ECLI:NL:RBNNE:2022:881

Rechtbank Noord-Nederland

Datum uitspraak
15 maart 2022
Publicatiedatum
25 maart 2022
Zaaknummer
9229348 CV EXPL 21-3024
Instantie
Rechtbank Noord-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Op tegenspraak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Geschil over overeenkomst van opdracht voor het maken van een website met webshop en de gevolgen van schuldeisersverzuim

In deze zaak gaat het om een geschil tussen [naam], eiser in conventie en gedaagde in reconventie, en FIT Deportivo SL, gedaagde in conventie en eiser in reconventie, over een overeenkomst van opdracht voor het maken van een website met webshop. De kantonrechter heeft op 15 maart 2022 uitspraak gedaan. De eiser vordert betaling van € 980,97 van FIT, terwijl FIT in reconventie een schadevergoeding van € 25.000,00 vordert wegens het niet naar behoren functioneren van de webshop. De rechtbank heeft vastgesteld dat de webshop is gemaakt met Wordpress en dat de problemen met de webshop voornamelijk te wijten zijn aan het feit dat FIT zelf niet de noodzakelijke stappen heeft ondernomen om het betalingssysteem Icepay te activeren. De kantonrechter oordeelt dat er sprake is van schuldeisersverzuim aan de zijde van FIT, waardoor de vordering van [naam] wordt toegewezen en de vordering in reconventie van FIT wordt afgewezen. FIT wordt veroordeeld in de proceskosten van [naam].

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-NEDERLAND

Afdeling Privaatrecht
Locatie Groningen
Zaak/rolnummer: 9229348 CV EXPL 21-3024
Vonnis van de kantonrechter van 15 maart 2022
inzake

[naam] h.o.d.n. DaMedia

gevestigd en kantoorhoudende te [woonplaats] ,
eiser in conventie, tevens verweerder in reconventie,
hierna te noemen: [naam] ,
gemachtigde: B. Drent,
tegen

de vennootschap naar Spaans recht FIT Deportivo SL,

gevestigd te Benidorm (Spanje)
gedaagde in conventie, tevens eiser in reconventie,
hierna te noemen: FIT,
gemachtigde: H. Kuipers.

Het procesverloop

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding,
- de conclusie van antwoord in conventie tevens eis in reconventie,
- de conclusie van repliek in conventie tevens conclusie van antwoord in reconventie,
- de conclusie van dupliek in conventie tevens conclusie van repliek in reconventie,
-de conclusie van dupliek in reconventie,
- de akte uitlating producties van FIT.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

