] te Groningen.49 Op de beelden was voorts te zien dat onder het scherm een lampje gaat knipperen en er een kiep open ging. De man ging met zijn linkerkant naar de klep onder het scherm pakte hier iets uit.50 Verbalisant [verbalisant] herkende de persoon die bij de geldautomaat was afgebeeld onmiddellijk als medeverdachte [medeverdachte] .51
Aangeefster [slachtoffer] heeft verklaard dat zij op 10 maart 2023, thuis in Almelo werd gebeld op haar huistelefoon. Zij kreeg een man aan de telefoon die zei dat hij van ABN-AMRO was. Hij stelde zich voor als [naam] . De man zei dat zij haar pinlimiet moest verhogen voor de verzekering.52 Iemand van de recherche zou aan de deur komen. Zij moest haar bankpas met pincode in een enveloppe doen en deze afgeven aan de persoon aan de deur. Dit heeft zij gedaan. Terwijl de man aan de deur kwam, had zij deze man nog aan de telefoon.53
Verbalisant [verbalisant] heeft tapgesprekken beluisterd. Op 10 en 11 maart 2023 hebben er telefoongesprekken plaatsgevonden tussen het telefoonnummer [telefoonnummer] , behorend (op dat moment) bij het getapte [telefoonnummer] en het telefoonnummer [telefoonnummer] . De gebruiker van
dit nummer is J. Witvoet .54 Uit het gesprek van 10 maart
2023, sessienummer 1604, blijkt dat aangeefster
[slachtoffer] -Witvoet op 10 maart 2023 wordt gebeld. In het gesprek wordt doorverbonden met iemand die zich voorstelt als [naam] .
Verbalisanten [verbalisant] en [verbalisant] hebben verdachte [medeverdachte] tweemaal auditief gehoord als verdachte en [verdachte] gesproken tijdens het vaststellen van zijn identiteit. Zij hebben het tapgesprek (sessie 247) met een slachtoffer uit Deventer nogmaals beluisterd en herkenden de stem van de man die zich aan het begin voorstelde als [naam] van ABN-AMRO als de stem van medeverdachte [medeverdachte] . Zij herkenden voorts de stem van de man die zich voorstelde als [naam] als de stem van verdachte [verdachte] . Voorts hebben zij onder meer de tapsessie 1604 beluisterd.55 Zij herkenden de stem van deze [naam] als de stem van verdachte [verdachte] .56
Verbalisant [verbalisant] heeft de gevorderde bankgegevens van aangeefster [slachtoffer] bekeken. Zij bleek drie bankrekeningen te hebben, waarvan één betaalrekening, te weten [bankrekening nummer] . Op de transactiegegevens was te zien dat er op 10 maart 2023, 21:44 uur, bij Geldmaat [adres] te Almelo was geprobeerd 2.000,- euro af te schrijven. Deze transactie was niet geslaagd; de rekening was geblokkeerd.57 Verbalisant [verbalisant] heeft de beelden van de Geldmaat te Almelo, [adres] , van 10 maart 2023 bekeken. Om 21:42:15 uur was te zien dat er man in beeld kwam.58 De man hield een geel/groene pas vast, met daarop zichtbaar het merkteken van Maestro. Ten tijde van het vasthouden en invoeren van de pas was te zien dat hij een mobiele telefoon vasthield.59 Vervolgens was te zien dat de man om 21:42:39 uur de pas met zijn rechterhand uit de automaat haalt en de telefoon in zijn linker broekzak stopte.60 Verbalisant [verbalisant] herkende medeverdachte [medeverdachte] als de persoon bij de geldautomaat.61
Aangeefster [slachtoffer] heeft verklaard dat zij op 14 maart 2023, thuis in Rijssen, werd gebeld door iemand die zich voorstelde als een bankmedewerker. Zij moest op haar rekening de daglimiet verhogen. De pas moest worden opgehaald voor sporen- en rechercheonderzoek. Aangeefster geloofde hem en deed op zijn verzoek de bankpas in een enveloppe.62 De jongen die aan de deur kwam moest een code zeggen die zij had doorgekregen van de bankmedewerker. Die jongen kwam aan de deur en gaf aan dat hij van een koeriersdienst was. Hij noemde een code die overeenkwam met de code die aangeefster van de bankmedewerker had doorgekregen. Zij gaf daarom de enveloppe met pinpas aan hem. Later hoorde aangeefster dat zij was opgelicht.63
Er zijn diverse tapgesprekken beschreven. Dit betreffen gesprekken van een tap die was aangesloten op een telefoon met [telefoonnummer] . Op 14,15 en 16 maart 2023 hebben er telefoongesprekken plaatsgevonden tussen het telefoonnummer [telefoonnummer] , behorend (op dat moment) bij het getapte IMEI-nummer en het telefoonnummer [telefoonnummer] . De gebruiker van [telefoonnummer] is aangeefster [slachtoffer] uit Rijssen.64 In het eerste tapgesprek, met sessienummer 1651, van 14 maart 2023, om 19:10:37 uur,65 maakt de beller gebruik van nummer [telefoonnummer] om te bellen met telefoonnummer [telefoonnummer] . Hij stelt zich voor als [naam] , teamleider afdeling Fraude van de ABN-Amrobank.66 In het tweede tapgesprek met sessienummer 1652, eveneens van 14 maart 2023, om 20:38:01 uur, noemt de beller zich [naam] , teamleider afdeling Fraude van ABN-AMRO. Hij komt terug op het gesprek dat hij heeft gehad met de zoon van mevrouw [slachtoffer] en vraagt of haar zoon er nog is. Die is er niet meer. Hij zegt dat er op de rekening van mevrouw een storing is en dat het vermoedelijk te maken heeft met een datalek.67 De beller geeft vervolgens instructies en zegt dat mevrouw moet inloggen op internetbankieren. Hij zegt dat de limiet van de bankpas gewijzigd moet worden. Na verdere instructies lukt het om de limiet te zien. Die is 2.500 euro voor betalen en 500 euro voor pinnen. Hij vraagt ook naar haar tegoed op de rekening en of dit meer of minder is dan 2.500 euro. Mevrouw begrijpt het niet, waarna de verbinding plotseling wordt verbroken.68 In een ander tapgesprek, met sessienummer 1662, van 15 maart 2023 om 10:01:57 uur, maakt de beller gebruik van het telefoonnummer [telefoonnummer] om te bellen met telefoonnummer [telefoonnummer] . Hij stelt zich voor als [naam] , teamleider van de afdeling Fraude van de ABN-AMRO.69 De beller geeft aan dat de bank in elk geval haar rekening moet deblokkeren. Na dit gesprek zegt de beller dat mevrouw opnieuw moet inloggenen geeft hij instructies om de opnamelimiet te verhogen naar 4000.70
Verbalisanten [verbalisant] en [verbalisant] hebben onder meer het tapgesprek van 14 maart 2023 met sessienummer 1651 beluisterd. Zij herkenden de stem van [naam] als de stem van verdachte
[verdachte] .71 Verbalisanten Korte en [verbalisant] hebben tapgesprekken beluisterd en concludeerden dat de stem van verdachte overeenkomt met de stem van degene die zich voorstelt als [naam] in onder meer de tapgesprekken met sessienummer 1652 en 1662.72
Medeverdachte [medeverdachte] is tijdens zijn verhoor op 12 december 2023 geconfronteerd met een observatie op 15 maart 2023 in Rijssen. Verbalisanten zagen een man met een opvallende gele jas aan de deur van het adres [adres] te Rijssen. De man had contact met een oudere dame in de deuropening van de woning. Medeverdachte [medeverdachte] heeft verklaard dat hij daar stond te wachten. Hij is daar met de auto heen gegaan. Eén van de twee jongens reed, [verdachte] of [medeverdachte]
. Hij is aan de deur geweest en had gepind, maar de pas was
al geblokkeerd.73 Hem was van tevoren verteld wat er opgehaald moest worden. Daarna zou hij gaan pinnen. De pas ontving hij van degene die belde, [verdachte] of [medeverdachte] .74
Aangever [slachtoffer] heeft verklaard dat hij op 29 december 2022 thuis was met zijn vrouw in [plaats] , toen zij werden gebeld door een man die aangaf dat hij van de bank was en dat iemand uit Almere geld van hun bankrekening naar een buitenlandse bankrekening wilde overboeken. De man verbond hem door met een collega. Die man gaf aan dat hij zijn computer moest opstarten en moest inloggen in de internetbankierenomgeving van ABN-AMRO. Het verzekerd bedrag moest worden opgehoogd van 1.000,euro naar 5.000,- euro. Aangever zag dat de cursor op het scherm bewoog zonder dat hij daarvoor zelf zijn muis gebruikte. Aangever heeft de opdracht met zijn e-dentifier en bankpas bevestigd. Hij zag daarna diverse bedragen in het scherm verschijnen.75 Aangever moest zijn pincode intoetsen en zag dat die pincode linksboven in het scherm verscheen. De man gaf aan dat aangever zijn bankpas in een enveloppe moest doen en onder de deurmat moest leggen. Dit heeft aangever omstreeks 18.40 uur gedaan. Diezelfde dag is er om 19.07 uur een bedrag van 5.000,- gepind bij een geldautomaat in [plaats] . Zijn kleindochter heeft het verhaal in de buurtapp gezet. Hij hoorde later dat er een auto was gezien die rond
18.46
uur [plaats] was ingereden, voorzien van het kenteken [kenteken] .76
Verbalisant [verbalisant] heeft de printertapgegevens uit onderzoek Skeeby onderzocht. Dit is een printertap op TA003. Aangever [slachtoffer] werd door het toestel met IMEI-nummer [telefoonnummer] gebeld. In dat toestel zat op 29 en 30 december 2022 een simkaart, voorzien van telefoonnummer [telefoonnummer] .
Op 29 december 2022 vond een gesprek plaats om 15:37 uur. De beller bevond zich aan het begin van het gesprek aan de [adres] te Emmen. Aan het eind bevond de beller zich aan de [adres] te [plaats] . Er vond nogmaals een gesprek plaats om 17:34 uur. De beller bevond zich aan het begin van het gesprek op dezelfde locatie, [adres] te [plaats] . Aan het eind van het gesprek bevond de beller zich aan de [adres] te [plaats] .
