Uitspraak
uitspraak van de voorzieningenrechter van 30 december 2022 in de zaak tussen
[verzoeker 1]
[verzoekers], verzoekers
Rechtbank Noord-Nederland
Op 30 december 2022 heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Noord-Nederland uitspraak gedaan in een zaak betreffende een verzoek om een voorlopige voorziening met betrekking tot carbidschieten in de gemeente Emmen. De verzoekers, bestaande uit meerdere personen uit verschillende woonplaatsen, hebben het verzoek ingediend om de locaties voor het carbidschieten te verplaatsen naar plekken waar de geluidsoverlast acceptabel zou zijn voor de woonomgeving. Dit verzoek is gedaan in het kader van een bezwaarschrift dat eerder was ingediend tegen het niet tijdig nemen van een besluit op een handhavingsverzoek.
De voorzieningenrechter heeft op basis van artikel 8:83 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) uitspraak gedaan zonder zitting. De rechter heeft vastgesteld dat het bezwaarschrift van 29 december 2022 als een beroep tegen het niet tijdig nemen van een besluit moet worden aangemerkt. Echter, de voorzieningenrechter oordeelt dat de verzoekers het beroep te laat hebben ingediend, aangezien zij op de hoogte waren van het standpunt van het college van burgemeester en wethouders van Emmen, dat op 7 december 2022 was gecommuniceerd. Hierdoor is het beroep niet-ontvankelijk verklaard.
De voorzieningenrechter heeft ook opgemerkt dat het verzoek om een voorlopige voorziening vergelijkbaar is met een eerder verzoek dat op 29 december 2022 was behandeld, en dat er geen aanleiding is om anders te oordelen. De verzoekers hebben daarnaast gesteld dat de carbidmeldingen gemanipuleerd zijn, maar de voorzieningenrechter heeft aangegeven dat dit in de bezwaarfase kan worden meegenomen. Uiteindelijk heeft de voorzieningenrechter het verzoek om een voorlopige voorziening afgewezen en geen aanleiding gezien voor vergoeding van griffierecht of proceskosten.