De feiten

2.1
FIT is gevestigd in Spanje en heeft als bestuurder de heer Harm Kuipers. [naam] is gevestigd in [woonplaats] .
2.2.
[naam] heeft in het verleden websites gemaakt voor FIT. Op 2 april 2020 stuurt FIT [naam] een e-mail met het verzoek een nieuwe site te maken, bedoeld voor de verkoop van een nog af te ronden kinderboek ‘Giraffe Opi Opi en vriendjes’ en verwante artikelen (posters, ansichtkaarten etc.). Op 10, 13 en 17 april 2020 stuurt FIT e-mails aan [naam] met wensen voor de vormgeving van de website. Tevens wordt aangegeven dat de webshop toegankelijk dient te zijn voor zowel particulieren als bedrijven. Voor het betalingssysteem wenst FIT gebruik te maken van Icepay. Verder geeft FIT aan dat de optie voor meerdere talen weggelaten kan worden.
2.3.
Op 5 mei 2020 mailt [naam] :
Dus website (…) 400 euro
Poster is 1 betaling, dat is een klein bedrag
Boeken t.z.t. even kijken
Eerste factuur voor de website mailen?
Dan kan ik morgen alles voor de programmeur klaarmaken en kan hij starten
2.4.
Diezelfde dag reageert FIT:
We gaan de goede kant uit. Ik wil overduidelijk weten dat het betaalsysteem zoals ik naar je heb gezonden, zonder problemen en zonder vertraging kan worden ingepast.
2.5.
Waarop [naam] , ook op 5 mei 2020, schrijft:
Geen probleem qua techniek. Maar jij moet het contract afsluiten.
2.6.
[naam] heeft de website www.opiopi.nl gemaakt, met een openingspagina en een webshop. Het betalingssysteem Icepay is in het systeem geïmplementeerd. Voor een volledig werkzame webshop dient Icepay met een activeringscode te worden gekoppeld aan het account van FIT.
2.7
Op 26 mei 2020 schrijft [naam] :
Al een paar keer gemeld:
Denk vooral ook aan de te koppelen betaalmogelijkheden en het daarvoor benaderen van het eerder aan jou gemeld bedrijf. Heeft dat je aandacht?
Jij moet het contract afsluiten met de betaalprovider, dat kan ik niet doen. Kopie ID nodig, bankgegevens, etc.
2.8.
In reactie hierop schrijft FIT, ook op 26 mei 2020:
Ik sluit pas een overeenkomst af met dat bedrijf als de koppeling 100% verzekerd wordt door DaMedia namens de webbouwer en aansluitend door deze organisatie uit Amsterdam. Is meerdere keren aan je gemeld met naam en toenaam en adresgegevens. Dus, ga dit gedeelte kortsluiten en schuif het niet van je af of voor je uit. Daar gaan we weer. Ik doe mijn uiterste best en jij frustreert de zaak.
2.9.
[naam] mailt diezelfde dag terug:
Koppeling verzekerd, zie ook hun website. Jij hebt toch telefonisch contact gehad?
2.10.
FIT heeft een handgeschreven brief ontvangen, gedateerd op 28 juni 2020, van een potentiële klant die aangeeft dat er een storing is op de website waardoor het niet mogelijk is bestellingen te plaatsen.
2.11.
[naam] heeft een factuur, met nummer 220170 en gedateerd 1 juli 2020, aan FIT gezonden ten bedrage van € 400,-. Bij de omschrijving staat:
Opzet website opiopi.nl
Inclusief Implementatie Icepay
2.12.
[naam] heeft een factuur, met nummer 220176 en gedateerd 11 juli 2020, FIT gezonden ten bedrage van € 70,-. Bij de omschrijving staat:
Extra aanpassingen website opiopi.nl
2.13.
