ECLI:NL:RBNNE:2022:2875

Uitspraak

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-NEDERLAND

Afdeling strafrecht

Locatie Assen

Parketnummer 18-012922-22

ter terechtzitting gevoegd parketnummer 18-158903-19

Vonnis van de meervoudige kamer voor de behandeling van strafzaken d.d. 11 augustus 2022 in de zaak van het openbaar ministerie tegen de verdachte

[verdachte] ,

geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats] , ingeschreven in de Basisregistratie Personen op het adres:

[straatnaam] , [woonplaats] ,

thans gedetineerd te [instelling] .

Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting van 28 juli 2022.

Verdachte is verschenen, bijgestaan door mr. R.H. Wormhoudt, advocaat te Ruinerwold.

Het openbaar ministerie is ter terechtzitting vertegenwoordigd door mr. S. Broekstra.

Tenlastelegging

Aan verdachte is, na nadere omschrijving van de tenlastelegging, in de zaak met parketnummer 18012922-22 ten laste gelegd dat:

hij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 1 december 2020 tot en met 16 juni 2021 te Nieuw-Buinen, gemeente Borger-Odoorn, althans in Nederland, door middel van een geautomatiseerd werk en/of met gebruikmaking van een communicatiedienst aan een persoon, te weten [slachtoffer 1] , geboren op [geboortedatum] 2007, die de leeftijd van zestien jaren nog niet had bereikt een ontmoeting heeft voorgesteld met het oogmerk ontuchtige handelingen, met een persoon die de leeftijd van zestien jaren nog niet had bereikt, te plegen en/of een afbeelding van een seksuele gedraging te vervaardigen, waarbij een persoon die de leeftijd van zestien jaren nog niet had bereikt was betrokken, terwijl hij, verdachte, enige handeling heeft ondernomen tot het verwezenlijken van die ontmoeting, door

via de website MovieStarPlanet contact te leggen met die [slachtoffer 1] en/of
zich bij dat contact met die [slachtoffer 1] voor te doen als een persoon die de leeftijd van zestienjaren nog niet had bereikt, te weten als [naam 1] met de leeftijd van 15 jaren en/of
( vervolgens) voor te stellen het contact voort te zetten via Snapchat en/of Instagram en/ofe-mail en/of telefoongesprekken en/of
die [slachtoffer 1] (onder dreiging) te vragen een of meer foto's zonder kleding aan hem, verdachte,te sturen en/of
voor te stellen dat die [slachtoffer 1] naar zijn woning komt en/of
( vervolgens) zijn adres te verschaffen aan die [slachtoffer 1] en/of
( vervolgens) aan die [slachtoffer 1] uit te leggen hoe zij de route naar zijn woningkan plannen en/of hoe zij die route (vervolgens) diende vast te leggen;

subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:

hij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 1 december 2020 tot en met 16 juni 2021 te Nieuw-Buinen, gemeente Borger-Odoorn, althans in Nederland, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om door middel van een geautomatiseerd werk en/of met gebruikmaking van een communicatiedienst, aan een persoon, te weten [slachtoffer 1] , geboren op [geboortedatum] 2007, die de leeftijd van zestien jaren nog niet had bereikt een ontmoeting voor te stellen met het oogmerk ontuchtige handelingen met een persoon die de leeftijd van zestien jaren nog niet had bereikt te plegen en/of een afbeelding van een seksuele gedraging te vervaardigen, waarbij een persoon die de leeftijd van zestien jaren nog niet had bereikt was betrokken, en daarbij enige handeling te ondernemen tot het verwezenlijken van die ontmoeting,

via de website MovieStarPlanet contact heeft gelegd met die [slachtoffer 1] en/of
zich bij dat contact met die [slachtoffer 1] voor heeft gedaan als een persoon die de leeftijd vanzestien jaren nog niet had bereikt, te weten als [naam 1] met de leeftijd van 15 jaren en/of
( vervolgens) heeft voorgesteld het contact voort te zetten via Snapchat en/of Instagram en/of email en/of telefoongesprekken en/of
die [slachtoffer 1] (onder dreiging) heeft gevraagd een of meer foto's zonder kleding aan hem,verdachte, te sturen en/of
heeft voorgesteld dat die [slachtoffer 1] naar zijn woning komt en/of
( vervolgens) zijn adres heeft verschaft aan die [slachtoffer 1] en/of
( vervolgens) aan die [slachtoffer 1] heeft uitgelegd hoe zij de route naar zijn woning kan plannenen/of hoe zij die route (vervolgens) diende vast te leggen, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;

2 hij op of omstreeks 17 januari 2022 te Nieuw-Buinen, gemeente Borger-Odoorn, althans in Nederland meermalen, althans eenmaal (telkens) 817 afbeeldingen, te weten 612 foto’s en/of 205 video’s - en/of vier gegevensdragers, bevattende afbeeldingen - te weten:

een Notebook (goednummer: 1457922) en/of
een Desktop computer (goednummer: 1457930) en/of
een Maxell Sata harddisk (goednummer: 1457919) en/of- een Seagate harddisk (goednummer: 1457944)

van seksuele gedragingen, waarbij iemand, te weten (onder andere) [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] die (kennelijk) de leeftijd van achttien jaar nog niet had(den) bereikt, is/zijn betrokken of schijnbaar is/zijn betrokken, heeft verworven, in bezit heeft gehad en/of zich daartoe door middel van een geautomatiseerd werk en/of met gebruikmaking van een communicatiedienst de toegang heeft verschaft

welke seksuele gedragingen - zakelijk weergegeven - bestonden uit:

het met de/een penis en/of vinger/hand en/of voorwerp en/of mond/tong oraal en/of vaginaal penetreren van het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en/of het met de/een penis en/of vinger/hand en/of voorwerp en/of mond/tong oraal en/of vaginaal penetreren van het lichaam van een (ander) persoon door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt

(Toonmap KP Algemeen, afbeeldingen 16, 18, 20 en/of 21)

en/of

het betasten en/of aanraken van het geslachtsdeel, de billen en/of borsten van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en/of het betasten en/of aanraken van het geslachtsdeel, de billen en/of borsten van een (ander) persoon door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt

(Toonmap KP Algemeen, afbeeldingen 10a, 11, 12, 13 en/of 14)

en/of

het geheel of gedeeltelijk naakt (laten) poseren van/door een persoon die (kennelijk) de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt, waarbij deze persoon gekleed is en/of opgemaakt is en/of poseert in een omgeving en/of met een voorwerp en/of in een erotisch getinte houding (op een wijze) die niet bij zijn/haar leeftijd past/passen en/of waarbij deze persoon zich (vervolgens) in opeenvolgende afbeeldingen/filmfragmenten van zijn/haar kleding ontdoet en/of (waarna) door het camerastandpunt en/of de (onnatuurlijke) pose en/of de wijze van kleden van deze persoon en/of de uitsnede van de foto's /film(s) nadrukkelijk het (ontblote) geslachtsdeel, de borsten en/of billen van deze persoon in beeld gebracht worden (waarbij) de afbeelding (aldus) (telkens) een onmiskenbaar seksuele strekking heeft en/of strekt tot seksuele prikkeling

(- Toonmap KP Algemeen, afbeeldingen 01 en/of 02 en/of

Toonmap [slachtoffer 2] , afbeeldingen 02 en/of 03 en/of
Toonmap [slachtoffer 1] , afbeeldingen 1 en/of 2 en/of
Toonmap NN3, afbeelding 7)

en/of

het masturberen boven/bij en/of ejaculeren op het gezicht en/of lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en/of het houden van een (stijve) penis bij/naast het gezicht en/of lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt (waarbij op dat gezicht/lichaam een op sperma gelijkende substantie zichtbaar is) (waarbij) de afbeelding (aldus) (telkens) een onmiskenbaar seksuele strekking heeft en/of strekt tot seksuele prikkeling

(Toonmap KP Algemeen, afbeelding 12, 13, 14, 15 en/of 17) en hij aldus van het plegen van dit misdrijf een gewoonte heeft gemaakt.

In de zaak met parketnummer 18-158903-19 is aan verdachte ten laste gelegd dat:

hij in of of omstreeks de periode van 3 november 2018 tot en met 4 november 2018 te Nootdorp, gemeente Pijnacker-Nootdorp en/of Nieuw-Buinen, gemeente Borger-Odoorn, in elk geval in

Nederland, althans in Nederland, met [slachtoffer 3]
,geboren op [geboortedatum] 2009, die toen de leeftijd van zestien jaren nog niet had bereikt, buiten echt, een of meer ontuchtige handelingen heeft gepleegd, door die [slachtoffer 3] ontuchtige handelingen te laten verrichten, te weten:

het zich geheel of gedeeltelijk ontkleden en/of
het tonen van (blote) borsten en/of ((gedeeltelijk) ontbloot) lichaam en/of
het tonen van de (blote) vagina en/of (ontbloot) onderlichaam en/of
het aanraken/strelen van de vagina en/of het inbrengen van een of meer vingers in de vagina, vanwelke handelingen afbeeldingen zijn gemaakt die ter kennis van hem, verdachte, zijn gekomen en/of (daarbij) middels WhatsApp, in elk geval een soortgelijk medium, voor hem, verdachte, zichtbaar waren;

subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:

hij in of of omstreeks de periode van 3 november 2018 tot en met 4 november 2018 te Nootdorp, gemeente Pijnacker-Nootdorp en/of Nieuw-Buinen, gemeente Borger-Odoorn, in elk geval in

Nederland, althans in Nederland, door misleiding, te weten het zich jegens

[slachtoffer 3] voordoen als een tienjarige jongen en/of sturen van een foto van een jonge jongen waarbij verdachte suggereerde dat hij er zo uitzag en/of zeggen dat hij 10 jaar was, [slachtoffer 3] , geboren op [geboortedatum] 2009, van wie hij, verdachte, wist of redelijkerwijs moest vermoeden dat deze de leeftijd van achttien jaren nog niet had bereikt, opzettelijk heeft bewogen een of meer ontuchtige handelingen te plegen en/of van verdachte te dulden, door die [slachtoffer 3] ontuchtige handelingen te laten verrichten, te weten: - het zich geheel of gedeeltelijk ontkleden en/of

het tonen van (blote) borsten en/of ((gedeeltelijk) ontbloot) lichaam en/of
het tonen van de (blote) vagina en/of (ontbloot) onderlichaam en/of
het aanraken/strelen van de vagina en/of het inbrengen van een of meer vingers in de vagina, vanwelke handelingen afbeeldingen zijn gemaakt die ter kennis van hem, verdachte, zijn gekomen en/of (daarbij) middels WhatsApp, in elk geval een soortgelijk medium, voor hem, verdachte, zichtbaar waren;

Hij op of omstreeks 22 december 2018 te Nieuw-Buinen, gemeente Borger-Odoorn, in elk geval in Nederland, meermalen, althans eenmaal (telkens) 119 afbeeldingen - en/of een gegevensdrager, bevattende afbeeldingen, te weten een harddisk (merk Sandisk
)- van seksuele gedragingen, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet had bereikt, is betrokken of schijnbaar is betrokken heeft verspreid, aangeboden, openlijk tentoongesteld, vervaardigd, verworven, in bezit gehad en/of zich daartoe door middel van een geautomatiseerd werk en/of met gebruikmaking van een communicatiedienst de toegang heeft verschaft welke seksuele gedragingen - zakelijk weergegeven - bestonden uit:

het met de/een penis oraal, vaginaal en/of anaal penetreren van het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en/of het met de/een penis en/of vinger/hand en/of voorwerp vaginaal penetreren van het lichaam van een (ander) persoon door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt (Bestandsnamen:

(…), p. 209 en/of
(…), p. 209 en/of- (…), p. 209)

en/of

het met de/een penis en/of vinger/hand en/of mond/tong betasten en/of aanraken van het geslachtsdeel en/of borsten van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en/of het met de/een vinger/hand en/of mond/tong betasten en/of aanraken van het geslachtsdeel en/of de billen en/of borsten van een (ander) persoon door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt (Bestandsnamen:

(…), p. 210 en/of
(…), p. 210)

en/of

het geheel of gedeeltelijk naakt (laten) poseren van/door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt, waarbij deze persoon gekleed is en/of opgemaakt is en/of poseert in een omgeving en/of in een erotisch getinte houding (op een wijze) die niet bij zijn/haar leeftijd

past/passen en/of waarbij deze persoon zich (vervolgens) in opeenvolgende

afbeeldingen/filmfragmenten van zijn/haar kleding ontdoet en/of (waarna) door het camerastandpunt, de (onnatuurlijke) pose en/of de wijze van kleden van deze persoon en/of de uitsnede van de foto's/film(s) nadrukkelijk het (ontblote) geslachtsdeel, de borsten en/of billen in beeld gebracht worden (waarbij) de afbeelding (aldus) (telkens) een onmiskenbaar seksuele strekking heeft en/of strekt tot seksuele prikkeling (Bestandsnamen:

- (…), (…), p. 211 en/of- (…), p. 211)

en/of

het ejaculeren op het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en/of het houden van een (stijve) penis bij/naast het gezicht en/of lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en/of (waarbij) op dat lichaam een op sperma gelijkende substantie zichtbaar is (waarbij) de afbeelding (aldus) (telkens) een onmiskenbaar seksuele strekking heeft en/of strekt tot seksuele prikkeling (Bestandsnamen:

- (…), (…), p. 211 en/of- (…), p. 211).