Voorts is er een spraaktap aangesloten, op een toestel met nummer TA006. De mastgegevens van dit toestel zijn geanalyseerd. Hieruit blijkt dat het toestel met nummer TA006 dezelfde reisbeweging maakte als TA003.Uit eerder onderzoek was gebleken dat verdachte [verdachte] de hoofdgebruiker is van
TA006.77
Verbalisant [verbalisant] heeft camerabeelden bekeken van een Shell pompstation, gelegen op de mogelijke rijroute tussen de woning van aangever [slachtoffer] en de geldautomaat te [plaats] . Op de beelden was te zien dat een voertuig, een witte Volkswagen [kenteken] op donderdag 29 december 2022 om 18.46.54 uur in de richting van het woonadres van de aangever reed. Op dezelfde dag om 19.03 uur was te zien dat hetzelfde voertuig uit de richting van het adres van de aangever in de richting van [plaats] reed.78 Verdachte heeft ter terechtzitting verklaard dat hij de auto met het genoemde kenteken wel eens gebruikte.79
In een telefoongesprek tussen verdachte [verdachte] en [medeverdachte] op 29 december 2022 vraagt [verdachte] [medeverdachte] iets te doen wat heel belangrijk is. [medeverdachte] moet een pakketje ophalen en aan [verdachte] overhandigen. Hij zou daar 100 euro voor krijgen. Een dag later, op 30 december 2022, vindt een telefoongesprek plaats waarin [verdachte] zegt: ja die 2 keer, zelfde als vannacht en dat hij eerst op gaat staan en vervolgens die vis zou bellen. Op 30 december 10.25 uur wordt met TA003 uitgebeld naar aangever [slachtoffer] .80
Aangever [slachtoffer] heeft verklaard dat hij op 4 april 2023, in Apeldoorn, werd gebeld op zijn huistelefoon door een medewerker van ABN-AMRO, afdeling fraudedesk. De man stelde zich voor als [naam] . De man vertelde dat er fraudeurs bezig waren geweest. De man vertelde aangever dat de limiet verhoogd moest worden. Hij heeft hierop de limiet verhoogd naar 4.000,- euro. De man aan de telefoon zei dat hij de pas zou blokkeren en dat deze zou worden opgehaald . Dit zou gebeuren met een koerier. Op enig moment heeft aangever tijdens het telefoongesprek zijn pincode genoemd, omdat hij een nieuwe pas zou krijgen. Dit gebeurde omstreeks 21.30 uur. Later bleek dat er 4.000,- euro is afgeschreven van de
Rabobankrekening.81
Er is een tap aangesloten op de telefoon met het [telefoonnummer] . Op 4 april 2023 hebben er telefoongesprekken plaatsgevonden tussen het telefoonnummer
[telefoonnummer] , behorend (op dat moment) bij het getapte IMEI-nummer en het telefoonnummer
[telefoonnummer] . De gebruikers van het telefoonnummer [telefoonnummer] bleken aangever [slachtoffer] en zijn vrouw uit Apeldoorn te zijn.
Verbalisant [verbalisant] heeft de tapsessies beluisterd.82 De eerste tapsessie, met sessienummer 111, is van 4 april 2023 om 16:59 uur. Een medewerker van ABN-AMRO stelt zich voor als [naam] . Hij maakt gebruik van nummer [telefoonnummer] en belt met het nummer [telefoonnummer] . Hij vraagt naar meneer [slachtoffer] wonende [adres] (niet goed te verstaan) in Apeldoorn. Het gaat om een rekening die eindigt op 723. Daarna komt [naam] , teamleider Fraude van ABN-AMRO aan de lijn. De bankmedewerker vraagt vervolgens of meneer wil inloggen op de computer/internetbankieren. Daarna vraagt hij of hij even kan spreken met de vrouw van meneer, waarna [slachtoffer] aan de lijn komt. Hij vraagt haar of ze iets verdachts heeft gezien. De bankmedewerker zegt tegen meneer dat criminelen de rekening hebben gehackt en hij vraagt naar het saldo. De bankmedewerker legt uit hoe criminelen werken en hij hoopt dat het niet escaleert.83 Ze zijn er gelukkig op tijd bij en hij geeft aan dat hij gemachtigd is voor de Rabobank via het fraudefilter. De pas van de Rabo is wel een probleem en die moet zo snel mogelijk naar het hoofdkantoor. De bankmedewerker gaat kijken of de pas afgehaald kan worden. Op de envelop met daarin de pas moet worden geschreven: Recherche-afdeling en deze kaart is eigendom van de fraude-afdeling. Daarna regelt de bankmedewerker dat de envelop wordt opgehaald. Hij geeft dan een identificatiecode mee die door meneer moet worden opgeschreven.84
De tweede tapsessie, met nummer 119, is van 4 april 2023 om 19:38 uur. De beller stelt zich voor als [naam] , van ABN-AMRO. Kort daarna komt iemand aan de lijn die zich voorstelt als [naam] , teamleider van de afdeling Fraude. Hij adviseert de man om de bankpassen gewoon te bewaren omdat deze voor het sporenonderzoek niet nodig zijn. Hij vraagt de man wanneer hij aangifte kan doen bij de politie en er wordt een afspraak gemaakt op vrijdag om 14.00 (twee) uur. De man wordt in de wacht gezet. Hierna komt de bankmedewerker weer aan de telefoon.85 Hij heeft een betaling gezien, maar gelukkig hebben ze die kunnen annuleren. De koerier is bijna in de buurt. De bankmedewerker vraagt of het huisnummer 305 of 305a is. De man zegt dat het 305 is. De man zegt tegen de bankmedewerker dat er iemand aan de deur staat. De bankmedewerker zegt dat de man de envelop mag pakken.86 Op de achtergrond is iemand te horen die de verificatiecode noemt. De beller vraagt of alles gelukt is. Meneer bevestigt dit.87
Verbalisant [verbalisant] heeft de tapgesprekken teruggeluisterd. In het gesprek van 4 april 2023 om
16.59.06
uur, met sessienummer 111, was een persoon te horen die zich voorstelde als [naam] .
Vervolgens werd het gesprek doorverbonden naar [naam] en deze stem is herkend als de stem van [verdachte] . In het gesprek van 4 april 2023 om 19.38.28 uur, met sessienummer 119, was eveneens een persoon te horen die zich voorstelde als [naam] . Het gesprek werd doorverbonden naar [naam] en deze stem is herkend als de stem van [verdachte] .88
Uit de gegevens van de bank bleek dat er op de volgende momenten is gepind:
  • 04-04-2023 is er 4000 euro gepind (pinautomaat aan de [adres] in Apeldoorn)
  • 05-04-2023 is er om 01.09.06 uur gepoogd 1250 euro te pinnen (Pinautomaat [adres] 2 in Groningen)
  • 05-04-2023 is er om 01.09.37 uur gepoogd 1250 euro te pinnen (Pinautomaat [adres] 2 in Groningen). De man probeerde eerst bij één pinautomaat te pinnen, en probeerde het vervolgens bij een andere.89
Verbalisant [verbalisant] heeft de beelden van de pinautomaten bekeken en herkende telkens medeverdachte [medeverdachte] als degene die aldaar handelingen verrichtte.90
Onder medeverdachte [medeverdachte] is een iPhone 6 in beslag genomen.91 Op het toestel is een Telegram-gesprek aangetroffen tussen de gebruiker van het toestel met gebruikersaccount ' [naam] ' en een gebruiker genaamd ' [naam] '. Deze ' [naam] ' bleek gekoppeld te zijn aan het telefoonnummer [telefoonnummer] . Dit nummer is in gebruik bij [verdachte] .92
Op 4-4-2023 22:44 uur stuurt [naam] :
Want anders straks nog een pin betaling. Das raar. Beter rechtstreeks een keer 1250.93 Dan ik zie wel wat die aangeeft.
Op 4-4-2023, 22:45 uur stuurt [naam] : isgoed bro laat me gelijk weten. Om 22:49 uur stuurt hij: ja die geldmaat is sws open dus pak die dan gaat sws er af. Om 23:17 uur stuurt hij: is gelukt neef?
Op 4-4-2023 om 23:22 uur stuurt [naam] een foto van een beeldscherm van een Geldmaat, met de mededeling dat het verzoek is afgewezen door de bank.94
Op 4-4-2023, om 23:32, stuurt [naam] :
Ging meteen 1250. Toen nog andere gepakt. Die er naast. Dan ik had te hoog gedaan maar dacht doe gewoon 1250. Om 23:34 uur stuurt hij een foto van een beeldscherm van een Geldmaat, met de mededeling dat het verzoek is afgewezen door de bank. De foto is van 1:09 uur.95
Op 13 april 2023 heeft verbalisant [verbalisant] onderzoek ingesteld naar de gegevens in een telefoon die in beslag is genomen bij de aanhouding van verdachte en medeverdachte [medeverdachte] .96 Het betreft een in Iphone 13 Pro, in beslag genomen op 12 april 2023.97 Op het toestel is gezocht naar foto's waarop verdachte zichtbaar is. Verbalisant heeft vooral gelet op 'selfies' die mogelijk met dit toestel zijn gemaakt. Er zijn tientallen van deze fotos aangetroffen.98 Op de telefoon zijn voorts bestanden gevonden met daarin de gegevens van duizenden mensen en bedrijven. Het gaat hier om gevoelige gegevens zoals NAWgegevens, IBAN, telefoonnummers en e-mailadressen. Het betreft bestanden met de volgende bestandsnamen en inhoud:
  • Barro mix.xlsx: Geslacht, achternaam, tussenvoegsels, straatnaam, huisnummer, postcode, woonplaats, telefoonnummer, geboortedatum, rekeningnummer, emailadres, IBAN-nummer (99 gegevens);
  • Green 1 k.xlsx: Aanhef, voorletters, voornaam, tussenvoegsel, achternaam, straatnaam, huisnummer, volledig adres, postcode, woonplaats, provincie, telefoonnummer, geboortedatum, emailadres, IBANnummer (961 gegevens);
  • Green 5.xlsx: Naam, geboortedatum, emailadres, IBAN-nummer, postcode, straat, woonplaats, telefoonnummer, klantnummer, post, geslacht (514 gegevens);
  • green%201 k.xlsx: Aanhef, voorletters, voornaam, tussenvoegsel, achternaam, straatnaam, huisnummer, toevoeging, volledig adres, postcode, plaats, provincie, telefoonnummer, geboortedatum, emailadres, IBAN-nummer (1025 gegevens);
  • RABO 2000-2023.x1sx: Geslacht, voorletters, tussenvoegsels, achternaam, straat, huisnummer, huisnr_ext, kamernummer, postcode, plaats, land, telefoonnummer, mobielnummer, rekeningnummer,
IBAN-nummer, geboortedatum (8504 gegevens);
  • u Root#S p I it83828-ba rro 243.x1sx: Geslacht, achternaam, voorletters, tussenvoegsel, straatnaam, huisnummer, postcode, plaats, telefoonnummer, geboortedatum, emailadres, IBAN-nummer (242 gegevens);
  • u Root#Split19384-barro 250: Geslacht, achternaam, voorletters, tussenvoegsel, straatnaam, huisnummer, postcode, plaats, telefoonnummer, geboortedatum, emailadres, IBAN-nummer (253 gegevens);
  • 0000001_Canred.xls: Achternaam en voorletters, adres, postcode, plaats, telefoonnummer, emailadres,
IBAN-nummer, geboortedatum (435 gegevens);
0000002_Carved.xlsx: Voorletters, tussenvoegsel, achternaam, straat, huisnummer, postcode, plaats, emailadres, telefoonnummer, mobielnummer, IBAN-nummer, geslacht, geboortedatum (495 gegevens).99
Op het toestel waren 32 notities opgeslagen.100 Onder deze notities bevond zich een notitie met de volgende inhoud:
Spreek ik met de heer of mevrouw ...? Goed dat ik u even tref. U heeft een rekening bij ons die eindigt op... dat klopt he? Ik bel even omtrent het internet bankieren, we hebben een melding gekregen van een afboeking die ons verdacht leek. En zijn benieuwd of u dat zelf bent geweest? Heeft u de afgelopen tijd rare e-mails of smsjes ontvangen?