Op 12 juli 2020 meldt FIT aan [naam] dat een potentiële klant erop heeft gewezen dat het kinderboek €1,15 in de webshop kost. [naam] reageert op 13 juli 2020 en schrijft dat hij dat bedrag nergens kan vinden en dat de prijs staat op € 9,50. [naam] vraagt of FIT het bedrag van € 1,15 zelf ook heeft waargenomen, en zo ja, of dat als klant was of zakelijk.
2.14.
Op 13 juli 2020 mailt FIT aan [naam] dat het niet lukt in het zakelijke gedeelte van de site te komen.
2.15.
[naam] heeft een factuur, met nummer 220183 en gedateerd 18 juli 2020, aan FIT gezonden ten bedrage van € 40,-. Bij de omschrijving staat:
Registratie en hosting fitbalsamodeportivo.es
Registratie en hosting fitbalsamodeportivo.com
2.16.
Op 19 juli 2020 heeft [naam] als zakelijke klant via de webshop een geslaagde proefbestelling gedaan van een set van 50 kaarten.
2.17.
Bij brief van 29 juli 2020 stelt FIT [naam] in gebreke. FIT geeft aan dat sprake is van plichtsverzuim omdat [naam] weigert hem de naam van de beoogde drukker van het kinderboek alsmede een dummyboek te verstrekken. Daarnaast is de opdracht tot het vervaardigen van een webshop slechts gedeeltelijk uitgevoerd. [naam] wordt gevraagd zijn verplichtingen voor 3 augustus 2020 na te komen.
2.18.
Bij e-mail van 29 juli 2020 geeft [naam] aan dat de site naar behoren werkt, dat hij inmiddels honderden mails van FIT heeft beantwoord en biedt hij aan om via Teamviewer te laten zien hoe een en ander werkt. Teamviewer biedt de mogelijkheid om op afstand mee te kijken in iemands computer.
2.19.
FIT heeft dezelfde dag gereageerd en aangegeven geen gebruik te willen maken van Teamviewer. Er zijn vervolgens diverse e-mails over en weer gegaan waarbij [naam] telkens aangeeft via Teamviewer te kunnen aantonen dat de site goed werkt en FIT aangeeft daar geen gebruik van te willen maken. Ook schrijft [naam] dat FIT het adres van de drukker zelf kan googelen en contact kan opnemen.
2.20.
Op 3 augustus 2020 stuurt FIT een e-mail naar [naam] met de mededeling dat wegens het uitblijven van de verzochte werkzaamheden de ingebrekestelling definitief wordt.
2.21.
Op 10 augustus 2020 stuurt FIT een e-mail aan de programmeur van [naam] waarin hij aangeeft dat de webshop niet goed functioneert en hij niet bij het zakelijke gedeelte kan komen.
2.22.
[naam] heeft een factuur, met nummer 220209 en gedateerd 25 augustus 2020, aan FIT gezonden ten bedrage van € 311,85, ter zake BTW over facturen met de nummers 220121, 220125, 220140, 220141, 220150, 220170, 220176 en 220183.
2.23.
Op 7 december 2020 mailt FIT dat bestellen vanuit Spanje en Duitsland niet mogelijk is. [naam] reageert diezelfde dag:
Je hebt nooit aangegeven dat er vanuit die landen besteld moest worden. Het was een Nederlandse website, gericht op Nederland en Nederlandssprekend België.
Daar is alles voor ingericht en dat werkt goed. Dus de website werkt geheel volgens jouw wensen van weleer.
2.24.
Bij brief van 28 december 2020 schrijft FIT dat zij [naam] aansprakelijk stelt voor terugbetaling van alle onterecht betaalde facturen ten aanzien van de bouw van de webshop. Het verschuldigde bedrag bedraagt volgens FIT € 31.200,00.
2.25.
[naam] heeft FIT diverse herinneringen en aanmaningen gestuurd. FIT is niet tot betaling overgegaan.