N.B.: ter voorkoming van verdere verspreiding zijn de bestandsnamen en vindplaatsen van voornoemde afbeeldingen en video’s, zowel in de hierboven weergegeven tenlastelegging als in de bewezenverklaring, geanonimiseerd.

Beoordeling van het bewijs

Standpunt van de officier van justitie

De officier van justitie heeft veroordeling gevorderd voor het onder parketnummer

18-012922-22 onder 1 primair en 2 en voor het onder parketnummer 18-158903-19 onder 1 primair en 2 ten laste gelegde.

Standpunt van de verdediging

De raadsman refereert zich met betrekking tot het onder parketnummer 18-012922-22 onder 1 primair en subsidiair en het onder parketnummer 18-158903-19 onder 1 primair en subsidiair en 2 ten laste gelegde aan het oordeel van de rechtbank.

Voor wat betreft het onder parketnummer 18-012922-22 onder 2 ten laste gelegde heeft de raadsman zich eveneens gerefereerd met uitzondering van het deel waarin hem wordt verweten dat hij van het in bezit hebben van kinderpornografisch materiaal een gewoonte heeft gemaakt. De raadsman heeft daartoe aangevoerd dat, nu de in 2022 aangetroffen kinderpornografische afbeeldingen feitelijk ook al ten tijde van het aantreffen van kinderpornografisch materiaal in 2018 in het bezit waren van verdachte, niet kan worden gesteld dat verdachte van dat bezit een gewoonte heeft gemaakt. Van dit onderdeel dient hij te worden vrijgesproken.

Met betrekking tot het onder parketnummer 18-158903-19 onder 1 ten laste gelegde merkt de raadsman nog op dat, hoewel in zijn visie zowel het primair als subsidiair ten laste gelegde wettig en overtuigend bewezen kan worden, een bewezenverklaring van het subsidiair ten laste gelegde het meest overeenkomt met hetgeen feitelijk heeft plaatsgevonden. Daarmee wordt zuiverder aangegeven dat verdachte het slachtoffer heeft misleid door zich voor te doen als een tienjarige jongen en haar handelingen heeft laten verrichten die juridisch als ontuchtig kunnen worden gekwalificeerd.

Oordeel van de rechtbank

Ten aanzien van parketnummer 18-012922-22

De rechtbank acht feit 1 primair en feit 2 wettig en overtuigend bewezen, zoals hierna opgenomen in de bewezenverklaring. Nu verdachte deze feiten duidelijk en ondubbelzinnig heeft bekend, volstaat de rechtbank met een opgave van de bewijsmiddelen overeenkomstig artikel 359, derde lid, tweede volzin, van het Wetboek van Strafvordering (Sv).

Deze opgave luidt als volgt:

Ten aanzien van feit 1: primair

de bekennende verklaring van verdachte afgelegd ter terechtzitting van 28 juli 2022;

een naar wettelijke voorschrift opgemaakt proces-verbaal van aangifte d.d. 22 juli 2021, opgenomen op pagina 16 e.v. van het dossier van Politie Noord-Nederland in het onderzoek ‘Parijs’

(BVH 2021159797) d.d. 23 mei 2022, inhoudende de verklaring van [verbalisant 1] ;

3. een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d.

28 juli 2021, inclusief bijlage, opgenomen op pagina 58 e.v. van voornoemd dossier, inhoudend het relaas van verbalisanten [verbalisant 2] en [verbalisant 3] .

Ten aanzien van feit 2

1. de bekennende verklaring van verdachte afgelegd ter terechtzitting van 28 juli 2022; 2. een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal Beschrijving kinderpornografisch materiaal d.d. 19 april 2022, inclusief bijlagen, opgenomen op pagina 78 e.v. van voornoemd dossier, inhoudend het relaas van verbalisant [verbalisant 4] .

Bewijsoverwegingen Ten aanzien van feit 1: primair

De rechtbank stelt voorop dat voor strafbaarheid van 'grooming', naast de overige in art. 248e Sr genoemde vereisten, onder meer vereist is dat de verdachte een ontmoeting voorstelt met het oogmerk op het plegen van ontuchtige handelingen, alsmede dat hij enige handeling onderneemt gericht op het verwezenlijken van die ontmoeting (vgl. een uitspraak van de Hoge Raad van 11 november 2014, ECLI:NL:HR:2014:3140).

De rechtbank stelt vast dat uit de gebezigde bewijsmiddelen blijkt dat verdachte aan [slachtoffer 1] een ontmoeting heeft voorgesteld, hij zijn adres aan haar heeft gegeven en haar heeft geïnstrueerd op welke wijze zij naar dat adres kon afreizen met behulp van navigatie. De voorbereidingen van verdachte om een ontmoeting met [slachtoffer 1] tot stand te brengen hebben daarmee concrete vormen aangenomen en verdachte heeft hiermee alle gelegenheid gecreëerd om die ontmoeting daadwerkelijk te laten plaatsvinden. Dat verdachte met het tot stand proberen te brengen van die ontmoeting het oogmerk had ontuchtige handelingen te plegen met [slachtoffer 1] , van wie verdachte wist dat zij minderjarig was, stelt de rechtbank vast op grond van hetgeen in het chatgesprek tussen hen naar voren is gekomen. In dit chatgesprek stelt verdachte - in reactie op het bericht van [slachtoffer 1] waarin zij stuurt ‘kus’ - aan haar voor deze kus te komen brengen. Gelet op hetgeen hiervoor is overwogen komt de rechtbank tot het oordeel dat een voltooide grooming, als bedoeld in artikel 248e van het Wetboek van Strafrecht (hierna: Sr), wettig en overtuigend kan worden bewezen.

