ECLI:NL:RBNNE:2023:2400

Rechtbank Noord-Nederland

Datum uitspraak
14 juni 2023
Publicatiedatum
15 juni 2023
Zaaknummer
LEE 23/1949
Instantie
Rechtbank Noord-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Socialezekerheidsrecht
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek voorlopige voorziening voor vierwiel scootmobiel op basis van spoedeisend belang en evident onrechtmatig besluit

Op 14 juni 2023 heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Noord-Nederland uitspraak gedaan in de zaak tussen verzoekers en het college van burgemeester en wethouders van Westerwolde. Verzoekers, die kampen met diverse lichamelijke klachten en psychische problematiek, hebben bezwaar gemaakt tegen de toekenning van een driewiel scootmobiel en verzocht om een voorlopige voorziening voor een vierwiel scootmobiel. De voorzieningenrechter heeft beoordeeld of er sprake is van een spoedeisend belang en of de bestreden besluiten evident onrechtmatig zijn.

De voorzieningenrechter concludeert dat verzoekers geen spoedeisend belang hebben bij de gevraagde voorlopige voorziening. Het feit dat verzoekers een vierwiel scootmobiel willen in plaats van de driewiel scootmobiel, maakt niet dat zij de bezwaarprocedure niet kunnen afwachten. De voorzieningenrechter begrijpt de situatie van verzoekers, maar oordeelt dat de huidige scootmobiel voldoende is voor hun mobiliteitsbehoeften.

Daarnaast is de voorzieningenrechter van mening dat de bestreden besluiten niet evident onrechtmatig zijn. Het college heeft gewezen op de nadelen van een vierwiel scootmobiel en kan in de bezwaarprocedure beoordelen of verzoekers recht hebben op een vierwiel scootmobiel. De voorzieningenrechter wijst het verzoek om een voorlopige voorziening af en er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-NEDERLAND
Zittingsplaats Groningen
Bestuursrecht
zaaknummer: LEE 23/1949

uitspraak van de voorzieningenrechter van 14 juni 2023 in de zaak tussen

[verzoekers] , uit [woonplaats] , verzoekers,

(gemachtigde: mr. T.M.J. Oosterhuis - Putter)
en

het college van burgemeester en wethouders van Westerwolde (het college),

(gemachtigde: mr. E.A.C. Sietsma).

Inleiding

1. Met de besluiten van 12 mei 2023 (de bestreden besluiten) heeft het college aan verzoeker een extra geveerde driewiel scootmobiel toegekend en aan verzoekster een driewiel scootmobiel.
1.1.
Verzoekers hebben hiertegen op 14 mei 2023 bezwaar gemaakt. Zij hebben daarnaast op dezelfde datum de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen die ertoe strekt dat vierwiel scootmobiels worden toegekend.
1.2.
Het college heeft op het verzoek gereageerd met een verweerschrift.
1.3.
Bij e-mail van 29 mei 2023 heeft de gemachtigde van verzoekers aanvullende gronden van het verzoek en een reactie op het verweerschrift ingediend.
1.4.
De voorzieningenrechter heeft het verzoek op 31 mei 2023 op zitting behandeld. Hieraan hebben deelgenomen: de gemachtigde van verzoekers en de gemachtigde van het college.
1.5.
Bij brief van 5 juni 2023 heeft het college een reactie ingezonden op het door de gemachtigde van verzoekers op de zitting gedane voorstel. Bij brief van 8 juni 2023 hebben verzoekers hierop gereageerd. Het onderzoek is gesloten.

Totstandkoming van de besluiten

2. Verzoekers hebben als gevolg van diverse lichamelijke klachten en psychische problematiek bij met name verzoekster blijvende beperkingen op het gebied van mobiliteit. Verzoekster heeft vanaf 31 mei 2016 een indicatie voor onbepaalde tijd op grond van de Wet langdurige zorg voor VG wonen met intensieve begeleiding, verzorging en gedragsregulering, klasse 7 (7 etmalen per week), en dagbesteding met vervoer. Verzoekers hebben allebei een opvouwbare scootmobiel.
2.1.
Op 27 maart 2023 heeft een gesprek met verzoekers plaatsgevonden. De bevindingen van dat gesprek zijn neergelegd in onderzoeksverslagen van 28 april 2023. Verzoekers zijn niet akkoord gegaan met de inhoud van de onderzoeksverslagen. Bij de opmerkingen is aangegeven dat verzoeker een goed geveerde scootmobiel met Indigo vering nodig heeft en dat verzoekster bang is op een driewiel scootmobiel.
2.2.
Op 20 april 2023 hebben verzoekers een persoonsgebonden budget (pgb) voor een reguliere vierwiel scootmobiel met voldoende actieradius van minimaal 60 tot 80 kilometer, met extra vering en een hogere snelheid aangevraagd bij het college op grond van de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 (Wmo 2015). Daarbij is aangegeven dat zij al meer dan twee jaar een vervoersprobleem hebben, dat het met de opvouwbare scootmobiel niet mogelijk is om lange afstanden te halen en dat stabiliteit zeer belangrijk is.
2.3.
Het college heeft met de bestreden besluiten aan verzoekers een (extra geveerde) driewiel scootmobiel toegekend. Verzoekers hebben hiertegen bezwaar gemaakt. Ook hebben zij de voorzieningenrechter verzocht een voorlopige voorziening te treffen voor een vierwiel scootmobiel, een dekkende verzekering en een vergoeding voor begeleiding.