De standpunten van partijen

In conventie
3.1.
[naam] vordert bij dagvaarding om FIT te veroordelen, uitvoerbaar bij voorraad, om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan [naam] te betalen een bedrag van € 980,97 (= de hoofdsom van € 821,85 + rente tot 11 maart 2021 + € 123,97 aan buitengerechtelijke kosten), vermeerderd met de wettelijke handelsrente over € 821,85, vanaf 11 maart 2021 tot de dag der algehele voldoening, en met veroordeling van FIT in de kosten van het geding, waaronder begrepen het salaris van de gemachtigden. [naam] verzoekt de kantonrechter tevens hem een EU-certificaat te verstrekken. [naam] legt aan zijn vordering ten grondslag de overeenkomst tot opdracht om een website te maken.
3.2.
FIT verzoekt de vordering van [naam] niet ontvankelijk te verklaren en [naam] te veroordelen in de proceskosten. FIT heeft opdracht gegeven tot het maken van een webshop. De producten daarin moesten internationaal kunnen worden aangeboden. Het bleek echter niet mogelijk om buiten Nederland en een gedeelte van België te bestellen. Voor de betalingen wilde FIT samenwerken met Icepay. Daarvoor is vereist dat duidelijk is dat Icepay de webshop module ondersteunt die de websitebouwer gebruikt. [naam] zou dit onderzoeken en regelen, hetgeen hij heeft nagelaten. Een zakelijke overeenkomst met Icepay brengt verplichtingen mee, daarom wilde FIT zeker weten dat de webshop probleemloos gekoppeld kon worden. FIT wilde geen gebruik maken van Teamviewer omdat je daarmee toegang geeft tot je computer, hetgeen FIT onverantwoord acht. Er waren ook andere mogelijkheden, bijvoorbeeld Skype of anderszins telefonisch overleg met beeld. Voorts wilde [naam] niet de naam noemen van de drukkerij en kreeg FIT ook geen dummyboek aangeboden. Om deze redenen heeft FIT de facturen niet betaald.
In reconventie
3.3.
Doordat de website niet naar behoren functioneerde kunnen er geen boeken worden besteld. FIT lijdt hierdoor schade. FIT wijst hiertoe op het grote aantal Nederlanders en Nederlandssprekenden in het buitenland. FIT vordert daarom, in reconventie, veroordeling van [naam] om, tegen behoorlijk bewijs van kwijting, aan FIT te voldoen een bedrag van
€ 25.000,00 te vermeerderen met de handelsrente vanaf 11 maart 2021 tot en met de dag van de algehele voldoening, met veroordeling van [naam] in de kosten van het geding en in het bijzonder van de reis- en verblijfskosten als FIT wordt opgeroepen om op de zitting in Groningen te verschijnen.
3.4.
[naam] verzoekt de vordering in reconventie niet-ontvankelijk te verklaren dan wel af te wijzen en FIT te veroordelen in de kosten van het geding. De webshop functioneerde naar behoren. De Wordpress software waarmee de webshop is gemaakt bevat standaard plug-ins voor Icepay. FIT dient echter zelf de activeringscodes voor Icepay in te voeren. Pas vanaf dat moment is de webshop 100% bruikbaar. FIT moet daarvoor zelf het contract met Icepay afsluiten, dat kan [naam] niet doen. [naam] heeft meermaals aangeboden via Teamviewer uitleg te geven over hoe een en ander werkt, maar FIT wil daar geen gebruik van maken, terwijl dit eerder wel is gebeurd voor de installatie van mail, uitleg etc. [naam] betwist de opdracht te hebben gekregen de producten wereldwijd aan te bieden. Dit is hem nooit duidelijk gemaakt. [naam] erkent wel dat hij de naam van de boekdrukker niet heeft doorgegeven. Dat was om zijn relaties te beschermen tegen de vele mails van FIT. [naam] betwist de gestelde schade aan de zijde van FIT. Het boek was nog niet gereed en de gestelde financiële schade is niet onderbouwd.

