ECLI:NL:RBNNE:2023:2973
Rechtbank Noord-Nederland
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Voorlopige voorziening en onbevoegdheid in bestuursrechtelijke handhaving
In deze uitspraak van de voorzieningenrechter van de Rechtbank Noord-Nederland op 13 juli 2023, wordt een verzoek om een voorlopige voorziening behandeld dat door verzoekers is ingediend in het kader van een beroepsprocedure tegen een besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Ooststellingwerf. Het college had eerder een verzoek om preventieve handhaving afgewezen, wat leidde tot het indienen van beroep door de verzoekers. De voorzieningenrechter oordeelt dat hij kennelijk onbevoegd is om over het verzoek te oordelen, omdat het verzoek om handhaving niet betrekking heeft op de wedstrijddag waarvoor de voorlopige voorziening is aangevraagd. De voorzieningenrechter legt uit dat er geen bodemgeschil aanhangig is met betrekking tot de wedstrijddag van 16 juli 2023, en dat er geen besluit of verzoek tot handhaving voor deze datum is gedaan. Hierdoor kan de voorzieningenrechter geen voorlopige voorziening treffen, aangezien er geen bevoegdheid is om dit te doen. De uitspraak benadrukt het belang van materiële connexiteit in bestuursrechtelijke procedures en de noodzaak voor een duidelijk bodemgeschil voordat een voorlopige voorziening kan worden overwogen. De uitspraak is openbaar uitgesproken en er is geen mogelijkheid voor hoger beroep of verzet tegen deze beslissing.