ECLI:NL:RBNNE:2023:3525

Rechtbank Noord-Nederland

Datum uitspraak
22 augustus 2023
Publicatiedatum
22 augustus 2023
Zaaknummer
LEE 22/2740
Instantie
Rechtbank Noord-Nederland
Type
Uitspraak
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek om proceskostenvergoeding na intrekking verzoek voorlopige voorziening

Op 22 augustus 2023 heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Noord-Nederland uitspraak gedaan in de zaak tussen verzoekers, vertegenwoordigd door mr. H. de Jong, en het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Westerveld. Verzoekers hadden een verzoek om een voorlopige voorziening ingediend tegen een besluit van verweerder van 24 mei 2023, maar hebben dit verzoek ingetrokken omdat de vergunninghouder heeft aangegeven geen gebruik te maken van de vergunning. De voorzieningenrechter heeft het verzoek om proceskostenvergoeding afgewezen, omdat de vergunninghouder en niet het bestuursorgaan aan het verzoek tegemoet is gekomen. De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat er geen aanleiding was om verweerder in de proceskosten te veroordelen, aangezien de intrekking van het verzoek om voorlopige voorziening niet het gevolg was van een tegemoetkoming door het bestuursorgaan. De griffier zal het griffierecht aan verzoekers terugbetalen, omdat de vergunninghouder heeft toegezegd geen gebruik te maken van de vergunning totdat op het bezwaar is beslist. De uitspraak is openbaar gedaan en een afschrift is verzonden aan de betrokken partijen.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-NEDERLAND
Zittingsplaats Groningen
Bestuursrecht
zaaknummer: LEE 23/2740

uitspraak van de voorzieningenrechter van 22 augustus 2023 in de zaak tussen

[namen] , uit [plaats] , verzoekers

(gemachtigde: mr. H. de Jong),
en
het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Westerveld, verweerder.
Als derde-partij neemt aan de zaak deel: [derde belanghebbende] (de vergunninghouder).

Inleiding

1. In deze uitspraak beoordeelt de voorzieningenrechter het verzoek van verzoekers om een veroordeling van verweerder in de proceskosten. Verzoekers hebben dit proceskostenverzoek gedaan bij de intrekking van hun verzoek om een voorlopige voorziening tegen het besluit van verweerder van 24 mei 2023. Verzoekers hadden bezwaar gemaakt tegen het besluit van 24 mei 2023.
1.1.
Zij hebben het verzoek ingetrokken omdat de vergunninghouder heeft laten weten geen gebruik te gaan maken van de vergunning.
1.2.
De voorzieningenrechter heeft verweerder in de gelegenheid gesteld te reageren op dat verzoek. Verweerder heeft hierop niet gereageerd.
1.3.
De voorzieningenrechter doet zonder zitting uitspraak op het verzoek om proceskostenveroordeling. [1]

Beoordeling door de voorzieningenrechter

2. De voorzieningenrechter wijst het verzoek af. Hij legt hierna uit hoe hij tot dit oordeel is gekomen.
Wanneer wordt een bestuursorgaan in de proceskosten veroordeeld?
3. Als een verzoek om voorlopige voorziening wordt ingetrokken omdat het bestuursorgaan geheel of gedeeltelijk aan de indiener van het verzoekschrift is tegemoetgekomen, kan de voorzieningenrechter op verzoek van de indiener dat bestuursorgaan bij afzonderlijke uitspraak veroordelen in de proceskosten. [2]
3.1.
In een voorlopige-voorzieningenprocedure is het antwoord op de vraag of geheel of gedeeltelijk is tegemoetgekomen in de zin van artikel 8:75a, eerste lid, van de Awb afhankelijk van het specifieke doel van die procedure, namelijk het voorkomen van onevenredig nadeel hangende een bezwaar- of beroepsprocedure. Dit betekent dat geheel of gedeeltelijk wordt tegemoetgekomen als bedoeld in dit artikel, indien het bestuursorgaan de tenuitvoerlegging van het besluit voorlopig opschort, dan wel een maatregel neemt waartoe het verzoek om het treffen van een voorlopige voorziening strekt. [3]
Is verweerder aan het verzoek tegemoetgekomen?
4. Gelet op de gedingstukken en het in de inleiding opgenomen procesverloop is verweerder niet tegemoetgekomen aan het verzoek om voorlopige voorziening. Het is de vergunninghouder die aan dat verzoek tegemoet is gekomen. Dit is reden om het het verzoek om vergoeding van de proceskosten af te wijzen.

Conclusie en gevolgen

5. De voorzieningenrechter wijst het verzoek om een proceskostenveroordeling af. Omdat de vergunninghouder heeft toegezegd geen gebruik te maken van de vergunning totdat op het bezwaar is beslist, betaalt de griffier het griffierecht aan verzoekers terug. [4]

Beslissing

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om vergoeding van de proceskosten af.
Deze uitspraak is gedaan door mr. F. Sijens, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van mr. H.A. Hulst, griffier. De uitspraak is uitgesproken in het openbaar op 22 augustus 2023.
griffier
voorzieningenrechter
Een afschrift van deze uitspraak is verzonden aan partijen op:

Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.

Voetnoten

1.Met toepassing van 8:84, vijfde lid, in samenhang met artikel 8:75a en artikel 8:83, derde lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb).
2.Dit is geregeld in artikel 8:75a van de Awb en nader uitgewerkt in het Besluit proceskosten bestuursrecht (Bpb). Artikel 8:75a van de Awb is op grond van artikel 8:84, vijfde lid, van de Awb ook van toepassing op de voorlopige-voorzieningenprocedure.
3.Vergelijk CRvB 24 september 2014, ECLI:NL:CRVB:2014:3263.
4.Dat staat in artikel 8:82, vierde lid, aanhef en onder b, van de Awb.