Partiële vrijspraak ten aanzien van feit 2

De rechtbank overweegt dat een deel van de op de gegevensdragers van verdachte aangetroffen kinderpornografische afbeeldingen zich bevond in zogenoemde ‘
unallocated clusters’. Bestanden die in deze clusters zijn geplaatst kunnen alleen met speciale software worden gereconstrueerd. De rechtbank heeft geen aanwijzingen dat verdachte al dan niet de beschikking heeft gehad over dergelijke software of over kennis beschikt om dergelijke bestanden te reconstrueren. Naar het oordeel van de rechtbank is dan ook niet vast komen te staan dat verdachte deze afbeeldingen in zijn bezit had op de ten laste gelegde datum, in die zin dat zij benaderbaar waren en verdachte daarover een zekere beschikkingsmacht had, zodat verdachte daarvan moet worden vrijgesproken.

Het voorgaande brengt ook met zich mee dat, nu een deel van de kinderpornografische afbeeldingen zijn aangetroffen in unallocated clusters, niet exact kan worden vastgesteld hoeveel kinderpornografische afbeeldingen verdachte in zijn bezit heeft gehad. Evenmin kan worden bewezen dat hij op 17 januari 2022 een gewoonte heeft gemaakt van het overtreden van artikel 240b Sr. De rechtbank spreekt verdachte daarom partieel vrij van de in artikel 240b, tweede lid, Sr genoemde strafverzwarende omstandigheid.

Voorts is uit de voorhanden zijnde bewijsmiddelen evenmin gebleken dat verdachte op de ten laste gelegde datum, te weten 17 januari 2022, kinderpornografisch materiaal heeft verworven dan wel zich daartoe de toegang tot heeft verschaft. De verdachte zal ook van die onderdelen worden vrijgesproken.

Ten aanzien van de afbeeldingen die niet in zogenoemde unallocated clusters op de computer en harddisks van verdachte zijn aangetroffen, acht de rechtbank bewezen dat verdachte kinderpornografisch materiaal op de ten laste gelegde datum in zijn bezit heeft gehad.

Ten aanzien van parketnummer 18-158903-19

De rechtbank acht feit 1 primair en feit 2 wettig en overtuigend bewezen, zoals hierna opgenomen in de bewezenverklaring. Nu verdachte ook deze feiten duidelijk en ondubbelzinnig heeft bekend, volstaat de rechtbank ook hier met een opgave van de bewijsmiddelen overeenkomstig artikel 359, derde lid, tweede volzin, van het Wetboek van Strafvordering.

Deze opgave luidt als volgt:

Ten aanzien van feit 1 primair

de bekennende verklaring van verdachte afgelegd ter terechtzitting van 28 juli 2022;

een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van aangifte d.d.

5 november 2018, opgenomen op pagina 26 e.v. van het dossier van Politie

Noord-Nederland in het onderzoek ‘Pinguin’ (NNRBC18169) d.d. 1 juli 2019, inhoudende de verklaring van [naam 2] ;

3. een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d.

3 juni 2021, nummer PL0100-2018316182-18, als aanvulling op voornoemd dossier, inhoudend het relaas van verbalisant [verbalisant 5] .

Ten aanzien van feit 2

1. de bekennende verklaring van verdachte afgelegd ter terechtzitting van 28 juli 2022; 2. een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal Beschrijving kinderpornografisch materiaal d.d. 11 maart 2019, inclusief bijlagen, opgenomen op pagina 197 e.v. van voornoemd dossier d.d. 1 juli 2019, inhoudend het relaas van verbalisanten [verbalisant 6] en [verbalisant 7] .

Bewijsoverwegingen

Uit voornoemde bewijsmiddelen blijkt dat verdachte zich in de chatgesprekken met [slachtoffer 3] heeft voorgedaan als [naam 1] , een jongen van tien jaar oud. In die hoedanigheid heeft verdachte veelvuldig digitaal - overwegend seksueel getint - contact gehad met [slachtoffer 3] , een meisje van destijds negen jaar oud. Verdachte was van die leeftijd op de hoogte. In dit contact heeft verdachte niet alleen gevraagd om foto’s te sturen van haar blote borsten, haar ontbloot boven- en onderlichaam als ook haar blote vagina, maar ook om hem foto’s en video’s te sturen waarop te zien is dat zij zichzelf bevredigt. In de veronderstelling dat zij nog steeds contact heeft met de tienjarige [naam 1] , geeft [slachtoffer 3] hier gehoor aan. Hoewel er geen fysiek contact is geweest tussen verdachte en [slachtoffer 3] , is er naar het oordeel van de rechtbank wel sprake geweest van voor het plegen van ontucht met die minderjarige relevante interactie. Naar het oordeel van de rechtbank is dan ook sprake van handelingen die gelet op de sociaal-ethische opvattingen daarover, gepleegd in de context zoals overwogen, zijn aan te merken als het buiten echt plegen van ontucht met een minderjarige.

De rechtbank acht het primair ten laste gelegde dan ook wettig en overtuigend bewezen.

Bewezenverklaring

Ten aanzien van parketnummer 18-012922-22:

De rechtbank acht feit 1 primair en feit 2 wettig en overtuigend bewezen met dien verstande dat:

1. hij in de periode van 1 december 2020 tot en met 16 juni 2021 in Nederland, door middel van een geautomatiseerd werk en/of met gebruikmaking van een communicatiedienst aan een persoon, te weten [slachtoffer 1] , geboren op [geboortedatum] 2007, die de leeftijd van zestien jaren nog niet had bereikt een ontmoeting heeft voorgesteld met het oogmerk ontuchtige handelingen, met een persoon die de leeftijd van zestien jaren nog niet had bereikt, te plegen en een afbeelding van een seksuele gedraging te vervaardigen, waarbij een persoon die de leeftijd van zestien jaren nog niet had bereikt was betrokken, terwijl hij, verdachte, enige handeling heeft ondernomen tot het verwezenlijken van die ontmoeting, door

via de website MovieStarPlanet contact te leggen met die [slachtoffer 1] en
zich bij dat contact met die [slachtoffer 1] voor te doen als een persoon die de leeftijd van zestienjaren nog niet had bereikt, te weten als [naam 1] met de leeftijd van 15 jaren en
voor te stellen het contact voort te zetten via Snapchat en Instagram en e-mail entelefoongesprekken en
die [slachtoffer 1] te vragen foto's zonder kleding aan hem, verdachte, te sturen en
voor te stellen dat die [slachtoffer 1] naar zijn woning komt en
zijn adres te verschaffen aan die [slachtoffer 1] en
aan die [slachtoffer 1] uit te leggen hoe zij de route naar zijn woning kan plannen en hoe zij dieroute diende vast te leggen.