De cybercriminelen gaan heel geraffineerd te werk dus ze kunnen op allerlei slinkse wijze binnen u rekening komen. Wij weten zelf natuurlijk niet hoe dat precies in zn werking gaat maar neemt u maar van mij aan dat u het best gewoon goed oplet met waar u inlogt en waar u de pincode invoert. Het kan namelijk zo zijn dat u via een van deze links bent ingelogd op een namaak website van het internetbankieren waardoor de cybercriminelen uw gegevens hebben kunnen kopiëren. We hebben de eerste betaling van circa 600 euro geblokkeerd dus die is gelukkig niet uit uw rekening gegaan.101 Voorts is een Duitstalige notitie aangetroffen:
Hallo Mama, super dumm! Ich habe gerade meinen Handy verloren, überall gesucht und kann es nicht finden. Ich habe den Schaden gemeldet und die Versicherung angerufen und zum Glück wurde die Schaden erstattet. Nur bin ich unter meinem alten Nummer nicht mehr erreichbar, aber unter diese Nummer kannst du sie sofort speichern. Wegen meinem Handy kann ich mein Online Banking nicht nutzen, alles mist aber ich muss unbedingt vor heute abend ein paar Rechnungen bezahlen, oder ich Zahl Buβgeld. Könntest du die Rechnung für mich bezahlen, bis ich wieder mein online Banking nutzen kann? Ich Zahl dir das dann direkt zurück 102 Verdachte heeft tijdens zijn verhoor op 21 april 2023, maar ook ter terechtzitting van 11 maart 2024, verklaard dat hij wel eens leads had gekocht.103
In januari 2023 is de politie gestart met onderzoek Hyena, naar aanleiding van restinformatie uit onderzoek Skeeby. Het onderzoek richtte zich op zogeheten bankhelpdeskfraude. Uit de aangiften in het dossier komt een beeld naar voren van een in grote lijnen veelal gelijke modus operandi, die zich in het kort als volgt laat omschrijven. De beoogde slachtoffers werden gebeld door een persoon die zich voordeed als medewerker van de fraudehelpdesk van de bank (meestal van ABN-AMRO). Deze zogenaamde bankmedewerker, die zich in een aantal gevallen van de naam [naam] bediende, vertelde de aangevers dat er een verdachte transactie plaats had gevonden met hun bankrekening. Voorts werden de aangevers doorverbonden naar de teamleider Fraude, [naam] . Aangevers moesten hun opnamelimiet verhogen om ervoor te zorgen dat een hoger bedrag verzekerd zou zijn. Terwijl deze zogenaamde [naam] de aangevers aan de lijn had, kwam er een koerier aan de deur om de bankpassen en bijbehorende pincodes op te halen, zogenaamd voor onderzoek. Vervolgens werden diverse bedragen weggenomen van de bankrekeningen van de aangevers. De rechtbank merkt op dat er tussen de afzonderlijke gevallen, naast overeenkomsten, ook verschillen bestaan in de modus operandi. Zo zijn er ook gevallen waarin aangevers op instructie van de zogenaamde bankmedewerker Anydesk op hun computer installeerden, waardoor de verdachten controle verkregen over hun internetbankierenomgeving. Daarnaast bestaan er verschillen in de gehanteerde aliassen.
De geschetste werkwijze impliceert een zekere mate van organisatie, structuur en taakverdeling. Verschillende verdachten verrichten verschillende handelingen, die elkaar opvolgen of simultaan plaatsvinden en die moeten zijn afgestemd om het gemeenschappe-lijke doel te bereiken. Terwijl de ene verdachte met de aangever belde en deze aan de praat hield, kwam een ander de pinpassen en codes bij de aangevers ophalen. Desondanks acht de rechtbank dit algemene gegeven onvoldoende om vast te stellen dat bij iedere aangever sprake is geweest van een vorm van medeplegen, zeker nu er ook verschillen bestaan in de modus operandi. Evengoed zouden anderen slechts als medeplichtige betrokken kunnen zijn geweest of zouden slechts zogenoemde geldezels ingezet kunnen zijn om opbrengsten wit te wassen. Per afzonderlijke aangifte zal daarom moeten worden beoordeeld of er, naast dit algemene gegeven, voldoende aanknopingspunten zijn om vast te stellen dat sprake is geweest van een vorm van medeplegen.
De raadsvrouw heeft aangevoerd dat de belastende verklaringen van medeverdachte [medeverdachte] en de verklaring van medeverdachte [medeverdachte] van 19 april 2022 niet voor het bewijs kunnen worden gebruikt. De rechtbank overweegt hierover als volgt.
Medeverdachte [medeverdachte] heeft op 27 oktober en 12 december 2023 een bekennende verklaring afgelegd. Hij heeft verklaard dat hij een pinpas ergens moest ophalen. Uit zichzelf heeft hij de namen [verdachte] en [medeverdachte] (kennelijk verdachten [verdachte] en [medeverdachte] ) genoemd.
Daarnaast heeft hij op essentiële onderdelen consistent verklaard. Hij heeft bovendien niet alleen belastend voor andere verdachten, maar ook belastend voor zichzelf verklaard.
Medeverdachte [medeverdachte] heeft op 19 april 2022 zijn eerste verklaring afgelegd, waarin hij
-onder meer- heeft verklaard dat hij moest pinnen voor verdachte en medeverdachte [medeverdachte] .
Medeverdachte [medeverdachte] noemt uit zichzelf de namen van verdachte en medeverdachte
[medeverdachte] . Weliswaar komt hij op zijn verklaring terug voor zover die verklaring belastend is voor verdachte, maar uit zijn verklaring van 21 april 2023 blijkt ook dat hij bang is voor de betrokken personen. [medeverdachte] legt in zijn eerste verklaring bovendien niet alleen een voor de andere verdachten, maar ook voor zichzelf een belastende bekennende verklaring af.
De medeverdachten [medeverdachte] en [medeverdachte] hebben onafhankelijk van elkaar en uit zichzelf een voor verdachte (en medeverdachte [medeverdachte] ) belastende verklaring afgelegd, die bovendien overeenkomt met andere gegevens uit het strafdossier, zoals observaties, mastgegevens, getapte telefoongesprekken en gegevens uit de telefoon van medeverdachte [medeverdachte] . In tegenstelling tot datgene wat door de verdediging is aangevoerd, acht de rechtbank de genoemde verklaringen van medeverdachten [medeverdachte] en [medeverdachte] daarom betrouwbaar en zal zij deze voor het bewijs gebruiken.
De betrokkenheid van verdachte en medeverdachte [medeverdachte] is door verbalisanten mede afgeleid uit getapte telefoongesprekken, waarin verbalisanten de stemmen van deze verdachten herkennen. De raadsvrouw heeft aangevoerd dat de stemherkenningen van verbalisanten onvoldoende betrouwbaar zijn.
De rechtbank stelt voorop dat het bij stemherkenningen als deze gaat om auditieve, zintuiglijke en derhalve meer of minder subjectieve waarnemingen van de desbetreffende verbalisanten. Daarbij valt een vergelijking te maken met visuele waarnemingen, zoals herkenning van een gezicht of van een signalement. Het is een feit van algemene bekendheid dat dergelijke waarnemingen in zijn algemeenheid worden gekenmerkt door een sterk subjectief element. Zulk een herkenning is immers een persoonlijke ervaring van de waarnemer en is derhalve als zodanig niet objectief toetsbaar. Vanwege dat subjectieve karakter is in zijn algemeenheid behoedzaamheid geboden en moet nadrukkelijk rekening worden gehouden met de kwetsbaarheid van zintuiglijke waarnemingen; een vergissing is immers mogelijk. Om die reden zal de rechtbank geen zelfstandige bewijswaarde toekennen aan een stemherkenning die niet concreet door andere bewijsmiddelen wordt ondersteund.
De rechtbank zal bij de beoordeling - hierna - van de bewijsbaarheid van de ten laste gelegde feiten telkens per afzonderlijke aangifte beoordelen of de geverbaliseerde stemherkenningen, in het licht van overige bewijsmiddelen, voldoende betrouwbaar moeten worden geacht.
Daarbij neemt de rechtbank mede de navolgende algemene uitgangspunten met betrekking tot auditieve waarnemingen in acht:
  • om een stem te kunnen herkennen zal aannemelijk moeten zijn dat de desbetreffende verbalisant(en) de stem ook kent/kennen;
  • zelfs als een stem bekend is bij de verbalisant(en), moet rekening worden gehouden met bijzondere omstandigheden waaronder de stem anders kan klinken. Daarbij valt te denken aan situaties dat bijvoorbeeld wordt gefluisterd of gelachen. In dergelijke gevallen past een nog grotere mate van behoedzaamheid;
  • aan een stemherkenning die door twee of meer verschillende verbalisanten wordt beschreven, kan meer bewijswaarde worden toegekend dan aan een enkelvoudige stemherkenning.
De geverbaliseerde stemherkenningen zijn afkomstig van in totaal zes verbalisanten. Verbalisanten [verbalisant] en [verbalisant] hebben op 13 april 2023 verdachte gesproken bij het vaststellen van zijn identiteit. Zij herkenden, na het terugluisteren van tapgesprekken met onder meer sessienummer 1651, de stem van de man die zich voorstelde als [naam] als de stem van verdachte. Zij herkenden de stem van degene die zich voorstelde als [naam] als de stem van medeverdachte [medeverdachte] . Zij hebben medeverdachte [medeverdachte] tweemaal gehoord als verdachte. Ook tijdens het vaststellen van zijn identiteit hebben zij een gesprek gevoerd met hem. Naar aanleiding van dit proces-verbaal heeft verbalisant [verbalisant] meer tapgesprekken teruggeluisterd, namelijk onder meer de sessienummers 1299, 1302, 1305, 1306 en 1310 (onder taplijn TA003). Hij heeft hierbij telkens de stem van degene die zich voorstelt als [naam] herkend als die van verdachte.
Verbalisanten [verbalisant] en Korte hebben eerder, op 3 april 2023, dezelfde tapgesprekken beluisterd.
