ECLI:NL:RBNNE:2022:1848

Rechtbank Noord-Nederland

Datum uitspraak
3 mei 2022
Publicatiedatum
8 juni 2022
Zaaknummer
18/147405-20
Instantie
Rechtbank Noord-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Op tegenspraak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling van verdachte voor meerdere strafbare feiten, waaronder schennis van de eerbaarheid, oplichting, flessentrekkerij, vernieling en diefstal

Op 3 mei 2022 heeft de Rechtbank Noord-Nederland, locatie Leeuwarden, uitspraak gedaan in de zaak tegen een verdachte die zich in een periode van twee maanden schuldig heeft gemaakt aan een reeks strafbare feiten. De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van 12 maanden. De feiten omvatten schennis van de eerbaarheid, oplichting, flessentrekkerij, vernieling en diefstal. De verdachte heeft zich herhaaldelijk schuldig gemaakt aan het niet betalen voor genuttigde goederen in horecagelegenheden, wat als flessentrekkerij werd gekwalificeerd. Daarnaast heeft hij zich schuldig gemaakt aan het tonen van zijn geslachtsdeel op openbare plaatsen, wat als schennis van de eerbaarheid werd beschouwd. De rechtbank heeft ook vastgesteld dat de verdachte meerdere keren een gebiedsverbod heeft overtreden en in de nabijheid van kinderen een (nep)wapen heeft gehad. De rechtbank heeft de vorderingen van benadeelde partijen toegewezen, waarbij de verdachte werd veroordeeld tot schadevergoeding. De rechtbank heeft de ernst van de feiten en het recidiverisico van de verdachte in overweging genomen bij het opleggen van de straf.

Uitspraak

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-NEDERLAND

Afdeling strafrecht Locatie
Leeuwarden
parketnummer 18/147405-20
ter terechtzitting gevoegde parketnummers
18/155933-20 18/159561-20 18/166988-20 18/168563-20 18/170900-20
18/180244-20 18/190784-20 18/201987-20 18/207891-20 18/207925-20
18/207932-20 18/218893-20 18/218900-20 18/218908-20 18/218872-20
18/218917-20 18/002723-21 08/015747-22 18/170899-20
Verkort vonnis van de meervoudige kamer voor de behandeling van strafzaken d.d. 3 mei 2022 in de zaak van het openbaar ministerie tegen de verdachte

[verdachte] ,

geboren op [geboortedatum] 1964 te [geboorteplaats] , wonende te [straatnaam] , [woonplaats] .
Dit verkort vonnis is gewezen naar aanleiding van de onderzoeken ter terechtzitting van 7 september 2021, 12 april 2022 en 26 april 2022.
Verdachte is verschenen, bijgestaan door mr. A.A. Scholtmeijer, advocaat te Heerenveen. Het openbaar ministerie is ter terechtzitting vertegenwoordigd door mr. R. de Graaf.

