In deze beschikking van de Rechtbank Noord-Nederland, uitgesproken op 22 september 2022, is de situatie van een minderjarige, geboren op 27 februari 2020, aan de orde. De rechtbank heeft vastgesteld dat de minderjarige niet meer bij zijn ouders kan wonen en goed is geplaatst bij pleegouders. De ouders hebben ingestemd met de uithuisplaatsing, maar de rechtbank oordeelt dat er onvoldoende is onderzocht of de ouders duurzaam kunnen instemmen met deze situatie en of de zaak kan worden overgedragen naar hulpverlening in het vrijwillig kader. De Raad voor de Kinderbescherming heeft verzocht om het ouderlijk gezag van de ouders te beëindigen en de gecertificeerde instelling, William Schrikker Stichting, als voogd aan te wijzen. De rechtbank heeft de beslissing op dit verzoek aangehouden voor een periode van negen maanden, zodat de Raad en de GI onderzoek kunnen doen naar de mogelijkheden in het vrijwillig kader. De ouders hebben hun gezag over de minderjarige behouden, mits zij blijven meewerken aan de hulpverlening en de opvoedingsverantwoordelijkheid kunnen dragen. De rechtbank heeft de ondertoezichtstelling en machtiging tot uithuisplaatsing verlengd tot 6 juli 2023 en een nieuwe mondelinge behandeling bepaald om de uitkomsten van het onderzoek te bespreken.