Uitspraak
RECHTBANK NOORD-NEDERLAND
1.De procedure
- het tussenvonnis van 8 juni 2022
- het proces-verbaal van mondelinge behandeling van 2 november 2022.
2.De feiten
3.De vordering
4.Het geschil en de beoordeling daarvan
niet informerenover de twijfel ten aanzien van de afstamming van [B] .
€ 61.869,00
niet informerenvan [A] omtrent de
twijfeldie was ontstaan over de juistheid van de opgegeven afstamming van [B] . De laatst genoemde grond voor aansprakelijkheid dient als uitgangspunt te worden genomen bij de beantwoording van de vraag of schade is geleden door [A] en zo ja hoeveel. Ander vermeend laakbaar handelen door KFPS zal gelet op de aard van de procedure en de door [A] ingestelde vorderingen onbesproken blijven.
niet informerenover de twijfel over de afstamming van [B] - maar door die twijfel zélf, is de rechtbank van oordeel dat desondanks in zoverre in beginsel sprake is van schade die door KFPS vergoed dient te worden. Indien [A] immers reeds in 2003 op de hoogte was geweest van de twijfel over de afstamming van [B] en vervolgens met een andere Friese (stamboek)merrie was gaan fokken, zou hij immers deze hogere opbrengsten van de afstammelingen hebben kunnen genereren. De rechtbank acht dan ook een bedrag van
€ 4.982,00(2 punten x tarief € 2.491,00)