Tenlastelegging

Aan verdachte is ten laste gelegd dat:
parketnummer 18/147405-20
hij op of omstreeks 3 juni 2020, op het treintraject van Den Haag naar Assen, althans in Nederland, de eerbaarheid heeft geschonden op of aan een plaats, voor het openbaar verkeer bestemd, te weten in een treincoupé tijdens voornoemde treinreis, door te masturberen althans zijn, verdachtes hand, onder de jas te steken, welke jas over het kruis van verdachte lag en/of (vervolgens) aftrekkende bewegingen te maken;
parketnummer 18/155933-20
hij in of omstreeks de periode van 3 tot en met 14 juni 2020, in de gemeente Leeuwarden, althans in Nederland, een beroep of een gewoonte heeft gemaakt van het kopen van goederen met het oogmerk om zonder volledige betaling zich en/of een ander de beschikking over die goederen te verzekeren, hebbende verdachte, telkens met voormeld oogmerk, de navolgende goederen - op dag en plaats daarbij vermeld - gekocht/genuttigd, te weten
  • chocomel en/of één of meer drink- en/of etenswaren (ter waarde van € 50) op 3 juni 2020 bijeetgelegenheid [benadeelde partij 1] te Leeuwarden
  • één of meer koppen koffie en/of een runderburger met jus (ter waarde van € 24,20)op 8 juni 2020 bij [benadeelde partij 2] te Leeuwarden en/of
  • een kop koffie (ter waarde van € 3,10) op 14 juni 2020 bij eetgelegenheid [benadeelde partij 3] teLeeuwarden;
parketnummer 18/159561-20
hij op of omstreeks 16 juni 2020 te Heerenveen een wapen van categorie I, onder 7° van de Wet wapens en munitie, te weten een door de Minister van Justitie en Veiligheid aangewezen voorwerp dat een ernstige bedreiging van personen kon vormen en/of dat zodanig op een wapen geleek dat deze voor bedreiging of afdreiging geschikt was, namelijk een wapen/voorwerp gelijkend op een bestaand vuurwapen, te weten een ADC-custom, type Pocket-Duo voorhanden heeft gehad;
parketnummer 18/166988-20
hij op of omstreeks 26 juni 2020 te Leeuwarden, althans in Nederland met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of een valse hoedanigheid en/of door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels, [benadeelde partij 5] , eigenaar van [benadeelde partij 6] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed, het verlenen van een dienst, het ter beschikking stellen van gegevens, het aangaan van een schuld en/of het teniet doen van een inschuld, te weten het laten serveren van twee dagplates
(biefstuk met pepersaus, friet en salade) en/of twee koppen koffie, door
- ( meermalen) op verschillende momenten die dagplates en/of koffie te bestellen en/of te laten serveren en/of te nuttigen en/of daarmee de indruk wekkende bij de [benadeelde partij 5] dat hij, verdachte genoemde etenswaren en/of dranken (met een totale waarde van 30,20 euro) aansluitend zou betalen en/of (waarbij) verdachte al wist dat hij genoemde etenswaren en/of dranken niet zou gaan betalen, althans geen geld bij zich had om te betalen;
parketnummer 18/168563-20
1.
hij op of omstreeks 28 juni 2020 in de gemeente Leeuwarden, althans in Nederland, een beroep of een gewoonte heeft gemaakt van het kopen van goederen met het oogmerk om zonder volledige betaling zich en/of een ander de beschikking over die goederen te verzekeren, hebbende verdachte, telkens met voormeld oogmerk, de navolgende goederen
  • op dag en plaats daarbij vermeld - gekocht/genuttigd, te weten
  • vier Heineken bier en/of één portie Frutti de Mare en/of één keer een zes-gangen-menu en/of tweetiramisu (ter waarde van in totaal € 65,40) op 28 juni 2020 bij eetgelegenheid [benadeelde partij 7] (gevestigd aan de [straatnaam] );
2.
hij op of omstreeks 28 juni 2020 te Leeuwarden de eerbaarheid heeft geschonden op of aan een plaats, voor het openbaar verkeer bestemd, te weten de Bagijnesteeg en/of de Bagijnestraat, door zijn, verdachtes, broek naar beneden te trekken en/of zijn billen te tonen;
parketnummer 18/170900-20
hij op of omstreeks 5 juni 2020, te Leeuwarden, opzettelijk en wederrechtelijk een ruit van/in de woning [straatnaam] , in elk geval enig goed, dat geheel of ten dele aan een ander, te weten aan [benadeelde partij 21] toebehoorde, heeft vernield, beschadigd, onbruikbaar gemaakt en/of weggemaakt;
parketnummer 18/180244-20
hij op of omstreeks 12 juli 2020 te Leeuwarden een ijsje, in elk geval enig goed, dat geheel of ten dele aan een ander toebehoorde, te weten aan [benadeelde partij 8] , heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen;
parketnummer 18/190784-20
1. primair
hij op of omstreeks 21 juli 2020 te Gorredijk, in elk geval in de gemeente Opsterland, althans in Nederland, met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of een valse hoedanigheid en/of door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels, een of meer medewerker(s) van restaurant " [benadeelde partij 9] " (gevestigd op de [straatnaam] ) heeft bewogen tot de afgifte van enig goed, te weten 2 x bier, 2 x plate kip saté, 1 x tomatensoep, 2 x Grand Marnier en 2 x koffie met slagroom, door zich naar de medewerker(s) toe voor te doen als een bonafide klant die de door hem bestelde en genuttigde goederen zou afrekenen, zulks terwijl verdachte geen geld bij zich had en/of kennelijk niet voornemens was de door hem bestelde en genuttigde goederen te betalen;
subsidiair hij op of omstreeks 21 juli 2020 te Gorredijk, in restaurant " [benadeelde partij 9] " (gevestigd op de [straatnaam] ) in elk geval in de gemeente Opsterland, 2 x bier, 2 x plate kip saté, 1 x tomatensoep, 2 x Grand Marnier en 2 x koffie met slagroom, in elk geval enig goed, dat geheel of ten dele aan een ander toebehoorde, te weten aan E. Mulder en/of restaurant " [benadeelde partij 9] ", heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen;
2.
hij op of omstreeks 16 juli 2020 te Heerenveen opzettelijk en wederrechtelijk (het sluitwerk van) een deur en/of een kozijn van een woning (kamer 5, gelegen aan of bij de [straatnaam] ) , in elk geval enig goed, dat geheel of ten dele aan een ander, te weten aan [benadeelde partij 10] toebehoorde, heeft vernield, beschadigd, onbruikbaar gemaakt en/of weggemaakt;
3.
hij op of omstreeks 10 juli 2020 te Heerenveen, in/uit een woning (gelegen aan of bij de [straatnaam] ) , een telefoontoestel en/of een portemonnee met inhoud (te weten onder meer een hoeveelheid geld en/of een id-kaart en/of zorgpas en/of bankpas), in elk geval enig goed, dat geheel of ten dele aan een ander toebehoorde, te weten aan [benadeelde partij 11] , heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen;
4.
hij op of omstreeks 21 juli 2020 te Gorredijk, in elk geval in de gemeente Opsterland, een herenfiets (merk Koga Myata, type road mixed), in elk geval enig goed, dat geheel of ten dele aan een ander toebehoorde, te weten aan [benadeelde partij 12] , heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen;
parketnummer 18/201987-201.
hij op of omstreeks 6 augustus 2020 te Heerenveen een telefoontoestel (van het merk I-phone), in elk geval enig goed, dat geheel of ten dele aan een ander toebehoorde, te weten aan [benadeelde partij 13] , heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen;
2.
hij op of omstreeks 6 augustus 2020 te Heerenveen opzettelijk en wederrechtelijk een ruit van een woning (gelegen aan of bij het [straatnaam] , in elk geval enig goed, dat geheel of ten dele aan een ander, te weten aan (verhuurbedrijf) [benadeelde partij 14] toebehoorde, heeft vernield, beschadigd, onbruikbaar gemaakt en/of weggemaakt;
3. hij op of omstreeks 6 augustus 2020 te Heerenveen twee tuinstoelen (kleur grijs/antraciet), in elk geval enig goed, dat geheel of ten dele aan een ander toebehoorde, te weten aan [benadeelde partij 15] , heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen;
4.
hij op of omstreeks 24 juli 2020 te Leeuwarden opzettelijk en wederrechtelijk een deur, in elk geval enig goed, dat geheel of ten dele aan een ander, te weten aan [benadeelde partij 16] toebehoorde, heeft vernield, beschadigd, onbruikbaar gemaakt en/of weggemaakt;
5. primair
hij op of omstreeks 29 juli 2020 te Leeuwarden, althans in Nederland, een beroep of een gewoonte heeft gemaakt van het kopen van goederen met het oogmerk om zonder volledige betaling zich en/of een ander de beschikking over die goederen te verzekeren, door meermalen eten en/of drinken te bestellen en/of (vervolgen) te nuttigen bij [benadeelde partij 17] , aldaar;