De beoordeling in conventie en reconventie

4.1.
Gelet op de samenhang tussen de vorderingen in conventie en in reconventie zal de kantonrechter deze vorderingen gezamenlijk bespreken.
4.2.
Alvorens in te kunnen gaan op hetgeen partijen naar voren hebben gebracht dient de kantonrechter ambtshalve de vraag te beantwoorden of hij wel bevoegd is, nu FIT gevestigd is in Spanje. Deze vraag dient te worden beoordeeld aan de hand van de Verordening (EU) nr. 1215/2012 van 12 december 2012 betreffende de rechterlijke bevoegdheid, de erkenning en de tenuitvoerlegging van beslissingen in burgerlijke en handelszaken (verder: EEX-Vo Herschikt), die rechtstreeks verbindend en toepasselijk is in de lidstaten.
4.3.
Uit artikel 4 lid 1 EEX-Vo Herschikt volgt dat FIT in beginsel voor het gerecht van haar vestigingsplaats in Spanje opgeroepen dient te worden. In artikel 7 lid 1 sub a EEX-Vo Herschikt is voorts bepaald dat ten aanzien van verbintenissen uit overeenkomst het gerecht van de plaats waar de verbintenis die aan de eis ten grondslag ligt, is uitgevoerd of moet worden uitgevoerd, bevoegd wordt geacht.
4.4.
De verbintenis die aan de onderhavige eis ten grondslag ligt is de overeenkomst tot opdracht om een website te maken. Nu niet in geschil is dat de website in Nederland is gemaakt, is op grond van artikel 7 lid 1 sub a EEX-Vo Herschikt de Nederlandse rechter bevoegd van de vordering kennis te nemen.
4.5.
Ten aanzien van het toepasselijke recht overweegt de kantonrechter als volgt. De bepaling van het toepasselijke recht vindt plaats aan de hand van Verordening (EG) nr. 593/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 17 juni 2008 inzake het recht dat van toepassing is op verbintenissen uit overeenkomst (Rome I-Vo). Nu niet is gesteld of gebleken dat door partijen een keuze is gemaakt ten aanzien van het toepasselijke recht, is op grond van artikel 4 van Rome I-Vo het recht van toepassing van het land waar de partij die de kenmerkende prestatie van de overeenkomst moet verrichten haar gewone verblijfplaats heeft. De meest kenmerkende prestatie, te weten het maken van de website, is door [naam] verricht, zodat het Nederlandse recht van toepassing is.
4.6.
De kantonrechter ziet zich vervolgens gesteld voor de vraag wat de inhoud is van de overeenkomst tussen partijen. Daartoe dient de kantonrechter te beoordelen wat partijen in de gegeven omstandigheden over en weer redelijkerwijs van elkaar mochten verwachten (ECLI:NL:HR:1981:AG4158, Haviltex). Hierbij komt betekenis toe aan alle omstandigheden van het concrete geval, gewaardeerd naar hetgeen de maatstaven van redelijkheid en billijkheid meebrengen.
4.7.
Niet in geschil is dat sprake is van een overeenkomst van opdracht tot het maken van een website met een webshop die gebruik maakt van het betalingssysteem Icepay. Daarbij heeft [naam] naar het oordeel van de kantonrechter evenwel niet hoeven begrijpen dat de webshop buiten Nederland en Nederlandssprekend België toegankelijk diende te zijn. Dit is door partijen niet besproken dan wel anderszins vastgelegd, terwijl FIT heeft aangegeven dat de optie voor meerdere talen weggelaten kon worden. Ten aanzien van aanvullende afspraken over het drukken van het boek en de dummy is de kantonrechter van oordeel dat hiertoe onvoldoende is gesteld, zodat dit geen onderdeel uitmaakt van de overeenkomst. De kantonrechter kan uit hetgeen naar voren is gebracht over het drukken en de dummy op geen enkele wijze afleiden welke afspraken hierover zijn gemaakt.
4.8.
Op grond van voornoemde overeenkomst vordert [naam] betaling van de facturen. FIT weigert te betalen omdat de webshop niet naar behoren werkt. De kantonrechter begrijpt de stellingen van FIT als een beroep op opschorting van zijn betalingsverplichting wegens een toerekenbare tekortkoming aan de zijde van [naam] , zoals bedoeld in artikel 6:52 lid 1 BW. In dit artikel is bepaald dat een schuldenaar die een opeisbare vordering heeft op zijn schuldeiser, bevoegd is de nakoming van zijn verbintenis op te schorten tot voldoening van zijn vordering plaatsvindt, mits tussen de vordering en de verbintenis voldoende samenhang bestaat. In artikel 6:54 onder a BW is bepaald dat geen bevoegdheid tot opschorting bestaat als sprake is van schuldeisersverzuim. Van schuldeisersverzuim is volgens artikel 6:58 BW sprake wanneer de nakoming van de verbintenis wordt verhinderd omdat de schuldeiser de daartoe noodzakelijke medewerking niet verleent. [naam] stelt zich op het standpunt dat aan de zijde van FIT sprake is van schuldeisersverzuim.