Ook zij hebben de stem van verdachte herkend, maar zij hebben niet de stem van medeverdachte [medeverdachte] herkend. Zowel de stem van [naam] als van [naam] worden door hen aan verdachte toegeschreven. Ook verbalisant [verbalisant] heeft tapgesprekken beluisterd en heeft zowel [naam] als [naam] aan verdachte toegeschreven. Zij beschrijven niet op basis waarvan zij de stem herkennen.
Er bestaan weliswaar verschillen tussen de stemherkenningen door de verbalisanten, maar de stem van verdachte wordt wel vanaf het begin herkend in de getapte gesprekken. Ten aanzien van verbalisanten [verbalisant] en [verbalisant] blijkt uit het ambtsedig opgemaakte proces-verbaal dat zij verdachte hebben gesproken en aldus zijn stem daadwerkelijk kennen. Van bijzondere omstandigheden waardoor de stem in de tapgesprekken anders zou klinken is de rechtbank niet gebleken. Uit de aangiftes blijkt immers niet dat er zou zijn gefluisterd of gelachen. Het ligt gelet op de aard van de gesprekken meer voor de hand dat er duidelijk gesproken is. De rechtbank ziet derhalve geen aanleiding om op voorhand de stemherkenningen als onbetrouwbaar aan te merken. Wel zullen de stemherkenningen per afzonderlijke aangifte voldoende steun moeten vinden in het strafdossier.
De rechtbank ziet zich thans gesteld voor de vraag of verdachte -al dan niet als medepleger- betrokken is geweest bij de oplichting, diefstal met valse sleutels en computervredebreuk ten aanzien van de afzonderlijke aangevers.
Ten aanzien van aangeefster [slachtoffer] blijkt uit het strafdossier dat zij werd gebeld door twee verschillende telefoonnummers, namelijk [telefoonnummer] en [telefoonnummer] . Het telefoonnummer [telefoonnummer] was gekoppeld aan meerdere Nokiatoestellen. Aangeefster is door deze Nokiatoestellen gebeld. Het telefoonnummer was in die periode ook kort gekoppeld aan een iPhone 13. Uit tapgesprekken bleek dat er meerdere gesprekken plaatsvonden tussen dit telefoonnummer en [naam] , de moeder van verdachte. De gebruiker, kennelijk een man, noemt haar mama. Ook werd de zus van verdachte meerdere malen door dit telefoonnummer gebeld. De rechtbank leidt hieruit af dat het niet anders kan zijn dan dat verdachte in die periode de gebruiker is geweest van deze iPhone 13, zeker nu verdachte hiervoor geen ontzenuwende verklaring heeft gegeven. In diezelfde periode werd het telefoonnummer ook gebruikt voor diverse oplichtgesprekken met aangeefster [slachtoffer] . Naar het oordeel van de rechtbank schreeuwen deze omstandigheden om een verklaring. Verdachte heeft ter terechtzitting echter alle betrokkenheid ontkend; hij heeft voor het bovenstaande geen verklaring gegeven. Daarnaast heeft medeverdachte [medeverdachte] verklaard dat hij heeft gepind voor verdachte en [medeverdachte] (waarmee hij kennelijk medeverdachte [medeverdachte] bedoelt) en dat zij degenen waren die belden. Naar het oordeel van de rechtbank is hiermee komen vast te staan dat verdachte degene is geweest die [slachtoffer] heeft opgelicht en computervredebreuk heeft gepleegd, alsmede als medepleger de diefstal met valse sleutel heeft gepleegd. Voor het medeplegen van oplichting is te weinig wettig en overtuigend bewijs.
Aangeefster [slachtoffer] is gebeld op 20 januari 2023. Met haar bankpas waren -onder meer- twee laptops, een HP en een Lenovo, betaald bij [bedrijf] te Hoogeveen. Medeverdachte [medeverdachte] is op de camerabeelden van [bedrijf] Hoogeveen herkend. Op de beelden was te zien dat hij twee dozen afrekende bij [bedrijf] te Hoogeveen.
Verbalisanten hebben op 30 januari 2023 een Volkswagen Polo met kenteken [kenteken] geobserveerd. Op 30 januari 2023 is deze Volkswagen gezien bij [bedrijf] , aan de [adres] . Verdachte is als bestuurder op de camerabeelden herkend, waarbij een SKDB-foto voor de vergelijking is gebruikt. Daarnaast is de Volkswagen gezien bij [bedrijf] te Emmen en aan het [adres] te Arnhem. Uit de observaties blijkt dat telkens dezelfde man de bestuurder was. Naar het oordeel van de rechtbank staat hiermee vast dat verdachte op 30 januari 2023 de bestuurder was van deze Volkswagen. Door middel van IMSInummervergaring is op alle drie de locaties gezien dat er in de nabijheid een telefoon aanwezig was met [telefoonnummer] . Bij de aanhouding van verdachte op 12 april 2023 is diezelfde telefoon onder verdachte in beslag genomen. De telefoon lag in de middenconsole van de auto waarin verdachte als bestuurder zat, terwijl er op het moment van de aanhouding een oproep gaande was. De rechtbank leidt hieruit af dat verdachte zowel op 30 januari 2023 als bij zijn aanhouding die telefoon onder zich had. Uit tapgegevens is gebleken dat aangeefster [slachtoffer] op 20 januari 2023, slechts tien dagen voordat verdachte dit toestel onder zich had, een groot aantal keren is gebeld door een telefoon met hetzelfde IMEI-nummer. Naar het oordeel van de rechtbank is het aannemelijk dat verdachte dit toestel op 20 januari 2023 ook onder zich had, omdat niet gebleken dat er ook andere telefoonnummers zijn gekoppeld aan dit IMEI-nummer of dat anderen -buiten verdachte om- van dit toestel gebruik hebben gemaakt.
Voorts zijn er tapgesprekken beluisterd van het telefoonnummer [telefoonnummer] . De gebruiker van dit telefoonnummer wordt telkens [verdachte] genoemd. Het telefoonnummer was afgegeven aan de moeder van verdachte. Naar het oordeel van de rechtbank kan hieruit worden afgeleid dat dit telefoonnummer in gebruik was bij verdachte. Voorts bleek uit tapgegevens dat [telefoonnummer] , de telefoon van verdachte, werd gebeld door het nummer [telefoonnummer] . Uit onderzoek is gebleken dat dit nummer in gebruik was bij medeverdachte [medeverdachte] . In een telefoongesprek van 20 januari 2023 tussen deze twee telefoonnummers werd gesproken over twee laptops. Het lijkt, gelet op het taalgebruik, te gaan om een verhit gesprek. Vervolgens, één dag later, belt het toestel van verdachte met een ander toestel, waarin de gebruiker van [telefoonnummer] een nieuwe HP laptop en een Lenovo aanbiedt.
De rechtbank leidt hieruit af dat medeverdachte [medeverdachte] , die twee dozen afrekent op 20 januari 2023, daarna belt met verdachte en spreekt over twee laptops. Eén dag later biedt verdachte twee nieuwe laptops aan; een HP en een Lenovo. Naar het oordeel van de rechtbank kan het niet anders zijn dan dat dit gesprek gaat over de twee laptops die zijn betaald met de bankpas van aangeefster [slachtoffer] , zeker nu een ontzenuwende verklaring van verdachte is uitgebleven.
Al deze omstandigheden schreeuwen naar het oordeel van de rechtbank om een verklaring. Een verklaring van verdachte is echter uitgebleven. Naar het oordeel van de rechtbank kan het daarom niet anders zijn dan dat verdachte degene is geweest die heeft gebeld met aangeefster [slachtoffer] en haar heeft opgelicht. De ten laste gelegde oplichting, alsmede het medeplegen van diefstal met valse sleutel, is in zoverre bewezen. Naar het oordeel van de rechtbank is niet bewezen dat verdachte de oplichting tezamen en in vereniging met anderen heeft gepleegd. Van dit bestanddeel zal verdachte worden vrijgesproken.
Aangeefster [slachtoffer] is op 18 februari 2022 gebeld. Er bleek daarna driemaal een geldbedrag gepind te zijn bij de Geldmaat pinautomaat te Heerlen. Op de beelden is medeverdachte [medeverdachte] herkend. Voorts is op zijn kamer een bankpas op naam van aangeefster aangetroffen. Medeverdachte [medeverdachte] heeft een bekennende verklaring afgelegd en heeft verklaard dat hij meermalen heeft gepind voor verdachte en medeverdachte [medeverdachte] . Hij heeft daarnaast verklaard dat verdachte en medeverdachte [medeverdachte] belden. De pincode had hij doorgekregen van verdachte.
Zoals hiervoor reeds overwogen, acht de rechtbank deze verklaring van medeverdachte [medeverdachte] geloofwaardig. Naar het oordeel van de rechtbank is hiermee komen vast te staan dat verdachte aangeefster [slachtoffer] heeft opgelicht en als medepleger betrokken is geweest bij de diefstal met valse sleutel. Het ten laste gelegde is in zoverre bewezen. Voor het medeplegen van oplichting is te weinig bewijs.
Aangever [slachtoffer] heeft verklaard dat hij op 2 maart 2023 werd gebeld. Er is een tap aangesloten op de telefoon met [telefoonnummer] . Van deze telefoon heeft de rechtbank reeds in haar overwegingen ten aanzien van aangeefster [slachtoffer] vastgesteld dat verdachte de gebruiker was. Hij heeft deze telefoon namelijk op 30 januari 2023 en op 12 april 2023 onder zich gehad. Op 2 maart 2023 hebben gesprekken plaatsgevonden tussen dit toestel en het telefoonnummer [telefoonnummer] , behorend bij aangever [slachtoffer] . Verbalisant [verbalisant] heeft de getapte gesprekken teruggeluisterd. Hierbij is telkens de stem van verdachte herkend als degene die zich in de gesprekken voorstelt als [naam] . De rechtbank acht deze stemherkenning in het verlengde van het hiervoor met betrekking tot de stemherkenningen overwogene betrouwbaar, nu verdachte in die periode deze telefoon ook onder zich heeft gehad. Niet gebleken is dat iemand anders -anders dan in afstemming met verdachte- gebruik heeft gemaakt van dit toestel. De stemherkenning wordt in zoverre ondersteund door observaties van verbalisanten en door de IMSI-nummervergaring. Naar het oordeel van de rechtbank is hiermee komen vast te staan dat verdachte aangever [slachtoffer] heeft gebeld.
Medeverdachte [medeverdachte] is herkend als degene die geldbedragen pinde bij de Geldmaat. [medeverdachte] heeft verklaard dat hij meermalen heeft gepind voor verdachte. De met oplichting verkregen gelden zijn gepind door medeverdachte [medeverdachte] , die heeft verklaard dat hij dit telkens deed met hulp van en in opdracht van verdachte. De ten laste gelegde oplichting, alsmede het medeplegen van diefstal met valse sleutel, is in zoverre bewezen. Naar het oordeel van de rechtbank is niet bewezen dat verdachte de oplichting tezamen en in vereniging met anderen heeft gepleegd. Van dit bestanddeel zal verdachte worden vrijgesproken.