subsidiair hij op of omstreeks 29 juli 2020 te Leeuwarden, althans in Nederland met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of een valse hoedanigheid en/of door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels, eén of meer medewerkster(s) van [benadeelde partij 17] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed, het verlenen van een dienst, het ter beschikking stellen van gegevens, het aangaan van een schuld en/of het teniet doen van een inschuld, te weten meerdere etenswaren en/of dranken, door zich voor te doen als bonafide klant die de door hem genuttigde goederen zou afrekenen, terwijl verdachte geen geld en/of betaalmiddel(en) bij zich had en/of (kennelijk) niet voornemens was de door hem bestelde en/of genuttigde goederen te betalen;
parketnummer 18/207891-20
1.
hij op of omstreeks 14 juli 2020 te Heerenveen de eerbaarheid heeft geschonden op of aan een plaats, voor het openbaar verkeer bestemd, te weten de Oude Koemarkt, door zijn broek naar beneden te trekken en/of (vervolgens) zijn blote billen en/of geslachtsdeel aan omstanders te tonen;
2. primair hij op of omstreeks 14 juli 2020 te Heerenveen een beroep of een gewoonte heeft gemaakt van het kopen van goederen met het oogmerk om zonder volledige betaling zich en/of een ander de beschikking over die goederen te verzekeren, door meermalen eten en/of drinken te bestellen en/of te nuttigen bij horecagelegenheid [benadeelde partij 18] ;
subsidiair:
hij op of omstreeks 14 juli 2020 te Heerenveen, althans in Nederland met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of een valse hoedanigheid en/of door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels, één of meer medewerker(s) van horecagelegenheid [benadeelde partij 18] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed, het verlenen van een dienst, het ter beschikking stellen van gegevens, het aangaan van een schuld en/of het teniet doen van een inschuld, te weten meerdere etenswaren en/of dranken, door zich voor te doen als bonafide klant die de door hem genuttigde goederen zou afrekenen, terwijl verdachte geen geld en/of betaalmiddel(en) bij zich had en/of (kennelijk) niet voornemens was de door hem bestelde en/of genuttigde goederen te betalen
parketnummer 18/207925-20
hij op of omstreeks 16 juli 2020 te Heerenveen de eerbaarheid heeft geschonden op of aan een plaats, voor het openbaar verkeer bestemd, te weten het Gemeenteplein, door zijn geslachtsdeel te tonen aan omstanders en/of met het geslachtsdeel te zwaaien;
parketnummer 18/207932-20
hij op of omstreeks 5 augustus 2020 op het treintraject van Heerenveen - Leeuwarden de eerbaarheid heeft geschonden op een niet openbare plaats, te weten in een treincoupé op voornoemd traject, terwijl een ander, te weten [benadeelde partij 19] , daarbij zijns/haars ondanks tegenwoordig was, door meermalen over zijn kruis/geslachtsdeel te wrijven en/of tikjes op het geslachtsdeel te geven;
parketnummer 18/218893-20
hij op of omstreeks 24 juli 2020 te Leeuwarden opzettelijk niet heeft voldaan aan een bevel, te weten een gebiedsverbod, kenmerk Z225030-2020 krachtens een wettelijk voorschrift, te weten artikel 172a van de Gemeentewet, gedaan door of namens de burgemeester van Leeuwarden, in elk geval een ambtenaar als bedoeld in artikel 184 Wetboek van Strafrecht, eerste en/of tweede lid, inhoudende dat hij, verdachte, zich in de periode gelegen van 16 juli 2020 tot en met 16 oktober 2020 niet mocht bevinden in/op de binnenstad van Leeuwarden, door, zich op voornoemde datum om 18:10 in/op, althans op een openbare weg of plaats gelegen in voornoemd gebied te bevinden;
parketnummer 18/218900-20
hij op of omstreeks 27 juli 2020 te Leeuwarden opzettelijk niet heeft voldaan aan een bevel, te weten een gebiedsverbod, kenmerk Z225030-2020 krachtens een wettelijk voorschrift, te weten artikel 172a van de Gemeentewet, gedaan door of namens de burgemeester van Leeuwarden, in elk geval een ambtenaar als bedoeld in artikel 184 Wetboek van Strafrecht, eerste en/of tweede lid, inhoudende dat hij, verdachte, zich in de periode gelegen van 16 juli 2020 tot en met 16 oktober 2020 niet mocht bevinden in/op de binnenstad van Leeuwarden, door, zich op voornoemde datum om 09:35 in/op, althans op een openbare weg of plaats gelegen in voornoemd gebied te bevinden;
parketnummer 18/218908-20
hij op of omstreeks 29 juli 2020 te Leeuwarden opzettelijk niet heeft voldaan aan een bevel, te weten een gebiedsverbod, kenmerk Z225030-2020 krachtens een wettelijk voorschrift, te weten artikel 172a van de Gemeentewet, gedaan door of namens de burgemeester van Leeuwarden, in elk geval een ambtenaar als bedoeld in artikel 184 Wetboek van Strafrecht, eerste en/of tweede lid, inhoudende dat hij, verdachte, zich in de periode gelegen van 16 juli 2020 tot en met 16 oktober 2020 niet mocht bevinden in/op de binnenstad van Leeuwarden, door, zich op voornoemde datum om 09:35 in/op, althans op een openbare weg of plaats gelegen in voornoemd gebied te bevinden;
parketnummer 18/218872-20
1.
hij op of omstreeks 18 juli 2020 te Leeuwarden opzettelijk niet heeft voldaan aan een bevel, te weten een gebiedsverbod, kenmerk Z225030-2020 krachtens een wettelijk voorschrift, te weten artikel 172a van de Gemeentewet, gedaan door of namens de burgemeester van Leeuwarden, in elk geval een ambtenaar als bedoeld in artikel 184 Wetboek van Strafrecht, eerste en/of tweede lid, inhoudende dat hij, verdachte, zich in de periode gelegen van 16 juli 2020 tot en met 16 oktober 2020 niet mocht bevinden in/op de binnenstad van Leeuwarden, door, zich op voornoemde datum om 11:40 in/op, althans op een openbare weg of plaats gelegen in voornoemd gebied te bevinden;
2.
hij op of omstreeks 19 juli 2020 te Leeuwarden opzettelijk niet heeft voldaan aan een bevel, te weten een gebiedsverbod, kenmerk Z225030-2020 krachtens een wettelijk voorschrift, te weten artikel 172a van de Gemeentewet, gedaan door of namens de burgemeester van Leeuwarden, in elk geval een ambtenaar als bedoeld in artikel 184 Wetboek van Strafrecht, eerste en/of tweede lid, inhoudende dat hij, verdachte, zich in de periode gelegen van 16 juli 2020 tot en met 16 oktober 2020 niet mocht bevinden in/op de binnenstad van Leeuwarden, door, zich op voornoemde datum om 15:50 in/op, althans op een openbare weg of plaats gelegen in voornoemd gebied te bevinden;
parketnummer 18/218917-20
hij op of omstreeks 20 juli 2020 te Leeuwarden opzettelijk niet heeft voldaan aan een bevel, te weten een gebiedsverbod, kenmerk Z225030-2020 krachtens een wettelijk voorschrift, te weten artikel 172a van de Gemeentewet, gedaan door of namens de burgemeester van Leeuwarden, in elk geval een ambtenaar als bedoeld in artikel 184 Wetboek van Strafrecht, eerste en/of tweede lid, inhoudende dat hij, verdachte, zich in de periode gelegen van 16 juli 2020 tot en met 16 oktober 2020 niet mocht bevinden in/op de binnenstad van Leeuwarden, door, zich op voornoemde datum om 10:20 in/op, althans op een openbare weg of plaats gelegen in voornoemd gebied te bevinden;
parketnummer 18/002723-21
hij op of omstreeks 7 augustus 2020, in de gemeente Leeuwarden, opzettelijk en wederrechtelijk een muur en een technozuil van het cellencomplex aan de Holstmeerweg, in elk geval enig goed, dat geheel of ten dele aan een ander, te weten aan de politie
Noord-Nederland toebehoorde, heeft vernield, beschadigd, onbruikbaar gemaakt en/of weggemaakt;
parketnummer 08/015747-22
primair hij, op of omstreeks 15 oktober 2021 te Zwolle, opzettelijk brand heeft gesticht door open vuur, (te weten een brandende aansteker) in aanraking te brengen met papier(en), althans met een brandbare stof, ten gevolge waarvan dat papier en/of het teiltje (waarin dat papier zat) geheel of gedeeltelijk is/zijn verbrand, in elk geval brand is ontstaan, en daarvan gemeen gevaar voor de (overige) inboedel van die cel en/of (de muren en/of het plafond van die cel), in elk geval gemeen gevaar voor goederen, te duchten was;
subsidiair hij op of omstreeks 15 oktober 2021 te Zwolle opzettelijk en wederrechtelijk een teiltje en/of (de muren en/of het plafond van) een cel, in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan de P.I. Zwolle, in elk geval aan een ander toebehoorde(n) heeft vernield, beschadigd, onbruikbaar gemaakt en/of weggemaakt;
parketnummer 18/170899-20
primair hij op of omstreeks 29 juni 2020, te Leeuwarden, een of meer broodjes, in elk geval enig goed, dat geheel of ten dele aan een ander toebehoorde, te weten aan het winkelbedrijf [benadeelde partij 20]
, heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen;
subsidiair
hij op of omstreeks 29 juni 2020 te Leeuwarden, opzettelijk en wederrechtelijk een of meer broodjes, in elk geval enig goed, dat geheel of ten dele aan een ander, te weten aan het winkelbedrijf [benadeelde partij 20] toebehoorde, heeft vernield, beschadigd, onbruikbaar gemaakt en/of weggemaakt.

