Uitspraak
RECHTBANK NOORD-NEDERLAND
Akerpoort,
DPPO,
1.De procedure
- het tussenvonnis van 2 maart 2022;
- de conclusie van antwoord in reconventie van 19 juni 2022;
- de beide aktes overlegging producties van de zijde van DPPO, ter griffie ontvangen op 21 en 24 juni 2022;
- de mondelinge behandeling, gehouden op 29 juni 2022, waarvan de griffier aantekening heeft bijgehouden en waarop de advocaten van partijen aan de hand van spreekaantekeningen hun zaak hebben toegelicht;
2.De feiten
business case. Volgens dit plan zou naast een stadion bouwoppervlak worden gerealiseerd voor diverse commerciële ruimtes onder het te bouwen stadion en twee supermarkten naast het stadion. Ook zou er ruimte komen voor een zogeheten
leisure domeen zou onderwijsinstelling ROC Friese Poort zich bij het stadion gaan vestigen. Voorzien werd dat het stadion in juli 2020 gereed zou zijn.
Alle bedragen die[in de overeenkomst]
zijn genoemd, zijn wat ons betreft definitieve bedragen, om discussie op een later moment te voorkomen. Ieder draagt dus risico voor eigen genoemde bedragen en dat is niet meer onderhandelbaar. Dat is voor ons nog wel een risico, want misschien vallen de bouwkosten mee, maar ze kunnen ook tegenvallen."
€ 1.591.150,00. DPPO heeft dit bedrag tot op heden niet betaald.
3.Het geschil
in conventie
4.De beoordeling
schatten[
onderstreping rechtbank] thans een verwacht resultaat van € 2.500.000,-". In artikel 2.8 wordt expliciet gesproken over 'bijstelling' indien 'het daadwerkelijke resultaat tot meer of minder dan € 2.500.000,-' leidt. Het geheel van de tekst lijkt er daarmee veeleer op te duiden dat bedoeld is een rekenmethodiek overeen te komen, aan de hand waarvan partijen kunnen vaststellen welk deel van de uiteindelijke opbrengst aan welke partij toe dient te komen. Dat doet er niet aan af dat in de door Akerpoort aangehaalde e-mail door DPPO inderdaad wordt voorgesteld op voorhand gefixeerde bedragen overeen te komen. Daar staat echter tegenover, zoals DPPO onbetwist heeft opgemerkt, dat Akerpoort destijds negatief reageerde op dat idee, en bovendien niet is gebleken dat dit voorstel, onderdeel van een lange serie onderhandelingen, uiteindelijk alsnog is aanvaard. Blijft over het feit dat in artikel 2.5 VSO II staat dat "genoemde bedragen niet zullen worden getoetst op marktconformiteit", de acceptatie waarvan volgens Akerpoort moeilijk te rijmen valt met een resultaatsberekening achteraf. Die enkele omstandigheid, bezien tegen de achtergrond van het voorgaande, maakt naar oordeel van de rechtbank echter niet dat DPPO geacht moet worden te hebben begrepen en aanvaard dat sprake zou zijn van gefixeerde bedragen. De rechtbank volgt Akerpoort dan ook niet in haar standpunt dat de aan Akerpoort toekomende resultaatsvergoeding op voorhand is gefixeerd en de verschuldigdheid van een toekomstige boete alleen daarom al irrelevant is voor de hoogte van die vergoeding.