Aangeefster [slachtoffer] is op 10 maart 2023 gebeld en kreeg een man aan de telefoon die zei dat hij van ABN-AMRO was, die zich voorstelde als [naam] . Verbalisant [verbalisant] heeft de tapgesprekken beluisterd en uitgewerkt. Verbalisanten [verbalisant] en [verbalisant] hebben, na de aanhouding, de tapgesprekken nogmaals beluisterd. Zij herkenden de stem van de man die zich voorstelde als [naam] als de stem van verdachte. Voorts hebben zij onder meer de tapsessie 1604 beluisterd. Zij herkenden de stem van deze [naam] als de stem van verdachte.
Aangeefster is gebeld door een telefoonnummer dat was gekoppeld aan een telefoontoestel met
[telefoonnummer] ; hetzelfde toestel dat verdachte op 30 januari 2023 en 12 april 2023 onder zich had. Verdachte is kennelijk de gebruiker van deze telefoon geweest. Naar het oordeel van de rechtbank worden de stemherkenningen dan ook voldoende ondersteund door andere bewijsmiddelen. Naar het oordeel van de rechtbank staat hiermee vast dat verdachte degene is geweest die naar aangeefster [slachtoffer] heeft gebeld en daarmee de oplichtingshandelingen heeft verricht.
Gebleken is dat er (al dan niet mislukte) pintransacties hebben plaatsgevonden bij de Geldmaat aan het
Binnenhof te Almelo. Verbalisanten hebben de camerabeelden van de Geldmaat aan het Binnenhof te
Almelo bekeken en hebben een man bij de pinautomaat handelingen zien verrichten. Medeverdachte [medeverdachte] is herkend als degene die deze handelingen verrichtte. De met oplichting verkregen gelden zijn aldus gepind door medeverdachte [medeverdachte] , die in het algemeen heeft verklaard dat hij dit telkens deed met hulp van en in opdracht van verdachte. Medeverdachte [medeverdachte] heeft verklaard dat hij meerdere malen klusjes had gedaan voor verdachte. De ten laste gelegde oplichting is in zoverre bewezen. Naar het oordeel van de rechtbank is niet bewezen dat verdachte de oplichting tezamen en in vereniging met anderen heeft gepleegd. Van dit bestanddeel zal verdachte worden vrijgesproken.
Aangeefster [slachtoffer] is op 14 maart 2023 gebeld door een zogenaamde bankmedewerker. Verbalisanten hebben ook hier de diverse tapgesprekken beschreven. Dit betreffen gesprekken van een tap die was aangesloten op een telefoon met [telefoonnummer] . Dit betreft hetzelfde toestel als in de zaken betreffende aangevers [slachtoffer] , [slachtoffer] en [slachtoffer] . De rechtbank heeft hiervoor reeds overwogen dat verdachte als gebruiker van dit toestel moet worden aangemerkt.
Op 14,15 en 16 maart 2023 hebben er telefoongesprekken plaatsgevonden tussen het nummer behorend bij dat toestel en het telefoonnummer van aangeefster [slachtoffer] . De gesprekken die zijn beschreven moeten naar het oordeel van de rechtbank worden aangemerkt als oplichtgesprekken. Verbalisanten [verbalisant] en [verbalisant] hebben een aantal getapte gesprekken beluisterd en herkenden de stem van [naam] als de stem van verdachte [verdachte] . Verbalisanten Korte en [verbalisant] hebben eveneens tapgesprekken beluisterd en concludeerden dat de stem van verdachte overeenkomt met de stem van degene die zich voorstelt als [naam] .
Naar het oordeel van de rechtbank worden de stemherkenningen in de tapgesprekken ondersteund door de verklaring van medeverdachte [medeverdachte] , die heeft verklaard dat hij voor [verdachte] en [medeverdachte] (met deze laatste bedoelt hij kennelijk medeverdachte [medeverdachte] ) heeft gepind. Zij zaten met zijn drieën in de auto, aldus medeverdachte [medeverdachte] . Hij heeft de pinpas ontvangen van degene die belde, dit was [verdachte] of [medeverdachte] . Naar het oordeel van de rechtbank blijkt uit deze verklaring dat verdachten samen optrokken. Nu een ontzenuwende verklaring van verdachte is uitgebleven, staat naar het oordeel van de rechtbank vast dat verdachte één van de bellers is geweest en daarmee als medepleger de oplichtingshandelingen heeft verricht. Het ten laste gelegde is in zoverre bewezen.
Aangever [slachtoffer] is op 29 december 2022 gebeld. Diezelfde dag is een bedrag gepind bij een geldautomaat in [plaats] . Gebleken was dat rond dezelfde tijd een opvallende auto voorzien van het kenteken [kenteken] , [plaats] was ingereden. Uit de beschrijving van de camerabeelden blijkt dat een Volkswagen met het kenteken [kenteken] is gezien bij een Shell pompstation, op de mogelijke rijroute tussen de woning van aangever [slachtoffer] en de geldautomaat te [plaats] . Gebleken is reeds dat verdachte een maand later als bestuurder van hetzelfde voertuig is gesignaleerd.
Aangever werd door het toestel met IMEI-nummer [telefoonnummer] gebeld. Er is een printertap aangesloten onder TA006, waaruit blijkt dat de beller dezelfde reisbeweging maakte als het toestel dat onder taplijn TA003; het toestel waarvan verdachte de gebruiker was. Naar het oordeel van de rechtbank kan hieruit worden afgeleid dat verdachte zich op 29 december 2022 in de nabijheid van aangever heeft bevonden en dat hij dezelfde reisroute heeft gemaakt als het toestel dat is gebruikt voor de oplichtgesprekken.
Verder volgt uit de bewijsmiddelen dat verdachte op 29 december 2022 ene [medeverdachte] vraagt iets te doen wat heel belangrijk is. [medeverdachte] moet een pakketje ophalen en aan verdachte overhandigen. Hij zou daar 100 euro voor krijgen. Een dag later, op 30 december 2022, vindt een telefoongesprek plaats waarin verdachte zegt: ja die 2 keer, zelfde als vannacht en dat hij eerst op gaat staan en vervolgens die vis zou bellen. Vervolgens blijkt dat aangever [slachtoffer] om 10.25 uur wordt gebeld door toestel TA003.
Naar het oordeel van de rechtbank schreeuwen al deze omstandigheden om een verklaring van verdachte. Een verklaring van verachte is echter uitgebleven, zodat verdachte naar het oordeel van de rechtbank verantwoordelijk moet worden gehouden voor de oplichting en het medeplegen van diefstal met valse sleutels. Het ten laste gelegde is in zoverre bewezen. Ook de ten laste gelegde computervredebreuk acht de rechtbank bewezen, nu uit de aangifte volgt dat verdachte toegang heeft gehad tot de bankieromgeving van aangever.
Aangever [slachtoffer] is op 4 april 2023 gebeld. Uit tapgegevens van het telefoontoestel met het
[telefoonnummer] blijkt dat er op die dag telefoongesprekken hebben plaatsgevonden tussen dit toestel en het toestel van aangever [slachtoffer] . Zoals eerder overwogen, moet verdachte worden aangemerkt als gebruiker van dit toestel. Slechts een week later is verdachte aangehouden en is de telefoon met dit IMEInummer onder hem in beslag genomen.
Uit de beschrijving van de tapgesprekken blijkt naar het oordeel van de rechtbank dat het gaat om oplichtgesprekken. De stem van degene die zich voorstelt als [naam] is telkens door verbalisant [verbalisant] herkend als de stem van verdachte. Naar het oordeel van de rechtbank vindt deze stemherkenning voldoende steun in het dossier, nu is gebleken dat verdachte de gebruiker is geweest van het telefoontoestel waarmee is gebeld.
Daarnaast zijn er Telegramgesprekken aangetroffen in de telefoon van medeverdachte [medeverdachte] , waarin kennelijk wordt gesproken over mislukte pintransacties. Het betreft een gesprek tussen het account van de gebruiker, medeverdachte [medeverdachte] , en een gebruiker genaamd ' [naam] '. Deze ' [naam] ' bleek gekoppeld te zijn aan het telefoonnummer [telefoonnummer] ; een telefoonnummer dat, zoals hiervoor reeds overwogen, aan verdachte moet worden toegeschreven. Uit de gesprekken kan worden afgeleid dat deze [naam] instructies geeft aan [medeverdachte] . De tijdstippen op de verzonden screenshots komen overeen met de tijdstippen van de mislukte pintransacties. Naar het oordeel van de rechtbank kan hieruit worden afgeleid dat verdachte en medeverdachte [medeverdachte] contact hebben gehad over het uitwinnen van de met oplichting verkregen gelden, waarbij verdachte instructies heeft gegeven aan medeverdachte [medeverdachte] en medeverdachte [medeverdachte] telkens verantwoording aflegt van zijn handelingen aan verdachte.
De ten laste gelegde oplichting, alsmede het medeplegen van diefstal met valse sleutel, is daarom in zoverre bewezen. Naar het oordeel van de rechtbank is niet bewezen dat verdachte de oplichting tezamen en in vereniging met anderen heeft gepleegd. Van dit bestanddeel zal verdachte worden vrijgesproken.
Op de iPhone 13 Pro, die tijdens de aanhouding op 12 april 2023 onder verdachte in beslag is genomen, zijn leadslijsten aangetroffen, alsmede een belscript voor bankhelpdeskfraudegesprekken en een Duitstalige standaardtekst voor phishing smsjes. Verdachte heeft tijdens zijn verhoor bij de politie, maar ook ter terechtzitting van 11 maart 2024 verklaard dat hij leadslijsten had gekocht. Verdachte heeft echter verklaard dat hij de gegevens had gekocht omdat hij als zzp-er voor het callcenter van zijn oom werkte. Deze verklaring van verdachte acht de rechtbank zeer ongeloofwaardig en zal de rechtbank terzijde schuiven. Uit het strafdossier blijkt dat verdachte zich heeft beziggehouden met zogenoemde bankhelpdeskfraude. De in zijn telefoon aangetroffen leadslijsten moeten daarom worden geacht te zijn aangeschaft met het doel om dergelijke misdrijven te plegen; ook de andere aangetroffen gegevens moeten daartoe bestemd zijn geweest.
De rechtbank acht het onder 5 ten laste gelegde niet wettig en overtuigend bewezen, zodat verdachte hiervan zal worden vrijgesproken. De rechtbank overweegt hiertoe als volgt.
Onder organisatie wordt verstaan een samenwerkingsverband, met een zekere duurzaamheid en structuur, tussen de verdachte en ten minste één andere persoon. Er is een zeker tijdsverloop van het samenwerkingsverband vereist. Gemeenschappelijk optreden tegenover derden kan een indicatie zijn voor het bestaan van een organisatie als bedoeld in artikel 140 van het Wetboek van Strafrecht. Voor structuur is geen hiërarchie vereist.