Beoordeling van het bewijs

Standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft in zijn mondeling en schriftelijk requisitoir het volgende gevorderd.
De officier van justitie heeft in de zaak met parketnummer 18/168563-20 feit 1. en in de zaak met parketnummer 18/207891-20 feit 2. primair vrijspraak gevorderd. Hij heeft daartoe aangevoerd dat deze individuele delicten geen flessentrekkerij opleveren, hoewel verdachte vaak at zonder te betalen.
Ten aanzien van na te noemen feiten heeft de officier van justitie veroordeling gevorderd:
parketnummer 18/147405-20 parketnummer 18/155933-20 parketnummer 18/159561-20 parketnummer 18/166988-20 parketnummer 18/168563-20 feit 2. parketnummer 18/170900-20 parketnummer 18/180244-20 parketnummer 18/190784-20 feit 1. primair, feit 2., feit 3. en feit 4.
parketnummer 18/201987-20 feit 1., feit 2., feit 3., feit 4. en feit 5. primair parketnummer 18/207891-20 feit 1. en feit 2. subsidiair parketnummer 18/207925-20 parketnummer 18/207932-20 parketnummer 18/218893-20 parketnummer 18/218900-20 parketnummer 18/218908-20 parketnummer 18/218872-20 feit 1. en feit 2.
parketnummer 18/218917-20 parketnummer 18/002723-21
parketnummer 08/015747-22 primair parketnummer 18/170899-20 primair.
Standpunt van de verdediging
Ten aanzien van de zaken met parketnummers 18/147405-20 en 18/207932-20 heeft de raadsman gemotiveerd vrijspraak bepleit. Hij heeft daartoe aangevoerd dat niet elk seksueel gedrag schennis van de eerbaarheid oplevert. Schennis van de eerbaarheid kan, gelet op de jurisprudentie, alleen dan bewezen worden verklaard als het geslachtsdeel zichtbaar is geweest. In de zaak met parketnummer 18/147405-20 had verdachte zowel zijn hand als zijn geslachtsdeel bedekt met een jas, terwijl verdachte in de zaak 18/207932-20 alleen ter hoogte van kruis over zijn broek heeft gewreven. Hoewel sprake is van een schending van de fatsoensnormen, heeft verdachte geen strafrechtelijke norm overschreden.
Oordeel van de rechtbank
Ten aanzien van parketnummer 18/147405-20
De rechtbank overweegt het volgende. Aan verdachte is ten laste gelegd dat hij de eerbaarheid heeft geschonden op of aan een plaats, voor het openbaar verkeer bestemd. Uit de memorie van toelichting op art. 239 Wetboek van Strafrecht (zie T&C aant. 7 onder f) blijkt echter dat ‘spoorwegrijtuigen’ als niet openbare plaats moeten worden beschouwd (zie ook HR 11 juni 1991, NJ 1991/810, r.o. 6.3). De rechtbank wijst in dat verband ook op de uitspraak van het Gerechtshof Den Haag van 14 mei 2019 (ECLI:GHDHA:2019:1863). Verdachte zal daarom van dit feit worden vrijgesproken.
Ten aanzien van parketnummer 18/168563-20 feit 1.
De rechtbank is van oordeel dat het onder 1. ten laste gelegde feit wettig en overtuigend bewezen verklaard kan worden nu verdachte in een relatief korte periode bij verschillende horecagelegenheden eten en drinken heeft besteld en genuttigd zonder deze te betalen, hetgeen flessentrekkerij oplevert.
Ten aanzien van parketnummer 18/207891-20 feit 2. primair
De rechtbank is van oordeel dat het onder 2. primair ten laste gelegde feit wettig en overtuigend bewezen verklaard kan worden. De rechtbank verwijst daarvoor naar hetgeen de rechtbank hiervoor in de zaak met parketnummer 18/168563-20 heeft overwogen.
Ten aanzien van parketnummer 18/207932-20
De rechtbank overweegt het volgende. Aangeefster heeft verklaard dat toen zij in de trein zat, een man op het bankje aan de andere kant van het gangpad ging zitten. De man ging scheef en met zijn benen wijd zitten, in haar richting. Aangeefster voelde zich erg ongemakkelijk en bang en durfde niet op te staan en weg te lopen. Vervolgens wreef de man met zijn hand heen en weer over zijn geslachtsdeel. Verdachte heeft bij de politie verklaard dat zijn penis in de trein stijf werd, dat hij hem goed heeft gelegd en er op heeft geklopt. Het ging daarbij om corrigerende tikjes, aldus verdachte. Gelet op deze bewijsmiddelen, in hun onderlinge samenhang bezien, en gelet op de in Nederland heersende sociaal-ethische norm is de rechtbank van oordeel dat de handelingen van verdachte schennis van de eerbaarheid opleveren ook al is het geslachtsdeel bedekt. Het verweer van de raadsman wordt daarom verworpen.
De rechtbank heeft op grond van de wettige bewijsmiddelen de overtuiging bekomen dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan de in de bewezenverklaring genoemde feiten.
Indien tegen dit verkort vonnis een rechtsmiddel wordt ingesteld, worden de door de rechtbank gebruikte bewijsmiddelen die redengevend zijn voor de bewezenverklaring, opgenomen in een aanvulling op dit verkort vonnis. Die aanvulling wordt dan aan dit verkort vonnis gehecht.

