Uitspraak
RECHTBANK NOORD-NEDERLAND
fiscale eenheid Coöperatie [X] U.A., te [vestigingsplaats] , eiseres
de inspecteur van de Belastingdienst/kantoor Amsterdam, verweerder
Procesverloop
Vastgestelde feiten
“Schaderegelaar
1. Iedere lidstaat neemt de nodige maatregelen opdat elke verzekeringsonderneming die de risico’s dekt die zijn ingedeeld bij branche 10 van punt A van de bijlage bij Richtlijn 73/239/EEG, uitgezonderd de aansprakelijkheid van de vervoerder, in iedere andere lidstaat dan die waar zij haar officiële vergunning heeft ontvangen, een schaderegelaar aanwijst. Deze schaderegelaar wordt belast met de behandeling en afwikkeling van vorderingen ten gevolge van de in artikel 20, lid 1, bedoelde ongevallen. De schaderegelaar heeft zijn woonplaats of vestiging in de lidstaat waar hij is aangesteld.
2. De keuze van de schaderegelaar wordt overgelaten aan het oordeel van de verzekeringsonderneming. Deze keuzevrijheid kan niet door de lidstaten worden beperkt.
3. De schaderegelaar kan voor rekening van een of meer verzekeringsondernemingen optreden.
4. De schaderegelaar verzamelt, met betrekking tot dergelijke verzoeken, alle inlichtingen die nodig zijn om de verzoeken te kunnen afhandelen en neemt alle passende maatregelen om over een afwikkeling te onderhandelen. De eis dat een schaderegelaar wordt aangewezen doet niet af aan het recht van de benadeelde, of diens verzekeringsonderneming, om rechtstreeks degene die het ongeval heeft veroorzaakt, of diens verzekeringsonderneming, aan te spreken.
5. De schaderegelaar beschikt over voldoende bevoegdheden om de verzekeringsonderneming in de in artikel 20, lid 1, genoemde gevallen ten aanzien van de benadeelden te vertegenwoordigen en om hun verzoeken volledig af te handelen. Hij moet in staat zijn de zaak in de officiële taal of talen van de lidstaat van de woonplaats van de benadeelde te behandelen.
Artikel 4:70
service level agreement(SLA) dan wel een uitbestedingsovereenkomst verplicht om de schades af te wikkelen die door de verzekerden van eiseres worden veroorzaakt op het grondgebied van de desbetreffende lidstaten. In de bijlagen bij deze tussenuitspraak heeft de rechtbank bij wijze van voorbeeld de belangrijkste bepalingen uit twee overeenkomsten opgenomen (de SLA met [X L België N.V.] (bijlage 1) en de uitbestedingsovereenkomst met [X] Schadenregulierung Deutschland GmbH (bijlage 2)).
Onderwerp van geschil
primair: de schadeafwikkelingsdiensten van de buitenlandse schaderegelaars zijn op grond van artikel 11, eerste lid, onderdeel k, van de Wet OB vrijgesteld, omdat deze diensten aangemerkt moeten worden als met verzekeringshandelingen samenhangende diensten, verricht door verzekeringstussenpersonen;
subsidiair: de schadeafwikkelingsdiensten die de buitenlandse schaderegelaars verrichten zijn een onlosmakelijk onderdeel van de verzekeringsdiensten die eiseres verricht; zij vormen één ondeelbare verzekeringsprestatie en om die reden dienen de schadeafwikkelingsdiensten (rechtstreeks) te delen in de vrijstelling van artikel 11, eerste lid, onderdeel k, van de Wet OB;
meer subsidiair: eiseres is geen verlegde omzetbelasting verschuldigd over de schadeafwikkelingsdiensten die zij inkoopt van haar dochtervennootschappen in Frankrijk, Duitsland en België, omdat deze vennootschappen voor omzetbelastingdoeleinden aangemerkt dienen te worden als vaste inrichtingen van eiseres, als gevolg waarvan de prestaties tussen eiseres en haar dochtermaatschappijen voor de heffing van de omzetbelasting geheel buiten beschouwing blijven.
verzekeringsdienst die eiseres verricht. Dit subsidiaire standpunt gaat dus over de kwalificatie van die verzekeringsdienst voor omzetbelastingdoeleinden. Naar het oordeel van de rechtbank gaat het antwoord op deze elementaire vraag (wat is de dienst die verricht wordt?) vooraf aan het antwoord op de vraag of en zo ja, in hoeverre, vervolgens op die dienst de vrijstelling van artikel 11, eerste lid, onderdeel k, van de Wet OB van toepassing is.
verzekeringsdienstdie eiseres verricht aan haar klanten (verzekeringnemers) en de
schadeafwikkelingsdienstéén enkele prestatie vormen, treft de schadeafwikkelingsdienst (al dan niet als in de hoofdprestatie/verzekeringsdienst opgaande bijkomende prestatie) immers hetzelfde fiscale lot als de verzekeringsdienst. Niet in geschil is dat die verzekeringsdienst is vrijgesteld op grond van artikel 11, eerste lid, onderdeel k, van de Wet OB.
