Uitspraak
RECHTBANK Noord-Nederland
1.De procedure
2.De feiten
“Gezien de kwaliteit van het opgaande werk”. Het is aannemelijk dat enkele
Rechtbank Noord-Nederland
In deze zaak, die zich afspeelt in Leeuwarden, betreft het een burengeschil tussen de eigenaar van een perceel nabij het Rijsterbos en It Fryske Gea, de provinciale vereniging voor natuurbescherming in Fryslân. De eigenaar, aangeduid als [gedaagde], heeft een vordering ingesteld tegen It Fryske Gea, die eigenaar is van het naastgelegen perceel. De vordering betreft de verwijdering van overhangende takken en doorschietende wortels van bomen die eigendom zijn van It Fryske Gea, die schade zouden toebrengen aan de tuinmuur van [gedaagde]. De rechtbank heeft geoordeeld dat de vordering tot verwijdering van de bomen en wortels niet kan worden toegewezen, omdat dit zou leiden tot het afsterven van de bomen, die monumentale waarde hebben. De rechtbank heeft echter wel geoordeeld dat It Fryske Gea verantwoordelijk is voor het onderhoud van de bomen en de berm, en heeft haar veroordeeld tot het verwijderen van dode takken en het onderhouden van de toegangspoort naar de tuin van [gedaagde]. Daarnaast heeft de rechtbank de vordering van It Fryske Gea om de bestrating die [gedaagde] had aangebracht te verwijderen, toegewezen, omdat dit een inbreuk op het eigendomsrecht van It Fryske Gea vormde. De uitspraak benadrukt de belangenafweging tussen de rechten van buren en de bescherming van monumentale bomen.