Bewezenverklaring

De rechtbank acht het in de zaken met parketnummer 18/155933-20 parketnummer 18/159561-20 parketnummer 18/166988-20 parketnummer 18/168563-20 feit 1. en feit 2.
parketnummer 18/170900-20 parketnummer 18/180244-20 parketnummer 18/190784-20 feit 1. primair, feit 2., feit 3. en feit 4.
parketnummer 18/201987-20 feit 1., feit 2., feit 3., feit 4. en feit 5. primair parketnummer 18/207891-20 feit 1. en feit 2. primair parketnummer 18/207925-20 parketnummer 18/207932-20 parketnummer 18/218893-20 parketnummer 18/218900-20 parketnummer 18/218908-20 parketnummer 18/218872-20 feit 1. en feit 2.
parketnummer 18/218917-20 parketnummer 18/002723-21
parketnummer 08/015747-22 primair parketnummer 18/170899-20 primair
ten laste gelegde wettig en overtuigend bewezen, met dien verstande dat:
parketnummer 18/155933-20
hij in de periode van 3 tot en met 14 juni 2020, in de gemeente Leeuwarden, een gewoonte heeft gemaakt van het kopen van goederen met het oogmerk om zonder volledige betaling zich de beschikking over die goederen te verzekeren, hebbende verdachte, telkens met voormeld oogmerk, de navolgende goederen genuttigd, te weten
- drink- en etenswaren ter waarde van € 50,00 op 3 juni 2020 bij eetgelegenheid [benadeelde partij
1] te Leeuwarden
  • koffie en een runderburger met jus ter waarde van € 24,20 op 8 juni 2020 bij [benadeelde partij 2] te Leeuwarden en/of
  • een kop koffie ter waarde van € 3,10 op 14 juni 2020 bij eetgelegenheid [benadeelde partij 3] te
Leeuwarden;
parketnummer 18/159561-20
hij op 16 juni 2020 te Heerenveen een wapen van categorie I, onder 7° van de Wet wapens en munitie, te weten een door de Minister van Justitie en Veiligheid aangewezen voorwerp dat een ernstige bedreiging van personen kon vormen en dat zodanig op een wapen geleek dat dit voor bedreiging of afdreiging geschikt was, namelijk een wapen gelijkend op een bestaand vuurwapen, te weten een ADC-custom, type Pocket-Duo voorhanden heeft gehad;
parketnummer 18/166988-20
hij op 26 juni 2020 te Leeuwarden, met het oogmerk om zich wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse hoedanigheid, [benadeelde partij 5] , eigenaar van [benadeelde partij 6] , heeft bewogen tot de afgifte van enig goed, te weten van twee dagplates (biefstuk met pepersaus, friet en salade) en twee koppen koffie, door op verschillende momenten die dagplates en koffie te bestellen en te laten serveren en te nuttigen en daarmee de indruk te wekken bij de [benadeelde partij 5] dat hij, verdachte, genoemde etenswaren en dranken met een totale waarde van 30,20 euro aansluitend zou betalen en waarbij verdachte al wist dat hij genoemde etenswaren en dranken niet zou gaan betalen.
parketnummer 18/168563-20
1.
hij op 28 juni 2020 in de gemeente Leeuwarden, een gewoonte heeft gemaakt van het kopen van goederen met het oogmerk om zonder volledige betaling zich de beschikking over die goederen te verzekeren, hebbende verdachte, telkens met voormeld oogmerk, de navolgende goederen genuttigd, te weten vier Heineken bier en één portie Frutti de Mare en één keer een zes-gangen-menu en twee tiramisu ter waarde van in totaal € 65,40 op 28 juni 2020 bij eetgelegenheid [benadeelde partij 7] , gevestigd aan de [straatnaam] ;
2.
hij op 28 juni 2020 te Leeuwarden de eerbaarheid heeft geschonden op een plaats, voor het openbaar verkeer bestemd, te weten de [straatnaam] , door zijn broek naar beneden te trekken en zijn billen te tonen;
parketnummer 18/170900-20
hij op 5 juni 2020, te Leeuwarden, opzettelijk en wederrechtelijk een ruit van de woning [straatnaam]
, die aan [benadeelde partij 21] toebehoorde, heeft vernield;
parketnummer 18/180244-20
hij op 12 juli 2020 te Leeuwarden een ijsje, dat toebehoorde aan [benadeelde partij 8] , heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen;
parketnummer 18/190784-20
primairhij op 21 juli 2020 te Gorredijk, met het oogmerk om zich wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse hoedanigheid medewerkers van restaurant " [benadeelde partij 9] ", gevestigd op de [straatnaam] , heeft bewogen tot de afgifte van 2 x bier, 2 x plate kip saté, 1 x tomatensoep, 2 x Grand Marnier en 2 x koffie met slagroom, door zich naar de medewerkers toe voor te doen als een bonafide klant die de door hem bestelde en genuttigde goederen zou afrekenen, zulks terwijl verdachte geen geld bij zich had en kennelijk niet voornemens was de door hem bestelde en genuttigde goederen te betalen;
hij op 16 juli 2020 te Heerenveen opzettelijk en wederrechtelijk het sluitwerk van een deur en een kozijn van een woning, kamer 5, gelegen aan de [straatnaam] , die aan [benadeelde partij 10] toebehoorden, heeft vernield;
hij op 10 juli 2020 te Heerenveen, uit een woning gelegen aan de [straatnaam] , een telefoontoestel en een portemonnee met inhoud, te weten onder meer een hoeveelheid geld, een id-kaart, een zorgpas en een bankpas, die toebehoorden aan [benadeelde partij 11] , heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen;
4.
hij op 21 juli 2020 te Gorredijk, een herenfiets, merk Koga Myata, type road mixed, die toebehoorde aan [benadeelde partij 12] , heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen;
parketnummer 18/201987-20
1.
hij op 6 augustus 2020 te Heerenveen een telefoontoestel van het merk iPhone, die toebehoorde aan [benadeelde partij 13] , heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen;
2. hij op 6 augustus 2020 te Heerenveen opzettelijk en wederrechtelijk een ruit van een woning gelegen aan het [straatnaam] , die aan verhuurbedrijf [benadeelde partij 14] toebehoorde, heeft vernield;
3.
hij op 6 augustus 2020 te Heerenveen twee tuinstoelen, kleur grijs/antraciet, die toebehoorden aan [benadeelde partij 15] , heeft weggenomen met het oogmerk om zich deze wederrechtelijk toe te eigenen;
4.
hij op 24 juli 2020 te Leeuwarden opzettelijk en wederrechtelijk een deur, die aan [benadeelde partij 16] toebehoorde, heeft vernield;
5. primair hij op 29 juli 2020 te Leeuwarden, een gewoonte heeft gemaakt van het kopen van goederen met het oogmerk om zonder volledige betaling zich de beschikking over die goederen te verzekeren, door meermalen eten en drinken te bestellen en te nuttigen bij [benadeelde partij 17] , aldaar;
parketnummer 18/207891-20
1.
hij op 14 juli 2020 te Heerenveen de eerbaarheid heeft geschonden op een plaats, voor het openbaar verkeer bestemd, te weten de Oude Koemarkt, door zijn broek naar beneden te trekken en zijn blote billen aan omstanders te tonen;
2. primair
hij op 14 juli 2020 te Heerenveen een gewoonte heeft gemaakt van het kopen van goederen met het oogmerk om zonder volledige betaling zich de beschikking over die goederen te verzekeren, door meermalen eten en drinken te bestellen en te nuttigen bij horecagelegenheid [benadeelde partij 18] ;
parketnummer 18/207925-20
hij op 16 juli 2020 te Heerenveen de eerbaarheid heeft geschonden op een plaats, voor het openbaar verkeer bestemd, te weten het Gemeenteplein, door zijn geslachtsdeel te tonen aan omstanders en met het geslachtsdeel te zwaaien;
parketnummer 18/207932-20
hij op 5 augustus 2020 op het treintraject van Heerenveen - Leeuwarden de eerbaarheid heeft geschonden op een niet openbare plaats, te weten in een treincoupé op voornoemd traject, terwijl [benadeelde partij 19] , daarbij haars ondanks tegenwoordig was, door meermalen over zijn kruis/geslachtsdeel te wrijven en tikjes op het geslachtsdeel te geven;
parketnummer 18/218893-20
hij op 24 juli 2020 te Leeuwarden opzettelijk niet heeft voldaan aan een bevel, te weten een gebiedsverbod, kenmerk Z225030-2020 krachtens een wettelijk voorschrift, te weten artikel 172a van de Gemeentewet, gedaan door of namens de burgemeester van Leeuwarden, in elk geval een ambtenaar als bedoeld in artikel 184 Wetboek van Strafrecht, eerste en/of tweede lid, inhoudende dat hij, verdachte, zich in de periode gelegen van 16 juli 2020 tot en met 16 oktober 2020 niet mocht bevinden in de binnenstad van Leeuwarden, door zich op voor-noemde datum om 18:10 op een openbare weg gelegen in voornoemd gebied te bevinden;
parketnummer 18/218900-20
hij op 27 juli 2020 te Leeuwarden opzettelijk niet heeft voldaan aan een bevel, te weten een gebiedsverbod, kenmerk Z225030-2020 krachtens een wettelijk voorschrift, te weten artikel 172a van de Gemeentewet, gedaan door of namens de burgemeester van Leeuwarden, in elk geval een ambtenaar als bedoeld in artikel 184 Wetboek van Strafrecht, eerste en/of tweede lid, inhoudende dat hij, verdachte, zich in de periode gelegen van 16 juli 2020 tot en met 16 oktober 2020 niet mocht bevinden in de binnenstad van Leeuwarden, door zich op voor-noemde datum om 09:35 op een openbare plaats gelegen in voornoemd gebied te bevinden;
parketnummer 18/218908-20
hij op 29 juli 2020 te Leeuwarden opzettelijk niet heeft voldaan aan een bevel, te weten een gebiedsverbod, kenmerk Z225030-2020 krachtens een wettelijk voorschrift, te weten artikel 172a van de Gemeentewet, gedaan door of namens de burgemeester van Leeuwarden, in elk geval een ambtenaar als bedoeld in artikel 184 Wetboek van Strafrecht, eerste en/of tweede lid, inhoudende dat hij, verdachte, zich in de periode gelegen van 16 juli 2020 tot en met 16 oktober 2020 niet mocht bevinden in de binnenstad van Leeuwarden, door zich op voor-noemde datum om 09:35 op een openbare weg gelegen in voornoemd gebied te bevinden;
parketnummer 18/218872-20
1.
hij op 18 juli 2020 te Leeuwarden opzettelijk niet heeft voldaan aan een bevel, te weten een gebiedsverbod, kenmerk Z225030-2020 krachtens een wettelijk voorschrift, te weten artikel 172a van de Gemeentewet, gedaan door of namens de burgemeester van Leeuwarden, in elk geval een ambtenaar als bedoeld in artikel 184 Wetboek van Strafrecht, eerste en/of tweede lid, inhoudende dat hij, verdachte, zich in de periode gelegen van 16 juli 2020 tot en met 16 oktober 2020 niet mocht bevinden in de binnenstad van Leeuwarden, door zich op voor-noemde datum om 11:40 op een openbare weg gelegen in voornoemd gebied te bevinden;
2. hij op 19 juli 2020 te Leeuwarden opzettelijk niet heeft voldaan aan een bevel, te weten een gebiedsverbod, kenmerk Z225030-2020 krachtens een wettelijk voorschrift, te weten artikel 172a van de Gemeentewet, gedaan door of namens de burgemeester van Leeuwarden, in elk geval een ambtenaar als bedoeld in artikel 184 Wetboek van Strafrecht, eerste en/of tweede lid, inhoudende dat hij, verdachte, zich in de periode gelegen van 16 juli 2020 tot en met 16 oktober 2020 niet mocht bevinden in de binnenstad van Leeuwarden, door zich op voor-noemde datum om 15:50 op een openbare weg gelegen in voornoemd gebied te bevinden;
parketnummer 18/218917-20
hij op 20 juli 2020 te Leeuwarden opzettelijk niet heeft voldaan aan een bevel, te weten een gebiedsverbod, kenmerk Z225030-2020 krachtens een wettelijk voorschrift, te weten artikel 172a van de Gemeentewet, gedaan door of namens de burgemeester van Leeuwarden, in elk geval een ambtenaar als bedoeld in artikel 184 Wetboek van Strafrecht, eerste en/of tweede lid, inhoudende dat hij, verdachte, zich in de periode gelegen van 16 juli 2020 tot en met 16 oktober 2020 niet mocht bevinden in de binnenstad van Leeuwarden, door zich op voor noemde datum om 10:20 op een openbare plaats gelegen in voornoemd gebied te bevinden;
parketnummer 18/002723-21
hij op 7 augustus 2020, in de gemeente Leeuwarden, opzettelijk en wederrechtelijk een muur en
technozuil van het cellencomplex aan de Holstmeerweg, die aan de politie
Noord-Nederland toebehoorden, heeft beschadigd;
parketnummer 08/015747-22
primair hij op 15 oktober 2021 te Zwolle, opzettelijk brand heeft gesticht door open vuur, te weten een brandende aansteker, in aanraking te brengen met papier, ten gevolge waarvan dat papier en het teiltje waarin dat papier zat, zijn verbrand, en daarvan gemeen gevaar voor de overige inboedel van die cel en de muren en het plafond van die cel te duchten was;
parketnummer 18/170899-20primair hij op 29 juni 2020, te Leeuwarden, broodjes die toebehoorden aan het winkelbedrijf [benadeelde partij 20] , heeft weggenomen met het oogmerk om zich deze wederrechtelijk toe te eigenen.
Verdachte zal van het meer of anders ten laste gelegde worden vrijgesproken, aangezien de rechtbank dat niet bewezen acht.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. Verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.