(verzekerings)prestatie vormen waarop de vrijstelling van artikel 11, eerste lid, onderdeel k, Wet OB van toepassing is. Volgens eiseres is het behandelen en afwikkelen van de schadeclaims in het buitenland een ondersteunende dienst, die zo nauw (onlosmakelijk) verbonden is met de verzekeringsprestatie dat die (ondersteunende) dienst het fiscale lot van de verzekeringsprestatie moet volgen. Verder vindt eiseres dat de afwikkeling van schade inherent is aan de verzekeringsdienst, wat volgens haar blijkt uit het gegeven dat het onmogelijk is om een verzekering en schadeafwikkeling los van elkaar af te nemen. Ter onderbouwing heeft eiseres gewezen op de jurisprudentie van het HvJ EU over samengestelde prestaties en er daarbij op gewezen dat de beoordeling of sprake is van één of meerdere prestaties moet plaatsvinden vanuit het oogpunt van de modale consument. Ook kunnen twee of meer elementen zo nauw met elkaar verbonden zijn dat zij objectief gezien één economische prestatie vormen. Eiseres wijst er daarbij op dat de binnenlandse schades die zij zelf afwikkelt als inherent onderdeel van de verzekeringsprestaties worden behandeld en dat sprake is van één ondeelbare (vrijgestelde) prestatie. De omstandigheid dat eiseres (op grond van een wettelijke verplichting) de schadeafwikkeling van buitenlandse schades heeft uitbesteed aan andere partijen, doet er volgens eiseres niet aan af dat ook bij schades in het buitenland sprake is van een prestatie die één en ondeelbaar is. Ook maakt het volgens eiseres niet uit dat de prestaties door twee afzonderlijke dienstverleners worden verricht. In dat kader heeft eiseres onder meer verwezen naar de arresten Bookit, Mapfre, PPG Holding en J.C.M. Beheer van het HvJ EU. [9]
Overwegingen van de rechtbank
28 In het bijzonder vloeit uit artikel 1, lid 2, tweede alinea, van richtlijn 2006/112 weliswaar voort dat elke handeling normaal gesproken als onderscheiden en zelfstandig moet worden beschouwd, maar dat de handeling die economisch gezien uit één enkele prestatie bestaat niet kunstmatig uit elkaar mag worden gehaald omdat anders de goede werking van het btw-stelsel zou worden aangetast. In dit verband is er sprake van één enkele prestatie wanneer twee of meer aspecten of handelingen die de belastingplichtige verricht voor de klant, zo nauw met elkaar verbonden zijn dat zij objectief gezien één, niet te splitsen economische prestatie vormen, waarvan het kunstmatig zou zijn die uit elkaar te halen [zie in die zin arresten van 10 maart 2011, Bog e.a., C-497/09, C-499/09, C-501/09 en C-502/09, ECLI:EU:C:2011:135, punt 53, en 25 maart 2021, Q-GmbH (Verzekering bij bijzondere risico's), C-907/19, ECLI:EU:C:2021:237, punt 20 en aldaar aangehaalde rechtspraak].
kunnenvormen. Het is aan de nationale rechter om te beoordelen of de hem voorgelegde gegevens, in het licht van de economische en commerciële realiteit van de betrokken handelingen, kenmerkend zijn voor één enkele handeling, ongeacht hoe zij contractueel is uitgewerkt en daarbij rekening te houden met alle omstandigheden waaronder zij plaatsvindt:
22 De verwijzende rechter stoelt zijn verzoek om een prejudiciële beslissing op de premisse dat de kaartbetalingsdiensten die Bookit verleent wanneer een persoon via Bookit een kaartje voor een Odeon-bioscoop koopt en daarvoor met een debet- of kredietkaart betaalt, een dienst is die onderscheiden en onafhankelijk is van de verkoop van dat kaartje.
56 Zoals naar voren lijkt te komen uit de stukken die aan het Hof zijn voorgelegd, wordt de garantie die aan de orde is in het hoofdgeding verstrekt aan de koper van een tweedehandsauto door een marktdeelnemer die onafhankelijk is van de wederverkoper van deze auto en geen partij is bij de verkoop, zodat deze garantie, onder voorbehoud van verificatie door de verwijzende rechter, niet kan worden beschouwd als een garantie die door de verkoper is verstrekt. Daarenboven kan de koper van een tweedehandsauto deze auto kopen zonder deze garantie af te sluiten en kan hij tevens, zonder gebruik te maken van de tussenpersoon van de wederverkoper van de auto, een garantieovereenkomst sluiten met een andere vennootschap dan Mapfre warranty. Tot slot blijkt uit het garantieboekje dat ter terechtzitting door de Franse regering aan het Hof is overgelegd, dat Mapfre warranty zich onder bepaalde omstandigheden het recht voorbehoudt de garantieovereenkomst te ontbinden, zonder dat een dergelijke ontbinding gevolgen lijkt te hebben voor de koopovereenkomst voor de auto.