4.9.
De kantonrechter stelt vast dat niet is weersproken dat de webshop is gemaakt met Wordpress software, een systeem dat standaard plug-ins heeft voor het betalingssysteem Icepay. Er bestond voor [naam] dan ook geen aanleiding te veronderstellen dat Icepay niet zou werken. [naam] heeft dit aan FIT toegelicht, evenals dat FIT de codes diende aan te leveren voor de koppeling van de webshop met Icepay. Voor het verkrijgen van deze codes dient, hetgeen eveneens niet is weersproken, FIT zelf een contract met Icepay af te sluiten. Dit kan [naam] niet zelf doen. Door dit contract niet af te sluiten heeft FIT naar het oordeel van de kantonrechter dan ook zelf verhinderd dat de webshop niet volledig werkte. Daarbij is niet gebleken van andere problemen met de webshop. [naam] heeft onderbouwd dat een geplaatste proefbestelling is geslaagd. De door FIT in dit verband gemelde problemen van mogelijke klanten waren van een eerdere datum en heeft FIT bovendien niet nader aan kunnen tonen. Hierbij slaat de kantonrechter acht op het meermaals gedane aanbod van [naam] om FIT assistentie te verlenen door middel van Teamviewer, welke aanbod ongemotiveerd door FIT is afgeslagen, waarbij opvalt dat in het verleden het gebruik van Teamviewer kennelijk geen probleem was (voor de installatie van mail, uitleg etc.). Dat thans in de conclusie van dupliek door FIT, voor het eerst, wordt gewezen op andere mogelijkheden om ondersteuning te krijgen, zoals Skype of ander telefonisch overleg met beeld, acht de kantonrechter onredelijk laat.
4.10.
De kantonrechter is gelet op het voorgaande van oordeel dat [naam] zich terecht op het standpunt heeft gesteld dat de nakoming van de verbintenis door toedoen van FIT zelf is verhinderd, omdat niet de noodzakelijke medewerking is verleend, hetgeen schuldeisersverzuim oplevert als bedoeld in artikel 6:58 BW. Hieruit volgt dat FIT geen opschortingsrecht toekomt en is gehouden tot betaling van het gevorderde bedrag. De vordering in conventie, die ten aanzien van de hoogte (€ 821,85) niet is betwist, zal derhalve worden toegewezen.
4.11.
Nu niet is gebleken dat de webshop door toedoen van [naam] niet naar behoren functioneerde zal de vordering in reconventie worden afgewezen.
4.12.
FIT zal als in het ongelijk gestelde partij worden veroordeeld in de proceskosten. De kosten van [naam] in conventie worden begroot op € 120,76 (explootkosten), € 240,- (griffierecht) en € 310,- (2½ punten x € 124,00), in totaal € 670,76. De kosten in reconventie worden begroot op € 124,-
.
4.13.
De gevorderde wettelijke handelsrente (vanaf de vervaldata van de facturen) en de buitengerechtelijke incassokosten (€ 123,27) zijn als onweersproken en op de wet gegrond eveneens toewijsbaar.
4.14.
De rechtbank zal zoals verzocht een certificaat als bedoeld in artikel 53 van EEX-Vo Herschikt afgeven, dat als bijlage bij dit vonnis is gevoegd.

De beslissing

De kantonrechter:
in conventie
5.1.
veroordeelt FIT om aan [naam] tegen behoorlijk bewijs van kwijting betalen een bedrag van € 980,97, vermeerderd met de wettelijke handelsrente over € 821,85, vanaf
11 maart 2021 tot de dag der algehele voldoening;
5.2.
veroordeelt FIT in de proceskosten aan de zijde van [naam] tot en met heden vastgesteld op € 240,00 aan griffierecht, € 120,76 aan explootkosten en € 310,00 aan salaris voor de gemachtigde;
in reconventie
5.3.
wijst af de vordering in reconventie;
5.4.
veroordeelt FIT in de proceskosten aan de zijde van [naam] tot en met heden vastgesteld op € 124,00 aan salaris voor de gemachtigde;
5.5.
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. D.W.J. Vinkes, kantonrechter, en op 15 maart 2022 uitgesproken ter openbare terechtzitting in aanwezigheid van de griffier.
typ: