Uitspraak
RECHTBANK Noord-Nederland
1.de vennootschap onder firma JACHTHAVEN OOSTERHAVEN,
2.
de vennootschap onder firma HANZECHARTER,
1.De procedure
- de producties van Jachthaven en Hanzecharter;
- de conclusie van antwoord;
- de producties van de gemeente;
- de wijziging van eis;
[naam A] en voor Hanzecharter [naam B] , beiden bijgestaan door mr. Meijerink; voor de gemeente is verschenen [naam C] , bijgestaan door mr. Van der Kamp;
- de pleitnota van Jachthaven en Hanzecharter;
- de pleitnota van de gemeente.
2.De feiten
1 september 2022.
De toenmalige raadsman van Jachthaven heeft vervolgens aan de gemeente laten weten zich niet te kunnen vinden in de beëindiging van het gebruik van het Perceel door Jachthaven. Tevens heeft Jachthaven aan de gemeente bij brief van 19 december 2022 doen weten dat zij van mening was dat het Perceel vanwege het Didam-arrest niet zonder meer aan het Pannekoekschip in gebruik kon worden gegeven.
Bekendmaking voorgenomen bruikleen water(bodem) Oosterkade
3.Het geschil
€ 250.000,00 ineens per overtreding van het onder I t/m V gevorderde, en een dwangsom van € 15.000,00 per dag, voor elke dag dat een overtreding van het onder 1 t/m V gevorderde voortduurt, met een maximum van € 500.000,00, althans een zodanige dwangsom zoals de voorzieningenrechter in goede justitie zal vaststellen;
4.De beoordeling
‘Van verdeelring tot verblijfsruimte, een nieuwe visie voor de diepenring’ (juni 2021), waarnaar ook in de Bekendmaking is verwezen, voldoende concreet zijn in die zin dat daaruit voldoende objectieve, toetsbare en redelijke criteria kunnen worden afgeleid.
overheidslichaam zijn voornemen tot verkoop tijdig voorafgaand aan de verkoop op zodanige wijze bekend (dient) te maken dat een ieder daarvan kennis kan nemen.”
Wet open overheid (Woo) bijna de helft van de verstrekte pagina’s heeft zwart gemaakt en in die zin niet transparant heeft gehandeld. Verder hebben Jachthaven en Hanzecharter gesteld dat zij begin dit jaar, mede in het kader van de voorbereiding van dit kort geding, zes met naam en toenaam genoemde stukken heeft opgevraagd en dat slechts twee stukken daarvan (de aankoopovereenkomst en de bruikleenovereenkomst) zijn overgelegd. Naar de stelling van Jachthaven en Hanzecharter moet het niet verstrekken van de overige stukken tot gevolg hebben dat het standpunt van de gemeente dat er één serieuze gegadigde is, niet gevolgd kan worden. De gemeente heeft daaromtrent verklaard dat bij de beoordeling van het Wob- dan wel Woo-verzoek reeds is aangegeven om welke reden die stukken niet zouden worden afgegeven.
“objectieve, toetsbare en redelijke criteria”de exploitant van het Pannekoekschip de enig serieuze gegadigde is voor de bruikleen van het Perceel.
De vorderingen onder I. en II. worden dan ook afgewezen.
(iii) dat sprake is van een evidente privaatrechtelijke belemmering waardoor die vergunning niet kan worden verleend.
Aangenomen dat de vergunning daadwerkelijk op korte termijn zal worden verleend, kan de exploitant van het Pannekoekschip naar het voorlopig oordeel van de voorzieningenrechter daarvan in ieder geval voorshands gebruik gaan maken. Een mogelijk daartegen in te dienen rechtsmiddel doet daaraan niet af, gelet op het bepaalde in artikel 6:16 Awb: het bezwaar of beroep schorst niet de werking van het besluit waartegen het is gericht, (…). Indien Jachthaven en Hanzecharter na de verlening van de omgevingsvergunning schorsing daarvan wensen, zal gebruik moeten worden gemaakt van de in de artikelen 8:81 e.v. Awb opgenomen procedure voor het verkrijgen van een voorlopige voorziening.
Tot aan dit vonnis worden de proceskosten aan de zijde van Jachthaven en Hanzecharter als volgt vastgesteld:
5.De beslissing
10 maart 2023.