2 hij op 17 januari 2022 te Nieuw-Buinen gegevensdragers, te weten:

een Notebook (goednummer: 1457922) en
een Maxell Sata harddisk (goednummer: 1457919) en- een Seagate harddisk (goednummer: 1457944), bevattende afbeeldingen van seksuele gedragingen, waarbij personen, te weten (onder andere) [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] die de leeftijd van achttien jaar nog niet hadden bereikt, zijn betrokken, in bezit heeft gehad

welke seksuele gedragingen - zakelijk weergegeven - bestonden uit:

het met de/een penis en/of vinger/hand en/of voorwerp en/of mond/tong oraal en/of vaginaal penetreren van het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en

het met de/een penis en/of vinger/hand en/of voorwerp en/of mond/tong oraal en/of vaginaal penetreren van het lichaam van een (ander) persoon door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt

(Toonmap KP Algemeen, afbeeldingen 18)

en/of (waarna) door het camerastandpunt en/of de (onnatuurlijke) pose en/of de wijze van kleden van deze persoon en/of de uitsnede van de foto's /film(s) nadrukkelijk het (ontblote) geslachtsdeel, de borsten en/of billen van deze persoon in beeld gebracht worden (waarbij) de afbeelding (aldus) (telkens) een onmiskenbaar seksuele strekking heeft en/of strekt tot seksuele prikkeling

(- Toonmap [slachtoffer 2] ), afbeeldingen 2 en/of 03 en

Toonmap [slachtoffer 1] ), afbeeldingen 1 en/of 2 en
Toonmap NN3, afbeelding 7)

Ten aanzien van parketnummer 18-158903-19:

De rechtbank acht feit 1 primair en feit 2 wettig en overtuigend bewezen met dien verstande dat:

hij in de periode van 3 november 2018 tot en met 4 november 2018 in Nederland met

[slachtoffer 3] , geboren op [geboortedatum] 2009, die toen de leeftijd van zestien jaren nog niet had bereikt, buiten echt, ontuchtige handelingen heeft gepleegd, door die [slachtoffer 3] ontuchtige handelingen te laten verrichten, te weten: - het zich geheel of gedeeltelijk ontkleden en

het tonen van blote borsten en gedeeltelijk ontbloot lichaam en
het tonen van de blote vagina en ontbloot onderlichaam en
het strelen van de vagina en het inbrengen van een vinger in de vagina,van welke handelingen afbeeldingen zijn gemaakt die ter kennis van hem, verdachte, zijn gekomen en daarbij middels WhatsApp voor hem, verdachte, zichtbaar waren;

2 hij op 22 december 2018 te Nieuw-Buinen, gemeente Borger-Odoorn, 119 afbeeldingen – op een gegevensdrager – van seksuele gedragingen, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet had bereikt, is betrokken in bezit heeft gehad welke seksuele gedragingen – zakelijk weergegeven – bestonden uit:

(…), p. 209 en/of
(…), p. 209 en/of
(…), p. 209)

(…), p. 210 en/of
(…), p. 210)

past/passen en/of waarbij deze persoon zich (vervolgens) in opeenvolgende

afbeeldingen/filmfragmenten van zijn/haar kleding ontdoet en/of (waarna) door het camerastandpunt, de (onnatuurlijke) pose en/of de wijze van kleden van deze persoon en/of de uitsnede van de foto’s/film(s) nadrukkelijk het (ontblote) geslachtsdeel, de borsten en/of billen in beeld gebracht worden (waarbij) de afbeelding (aldus) (telkens) een onmiskenbaar seksuele strekking heeft en/of strekt tot seksuele prikkeling (Bestandsnamen:

(…), p. 211 en/of
(…), p. 211)

- (…), (…), p. 211 en/of- (…), p. 211).

Verdachte zal van het meer of anders ten laste gelegde worden vrijgesproken, aangezien de rechtbank dat niet bewezen acht.

Voor zover in de tenlasteleggingen taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. Verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.

Strafbaarheid van het bewezen verklaarde Het bewezen verklaarde levert op:

In de zaak met parketnummer 18-012922-22

primair;met gebruikmaking van een communicatiedienst een ontmoeting voorstellen aan iemand die de leeftijd van zestien jaren nog niet heeft bereikt, met het oogmerk ontuchtige handelingen te plegen met die persoon, welk voorstel tot ontmoeting is gevolgd door enige handeling gericht op het verwezenlijken van die ontmoeting;

een gegevensdrager bevattende een afbeelding van een seksuele gedraging, waarbij iemand diekennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt, is betrokken, in bezit hebben, meermalen gepleegd;

In de zaak met parketnummer 18-158903-19

primair;met iemand beneden de leeftijd van zestien jaren buiten echt ontuchtige handelingen plegen;

een afbeelding van een seksuele gedraging, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttienjaar nog niet heeft bereikt, is betrokken, in bezit hebben.

Deze feiten zijn strafbaar nu geen omstandigheden aannemelijk zijn geworden die de strafbaarheid uitsluiten.

Strafbaarheid van verdachte

De rechtbank acht verdachte strafbaar nu niet van enige strafuitsluitingsgrond is gebleken.

Strafmotivering

Vordering van de officier van justitie

De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte ter zake van de onder parketnummer 18012922-22 onder 1 primair en 2 en onder parketnummer 18-158903-19 onder 1 primair en 2 ten laste gelegde feiten, wordt veroordeeld tot een gevangenisstraf van 30 maanden met aftrek overeenkomstig artikel 27 Sr, waarvan 10 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 3 jaren. Daarnaast heeft de officier van justitie gevorderd om daaraan de bijzondere voorwaarden, zoals door de reclassering geadviseerd in haar rapport van 6 mei 2022, te verbinden, aangevuld met de voorwaarde dat verdachte gedurende de proeftijd zal meewerken aan het vinden en behouden van een passende dagbesteding.