Strafbaarheid van het bewezen verklaarde Het bewezen verklaarde levert op:

parketnummer 18/155933-20
Een gewoonte maken van het kopen van goederen met het oogmerk om zonder volledige betaling zich de beschikking over die goederen te verzekeren
parketnummer 18/159561-20
Handelen in strijd met artikel 13, eerste lid, van de Wet wapens en munitie
parketnummer 18/166988-20Oplichting
parketnummer 18/168563-20
Een gewoonte maken van het kopen van goederen met het oogmerk om zonder volledige betalingzich de beschikking over die goederen te verzekeren
Schennis van de eerbaarheid op een plaats, voor het openbaar verkeer bestemd
parketnummer 18/170900-20
Opzettelijk en wederrechtelijk enig goed dat geheel aan een ander toebehoort, vernielen
parketnummer 18/180244-20
Diefstal
parketnummer 18/190784-20
primair Oplichting
Opzettelijk en wederrechtelijke enig goed dat geheel aan een ander toebehoort, vernielen
Diefstal
Diefstal

parketnummer 18/201987-20

Diefstal
Opzettelijk en wederrechtelijke enig goed dat geheel aan een ander toebehoort, vernielen3. Diefstal
4. Opzettelijk en wederrechtelijk enig goed dat geheel aan een ander toebehoort, vernielen
5. primair Een gewoonte maken van het kopen van goederen met het oogmerk om zonder volledigebetaling zich de beschikking over die goederen te verzekeren

parketnummer 18/207891-20

Schennis van de eerbaarheid op een plaats, voor het openbaar verkeer bestemd
primair Een gewoonte maken van het kopen van goederen met het oogmerk om zonder volledigebetaling zich de beschikking over die goederen te verzekeren
parketnummer 18/207925-20
Schennis van de eerbaarheid op een plaats, voor het openbaar verkeer bestemd
parketnummer 18/207932-20
Schennis van de eerbaarheid op een niet openbare plaats, terwijl een ander daarbij zijns ondanks tegenwoordig is
parketnummer 18/218893-20
Opzettelijk niet voldoen aan een bevel of vordering, krachtens wettelijk voorschrift gedaan door een ambtenaar met de uitoefening van enig toezicht belast
parketnummer 18/218900-20
Opzettelijk niet voldoen aan een bevel of vordering, krachtens wettelijk voorschrift gedaan door een ambtenaar met de uitoefening van enig toezicht belast
parketnummer 18/218908-20
Opzettelijk niet voldoen aan een bevel of vordering, krachtens wettelijk voorschrift gedaan door een ambtenaar met de uitoefening van enig toezicht belast
parketnummer 18/218872-20
Opzettelijk niet voldoen aan een bevel of vordering, krachtens wettelijk voorschrift gedaan dooreen ambtenaar met de uitoefening van enig toezicht belast
Opzettelijk niet voldoen aan een bevel of vordering, krachtens wettelijk voorschrift gedaan dooreen ambtenaar met de uitoefening van enig toezicht belast
parketnummer 18/218917-20
Opzettelijk niet voldoen aan een bevel of vordering, krachtens wettelijk voorschrift gedaan door een ambtenaar met de uitoefening van enig toezicht belast
parketnummer 18/002723-21
Opzettelijk en wederrechtelijk enig goed dat geheel aan een ander toebehoort, beschadigen
parketnummer 08/015747-22
primair Opzettelijk brandstichting, terwijl daarvan gemeen gevaar voor goederen te duchten is
parketnummer 18/170899-20primair Diefstal
Deze feiten zijn strafbaar nu geen omstandigheden aannemelijk zijn geworden die de strafbaarheid uitsluiten.