Inherent aan bankhelpdeskfraude is een aanzienlijke mate van organisatie. De aangevers zijn gebeld. Verder zijn de pincodes afhandig gemaakt, zijn de bankpassen bij de aangevers thuis opgehaald, is er ingelogd in de internetbankierenomgeving van de aangevers, zijn geldbedragen overgeschreven van spaarrekeningen naar lopende rekeningen en zijn opnamelimieten verhoogd. Vervolgens is met de bankpassen geld gepind en/of zijn goederen met de bankpassen aangeschaft. De verdachten hadden hierbij een duidelijke rolverdeling. Deze handelswijze vergt een planmatige aanpak, intensieve samenwerking en duidelijke afstemming tussen de betrokken personen.
De rechtbank is van oordeel dat ten aanzien van medeverdachte [medeverdachte] in de meeste gevallen onvoldoende wettig en overtuigend bewijs in het dossier voorhanden is voor zijn betrokkenheid bij in het kort de bankhelpdeskfraude. Hoewel zijn naam in het dossier vaak naar voren komt in relatie tot de bankhelpdeskfraude, is dit naar het oordeel van de rechtbank onvoldoende om vast te stellen dat sprake is geweest van een criminele organisatie, bestaande uit verdachte en medeverdachte [medeverdachte] . Medeverdachte [medeverdachte] is weliswaar als medepleger betrokken geweest bij de diefstallen met valse sleutel, maar niet als medepleger bij de oplichtingshandelingen betrokken geweest. Al met al is er onvoldoende bewijs voor het deelnemen aan een criminele organisatie, zodat verdachte van het onder 5 ten laste gelegde zal worden vrijgesproken.
De rechtbank acht het onder 1, 2, 3 en 4 ten laste gelegde wettig en overtuigend bewezen, met dien verstande dat:
1. hij, op meerdere tijdstippen in de periode van 18 februari 2022 tot en met 4 april 2023 te Breda en Rijssen, telkens tezamen en in vereniging met een of meer anderen, meermalen, om zich wederrechtelijk te bevoordelen, door het aannemen van een valse hoedanigheid en door een samenweefsel van verdichtsels meerdere personen/aangevers, te weten
- [ [slachtoffer] ,en:
hij, op meerdere tijdstippen in de periode van 18 februari 2022 tot en met 4 april 2023 te Hoogeveen, Heerlen, Appingedam, Almelo, [plaats] en Apeldoorn, meermalen, om zich wederrechtelijk te bevoordelen, door het aannemen van een valse hoedanigheid en door een samenweefsel van verdichtsels meerdere personen/aangevers, te weten
  • [slachtoffer]
  • [slachtoffer]
  • [slachtoffer]
  • [slachtoffer]
  • [slachtoffer]
  • [slachtoffer]
  • [slachtoffer] , heeft bewogen tot
  • afgifte van enig goed, te weten een of meer bankpassen en/of creditcards, en
  • het ter beschikking stellen van gegevens, te weten onder meer pincodes voor betaalpassen en/oftoegangscodes en/of inloggegevens voor internetbankieren en/of gegevens van de identifier behorende bij een of meer banken, door valselijk - zakelijk weergegeven -
  • contact op te nemen met voornoemde personen/aangevers, daarbij gebruikmakend van verdachtes en/ofmedeverdachtes valse hoedanigheid van medewerker (van de fraudedesk) van een bank en in deze gesprekken de genoemde personen/aangevers voor te houden dat een adreswijziging is doorgegeven en/of op dit nieuwe adres een bankpas en pincode is aangevraagd, hun bankrekening is gehackt door cybercriminelen en/of sprake was van een (criminele) cyberaanval, (vanuit het buitenland) geld was afgeschreven en/of gepoogd werd (vanuit het buitenland) geld af te schrijven van hun bankrekening en/of op een andere wijze de personen/aangevers werd voorgehouden dat er een probleem was met de bankrekening en dat hij, verdachte en/of zijn medeverdachte, hun zou helpen het probleem te verhelpen, en/of
  • verdachte en/of medeverdachte de controle over hun computer te geven door middel van eencomputerprogramma, al dan niet via Anydesk of een andere 'Remote Acces Tool', en/of
  • (vervolgens) aangevers te instrueren in te loggen in de internetbankieromgeving en (vervolgens) teinstrueren tot het verhogen van de opnamelimiet en/of daglimiet van de bankrekening en/of geld over te boeken van de spaarrekening naar de betaalrekening, en/of
  • en aangevers te instrueren verificatie- en/of pincodes door te geven waarmee toegang kon wordenverkregen tot de bankrekeningen en/of internetbankieromgeving, waardoor verdachte en/of medeverdachte (vervolgens) toegang verkregen tot de internetbankierenomgeving van aangevers en/of bankrekening(en) van andere personen of bedrijven tot wiens bankrekening aangever(s) gemachtigd was/waren, en/of verdachte en/of medeverdachte (vervolgens) van deze toegang gebruik maakte door de opnamelimiet en/of daglimiet van de bankrekening te verhogen, en/of
  • in een aantal gevallen aangevers te instrueren te bellen met de bank om de bankrekening tedeblokkeren, en/of aangevers te instrueren verder geen contact op te nemen met de buitenwereld, en/of - aangevers te instrueren bankpassen en/of creditcards en pincodes ter veiligstelling af te geven aan de zogenaamde fraudehelpdeskmedewerkers en/of medewerkers van de recherche/politie, waardoor die aangevers werden bewogen tot voornoemde afgifte en het voornoemde ter beschikking stellen;
2.
hij, op meerdere tijdstippen, in de periode van 18 februari 2022 tot en met 4 april 2023 te Hoogeveen, Heerlen, Breda, Appingedam, [plaats] en Apeldoorn, telkens tezamen en in vereniging met een ander, meermalen, de na te noemen geldbedragen die aan anderen toebehoorden, te weten:
  • [slachtoffer] , in totaal 2.547,97,
  • [slachtoffer] , in totaal 5.094,56,
  • [slachtoffer] , 27.440,-,
  • [slachtoffer] , in totaal 3.500,-,
  • [slachtoffer] , in totaal 5.000,-, en- [slachtoffer] , in totaal 4.000,-, heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte en zijn mededader het weg te nemen geld onder hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van een valse sleutel, te weten via bankhelpdeskfraude en oplichting verkregen bankpassen en creditcards en pin- en/of verificatiecodes, met welke bankpassen en creditcards en gegevens vervolgens door verdachte en zijn medeverdachte contante opnamen zijn gedaan van de bankrekeningen van voornoemde aangevers en hiermee betalingen zijn gedaan;
3.
hij, op meer tijdstippen, in de periode van 2 november 2022 tot en met 29 december 2022 te Breda en [plaats] , meermalen, opzettelijk en wederrechtelijk in (een gedeelte van) een geautomatiseerd werk, te weten een webserver van een bank met daarop het internetbankieren(account) van aangevers en de computersystemen van aangevers, te weten [slachtoffer] en [slachtoffer] is binnengedrongen, door het aannemen van een valse hoedanigheid, te weten door aangevers onder valse voorwendselen te bewegen tot het installeren van 'Anydesk' of een andere 'Remote Acces Tool' op zijn/haar computersysteem, waardoor hij, verdachte toegang verkreeg/verkregen tot de computersystemen van die aangevers en de zich daarop bevindende online bankrekeningen/online bankierenpaginas;
4.
hij, op 12 april 2023, te Emmen, althans in Nederland, stoffen, voorwerpen en/of gegevens, te weten
- diverse leads(lijsten), waaronder de bestanden Barro mix.xlsx, Green 1k.xlsx, Green 5.xlsx, green
1k.xisx, RABO 2000-2023.x1sx, uRoot#Split83828-barro243.x1sx, uRoot#Split19384-barro250, 0000001_Carved.xls en/of 0000002_Carved.xlsx, elk bevattende persoonsgegevens van een groot aantal personen, aangetroffen op de iPhone 13 van verdachte, en
  • een belscript met hierin een beschrijving van/standaardtekst voor een (bankhelpdeskfraude)gesprek,aangetroffen op de iPhone 13 van verdachte, en
  • een standaard tekst (in het Duits) voor phishing sms'jes, aangetroffen op de iPhone 13 van verdachte,voorhanden heeft gehad, waarvan verdachte wist dat die bestemd waren tot het plegen van een misdrijf omschreven in een van de artikelen 310, 311, 312, 317, 321 en 326 van het Wetboek van Strafrecht, voor zover deze feiten betrekking hebben op de verkrijging van een niet-contant betaalinstrument.
Verdachte zal van het meer of anders ten laste gelegde worden vrijgesproken, aangezien de rechtbank dat niet bewezen acht.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. Verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.
Het bewezen verklaarde levert op:
medeplegen van) oplichting, meermalen gepleegd;
medeplegen van diefstal met valse sleutels, meermalen gepleegd;
computervredebreuk, meermalen gepleegd;
gegevens voorhanden hebben waarvan hij weet dat zij bestemd zijntot het plegen van een in 310, 311, 312, 317, 321 en 326 van het Wetboek van Strafrecht omschreven misdrijf.
Deze feiten zijn strafbaar nu geen omstandigheden aannemelijk zijn geworden die de strafbaarheid uitsluiten.
De rechtbank acht verdachte strafbaar nu niet van enige strafuitsluitingsgrond is gebleken.
Vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte wordt veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 48 maanden.
Standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft primair integrale vrijspraak bepleit. Subsidiair heeft zij verzocht te volstaan met oplegging van een gevangenisstraf waarvan het onvoorwaardelijk deel de reeds ondergane voorlopige hechtenis niet te boven gaat.
Oordeel van de rechtbank
Bij de bepaling van de straf heeft de rechtbank rekening gehouden met de aard en de ernst van het bewezen en strafbaar verklaarde, de omstandigheden waaronder dit is begaan, de persoon van verdachte zoals deze naar voren is gekomen uit het onderzoek ter terechtzitting, de rapportages van de reclassering, het Pro Justitia rapport van 25 oktober 2023, opgemaakt door mw. drs. D. Breuker, forensisch GZpsycholoog, en het uittreksel uit de justitiële documentatie, alsmede de vordering van de officier van justitie en het pleidooi van de verdediging.
De rechtbank heeft in het bijzonder het volgende in aanmerking genomen.
Verdachte heeft zich (deels met anderen) gedurende een periode van meer dan een jaar schuldig gemaakt aan bankhelpdeskfraude, waarbij acht personen zijn gedupeerd met een totaal schadebedrag van bijna 50.000,-. Verdachte (en zijn medeverdachte) hebben zich in telefoongesprekken voorgedaan als een bankmedewerker en gezegd dat er een probleem was met hun bankrekening. De slachtoffers moesten hun pinpassen en creditcards, met bijbehorende codes, afgeven aan een koerier. Een aantal slachtoffers moest een tool installeren op hun computer of tablet, waarna de valse bankmedewerker kon meekijken. Er werden vervolgens bedragen overgeschreven naar een andere bankrekening, waar de slachtoffers geen toegang toe hadden. Daarnaast had verdachte lijsten met gegevens (zogenaamde leads) en belscripts voorhanden die veelal in het criminele circuit worden gebruikt voor het plegen van dergelijke feiten.