Standpunt van de verdediging

De raadsman heeft bepleit dat er in het bijzonder rekening dient te worden gehouden met de omstandigheid dat de feiten in verminderde mate aan verdachte dienen te worden toegerekend. Voorts heeft de verdediging bepleit dat het Openbaar Ministerie nalatig heeft gehandeld door de vervolging van verdachte ter zake van de feiten, gepleegd eind 2018 (parketnummer 18-158903-19), niet met voortvarendheid af te handelen. Als het Openbaar Ministerie dat wél had gedaan, was het nooit gekomen tot het plegen van de feiten in de periode van 1 december 2020 tot en met 16 juni 2021 en op 17 januari 2022 (parketnummer 18-012922-22). Deze omstandigheid dient, aldus de verdediging, eveneens betrokken te worden bij de afdoening van onderhavige feiten.

Oordeel van de rechtbank

Bij de bepaling van de straf heeft de rechtbank rekening gehouden met de aard en de ernst van het bewezen en strafbaar verklaarde, de omstandigheden waaronder dit is begaan, de persoon van verdachte zoals deze naar voren is gekomen uit het onderzoek ter terechtzitting, de Pro Justitiarapportage van 6 mei 2022, het reclasseringsadvies van 6 mei 2022, het uittreksel uit de justitiële documentatie van 16 juni 2022, alsmede de vordering van de officier van justitie en het pleidooi van de verdediging.

De rechtbank heeft in het bijzonder het volgende in aanmerking genomen.

Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan ernstige zedendelicten. Verdachte heeft via het internet twee jonge meisjes benaderd, zich voorgedaan als minderjarige jongen [naam 1] , waarbij deze meisjes zich onvoldoende bewust waren van de risico’s van het chatten met verdachte. Zij hebben daarbij intieme informatie, foto’s en video’s gedeeld met verdachte.

Verder heeft verdachte door zich voor te doen als een minderjarige jongen van tien jaar oud het slachtoffer, [slachtoffer 3] , bewogen tot het verrichten van meerdere ontuchtige handelingen. Nog geen drie jaren nadat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan voornoemde strafbare feiten, heeft verdachte zich opnieuw schuldig gemaakt een ernstig zedenmisdrijf, te weten grooming. Door zich opnieuw met gebruikmaking van een online communicatiedienst voor te doen als de vijftienjarige jongen [naam 1] , heeft verdachte het vertrouwen weten te winnen van de destijds dertienjarige [slachtoffer 1] en aan haar een ontmoeting voorgesteld met het doel ontuchtige handelingen te verrichten. Daarnaast heeft verdachte zich schuldig gemaakt aan het bezit van kinderpornografische afbeeldingen op 22 december 2018 en 17 januari 2022. Onder deze afbeeldingen bevonden zich foto’s en filmpjes waarop vergaande seksuele handelingen bij en met minderjarigen te zien zijn.

Gebruikmakend van de onschuld en jeugdigheid van [slachtoffer 3] en [slachtoffer 1] heeft verdachte met het plegen van voornoemde feiten enkel en alleen zijn eigen verlangens willen bevredigen. Verdachte heeft hiermee ernstig inbreuk gemaakt op de lichamelijke en psychische integriteit en de normale (seksuele) ontwikkeling van deze jonge slachtoffers. In dat verband overweegt de rechtbank dat buiten kijf staat dat kinderen, als zij op jeugdige leeftijd worden misbruikt, daardoor in de toekomst grote psychische en lichamelijke schade kunnen oplopen die hun verdere ontwikkeling ernstig kan schaden. Ook kunnen zij, zoals blijkt uit de verklaringen van beide slachtoffers, nog geruime tijd worden geconfronteerd met de gevolgen. De rechtbank rekent verdachte voornoemde feiten zwaar aan.

De rechtbank heeft tevens in aanmerking genomen dat verdachte niet eerder onherroepelijk is veroordeeld voor soortgelijke strafbare feiten.

Uit de Pro Justitia-rapportage, opgesteld door klinisch psycholoog drs. T. van den Hazel, d.d. 6 mei

2022, volgt -samengevat- dat verdachte is gediagnosticeerd met een licht verstandelijke beperking, een aanpassingsstoornis met sombere stemming en een niet-exclusieve pedofiele stoornis. De licht verstandelijke beperking en niet-exclusieve pedofiele stoornis zijn duurzaam aanwezig, zo ook ten tijde van het plegen van de ten laste gelegde feiten. Omdat deze psychische problematiek de gedragskeuzes en gedragingen van verdachte ten tijde van het ten laste gelegde hebben beïnvloed wordt geadviseerd dit in verminderde mate aan verdachte toe te rekenen. Hoewel verdachte weet had van de wederrechtelijkheid van zijn handelen, is hij verminderd in staat geweest de ernst van de gevolgen van zijn gedrag in te zien en zijn impulsen, gedrag en seksuele opwinding te reguleren en te beteugelen. Het risico op recidive wordt, gezien de duurzame beperkingen in zijn vermogen tot een adequate spannings- en emotieregulatie, op grond van dynamische factoren als hoog ingeschat. Verdachte kent een pedoseksuele voorkeur en is onvoldoende in staat zijn gedrag te reguleren. De voor verdachte overvragende omstandigheden en gebeurtenissen destijds, in combinatie met voornoemde gediagnosticeerde stoornissen, hebben versterkend op elkaar ingewerkt ten tijde van het plegen van de strafbare feiten.

Uit het reclasseringsrapport van 6 mei 2022 volgt dat verdachte openstaat voor begeleiding bij praktische zaken, maar dat er voor wat betreft begeleiding rondom de bewezenverklaarde delicten een matige motivatie bestaat. Enerzijds geeft verdachte aan hieraan mee te zullen werken, maar anderzijds laat hij een weinig open houding zien. Om de recidivekans te verminderen adviseert de reclassering verdachte een begeleidings- en behandeltraject aan te bieden en hem bij een veroordeling een (deels) voorwaardelijke straf op te leggen met daaraan verbonden bijzondere voorwaarden, te weten een meldplicht, ambulante behandeling, begeleid wonen of maatschappelijke opvang, het vermijden van contact met minderjarigen en kinderporno en het meewerken aan de controle van gegevensdragers.

De rechtbank kan zich vinden in de adviezen en conclusies van de deskundige en de reclassering, neemt deze over en concludeert met betrekking tot de toerekeningsvatbaarheid van verdachte dat het bewezenverklaarde aan verdachte in verminderde mate moet worden toegerekend.

Alles afwegende acht de rechtbank een gevangenisstraf voor de duur van 24 maanden, waarvan 6 maanden voorwaardelijk, met aftrek van de tijd die verdachte reeds in voorarrest heeft doorgebracht, en een proeftijd van 3 jaren passend en geboden. De rechtbank legt een lagere onvoorwaardelijke gevangenisstraf op dan door de officier van justitie geëist, nu zij tot een andere bewezenverklaring komt. Een matiging van de straf is naar het oordeel van de rechtbank dan ook op zijn plaats.

Aan het voorwaardelijk deel van de straf zullen de bijzondere voorwaarden worden gekoppeld zoals geadviseerd door de reclassering. Voorts is de rechtbank met de officier van justitie van oordeel dat de bijzondere voorwaarden dienen te worden aangevuld met de bijzondere voorwaarde dat verdachte gedurende de proeftijd zal meewerken aan het vinden en behouden van een passende dagbesteding. Verdachte heeft ter terechtzitting verklaard dat hij bereid is aan deze bijzondere voorwaarden mee te werken.

Benadeelde partij

Parketnummer 18-158903-19

[slachtoffer 3] , vertegenwoordigd door haar vader [naam 2] , heeft zich als benadeelde partij in het strafproces gevoegd met een vordering tot schadevergoeding. Gevorderd wordt een bedrag van € 1.131,40 ter vergoeding van materiële schade en € 1.500,00 ter vergoeding van immateriële schade, vermeerderd met wettelijke rente vanaf de datum waarop de schade is ontstaan.

Standpunt van de officier van justitie

De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat de vordering van de benadeelde partij kan worden toegewezen, al dan niet via verplaatste schade, vermeerderd met de wettelijke rente en met oplegging van de schadevergoedingsmaatregel.

Standpunt van de verdediging

De raadsman heeft betoogd dat de door [slachtoffer 3] gevorderde materiële schade niet in zijn volle omvang in rechtstreeks verband staat met het gepleegde feit. Toewijzing van de vordering moet naar het oordeel van de verdediging in zoverre worden gematigd.

Oordeel van de rechtbank

Naar het oordeel van de rechtbank is voldoende aannemelijk dat [slachtoffer 3] de gestelde schade heeft geleden en dat deze schade een rechtstreeks gevolg is van het onder parketnummer 18158903-19 onder 1 primair bewezen verklaarde. De vordering, waarvan de hoogte voldoende is onderbouwd, zal daarom worden toegewezen, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 4 november 2018.

Met betrekking tot de gevorderde materiële schade merkt de rechtbank op dat uit de overgelegde toelichting op de vordering blijkt dat [naam 2] , vader van het minderjarige slachtoffer, verlofuren heeft opgenomen en reiskosten heeft gemaakt ten behoeve van het slachtoffer. [slachtoffer 3] was aangewezen op die zorg en ondersteuning. Voornoemde posten betreffen daarom verplaatste schade welke door de verdachte dient te worden vergoed.

Nu de aansprakelijkheid van verdachte vaststaat, zal de rechtbank de schadevergoedingsmaatregel opleggen om te bevorderen dat verdachte de schade zal vergoeden.

De rechtbank zal verdachte ook veroordelen in de kosten die de benadeelde partij tot aan deze uitspraak in verband met de vordering heeft gemaakt, tot op heden begroot op nihil, en in de kosten die de benadeelde partij ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog moet maken.

Beslag

Parketnummer 18-158903-19

Standpunt van de officier van justitie

De officier van justitie heeft verbeurdverklaring gevorderd van de onder verdachte in beslag genomen computer.

Standpunt van de verdediging

De verdediging heeft geen verweer gevoerd tegen het beslag.

Oordeel van de rechtbank

De rechtbank is van oordeel dat het in het dictum nader te noemen inbeslaggenomen voorwerp vatbaar is voor verbeurdverklaring, omdat met behulp van dit voorwerp de bewezenverklaarde feiten zijn begaan.

Toepassing van wetsartikelen

De rechtbank heeft gelet op de artikelen 14a, 14b, 14c, 33, 33a, 36f, 57, 240b, 247 en 248e van het Wetboek van Strafrecht.

Deze voorschriften zijn toegepast, zoals zij ten tijde van het bewezen verklaarde rechtens golden dan wel ten tijde van deze uitspraak gelden.

Uitspraak

De rechtbank

Verklaart het onder parketnummer 18-012922-22 onder 1 primair en 2 en het onder parketnummer 18-158903-19 onder 1 primair en 2 ten laste gelegde bewezen, te kwalificeren en strafbaar zoals voormeld en verdachte daarvoor strafbaar.

Verklaart niet bewezen hetgeen aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan het bewezen verklaarde en spreekt verdachte daarvan vrij.

Veroordeelt verdachte tot:

een gevangenisstraf voor de duur van 24 maanden.

Bepaalt dat van deze gevangenisstraf
een gedeelte, groot 6 maanden, niet zal worden ten uitvoer gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten, op grond, dat de veroordeelde voor het einde van of gedurende de proeftijd, die hierbij wordt vastgesteld op 3 jaren, de hierna te noemen voorwaarden niet heeft nageleefd.

Beveelt dat de tijd die de veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis heeft doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf, geheel in mindering zal worden gebracht.

Voorwaarde is, dat de veroordeelde zich voor het einde van de proeftijd niet schuldig zal maken aan een strafbaar feit.

Stelt als bijzondere voorwaarden:

1. dat de veroordeelde zich binnen vijf werkdagen na het ingaan van de proeftijd meldt bij

Reclassering Nederland en zich blijft melden op afspraken met de reclassering, zo vaak en zolang de reclassering dat nodig acht. Deze afspraken kunnen ook bestaan uit huisbezoeken.

Veroordeelde volgt de aanwijzingen op die hem door of namens de reclassering gegeven worden voor zover niet reeds in andere voorwaarden benoemd. Binnen het toezicht worden (sub)doelen geformuleerd waar veroordeeld aan zal werken om deze te behalen;

2. dat de veroordeelde zich laat behandelen door de Ambulante Forensische Poli

Noord-Nederland of een soortgelijke zorgverlener, te bepalen door de reclassering. De behandeling duurt de gehele proeftijd of zoveel korter als de reclassering dat nodig acht. Veroordeelde houdt zich aan de huisregels en de aanwijzingen die de zorgverlener geeft voor de behandeling;

3. dat de veroordeelde verblijft in een begeleid wonen setting of een andere instelling voor bescherming wonen of maatschappelijke opvang, te bepalen door de reclassering. Het verblijf duurt de gehele proeftijd of zoveel korter als de reclassering nodig acht. Veroordeelde houdt zich aan de huisregels en het dagprogramma dat de instelling in overleg met de reclassering voor hem heeft opgesteld;

4. dat de veroordeelde meewerkt aan en zich inzet voor het vinden en behouden van een passende dagbesteding.

5. dat de veroordeelde op geen enkele wijze contact zoekt met minderjarigen. Hij vermijdt deze contacten zoveel mogelijk. Als contacten onvermijdelijk zijn zorgt veroordeelde dat hier, door de behandelaar of reclassering, gescreende personen bij aanwezig zijn;

6. dat de veroordeelde zich onthoudt van:

het seksueel getint communiceren met minderjarigen;
gedrag dat is gericht op een digitale omgeving waarin kinderpornografisch materiaal kan wordenverkregen;
gedrag dat is gericht op een digitale omgeving waarin over seksuele handelingen met minderjarigenwordt gecommuniceerd.

Bij de controles op naleving van deze gedragsvoorwaarde, die gedurende de proeftijd maximaal drie keer per jaar mogen plaatsvinden, kan de reclassering zich bij huisbezoeken (technisch) laten ondersteunen door een ICT-deskundige, ook als dit een opsporingsambtenaar is die deskundig is op digitaal gebied. Na digitaal onderzoek ter plaatse, dat enkel gericht mag zijn op en beperkt moet blijven tot de controle van de naleving van deze gedragsvoorwaarde – deelt de deskundige zijn bevindingen uitsluitend mee aan de reclassering. Bij aantreffen van verborgen, versleutelde of niettoegankelijke bestanden kan de reclassering veroordeelde de aanwijzing geven dat hij deze bestanden toegankelijk maakt. De veroordeelde is verplicht aan deze aanwijzing medewerking te verlenen. Kan het digitaal onderzoek onvoldoende ter plaatse plaatsvinden, dan kan de deskundige na goedkeuring van de reclassering een digitale kopie maken van de geautomatiseerde werken en gegevensdragers. De kopie wordt zo spoedig mogelijk elders onderzocht, waarna de deskundige het onderzoeksresultaat uitsluitend rapporteert aan de reclassering. Over de vraag of sprake is van strafbare kinderpornografie, kan de reclassering een zedenrechercheur raadplegen die gecertificeerd is voor het beoordelen van beeldmateriaal op kinderporno. De zedenrechercheur rapporteert uitsluitend aan de reclassering. Binnen twee weken nadat de reclassering is gebleken dat geen schending van de gedragsvoorwaarde heeft plaatsgevonden wordt de digitale kopie vernietigd.

Geeft aan voornoemde reclasseringsinstelling de opdracht als bedoeld in artikel 14c, zesde lid, van het Wetboek van Strafrecht toezicht te houden op de naleving van de voorwaarden en de veroordeelde ten behoeve daarvan te begeleiden.

Voorwaarden daarbij zijn dat de veroordeelde gedurende de proeftijd:

ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking zal verlenen aan het nemen vaneen of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbiedt;
medewerking zal verlenen aan het reclasseringstoezicht, bedoeld in artikel 14c, zesde lid, van hetWetboek van Strafrecht, de medewerking aan huisbezoeken en het zich melden bij de reclassering zo vaak en zolang als de reclassering dit noodzakelijk acht, daaronder begrepen.

Ten aanzien van parketnummer 18-158903-19, feit 1 primair:

Wijst de vorderingen van de benadeelde partij toe tot het hierna te noemen bedrag en veroordeelt verdachte om aan
[slachtoffer 3]te betalen:

het bedrag van
de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 4 november 2018 tot de dag van algehele voldoening;
de proceskosten die de benadeelde partij heeft gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerleggingvan deze uitspraak alsnog zal maken, tot heden begroot op nihil.

Legt aan verdachte de verplichting op om ten behoeve van
[slachtoffer 3]aan de Staat te betalen een bedrag van
€ 2.631,40(zegge: tweeduizend zeshonderdeenendertig euro en veertig eurocent), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 4 november 2018 tot de dag van algehele voldoening. Dit bedrag bestaat uit € 1.131,40 aan materiële schade en € 1.500,00 aan immateriële schade.

Bepaalt dat bij gebreke van volledig verhaal van de betalingsverplichting aan de Staat gijzeling voor de duur van 36 dagen kan worden toegepast. De toepassing van gijzeling heft de betalingsverplichting niet op.

Bepaalt dat als verdachte voldoet aan de betalingsverplichting aan de benadeelde partij of aan de Staat, verdachte in zoverre zal zijn bevrijd van de betalingsverplichting aan beiden.

Verklaart verbeurd het op de beslaglijst onder 1 genummerde voorwerp; te weten - 1 STK Computer (omschrijving: 1087795, Antec).

Dit vonnis is gewezen door mr. R. Depping, voorzitter, mr. G. Eelsing en mr. L.B. Bartels-van Goor, rechters, bijgestaan door mr. M. Mans, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 11 augustus 2022.

Veroordeling voor het bezit van kinderporno, grooming en ontucht met een minderjarige

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-NEDERLAND

[verdachte] ,

Tenlastelegging

N.B.: ter voorkoming van verdere verspreiding zijn de bestandsnamen en vindplaatsen van voornoemde afbeeldingen en video’s, zowel in de hierboven weergegeven tenlastelegging als in de bewezenverklaring, geanonimiseerd.

Beoordeling van het bewijs

Bewezenverklaring

Strafbaarheid van het bewezen verklaarde Het bewezen verklaarde levert op:

In de zaak met parketnummer 18-012922-22

In de zaak met parketnummer 18-158903-19

Strafbaarheid van verdachte

Strafmotivering

Benadeelde partij

Beslag

Toepassing van wetsartikelen

Uitspraak

De rechtbank

een gevangenisstraf voor de duur van 24 maanden.