Strafbaarheid van verdachte

Standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd verdachte volledig toerekeningsvatbaar te verklaren voor de bewezen verklaarde feiten.
Standpunt van de verdediging
De raadsman heeft betoogd dat het niet realistisch is de feiten volledig aan verdachte toe te rekenen. Hij heeft daarbij gewezen op de voorgeschiedenis van verdachte, de eerder uitgebrachte rapportages en het feit dat het ziektebeeld van verdachte niet is gewijzigd.
Oordeel van de rechtbank
Ten aanzien van de strafbaarheid van verdachte heeft de rechtbank gelet op de psychologische rapportages van 2 juni 2021 en 17 december 2021, opgemaakt door D.R. van der Velden, GZpsycholoog. De psycholoog heeft aangegeven dat verdachte beperkt heeft meegewerkt aan het onderzoek van 2 juni 2021.
Verdachte heeft niet willen meewerken aan het aanvullend onderzoek van 17 december 2021. De conclusie van de psycholoog luidt, zakelijk weergegeven, dat verdachte een verbaal sterke man is met een schizoaffectieve stoornis, antisociale persoonlijkheidsstoornis en een stoornis in het gebruik van middelen. De psycholoog concludeert dat sprake is van doorwerking van de antisociale persoonlijkheidsstoornis op het gedrag van verdachte, maar gelet op het hardnekkige patroon, het opportunistisch karakter en de onwil van verdachte om zijn gedrag te controleren, zijn er onvoldoende aanwijzingen om verdachte de ten laste gelegde feiten in verminderde mate toe te rekenen.
Voorts heeft de rechtbank gelet op de psychiatrische rapportage van dr. T.W.D.P. van Os, psychiater/psychoanalyticus, van 4 december 2021. De psychiater heeft aangegeven dat verdachte niet heeft meegewerkt aan het onderzoek en dat de psychiater daarom het verband tussen de diagnose en de ten laste gelegde feiten niet kan beschrijven.
Beide deskundigen hebben op 5 april 2022 nogmaals gerapporteerd naar aanleiding van een aantal door de raadsman gestelde vragen met betrekking tot -kort gezegd- de medicatie van verdachte.
Van der Velden heeft daarbij aangegeven dat medicatie en de werking daarvan niet het expertisegebied van een psycholoog is. Verder heeft hij aangegeven dat hij geen aanleiding heeft om de beantwoording van de eerdere onderzoeksvragen en adviezen te wijzigen nu de psychiater niet tot andere conclusies komt.
Van Os concludeert dat de wijzigingen van de medicatie van invloed geweest kunnen zijn op de gedragingen die hebben geleid tot het tenlastegelegde maar dat er ook andere factoren -dan het gebruik van antipsychotische medicatie- een rol hebben gespeeld in zijn doen en laten.
Tot slot heeft de psychiater nog aangegeven dat de vraag met betrekking tot de toerekeningsvatbaarheid niet beantwoord kan worden omdat het delictscenario niet besproken kon worden.
De rechtbank overweegt het volgende. Uit de rapportage van de psycholoog blijkt enerzijds dat verdachte enigszins verminderd toerekeningsvatbaar is, maar anderzijds dat verdachte feiten expres pleegde omdat hij onvoldoende geld had of om mensen te shockeren. De psycholoog heeft bij herhaling aangegeven dat verdachte volledig toerekeningsvatbaar moet worden geacht. De psychiater heeft ten aanzien van de toerekeningsvatbaarheid niet kunnen rapporteren, maar heeft wel aangegeven dat naast het gebruik van antipsychotische medicatie ook andere factoren een rol hebben gespeeld in het handelen van verdachte. De doorwerking van de medicatie valt, aldus de psychiater, niet vast te stellen.
Op grond van deze rapporten is de rechtbank van oordeel dat verdachte ten aanzien van het tenlastegelegde als volledig toerekeningsvatbaar dient te worden beschouwd. De rechtbank acht verdachte dus strafbaar nu niet van enige strafuitsluitingsgrond is gebleken.

Strafmotivering

Vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte wordt veroordeeld tot een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van twaalf maanden.
Standpunt van de verdediging
De raadsman heeft zich niet uitgelaten over de hoogte van een eventuele straf.
Oordeel van de rechtbank
Bij de bepaling van de straf heeft de rechtbank rekening gehouden met de aard en de ernst van het bewezen en strafbaar verklaarde, de omstandigheden waaronder dit is begaan, de persoon van verdachte zoals deze naar voren is gekomen uit het onderzoek ter terechtzitting, de rapportages van het Leger des Heils Jeugdbescherming en Reclassering van 14 augustus 2020, 6 september 2021 en 11 april 2022, de psychologische rapportages van D.R. van den Velden van 2 juni 2021, 17 december 2021 en 5 april 2022 en de psychiatrische rapportages van dr. T.W.D.P. van Os van 4 december 2021 en 5 april 2022, de justitiële documentatie, alsmede de vordering van de officier van justitie en het pleidooi van de verdediging.
De rechtbank heeft in het bijzonder het volgende in aanmerking genomen.
Verdachte heeft zich in een periode van twee maanden schuldig gemaakt aan een groot aantal strafbare feiten. Het ging daarbij om schennis van de eerbaarheid, oplichting, flessentrekkerij, vernieling en diefstal. Daarnaast heeft hij meerdere keren een gebiedsverbod overtreden en in de nabijheid van kinderen een (nep)wapen voorhanden gehad. Tot slot heeft verdachte zich in oktober 2021 nog schuldig gemaakt aan brandstichting.
Het betreft veelal storende feiten. Schennis van de eerbaarheid is aanstootgevend gedrag, waarbij het slachtoffer aanzienlijke angst heeft ervaren. Met betrekking tot de flessentrekkerij, oplichting, diefstal en vernielingen heeft verdachte horecabedrijven en personen financiële schade en overlast toegebracht. Ook heeft hij er blijk van gegeven geen respect te hebben voor het eigendomsrecht van anderen.
De rechtbank heeft tevens in aanmerking genomen dat verdachte de laatste jaren niet onherroepelijk is veroordeeld.
De kans op herhaling van het delictgedrag wordt door de psycholoog als hoog ingeschat. Het recidiverisico zou verminderd kunnen worden als verdachte stopt met het middelengebruik en start met dagbesteding. Verdachte weigert dit echter. Verdachte heeft baat bij beschermd wonen en bij zijn depotmedicatie. Belangrijk is dat de - tot en met 4 november 2022 geldende - zorgmachtiging gecontinueerd wordt om psychotische decompensatie en hiermee samenhangend strafbaar gedrag te voorkomen. Omdat de psycholoog heeft geadviseerd het ten laste gelegde volledig aan verdachte toe te rekenen zijn er geen gronden om een advies voor ondersteuning in een strafrechtelijk kader uit te brengen.
Uit de rapportage van het Leger des Heils Jeugdbescherming en Reclassering van 14 augustus 2020 blijkt dat de reclassering niet inhoudelijk met verdachte heeft kunnen spreken. De kans op recidive, letselschade of onttrekking wordt echter hoog geschat. Verdachte lijkt geen weerstand te kunnen bieden aan impulsen; hij is niet in staat om de gevolgen van zijn handelen goed te overzien. De reclassering kan met de beschikbare informatie en het impulsieve handelen van verdachte geen interventies indiceren gericht op het veranderen van zijn gedrag. Wel adviseert de reclassering om het gedrag van verdachte te sturen middels repressieve maatregelen onder artikel 38v van het Wetboek van Strafrecht. Bij rapport van 11 april 2022 heeft de reclassering volhard in dit advies.
Alles overwegend acht de rechtbank door de officier van justitie geëiste straf passend en oplegging daarvan geboden. Dit betekent dat de rechtbank een gevangenisstraf oplegt voor de duur van twaalf maanden met aftrek van de tijd die verdachte in voorarrest heeft doorgebracht.

Benadeelde partij

ten aanzien van parketnummer 18/207932-20
[benadeelde partij 19] heeft zich als benadeelde partij in het strafproces gevoegd met een vordering tot schadevergoeding. Gevorderd wordt een bedrag van € 314,37 ter vergoeding van materiële schade en € 350,00 ter vergoeding van immateriële schade, vermeerderd met wettelijke rente.
Standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft toewijzing gevorderd.
Standpunt van de verdediging
De raadsman heeft primair vrijspraak bepleit, ten gevolge waarvan de vordering niet-ontvankelijk moet worden verklaard. Voor het geval de rechtbank tot een bewezenverklaring zou komen, heeft de raadsman gemotiveerd bepleit dat de vordering met betrekking tot de materiële schade te complex is om binnen het strafproces te behandelen. Voor dat deel zou de benadeelde partij niet-ontvankelijk moeten worden verklaard.
Oordeel van de rechtbank
De rechtbank zal de materiële schade met betrekking tot gederfde inkomsten ad € 21,54 en immateriële schade ad € 350,00 toewijzen. Naar het oordeel van de rechtbank is voldoende aannemelijk dat de benadeelde partij deze schade heeft geleden als rechtstreeks gevolg van het bewezen verklaarde feit. De benadeelde partij zal met betrekking tot de overige gederfde inkomsten ad € 292,83 niet-ontvankelijk worden verklaard nu een wettelijke basis ontbreekt om deze kosten te verrekenen.
De vordering zal daarom worden toegewezen tot een bedrag van € 371,54, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 5 augustus 2020.
ten aanzien van parketnummer 18/166988-20
[benadeelde partij 5] heeft zich als benadeelde partij in het strafproces gevoegd met een vordering tot schadevergoeding. Gevorderd wordt een bedrag van € 30,20 ter vergoeding van materiële schade, vermeerderd met wettelijke rente.
Standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft toewijzing gevorderd.
Standpunt van de verdediging
De raadsman heeft aangegeven geen opmerkingen te hebben.
Oordeel van de rechtbank
Naar het oordeel van de rechtbank is voldoende aannemelijk dat deze benadeelde partij de gestelde schade heeft geleden als rechtstreeks gevolg van het bewezen verklaarde. De vordering, waarvan de hoogte niet door verdachte is betwist, zal daarom worden toegewezen, vermeerderd met wettelijke rente vanaf 26 juni 2020.
ten aanzien van parketnummer 18/207932-20 en parketnummer 18/166988-20
Nu de aansprakelijkheid van verdachte vaststaat, zal de rechtbank de schadevergoedings-maatregel opleggen om te bevorderen dat verdachte de schade zal vergoeden.
De rechtbank zal verdachte veroordelen in de kosten die de benadeelde partijen tot aan deze uitspraak in verband met de vordering hebben gemaakt, tot op heden begroot op nihil, en in de kosten die de benadeelde partijen ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog moeten maken.

Toepassing van wetsartikelen

De rechtbank heeft gelet op de artikelen 36f, 57, 157, 184, 239, 310, 326, 326a en 350 van het Wetboek van Strafrecht en de artikelen 13 en 26 van de Wet wapens en munitie. Deze voorschriften zijn toegepast, zoals zij ten tijde van het bewezen verklaarde rechtens golden dan wel ten tijde van deze uitspraak gelden.

Uitspraak

De rechtbank

Verklaart niet bewezen hetgeen verdachte in de zaak met parketnummer 18/147405-20 is ten laste gelegd en spreekt verdachte daarvan vrij.
Verklaart het in de zaken met parketnummer 18/155933-20 parketnummer 18/159561-20 parketnummer 18/166988-20 parketnummer 18/168563-20 feit 1. en feit 2.
parketnummer 18/170900-20 parketnummer 18/180244-20 parketnummer 18/190784-20 feit 1. primair, feit 2., feit 3. en feit 4.
parketnummer 18/201987-20 feit 1., feit 2., feit 3., feit 4. en feit 5. primair parketnummer 18/207891-20 feit 1. en feit 2. primair parketnummer 18/207925-20 parketnummer 18/207932-20 parketnummer 18/218893-20 parketnummer 18/218900-20 parketnummer 18/218908-20 parketnummer 18/218872-20 feit 1. en feit 2.
parketnummer 18/218917-20 parketnummer 18/002723-21
parketnummer 08/015747-22 primair parketnummer 18/170899-20 primair
ten laste gelegde bewezen, te kwalificeren en strafbaar zoals voormeld en verdachte daarvoor strafbaar.
Verklaart niet bewezen hetgeen aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan het bewezen verklaarde en spreekt verdachte daarvan vrij.
Veroordeelt verdachte tot:

een gevangenisstraf voor de duur van TWAALF MAANDEN.

Beveelt dat de tijd die de veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis heeft doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf, geheel in mindering zal worden gebracht.
ten aanzien van parketnummer 18/207932-20
Wijst de vordering van de benadeelde partij
[benadeelde partij 19]toe tot na te noemen bedrag en veroordeelt verdachte tot betaling aan deze benadeelde partij van een bedrag van € 371,54 (zegge: driehonderdeenenzeventig euro en vierenvijftig cent), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 5 augustus 2020.
Verklaart de vordering van de benadeelde partij [benadeelde partij 19] voor het overige nietontvankelijk. Dit deel van de vordering kan slechts bij de burgerlijke rechter worden aangebracht.
Veroordeelt verdachte in de kosten van het geding door de benadeelde partij gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak alsnog te maken, tot heden begroot op nihil.
Legt aan verdachte de verplichting op aan de staat, ten behoeve van het slachtoffer [benadeelde partij 19] te betalen een bedrag van € 371,54 (zegge: driehonderdeenenzeventig euro en vierenvijftig cent), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 5 augustus 2020, bij gebreke van betaling en verhaal kan gijzeling voor de duur van zeven dagen worden toegepast, met dien verstande dat de toepassing van de gijzeling de hiervoor opgelegde verplichting niet opheft. Dit bedrag bestaat uit € 21,54 aan materiële schade en € 350,00 aan immateriële schade.
Bepaalt daarbij dat, indien verdachte heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de staat ten behoeve van het slachtoffer [benadeelde partij 19] daarmee de verplichting van verdachte om aan de benadeelde partij dit bedrag te betalen komt te vervallen en omgekeerd, dat, indien verdachte aan de benadeelde partij het opgelegde bedrag heeft betaald, daarmee de verplichting tot betaling aan de staat van dit bedrag komt te vervallen.
ten aanzien van parketnummer 18/166988-20
Wijst de vordering van de benadeelde partij
[benadeelde partij 5]toe en veroordeelt verdachte tot betaling aan deze benadeelde partij van een bedrag van € 30,20 (zegge: dertig euro en twintig cent), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 26 juni 2020.
Veroordeelt verdachte in de kosten van het geding door de benadeelde partij gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak alsnog te maken, tot heden begroot op nihil.
Legt aan verdachte de verplichting op aan de staat, ten behoeve van het slachtoffer [benadeelde partij 5] te betalen een bedrag van € 30,30 (zegge: dertig euro en twintig cent), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 26 juni 2020, bij gebreke van betaling en verhaal kan gijzeling voor de duur van één dag worden toegepast, met dien verstande dat de toepassing van de gijzeling de hiervoor opgelegde verplichting niet opheft. Dit bedrag bestaat uit materiële schade.
Bepaalt daarbij dat, indien verdachte heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de staat ten behoeve van het slachtoffer [benadeelde partij 5] daarmee de verplichting van verdachte om aan de benadeelde partij dit bedrag te betalen komt te vervallen en omgekeerd, dat, indien verdachte aan de benadeelde partij het opgelegde bedrag heeft betaald, daarmee de verplichting tot betaling aan de staat van dit bedrag komt te vervallen.
Dit vonnis is gewezen door mr. K. Post, voorzitter, mr. R.B. Maring en mr. M.M. Spooren, rechters, bijgestaan door D.P. Postma-Westerhof, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank 3 mei 2022.
Mr. Maring is buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.