Beoordeling door de voorzieningenrechter

Spoedeisend belang
3. De voorzieningenrechter beoordeelt bij een verzoek tot voorlopige voorziening hangende een bezwaarprocedure of het bezwaar een redelijke kans van slagen heeft. Voordat kan worden toegekomen aan een inhoudelijke beoordeling van het verzoek om voorlopige voorziening moet worden beoordeeld of verzoekers een spoedeisend belang hebben bij de gevraagde voorlopige voorziening.
4. Verzoekers voeren over het spoedeisend belang aan dat zij vanwege hun lichamelijke klachten een vervoersprobleem hebben. Zij stellen hiertoe dat de reeds aanwezige opbouwbare vierwiel scootmobiel en de onlangs toegekende indicatie voor een driewiel scootmobiel geen oplossing bieden voor hun vervoersprobleem. Verzoekers willen graag een scootmobiel met vier wielen omdat zij deze veiliger en stabieler vinden dan een scootmobiel met drie wielen. Door de ontstane situatie is verzoekster sociaal geïsoleerd geraakt. Verzoekers willen graag samen er op uit trekken en dat is zonder een goede scootmobiel niet mogelijk. Vanwege de emotionele en de psychische kwetsbaarheid van verzoekster kunnen verzoekers de behandeling van het bezwaar niet afwachten.
5. De voorzieningenrechter is van oordeel dat geen sprake is van spoedeisend belang. Dat verzoekers graag in aanmerking willen komen voor vierwiel scootmobiels in plaats van de aan hen toegekende scootmobiels met drie wielen, betekent niet dat er sprake is van een situatie dat de voorzieningenrechter zich over de zaak moet buigen terwijl de bezwaarprocedure nog loopt. Hoewel de voorzieningenrechter begrijpt dat verzoekers vanwege hun situatie in aanmerking zouden willen komen voor een vierwiel scootmobiel, is dat belang niet zodanig dat de bezwaarprocedure niet afgewacht kan worden. Dat verzoekster, naar zij stelt, door de ontstane situatie sociaal geïsoleerd is geraakt, is – zonder daaraan af te willen doen – geen reden om aan te nemen dat zij de bezwaarprocedure niet kan afwachten. Daartoe overweegt de voorzieningenrechter dat verzoekster een opvouwbare vierwiel scootmobiel heeft die zij kan gebruiken. Niet gebleken is dat dat voor verzoekster niet mogelijk is.
Evident onrechtmatigheid
6. Omdat de voorzieningenrechter van oordeel is dat verzoekers geen spoedeisend belang hebben, kan de door hen gevraagde voorziening alleen nog worden getroffen als de bestreden besluiten evident onrechtmatig zijn. Met evident onrechtmatig wordt bedoeld dat zonder diepgaand onderzoek naar de relevante feiten en/of het recht zeer ernstig moet worden betwijfeld of het door het college ingenomen standpunt juist is en of de besluiten van 12 mei 2023 in de bezwaarprocedure in stand zullen blijven. De voorzieningenrechter is van oordeel dat op basis van wat verzoekers aanvoeren niet evident is dat de bestreden besluiten in bezwaar geen stand zullen kunnen houden. Hierbij is van belang dat het college heeft gewezen op nadelen van een vierwiel scootmobiel. Het college dient in het kader van de volledige heroverweging in bezwaar aan de hand van wat verzoekers hebben aangevoerd te beoordelen of aan hen een vierwiel scootmobiel dient te worden toegekend in plaats van een driewiel scootmobiel. In het kader van die beoordeling kan het college zo nodig in bezwaar onderzoek laten doen door een medisch adviseur welke scootmobiel het meest geschikt is voor verzoekers, gelet op hun medische en lichamelijke beperkingen. Verder dient het college in bezwaar in te gaan op wat verzoekers in hun brief van 8 juni 2023 hebben gesteld. Op de zitting heeft het college gezegd dat mocht het zo zijn dat in bezwaar tot de conclusie wordt gekomen dat een vierwiel scootmobiel aan verzoekers moet worden toegekend, dat dan praktisch moet worden opgelost.
7. Over het kunnen verkrijgen van een reguliere verzekering voor een scootmobiel, heeft het college in zijn brief van 5 juni 2023 gesteld dat hij bereid is om verzoekers praktische hulp aan te bieden bij het regelen van de verzekeringen.
Belangenafweging
8. Uit het voorgaande volgt dat geen sprake is van een spoedeisend belang en dat de bestreden besluiten ook niet evident onrechtmatig zijn. Gelet hierop ziet de voorzieningenrechter geen aanleiding de belangenafweging in het voordeel van verzoekers te laten uitvallen.

Conclusie en gevolgen

9. De voorzieningenrechter wijst het verzoek af. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om een voorlopige voorziening af.
Deze uitspraak is gedaan door mr. J.L. Boxum, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van mr. E.A. Ruiter, griffier. De uitspraak is uitgesproken in het openbaar op 14 juni 2023.
griffier
voorzieningenrechter
Een afschrift van deze uitspraak is verzonden aan partijen op:

Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.