Bankhelpdeskfraude is een steeds meer voorkomende vorm van criminaliteit die voor verdachten op relatief gemakkelijke wijze zeer lucratief kan zijn. Verdachte en zijn medeverdachten hebben hiermee een spoor van vernieling achtergelaten en zij hebben misbruik gemaakt van het gewekte vertrouwen bij slachtoffers veelal mensen op leeftijd-, die dachten dat zij op deze wijze konden voorkomen dat zij veel geld zouden kwijtraken. Het tegendeel bleek waar. Hierdoor is hun vertrouwen in het online handelsverkeer geschaad. Verdachte heeft enkel uit financieel gewin gehandeld. Er is op geen enkele wijze oog geweest voor de kwetsbaarheid en de belangen van de slachtoffers. De rechtbank rekent verdachte dit aan.
Verdachte heeft tegen beter weten in alle betrokkenheid ontkend. Hoewel het iedere verdachte vrij staat om zijn eigen proceshouding te bepalen, rekent de rechtbank het verdachte aan dat hij geen enkele verantwoordelijkheid heeft genomen voor zijn daden en de gevolgen voor de slachtoffers.
De rechtbank heeft bij het bepalen van de straf voorts rekening gehouden met opgelegde straffen in soortgelijke zaken, waaronder de uitspraken die zijn genoemd door de officier van justitie. Daarbij merkt de rechtbank op dat het in de door de officier van justitie genoemde uitspraken gaat om zaken met een doorgaans veel grotere schadeomvang. Dat heeft tot gevolg dat de rechtbank ook in aanzienlijke mate zal afwijken van de strafeis.
De rechtbank heeft tevens in aanmerking genomen dat verdachte niet eerder onherroepelijk is veroordeeld voor soortgelijke strafbare feiten.
Uit de rapportages van de reclassering blijkt dat er zorgen bestaan over de houding, het sociale netwerk en de gewetensontwikkeling van verdachte. Verdachte heeft zijn leven ogenschijnlijk goed op orde: hij werkt als acteur en heeft daarnaast ander werk, heeft huisvesting, er zijn geen schulden en er is geen sprake van middelenproblematiek. Dit heeft verdachte echter niet kunnen weerhouden van het plegen van bankhelpdeskfraude. Onderzoek door het NIFP was wenselijk. Hoewel het onderdeel was van de schorsingsvoorwaarden, heeft verdachte slechts zeer beperkt meegewerkt aan diagnostisch onderzoek. Op basis van de beschikbare informatie vertoont verdachte trekken van een nog onrijpe of narcistische persoonlijkheidsontwikkeling met antisociale trekken. Doordat verdachte slechts zeer beperkt heeft meegewerkt aan dit onderzoek, is er geen advies voor behandeling. De rechtbank ziet hierdoor, maar zeker ook door de proceshouding van verdachte, geen enkele andere mogelijkheid dan kale afstraffing, waarbij vergelding op de voorgrond staat. Alles afwegende acht de rechtbank een onvoorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van 24 maanden, met aftrek van de reeds ondergane voorlopige hechtenis, passend en geboden.
Tenuitvoerlegging van de op te leggen gevangenisstraf zal volledig plaatsvinden binnen de penitentiaire inrichting, tot het moment dat aan verdachte voorwaardelijke invrijheidstelling wordt verleend als bedoeld in artikel 6:2:10 van het Wetboek van Strafvordering.
De rechtbank heeft daarnaast in het kader van de voorlopige hechtenis opnieuw de belangen van strafvordering afgewogen tegen de persoonlijke belangen van verdachte. Naar het oordeel van de rechtbank prevaleren thans nu uitspraak wordt gedaan in de strafzaak de belangen van strafvordering. De rechtbank zal daarom de schorsing van de voorlopige hechtenis opheffen.
De volgende personen hebben zich als benadeelde partij in het strafproces gevoegd met een vordering tot schadevergoeding:
[slachtoffer] , tot een bedrag van 1.051,92 ter zake van materiële schade, vermeerderd met wettelijkerente vanaf de datum waarop de schade is ontstaan;
[slachtoffer] , tot een bedrag van 4.000,- ter vergoeding van materiële schade, vermeerderd metwettelijke rente vanaf de datum waarop de schade is ontstaan;
ABN AMRO Bank N.V., tot een bedrag van 44.537,97 ter vergoeding van materiële schade, en 960,- tervergoeding van onderzoekskosten, vermeerderd met wettelijke rente vanaf de datum waarop de schade is ontstaan.
Standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft zich ten aanzien van benadeelde partij [slachtoffer] op het standpunt gesteld dat de vordering kan worden toegewezen voor 900,-, nu dit een deel van het schadebedrag is waarvoor zij is opgelicht en dit deel daarvan niet is vergoed. De overige schade ziet op reiskosten, maar nu zij niet ter terechtzitting is verschenen, moet dit bedrag worden afgewezen. Voorts dient de schadevergoedingsmaatregel te worden opgelegd ten behoeve van de benadeelde partij.
Ten aanzien van benadeelde partij [slachtoffer] heeft hij zich op het standpunt gesteld dat de vordering volledig kan worden toegewezen, met oplegging van de schadevergoedingsmaatregel.
Ten aanzien van de benadeelde partij ABN AMRO Bank N.V. heeft de officier van justitie zich op het standpunt gesteld dat de vordering toewijsbaar is voor zover de vordering ziet op vergoeding van de schade van aangevers. De onderzoekskosten zijn onvoldoende onderbouwd, zodat de vordering voor dit gedeelte moet worden afgewezen, aldus de officier van justitie.
Standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft primair integrale vrijspraak bepleit, en om die reden zich op het standpunt gesteld dat de benadeelde partijen niet-ontvankelijk moeten worden verklaard in hun vorderingen.
Subsidiair heeft zij ten aanzien van benadeelde partij [slachtoffer] aangevoerd dat er onduidelijkheid bestaat over de ondertekening van de vordering.
Zij heeft ten aanzien van benadeelde partij [slachtoffer] aangevoerd dat de vordering niet is onderbouwd.
Ten aanzien van de vordering van ABN-AMRO heeft zij aangevoerd dat de vordering onvoldoende is onderbouwd.
Oordeel van de rechtbank
Naar het oordeel van de rechtbank is voldoende aannemelijk dat de benadeelde partij de gestelde schade heeft geleden voor zover de vordering ziet op de schade als gevolg van de bankhelpdeskfraude en dat deze schade een rechtstreeks gevolg is van het onder 1, 2 en 3 bewezen verklaarde. De vordering, waarvan de hoogte onvoldoende door verdachte is betwist, zal daarom worden toegewezen, vermeerderd met wettelijke rente vanaf 10 november 2022. De gevorderde 151,92 ter vergoeding van de reiskosten voor de zitting wijst de rechtbank af, omdat de benadeelde partij niet ter terechtzitting is verschenen.
Nu de aansprakelijkheid van verdachte vaststaat, zal de rechtbank de schadevergoedingsmaatregel opleggen om te bevorderen dat verdachte de schade zal vergoeden.
Naar het oordeel van de rechtbank is voldoende aannemelijk dat de benadeelde partij de gestelde schade heeft geleden en dat deze schade een rechtstreeks gevolg is van het onder 1 en 2 bewezen verklaarde. De vordering, waarvan de hoogte onvoldoende door verdachte is betwist, zal daarom worden toegewezen, vermeerderd met wettelijke rente vanaf 4 april 2023.
Nu de aansprakelijkheid van verdachte vaststaat, zal de rechtbank de schadevergoedingsmaatregel opleggen om te bevorderen dat verdachte de schade zal vergoeden.
ABN-AMRO Bank N.V. heeft zich als benadeelde partij in het strafgeding gevoegd en stelt schade te hebben geleden, bestaande uit de vergoeding van de geldbedragen aan de rekeninghouders die van hen zijn ontvreemd. Naar het oordeel van de rechtbank bestaat er in beginsel voldoende verband tussen de gestelde schade en de ten laste gelegde feiten. In zoverre is de vordering ontvankelijk (vgl.
Naar het oordeel van de rechtbank is voldoende aannemelijk dat de benadeelde partij de gestelde schade voor zover die ziet op vergoeding van de rekeninghouders zoals opgenomen in de bewezenverklaring heeft geleden en dat deze schade een rechtstreeks gevolg is van het onder 1, 2 en 3 bewezen verklaarde. De vordering, waarvan de hoogte onvoldoende door verdachte is betwist, zal daarom in zoverre worden toegewezen, vermeerderd met wettelijke rente vanaf 15 maart 2023.
De rechtbank is, met de officier van justitie, van oordeel dat de onderzoekskosten onvoldoende zijn gespecificeerd. Hoewel voldoende aannemelijk is dat er onderzoekskosten zijn gemaakt, beschikt de rechtbank over onvoldoende informatie om de hoogte daarvan te kunnen beoordelen. Schorsing van het onderzoek om de benadeelde partij de hoogte van de schade alsnog te laten aantonen, zal leiden tot een onevenredige belasting van het strafgeding en daartoe zal dan ook niet worden overgegaan. De rechtbank zal de benadeelde partij in dit deel van de vordering daarom niet ontvankelijk verklaren. Dit deel van de vordering kan slechts bij de burgerlijke rechter worden aangebracht.
Ten aanzien van ABN-AMRO acht de rechtbank oplegging van de schadevergoedingsmaatregel niet aangewezen, omdat de bank als professionele partij in staat moet worden geacht om zelf het toegewezen bedrag te incasseren.
De rechtbank stelt vast dat verdachte de feiten waarvoor een schadevergoeding wordt toegekend samen met anderen heeft gepleegd en dat zij naar civielrechtelijke maatstaven hoofdelijk aansprakelijk zijn voor de schade. De rechtbank zal daarom bepalen dat verdachte de schadevergoeding niet meer aan de benadeelde partij hoeft te betalen indien zijn medeverdachten deze al hebben betaald, en andersom.
De rechtbank zal verdachte telkens veroordelen in de kosten die de benadeelde partij tot aan deze uitspraak in verband met de vordering heeft gemaakt, tot op heden begroot op nihil, en in de kosten die de benadeelde partij ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog moet maken.
De volgende goederen zijn in beslag genomen:
STK Koptelefoon (Omschrijving: N N RAA23002_769923, zwart, merk: JABRA)
1 STK Computer (Omschrijving: PL0100-NNRAA23002_768303, Apple)
1 STK Computer (Omschrijving: PL0100-NNRAA23002_768304, MSI)
1 STK Computer (Omschrijving: PL0100-NNRAA23002_768305, Apple)
1 STK Computer (Omschrijving: PL0100-NNRAA23002_768306, ASUS Chromebook)
1 STK GSM (Omschrijving: PL0100-NNRAA23002_768307, Nokia)
1 STK GSM (Omschrijving: PL0100-NNRAA23002_768308, Apple Iphone)
1 STK GSM (Omschrijving: PL0100-NNRAA23002_768309, Samsung)
1 STK GSM (Omschrijving: PL0100-NNRAA23002_768299, Apple Iphone 13 pro)
1 STK GSM (Omschrijving: PL0100-NNRAA23002_768301, Samsung)
De rechtbank is van oordeel dat de inbeslaggenomen koptelefoon moet worden teruggegeven aan de rechthebbende, nu het belang van strafvordering zich daartegen niet verzet.
De rechtbank acht overige in beslag genomen voorwerpen vatbaar voor verbeurdverklaring nu dit voorwerpen betreffen met behulp van welke de feiten zijn begaan of voorbereid, en deze toebehoren aan verdachte.
De rechtbank heeft gelet op de artikelen 33, 33a, 36f, 47, 57, 234, 311 en 326 van het Wetboek van Strafrecht. Deze voorschriften zijn toegepast, zoals zij ten tijde van het bewezen verklaarde rechtens golden dan wel ten tijde van deze uitspraak gelden.
Verklaart niet bewezen hetgeen verdachte onder 5 is ten laste gelegd en spreekt verdachte daarvan vrij.
Verklaart het onder 1, 2, 3 en 4 ten laste gelegde bewezen, te kwalificeren en strafbaar zoals voormeld en verdachte daarvoor strafbaar.
Verklaart niet bewezen hetgeen aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan het bewezen verklaarde en spreekt verdachte daarvan vrij.
Veroordeelt verdachte tot:
Beveelt dat de tijd die de veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis heeft doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf, geheel in mindering zal worden gebracht.
Heft op het bevel tot schorsing van de voorlopige hechtenis met ingang van 9 april 2024.
Wijst de vordering van de benadeelde partij [slachtoffer] toe tot het hierna te noemen bedrag en veroordeelt verdachte hoofdelijk, aldus dat als een mededader betaalt, verdachte in zoverre zal zijn bevrijd, om aan [slachtoffer] te betalen:
  • het bedrag van 900,- (zegge: negenhonderd euro);
  • de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 10 november 2022 tot de dag van algehele voldoening;
  • de proceskosten die de benadeelde partij heeft gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging vandeze uitspraak alsnog zal maken, tot heden begroot op nihil.
Wijst de vordering van [slachtoffer] voor het overige af.
Legt aan verdachte hoofdelijk, aldus dat als een mededader betaalt verdachte in zoverre zal zijn bevrijd, de verplichting op om ten behoeve van [slachtoffer] aan de Staat te betalen een bedrag van 900,- (zegge:
negenhonderd euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 10 november 2022 tot de dag van algehele voldoening. Dit bedrag bestaat uit materiële schade.
Bepaalt dat bij gebreke van volledig verhaal van de betalingsverplichting aan de Staat gijzeling voor de duur van 18 dagen kan worden toegepast. De toepassing van gijzeling heft de betalingsverplichting niet op.
Bepaalt dat als verdachte of een mededader voldoet aan de betalingsverplichting aan de benadeelde partij of aan de Staat, verdachte in zoverre zal zijn bevrijd van de betalingsverplichting aan beiden.
Wijst de vordering van de benadeelde partij [slachtoffer] toe en veroordeelt verdachte hoofdelijk, aldus dat als een mededader betaalt, verdachte in zoverre zal zijn bevrijd, om aan [slachtoffer] te betalen:
  • het bedrag van 4.000,00 (zegge: vierduizend euro);
  • de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 4 april 2023 tot de dag van algehele voldoening;
  • de proceskosten die de benadeelde partij heeft gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging vandeze uitspraak alsnog zal maken, tot heden begroot op nihil.
Legt aan verdachte hoofdelijk, aldus dat als een mededader betaalt verdachte in zoverre zal zijn bevrijd, de verplichting op om ten behoeve van [slachtoffer] aan de Staat te betalen een bedrag van 4.000,00 (zegge: vierduizend euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 4 april 2023 tot de dag van algehele voldoening. Dit bedrag bestaat uit materiële schade.
Bepaalt dat bij gebreke van volledig verhaal van de betalingsverplichting aan de Staat gijzeling voor de duur van 50 dagen kan worden toegepast. De toepassing van gijzeling heft de betalingsverplichting niet op.
Bepaalt dat als verdachte of een mededader voldoet aan de betalingsverplichting aan de benadeelde partij of aan de Staat, verdachte in zoverre zal zijn bevrijd van de betalingsverplichting aan beiden.
Wijst de vordering van de benadeelde partij toe tot het hierna te noemen bedrag en veroordeelt verdachte hoofdelijk, aldus dat als een mededader betaalt, verdachte in zoverre zal zijn bevrijd, om aan ABN-AMRO Bank N.V. te betalen:
  • het bedrag van 42.587,97 (zegge: tweeënveertigduizendvijfhonderdzevenentachtig euro enzevenennegentig eurocent);
  • de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 15 maart 2023 tot de dag van algehele voldoening;
  • de proceskosten die de benadeelde partij heeft gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging vandeze uitspraak alsnog zal maken, tot heden begroot op nihil.
Verklaart de vordering voor het overige niet-ontvankelijk. Dit deel van de vordering kan slechts bij de burgerlijke rechter worden aangebracht.
  • 1 STK Computer (Omschrijving: PL0100-NNRAA23002_768303, Apple)
  • 1 STK Computer (Omschrijving: PL0100-NNRAA23002_768304, MSI)
  • 1 STK Computer (Omschrijving: PL0100-NNRAA23002_768305, Apple)
  • 1 STK Computer (Omschrijving: PL0100-NNRAA23002_768306, ASUS Chromebook)
  • 1 STK GSM (Omschrijving: PL0100-NNRAA23002_768307, Nokia)
  • 1 STK GSM (Omschrijving: PL0100-NNRAA23002_768308, Apple Iphone)
  • 1 STK GSM (Omschrijving: PL0100-NNRAA23002_768309, Samsung)
  • 1 STK GSM (Omschrijving: PL0100-NNRAA23002_768299, Apple Iphone 13 pro) - 1 STK GSM (Omschrijving: PL0100-NNRAA23002_768301, Samsung)
aan verdachte van de in beslag genomen en nog niet teruggegeven:
1. STK Koptelefoon (Omschrijving: N N RAA23002_769923, zwart, merk: JABRA).
Dit vonnis is gewezen door mr. H. Brouwer, voorzitter, mr. T.M.L. Wolters en mr. L.W. Janssen, rechters, bijgestaan door mr. D.H. Röben, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 9 april 2024.
Wanneer hierna wordt verwezen naar doorgenummerde dossierpaginas betreft dit delen van ambtsedige processen-verbaal, als bijlagen opgenomen bij het dossier van de Politie Noord-Nederland met BVHnummer 2023017832 (onderzoek HYENA / NNRAA23002), gesloten op 31 mei 2023, bestaande uit mappen die afzonderlijk zijn doorgenummerd.
Pagina 174 van map 6.
Pagina 175 van map 6.
Pagina 176 van map 6.
Pagina 15 van map 1.
Pagina 173 van map 6.
Pagina 15 van map 1.
Pagina 173 van map 6.
Pagina 15 van map 1.
Pagina 15 van map 1.
Pagina 19 van map 1.
Pagina 20 van map 1.
Pagina 212 van map 6.
Pagina 5 van het aanvullend proces-verbaal van verhoor verdachte [medeverdachte] .
Pagina 6 van het aanvullend proces-verbaal van verhoor verdachte [medeverdachte] .
Pagina 18 van het persoonsdossier verdachte [medeverdachte] .
Pagina 35 van map 6.
Pagina 36 van map 6.
Pagina 40 van map 6.
Pagina 41 van map 6.
Pagina 44 van map 6.
Pagina 45 van map 6.
Pagina 54 van map 6.
Pagina 55 van map 6.
Pagina 54 van map 8.
Pagina 88 van map 6.
Pagina 530 van map 8.
Pagina 88 van map 6.
Pagina 90 van map 6.
Pagina 91 van map 6.
Pagina 63 van map 6.
Pagina 66 van map 6.
Pagina 59 van map 6.
Pagina 114 van map 6.
Pagina 115 van map 6.
Pagina 130 van map 6.
Pagina 154 van map 6.
Pagina 137 van map 6.
Pagina 138 van map 6.
Pagina 139 van map 6.
Pagina 142 van map 6.
Pagina 148 van map 6.
Pagina 149 van map 6.
Pagina 150 van map 6.
Pagina 309 van map 6.
Pagina 310 van map 6.
Pagina 231 van map 6.
Pagina 169 van map 1.
Pagina 295 van map 6.
Pagina 296 van map 6.
Pagina 305 van map 6.
Pagina 337 van map 6.
Pagina 338 van map 6.
Pagina 321 van map 7.
Pagina 373 van map 7.
Pagina 374 van map 7.
Pagina 348 van map 7.
Pagina 364 van map 7.
Pagina 365 van map 7.
Pagina 366 van map 7.
Pagina 369 van map 7.
Pagina 481 van map 7.
Pagina 482 van map 7.
Pagina 394 van map 7.
Pagina 398 van map 7.
Pagina 401 van map 7.
Pagina 403 van map 7.
Pagina 404 van map 7.
Pagina 407 van map 7.
Pagina 408 van map 7.
Pagina 483 van map 7. 72 Pagina 28 van map 1.
73. Pagina 19 aanvullend proces-verbaal (Persoonsdossier [medeverdachte] ).
74. Pagina 20 aanvullend proces-verbaal (Persoonsdossier [medeverdachte] ).
75. Pagina 508 van map 7.
76. Pagina 509 van map 7.
77. Pagina 500 van map 7.
78. Pagina 503 van map 7.
79. De verklaring van verdachte ter terechtzitting.
80. Paginas 500 en 501 van map 7.
81. Pagina 551 van map 7.
82. Pagina 539 van map 8.
83. Pagina 544 van map 8.
84. Pagina 545 van map 8.
85. Pagina 547 van map 8.
86. Pagina 548 van map 8.
87. Pagina 549 van map 8.
88. Pagina 604 van map 8.
89. Pagina 555 van map 8.
90. Pagina 556 van map 8.
91. Pagina 67 van map 4.
92. Pagina 587 van map 8.
93. Pagina 599 van map 8.
94. Pagina 600 van map 8.
95. Pagina 601 van map 8.
96. Pagina 746 van map 8.
97. Pagina 46 van map 4.
98. Pagina 747 van map 8.
99. Pagina 758 van map 8.
100. Pagina 751 van map 8.
101. Pagina 753 van map 8.
102. Pagina 755 van map 8.
103. Pagina 51 van map 5.