33. Wat ‘[met verzekering] samenhangende diensten’ betreft is, zoals de advocaat-generaal in punt 31 van zijn conclusie heeft opgemerkt, de term ‘samenhangende’ voldoende ruim om diverse verrichtingen te omvatten waarmee handelingen ter zake van verzekeringen tot stand komen, waaronder de afwikkeling van schadegevallen, die een van de voornaamste onderdelen van die handelingen vormt.” [21]
31. Krachtens artikel 135, lid 1, onder a), van de btw-richtlijn zijn enkel de met handelingen ter zake van verzekering en herverzekering ‘samenhangende diensten’ van btw vrijgesteld. Deze formulering is uitermate ruim en kan in beginsel alle diensten omvatten die samenhangen met een verzekering. Bij een werkzaamheid zoals de afwikkeling van schade ten gevolge van verzekerde gebeurtenissen is zonder enige twijfel sprake van een dergelijke samenhang.” [22]
Beslissing
schadeafwikkelingsdienstdie een buitenlandse schaderegelaar feitelijk verricht ingeval van schade in het buitenland, samen met de
verzekeringsdienstdie de verzekeraar van motorrijtuigen aan de verzekeringnemer verricht, voor omzetbelastingdoeleinden objectief gezien één enkele, ondeelbare economische prestatie?
schadeafwikkelingsdiensteen bijkomende prestatie bij de
verzekeringsdienst(de hoofdprestatie), met als gevolg dat de bijkomende prestatie het fiscale lot van de hoofdprestatie deelt?
Rechtsmiddel
Bijlagen:
Bijlage 1
Service Level Agreement
1. Afkortingen / begripsomschrijving
2. Omschrijving diensten en onderlinge verhouding
[X] BE treedt op als Groene Kaart correspondent en 4e WAM richtlijn vertegenwoordiger van [X] . De onderlinge rechten en plichten zijn vastgelegd in de door de Council of Bureaux opgestelde ‘Internal regulations’.
3. Doel
Het doel van deze SLA is:
werkwijze
4. Werkafspraken
a) Schademelding
Schademelding door [X] aan [X] BE. De Front-Office doet geen uitspraak over de schuldvraag.
[X] hanteert een standaardreservering voor materiële schade van EUR 3.500,- Indien het schadebedrag boven EUR 7.500,- lijkt te komen, ontvangt [X] van [X] BE reserveadvies. Voor letselschades geldt geen standaardreserve. Deze reserves worden op dossierniveau vastgesteld.
Zonder overleg correspondeert [X] niet rechtstreeks met de tegenpartij en [X] BE niet rechtstreeks met verzekerde.
[X] BE beoordeelt zelf of een (contra)expertise wenselijk is. Als expertise reeds is verricht door de verzekeraar van de tegenpartij conformeert [X] BE zich aan de RDR grenzen (dit geldt niet strikt voor expertise in rechtsbijstand). De expertisegrens bedraagt EUR 1.000,-. Onder dit bedrag wordt geen fysieke expertise verricht. Voor een schade (bestek) tussen EUR 1000,- en EUR 2000,- wordt CED ingeschakeld. Voor het vaststellen van hogere schades kan ook een ander bureau (meer onderzoek en/of gespecialiseerd) worden ingeschakeld.
[X] BE kan haar kosten conform het Groene Kaart tarief declareren. 15% van het schadebedrag met een minimum van EUR 300,- en een maximum van EUR 3500,-
Informatie welke [X] ontvangt en van belang is voor de afhandeling van de schade worden binnen 5 werkdagen doorgestuurd aan [X] BE.
6. Evaluatie
Bijlage 2
“Uitbestedingsovereenkomst
- [X] verzekeringen een verzekeringsbedrijf in stand houdt, hoofdzakelijk gericht op het voorzien in (schade)verzekeringen ten behoeve van ondernemers en particulieren;
- [X] verzekeringen naast haar activiteiten in Nederland ook voorbusiness to business
-klanten zaken doet in Duitsland; - [X] Schadenregulierung op grond van artikel 8 lid 2 van het Duitse Pflichtversicherungsgesetz is aangesteld als wettelijk vertegenwoordiger in het kader van wettelijke aansprakelijkheid voor motorrijtuigen van Duitse gekentekende motorrijtuigen;
- [X] verzekeringen gebruik wenst te maken van de dienstverlening van [X] Schadenregulierung voor de schadeafwikkeling voor haar Duitse producten van haar label ‘ [X] verzekeringen’;
- partijen wensen hun onderlinge rechtsverhouding te regelen in deze overeenkomst
(hierna te noemen: “Overeenkomst”).
Artikel 1: omvang van de uitbesteding
Artikel 2: verplichtingen over en weer
Artikel 4: rapportage
- de omvang van de verrichte werkzaamheden;
- de doorlooptijden;
- alle incidenten/klachten, de afhandeling ervan en de maatregelen die zijn genomen om herhaling te voorkomen.