In deze uitspraak van de Rechtbank Noord-Nederland, gedaan op 16 maart 2022, zijn eisers, asielzoekers die in het Asielzoekerscentrum Sneek verbleven, in beroep gegaan tegen besluiten van de voorzitter van de Veiligheidsregio Fryslân. Deze besluiten betroffen een bevel tot overplaatsing van besmette bewoners naar een opvanglocatie in Zoutkamp, als gevolg van de COVID-19-pandemie. De rechtbank oordeelt dat het primaire besluit van 13 mei 2020 een noodbevel is en geen noodverordening, wat betekent dat eisers wel bezwaar konden maken tegen het besluit. De rechtbank vernietigt de bestreden besluiten omdat verweerder de bezwaren van eisers kennelijk niet-ontvankelijk had verklaard zonder inhoudelijke beoordeling. De rechtbank stelt vast dat eisers procesbelang hebben, aangezien zij immateriële schade hebben geleden door de opgelegde vrijheidsbeperking. De rechtbank draagt verweerder op om opnieuw te beslissen op de bezwaarschriften, rekening houdend met deze uitspraak. Tevens wordt verweerder veroordeeld tot betaling van de proceskosten van eisers, die zijn vastgesteld op € 1.518,-. De uitspraak benadrukt het verschil tussen noodbevelen en noodverordeningen, waarbij noodbevelen ad hoc zijn en gericht op specifieke situaties, terwijl noodverordeningen algemene regels zijn die voor langere tijd gelden.