ECLI:NL:RBNNE:2024:115
Rechtbank Noord-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van het beroep tegen de sluiting van een bedrijfspand op grond van artikel 13b Opiumwet
In deze uitspraak beoordeelt de Rechtbank Noord-Nederland het beroep van eiser tegen het besluit van de burgemeester van de gemeente Stadskanaal om zijn bedrijfspand tijdelijk te sluiten op grond van artikel 13b van de Opiumwet. Eiser, die het pand verhuurde aan een exploitant van een zonnestudio, was van mening dat hij niet verantwoordelijk was voor de overtredingen die in het pand plaatsvonden. De burgemeester had het pand op 17 mei 2022 voor twaalf maanden gesloten, na meldingen van vermoedens van illegale activiteiten. Eiser maakte bezwaar tegen deze sluiting, maar de burgemeester handhaafde het besluit, met een aangepaste einddatum van 2 november 2022.
De rechtbank oordeelt dat de burgemeester bevoegd was om het pand te sluiten, aangezien er aanzienlijke hoeveelheden drugs in het pand zijn aangetroffen, wat duidt op een handelshoeveelheid. De rechtbank concludeert dat de sluiting van het pand noodzakelijk was ter bescherming van het woon- en leefklimaat en het herstel van de openbare orde. Eiser's argumenten over zijn gebrek aan betrokkenheid bij de overtredingen werden verworpen, omdat de bevoegdheid tot sluiting niet afhankelijk is van de persoonlijke betrokkenheid van de eigenaar.
De rechtbank oordeelt verder dat de sluiting evenwichtig was, ondanks de financiële gevolgen voor eiser. De rechtbank concludeert dat de burgemeester de belangen van eiser voldoende heeft meegewogen en dat de sluiting van het pand niet onrechtmatig was. Het beroep van eiser wordt ongegrond verklaard, en hij krijgt geen vergoeding van de proceskosten.